direct naar inhoud van 2.28 Wonen
Plan: Beschermd Stadsgezicht
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0230.BPBESCHSTAD2010-VST1

2.28 Wonen

Doel

Het doel van de bestemming 'Wonen' is de woonfunctie te behouden en daarbij aan het wonen verbonden functies mogelijk te maken.

Functionele mogelijkheden

De hoofdfunctie van de bestemming is wonen. Daarnaast worden aan-huis-verbonden beroeps- en bedrijfsactiviteiten mogelijk gemaakt. Deze moeten echter voldoen aan de in de specifieke gebruiksregels opgenomen voorwaarden. In sommige gevallen is een bedrijf of opslag aanwezig bij de hoofdfunctie. Om deze mogelijk te houden worden ze specifiek aangeduid. De aangebouwde bijbehorende bouwwerken mogen deels gebruikt worden voor wonen.

Daarnaast zijn gebouwen, overkappingen, andere bouwwerken, speelvoorzieningen, nutsvoorzieningen, groenvoorzieningen en water, wegen en paden, tuinen, erven en parkeervoorzieningen mogelijk. Door dit toe te staan worden maximale gebruiksmogelijkheden geboden voor de hoofdfunctie.

Bouwmogelijkheden hoofdgebouwen

Binnen de aangeduide bouwvlakken is maximaal één woning (hoofdgebouw) mogelijk, tenzij dit anders is aangeduid. Wanneer in een bouwvlak meer woningen aanwezig zijn, dan is dit aangeduid in het betreffende bouwvlak. Een verdere verdichting van de bebouwing met woningen wordt hiermee voorkomen; het bestaande bebouwingsbeeld blijft gehandhaafd. Het bouwvlak bepaalt de plaatsing van de hoofdgebouwen.

Voor de woningen is zowel een maximale goot- als bouwhoogte aangegeven, een kap op de hoofdgebouwen is verplicht. Het doel hiervan is het bestaande beeld te behouden en nieuwbouw binnen het bestaande beeld mogelijk te maken.

Ter plaatse van de aanduiding 'onderdoorgang' moet de eerste bouwlaag vrij blijven van bebouwing. Hierdoor blijft een doorgang onder de bebouwing door mogelijk.

Bouwmogelijkheden bijbehorende bouwwerken

Bijbehorende bouwwerken mogen op het erf worden gebouwd wanneer géén sprake is van een aanduiding 'erf'. In dat geval is de regeling in Waarde - Beschermd stadsgezicht van toepassing. De bijbehorende bouwwerken moeten ondergeschikt blijven aan het hoofdgebouw. De bouwregels voor de bijbehorende bouwwerken dragen hier zorg voor.

Daarnaast zijn in de bouwregels bepalingen opgenomen waardoor de plaatsing van de bijbehorende bouwwerken wordt bepaald. Een belangrijke regel daarbij is dat bijbehorende bouwwerken in ieder geval 1,00 meter achter de voorgevel, of het verlengde daarvan, worden gebouwd. De verbeelding is bepalend voor de mogelijke bouwlocatie hiervan.

De maximaal toegestane oppervlakte van de bijbehorende bouwwerken is ook beperkt. Hierbij is rekening gehouden met de oppervlakte van het perceel waarop de bebouwing staat. Naarmate de oppervlakte van het perceel groter is, wordt de maximaal toegestane oppervlakte voor bijbehorende bouwwerken groter.

Voor aangebouwde bijbehorende bouwwerken geldt alleen een maximale goothoogte, deze is maximaal 3,00 meter hoog. Of een goothoogte die even hoog is als de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw, vermeerderd met 0,30 meter. Voor vrijstaande bijbehorende bouwwerken geldt een maximale goot- en bouwhoogte van 3,00 en 5,00 meter.

Wanneer blijkt dat in de bestaande situatie al een legale afwijkende situatie plaatsvindt, dan mag deze behouden blijven. Hierdoor kunnen bestaande bijbehorende bouwwerken blijven bestaan en kunnen nieuwe op een goede wijze binnen het bestaande beeld worden ingepast.

Bouwmogelijkheden andere bouwwerken

Het gaat bij andere bouwwerken in dit geval om erf- en terreinafscheidingen en overige andere bouwwerken.

De erf- en terreinafscheidingen mogen voor de voorgevel of een naar de weg gekeerde zijgevel van een hoofdgebouw ten hoogste 1,00 meter hoog zijn. In andere gevallen mag het maximaal 2,00 meter hoog zijn. Dit heeft te maken met het ruimtelijk beeld van het perceel op zich en het beeld in de omgeving.

Overige andere bouwwerken mogen ten hoogste 2,50 meter hoog zijn. Daarbij kan het bijvoorbeeld gaan om een kleinschalig bouwwerk als een vlaggenmast. Wanneer een dergelijk bouwwerk 2,50 meter hoog wordt, is de impact op de omgeving klein.

Een specifieke regeling is hierbij opgenomen voor priëlen, omdat deze qua bouwmogelijkheden af (kunnen) wijken van de algemene bouwmogelijkheden. Deze bouwwerken zijn rijksmonumenten, de regeling hiervoor is opgenomen in de bestemming "Waarde - Beschermd stadsgezicht".

Voor de andere bouwwerken is bij deze bestemming een algemene regeling opgenomen. Daarbij is aangesloten bij een algemene regeling voor bouwmogelijkheden van andere bouwwerken. Ook is aansluiting gezocht bij de mogelijkheden met betrekking tot vergunningvrij bouwen, zoals dit opgenomen is in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en het Besluit omgevingsrecht.

Flexibiliteitsbepalingen

Binnen het aangeduide 'wro-zone wijzigingsgebied' geldt een wijzigingsbevoegdheid. Deze maakt in de toekomst een toerit naar een nieuwe parkeerplaats op de huidige ijsbaan mogelijk. Deze parkeerplaats is op nodig ter vervanging van de huidige parkeerlocatie aan de haven. De huidige parkeerlocatie wordt vervangen door een uitbreiding van de jachthaven en voor recreatieve functies. Dit is aangegeven in het plan “Havengebied Elburg en omgeving'. Daarnaast biedt het parkeerterrein ruimte voor de opvang van de toenemende parkeerdruk voor de vesting. Bij de wijziging (algemene wijzigingsregels) is het van belang dat ook de aanwezige bebouwing wordt gesloopt, voor de genoemde toerit naar de parkeerplaats. Bebouwing mag worden teruggebouwd in de directe omgeving en krijgt daarbij de bestemming Gemengd - 1.

Verder geldt dat de bestemming "Wonen", wanneer het een pand aan het kruis van de vesting betreft, gewijzigd kan worden naar andere bestemmingen, waaronder "Centrum". Aan die wijziging zijn voorwaarden verbonden.

Achtergrondinformatie

- Planuitgangspunten

- Huidige situatie : Wonen

- Beleidskader : Kwalitatief Woonprogramma (KWP) 3 / Woonvisie gemeente Elburg 2008-2012

- Milieu- en omgevingsaspecten: Verkeer en parkeren

- Uitvoerbaarheid