direct naar inhoud van 5.2 Artikelsgewijze toelichting
Plan: Nijmegen Ruimte voor de Waal
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0268.BP21000-OH01

5.2 Artikelsgewijze toelichting

Hoofdstuk 1: Inleidende regels

In artikel 1 is een aantal noodzakelijke begripsbepalingen opgenomen welke worden gebruikt in de regels.

Artikel 2 regelt de wijze van meten.

Hoofdstuk 2: Bestemmingsregels

In het bestemmingsplan zijn de volgende bestemmingen opgenomen, die in de onderstaande artikelen van regels zijn voorzien:

Artikel 3 Agrarisch

In het gebied dat deel uitmaakt van De Stelt is een strook grond tot Agrarisch bestemd. Extensief agrarisch gebruik behoort hier tot de mogelijkheden. Met deze bestemming is beoogd het bestaande (agrarische) gebruik voort te zetten.

Artikel 4 Gemengd - 1

Deze bestemming is gelegd op het Wijnfort Lent. De gebruiksmogelijkheden zijn afgestemd op de mogelijkheden die het vigerende bestemmingsplan Wijnfort Lent (2001) al bood. Het Wijnfort wordt daarmee ongemoeid gelaten.

Artikel 5 Gemengd - 2

In dit plan wordt een overwegend recreatieve en groene invulling van de aldus bestemde gronden mogelijk gemaakt. Dit plan staat op deze gronden geen bebouwing (met uitzondering van bouwwerken 3 m hoog) toe. Ophoging van de gronden, teneinde waterstaatkundige risico's tegen te gaan, is mogelijk binnen deze bestemming.

Voor dit gebied is verder van belang dat hiervoor geen watervergunning benodigd zal zijn (zie ook paragraaf 3.1.6). Het op grond van art 6.16 Waterbesluit uit te zonderen gebied zal bestaan uit terreinen die op dit moment binnendijks zijn gelegen en aan de zuidzijde worden begrensd door de buitenkruinlijn van de huidige waterkering en aan de noordzijde door de nog te maken kruinlijn van de nieuwe ophoging, inclusief de verbindende kade bij de kolk van Van Wijk. De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu heeft bij brief van 5 april 2011 bevestigd dat ten behoeve van het hoogwatervrije gebied het Waterbesluit gewijzigd zal worden.

afbeelding "i_NL.IMRO.0268.BP21000-OH01_0022.jpg"

Afbeelding 20: aanduiding van het beoogde "watervergunningsvrije" gebied

Binnen deze bestemming is op dit moment nog diverse bebouwing aanwezig. Deze bebouwing zal moeten wijken als gevolg van de waterstaatkundige ontwikkelingen in het gebied. De bestemming Gemengd - 2 voorziet dan ook niet in het behoud van deze bebouwing. Tot de sloop zal deze bebouwing onder het overgangsrecht van dit bestemmingsplan vallen.

Artikel 6 Groen - Grondlichaam

Ter overbrugging van het hoogteverschil van de kade met het achterliggende maaiveld in de toekomstige wijk de Hoge Bongerd is aan een aantal binnendijks gelegen gronden de bestemming Groen - Grondlichaam toegekend. Deze bestemming is ook toegekend aan grond ten oosten van de aanbrug van de Waalbrug. Binnen deze bestemming is door middel van een aanduiding ook een deel van de ontsluiting van Veur Lent mogelijk gemaakt. In verband met de ligging van de watersingel ten oosten van de spoorbrug overlapt deze ontsluiting voor een deel met het groene grondlichaam dat hier mogelijk gemaakt is.

Artikel 7 Horeca

Deze bestemming is toegekend aan de bestaande horecabedrijven (café De Zon, Waalzicht) op Veur Lent.

Artikel 8 Maatschappelijk

Deze bestemming is gelegd op de Dorpsschuur op Veur Lent. Het bestaande gebruik kan hiermee gecontinueerd worden. In verband met geluidsbelasting is binnen deze bestemming de vestiging van geluidsgevoelige functies uitgesloten.

Artikel 9 Natuur - 1

Tot deze gronden behoort onder meer het gebied Lentse Waard, gelegen ten oosten van de Waalbrug.

De gronden met bestemming Natuur - 1 zijn bedoeld voor de het behoud en/of herstel van de landschappelijke en natuurlijke waarden. Extensief recreatief medegebruik behoort hier tot de mogelijkheden.

Binnen deze bestemming ligt ook een deel van de nieuwe waterkering, ten oosten van de Waalbrug. Deze wordt primair door de dubbelbestemming Waterstaat - Waterkering mogelijk gemaakt, maar heeft door de bestemming Natuur - 1 secundair een natuurfunctie. Ter hoogte van de nieuwe waterkering is door middel van een aanduiding 'pad' geregeld dat hier (half)verharde paden zijn toegestaan ten behoeve van langzaam verkeer. Deze aanduiding sluit aan op de Steltsestraat, van waar af een verkeersbestemming geldt die ook gemotoriseerd verkeer toestaat.

Artikel 10 Natuur - 2

Tot deze gronden behoort onder meer de Lentse Lotwaard (een langgerekt uiterwaardengebied ten noorden van de nevengeul ten westen van de spoorbrug), het Waalveld en de westelijke landtong.

Naast natuur behoort op deze gronden ook recreatief medegebruik tot de mogelijkheden. Verder is op bepaalde plekken, met aanduidingen Gemengd 1 en 2, (tijdelijke) bebouwing ten behoeve van onder meer horeca toegestaan. Het gaat hier om seizoensgebonden functies, die alleen in de periode van mei tot en met september mogen plaatsvinden.

Op deze gronden met bestemming Natuur - 2 is tevens één hoogwatervluchtplaats voor levende have toegestaan. Het gaat om grote grazers in verband met natuurlijk beheer die een veilig heenkomen moeten hebben bij hoog water. Begrazing met een puur commercieel-agrarisch oogmerk is hier niet toegestaan; het doel is het duurzaam beheer van de gronden.

Verder is binnen deze bestemming nabij de nieuwe stadsbrug een evenemententerrein toegestaan voor evenementen met maximaal 10.000 bezoekers per dag, maar op enig moment mag niet sprake zijn van meer dan 8.000 bezoekers tegelijkertijd gedurende diezelfde dag. Het aantal evenementen per jaar dat mag plaatsvinden is begrensd op 8, waarvan de Vierdaagsefeesten er in ieder geval één zijn.

Ter hoogte van (een deel van) het evenemententerrein is tevens kamperen toegestaan ten tijde van evenementen. Het aantal kampeermiddelen is niet beperkt maar wel de oppervlakte (deze bedraagt circa 2 ha) die hiervoor gebruikt mag worden en het soort kampeermiddelen.

Omdat het westelijk deel van het eiland in principe niet toegankelijk is voor motorvoertuigen, zijn op het kampeerterrein geen campers of caravans toegestaan, maar alleen tenten. Het maximaal aantal kampeernachten is gelimiteerd.

Ten behoeve van evenementen en kamperen zijn geen (permanente) bouwwerken toegestaan. Er wordt van uitgegaan dat podia, stellages en dergelijke ten behoeve van evenementen, alsmede sanitaire voorziening ten behoeve van het kampeerterrein, van dusdanig tijdelijke aard zijn dat deze niet voldoen aan het begrip 'bouwwerk' en daardoor niet omgevingsvergunningplichtig zijn.

Om te voorkomen dat op het broedgebied van de kwartelkoning, voor welke soort op grond van Natura 2000 een verbeterdoelstelling geldt, ten noordwesten van het evenemententerrein significant negatieve effecten optreden, zijn er beperkingen gesteld aan evenementen die op het evenemententerrein plaatsvinden. Er worden regels gesteld voor de positionering van podia en luidsprekers, deze mogen uitsluitend gericht zijn op het zuiden, het zuidoosten of daar tussen in. Op de verbeelding is aan de noordwestelijke grens van het evenemententerrein een meetpunt opgenomen (coördinaten X=186370.1728, Y=430455.9632); ter hoogte van dit meetpunt mag de geluidsemissie van concerten e.d. niet meer bedragen dan 48 dB(A). Evenementen die veel lage bastonen producteren, zoals dance gerelateerde concerten, zijn verboden. Teneinde de geluidemissie te kunnen bepalen is in een wijze van meten toegevoegd aan artikel 2.

Deze regels zijn niet van toepassing op evenementen die niet in hoofdzaak zijn gericht op het ten gehore brengen van geluid voor een publiek. De regels zijn dus niet van toepassing op 'stillere' evenementen. Hiermee wordt aangesloten bij de reikwijdte van de beleidsregels 'Geluid bij evenementen in de open lucht'.

Via afwijking van de bouw- en gebruikregels wordt tijdelijke bebouwing ten behoeve van educatieve en voorlichtingsdoeleinden, alsmede voor co-werken ter plaatse van de aanduiding op de verbeelding "Wro zone ontheffingsgebied 1" mogelijk gemaakt. Deze afwijkingsmogelijkheid houdt verband met een initiatief, dat bekend is onder de naam "Huis van Overvloed".

Artikel 11 Tuin

Deze bestemming hoort bij de bestaande, te handhaven woningen op Veur Lent en bij de compensatiekavels. Binnen deze bestemming kunnen onder andere aan- en uitbouwen van de naastgelegen hoofdgebouwen (woningen) worden gebouwd.

Artikel 12 Verkeer

Aan de wegen en bruggen in dit bestemmingsplan is de bestemming 'Verkeer' gegeven. Het gaat hier om de bestaande wegen (o.a. Prins Mauritssingel, Oosterhoutsedijk) en bruggen (Waalbrug, spoorbrug) maar ook om de nieuwe wegen (o.a. ontsluiting Veur Lent) en bruggen (Citadelbrug, Promenadebrug en verlenging c.q. 'aanbrug' van de Waalbrug).

Door middel van aanduidingen wordt nader gespecificeerd welk verkeer van welke weg of brug gebruik mag maken. Zo geldt ter hoogte van de spoorbrug de aanduiding 'railverkeer', die op deze brug alleen voorzieningen ten behoeve van rail- en langzaam verkeer toelaat. De aanduiding 'langzaam verkeer', onder andere ter hoogte van de Citadelbrug, laat alleen langzaam verkeer, calamiteitenverkeer en bevoorradend verkeer toe. Als aanvulling op de bestemmingsplanregeling zal door middel van verkeersbesluiten nader bepaald kunnen worden welk verkeer van welke weg of brug gebruik mag maken.

De hoogte van bruggen wordt in dit bestemmingsplan op drie manieren begrensd. Voor de bestaande bruggen, te weten de Waalbrug en de spoorbrug, geldt de bestaande hoogte zoals die is ten tijde van de inwerkingtreding van dit bestemmingsplan. Mede hiertoe strekt de omschrijving van het begrip 'bestaand' in artikel 1.15. De betreffende regel is zo geformuleerd dat ook uitbreidingen van bestaande bruggen even hoog mogen zijn als het bestaande deel van de brug. Hiermee wordt mogelijk gemaakt dat de verlenging van de Waalbrug even hoog is als de brug zelf. Hiermee wordt de ontwerpvrijheid van deze verlenging vergroot.

De nieuwe stadsbrug is nog niet gebouwd en kan daarom niet als bestaande brug worden aangemerkt. Het geldende bestemmingsplan "Stadsbrug" schrijft voor de stadsbrug geen maximale hoogte voor. Wel is voor de bouw van de stadsbrug inmiddels een omgevingsvergunning verleend, op grond waarvan een brug met een hoogte van circa 85 m boven NAP kan worden gebouwd. Deze maat is daarom als maximale bouwhoogte voor de stadsbrug opgenomen.

Voor de twee nieuwe bruggen, de Citadelbrug en de Promenadebrug, zijn maximale bouwhoogtes ten opzichte van NAP opgenomen.

Binnen deze bestemming ligt ook een deel van de nieuwe waterkering, tussen de spoorbrug en de Waalbrug. Dit gedeelte wordt vormgegeven als een kade en is daarom onder de bestemming 'Verkeer' gebracht. Deze dijk is alleen toegankelijk voor fietsers en wandelaars en voor calamiteitenverkeer. Dit wordt geregeld door de aanduiding 'verblijfsgebied'. Tevens zijn hier bepaalde vormen van evenementen toegestaan met bijbehorende ondergeschikte gebouwen van tijdelijke aard.

In het bestemmingsplan heeft het tracé vanaf de toegangsweg naar de Promenadebrug tot aan de Prins Mauritssingel en Griftdijk Zuid (oostzijde) en in westelijke richting naar de Parallelweg eveneens een verkeersbestemming gekregen. Hiermee wordt een duurzame oplossing geboden voor de ontsluiting van de bestaande woningen op Veur Lent. Gezien de geringe omvang van de verwachte verkeersintensiteiten van en naar Veur Lent, kan dit tracé worden vormgegeven als "erftoegangsweg". Dit type weg kenmerkt zich door een snelheidsregime van 30 km/u, een profiel voor gemengd verkeer (één rijbaan zonder separate fietsvoorzieningen), trottoirs en waar nodig separate parkeervoorzieningen. De inrichting zal geschieden conform CROW-richtlijnen. Gezien het feit dat deze weg als 30 km zone zal worden gebruikt, is er geen apart akoestisch onderzoek hiervoor uitgevoerd.

Binnen de bestemming Verkeer komt tenslotte een aantal aanduidingen voor die ook in de bestemmingen Natuur - 2 of Water - 2 voorkomen. Beoogd is om alle gelijknamige aanduidingen binnen de verschillende bestemmingen op elkaar te laten aansluiten en als één te beschouwen. Zie hierover ook de toelichting op de figuur 'relatie' verderop in deze paragraaf.

Artikel 13 Water - 1

Deze bestemming is toegekend aan de Waal. Hier is alle scheepvaartverkeer toegestaan.

Artikel 14 Water - 2

Deze bestemming is hoofdzakelijk aan de nevengeul toegekend. De toegankelijkheid voor gemotoriseerd vaarverkeer is beperkt; gemotoriseerd vaarverkeer dat harder gaat dan 9 km/u is niet toegestaan.

Binnen de aanduiding passantenhaven zijn in totaal 150 ligplaatsen voor het tijdelijk aanmeren van pleziervaartuigen toegestaan. Enkele van deze ligplaatsen kunnen door commerciële vaartuigen worden ingenomen. De twee aanduidingen 'passantenhaven' binnen de bestemming Water - 2 en de ene aanduiding 'passantenhaven' binnen de bestemming Verkeer moeten als één passantenhaven gezien worden. Hiertoe dient de figuur "relatie".

In de nevengeul kunnen aanlegfaciliteiten voor de pleziervaart worden gerealiseerd met een aanlegsteiger.

Artikel 15 Water - 3

Deze bestemming ligt op de (binnendijks gelegen) watersingel. Om de toename van kweloverlast ten gevolge van de dijkteruglegging te voorkomen wordt een waterkerend scherm aangelegd in de nieuwe waterkering alsmede in een deel van de bestaande dijk bij het gebied De Citadel. Bij de geohydrologische berekeningen ter bepaling van de omvang van dit waterkerend scherm is uitgegaan van de toekomstige waterhuishoudkundige situatie in de Waalsprong. Deze situatie is beschreven in het Waterhuishoudkundig Inrichtingsplan Waalsprong (WIW 2009). In dit plan is de Watersingel als waterhuishoudkundige maatregel opgenomen. Deze Watersingel heeft bij hoog water een positief effect op de grondwaterstand in het binnendijks gebied. Om zeker te stellen dat deze singel tijdig wordt gerealiseerd wordt deze in dit bestemmingsplan mogelijk gemaakt en wordt de aanleg in het project voor de dijkteruglegging gerealiseerd, vooruitlopend op de realisatie van de Waalsprong. Een en ander is uitgebreid beschreven in het Achtergrondrapport Geohydrologie (21 oktober 2010).

Artikel 16 Wonen

Deze bestemming is toegekend aan woonpercelen die in de huidige en toekomstige situatie buitendijks zijn gelegen. Een uitzondering hierop vormt het perceel Oosterhoutsedijk 18, dat thans binnendijks is gelegen, maar na de dijkteruglegging buitendijks komt te liggen. De risico's verbonden aan buitendijks wonen komen volledig voor rekening van de eigenaren en gebruikers. Voor wat betreft Oosterhoutsedijk 18 worden, binnen het plan, waterkerende en waterhuishoudkundige maatregelen getroffen en via dit bestemmingsplan mogelijk gemaakt.

Overigens wijzigen die risico's niet voor de bestaande woningen ten zuiden van de huidige primaire waterkering (Oosterhoutsedijk, Bemmelse dijk): deze blijven immers buitendijks gelegen.

De bestemmingsregeling voor "Wonen" is verder grotendeels afgestemd op de regeling in het vigerende plan. Er worden twee zogenaamde vrijstaande compensatiewoningen mogelijk gemaakt in het meest westelijk deel van het tot "Wonen" bestemde gebied. Het betreft vervangende huisvesting voor gedupeerden van de dijkteruglegging, die hebben aangegeven graag in de directe nabijheid van hun huidige woningen geherhuisvest te worden. Voor deze "compensatiekavels" zal een aparte Waterwetvergunning moeten worden aangevraagd. Voor de bijbehorende uitgangspunten wordt verwezen naar paragraaf 3.1.6.

Voorts mag het bestaande pand Oosterhoutsedijk 51 tevens worden verbouwd en benut voor maximaal drie appartementen, rekening houdend met de monumentale status van het pand. Hierbij is parkeerruimte toegestaan, mits voldaan wordt aan de Beleidslijn Grote Rivieren (maximaal 110% bestaande bebouwing).

Dubbelbestemmingen algemeen

De dubbelbestemmingen zijn opgenomen ter bescherming van belangen die zo groot zijn, dat deze in de onderliggende (enkel)bestemmingen onvoldoende kunnen worden beschermd. De dubbelbestemmingen gaan voor op de onderliggende bestemmingen. Ter verduidelijking van de onderlinge rangorde van de dubbelbestemmingen is in artikel 28.3 een regeling opgenomen.

Artikel 17 Leiding - Hoogspanningsverbinding

Deze bestemming strekt tot bescherming van de hoogspanningsverbindingen in het plangebied. Bebouwing ten behoeve van de onderliggende bestemmingen is beperkt en bepaalde werken en werkzaamheden zijn afhankelijk gesteld van een omgevingsvergunning, in het kader van de verlening waarvan de leidingbeheerder om advies moet worden gevraagd.

Artikel 18 Waarde - Archeologie 2

Artikel 19 Waarde - Archeologie 3

De gemeente Nijmegen heeft een archeologische beleidskaart waarop de archeologische waarde van het gemeentelijke grondgebied is weergegeven. De beleidskaart onderscheidt in totaal vijf archeologische waarden, van 0 tot en met 4.

Waarde 0 wordt toegekend aan gronden die al volledig verstoord zijn. Hier zijn geen archeologische waarden (meer) aanwezig. Waarde 1 wordt toegekend aan gronden die niet verstoord zijn, maar waarvan al wel bekend is dat hier geen archeologische waarden aanwezig zijn. Waarden 0 en 1 behoeven geen speciale bescherming en worden daarom niet in het bestemmingsplan doorvertaald.

Waarde 2 wordt toegekend aan gronden waarvoor een hoge verwachting op potentieel behoudenswaardige vindplaatsen bestaat. Waar potentieel behoudenswaardige vindplaatsen aanwezig zijn, geldt waarde 3. Tenslotte wordt waarde 4 gebruikt voor archeologische rijksmonumenten. Deze laatste komen in het plangebied echter niet voor. Binnen het plangebied zijn wel gronden aanwezig die waarde 2 of waarde 3 hebben. De archeologische waarde van deze gronden wordt in bestemmingsplan doorvertaald in de dubbelbestemmingen Waarde - Archeologie 2 en 3.

Het verschil tussen Waarde - Archeologie 2 en 3 is er in gelegen dat bij Waarde - Archeologie 2 geen grondwerk mag worden verricht dieper dan 0,30 m onder maaiveld. Vanwege de hoge archeologische waarde is bij Waarde - Archeologie 3 geen dieptemaat opgenomen voor grondwerken. Er mag ook in de bovengrond niet zonder meer grondwerk plaatsvinden.

Bouw- en aanlegactiviteiten zijn afhankelijk gesteld van een omgevingsvergunning. Bij het verlenen hiervan moet het bevoegd gezag advies inwinnen bij de gemeentelijke archeoloog.

Bij de bestemmingen Waarde - Archeologie 2 en 3 zijn wijzigingsbevoegdheden opgenomen om de dubbelbestemmingen in voorkomende gevallen van vorm en omvang te wijzigen of in hun geheel te verwijderen. Hier kan aanleiding toe bestaan wanneer uit archeologisch onderzoek blijkt dat de archeologische waarden niet of niet meer aanwezig zijn.

Artikel 20 Waterstaat - Waterkering

Het hoofddoel van deze bestemming is het mogelijk maken van de dijkteruglegging. De dubbelbestemming volgt het tracé van de nieuwe primaire waterkering langs de Oosterhoutsedijk, de nieuwe kade en groene dijk en de Bemmelsedijk.

Na de aanleg van de nieuwe waterkering heeft deze dubbelbestemming tot doel de waterkering te beschermen. Om die reden is bebouwing afhankelijk gesteld van een omgevingsvergunning waarbij van het bestemmingsplan afgeweken wordt. Bij het verlenen van die vergunning moet tevens de beheerder van de waterkering om advies gevraagd worden.

Artikel 21 Waterstaat - Waterstaatkundige functie

De bestemming Waterstaat - Waterstaatkundige functie strekt in hoofdzaak tot bescherming van de waterafvoerende functie van het rijkswaterstaatswerk (het buitendijks gebied) en is toegekend aan nagenoeg het gehele plangebied. Om de afvoercapaciteit van het gebied zo veel mogelijk in stand te houden is bebouwing afhankelijk gesteld van een omgevingsvergunning waarbij van het bestemmingsplan afgeweken wordt. Bij het verlenen van die vergunning moet tevens de beheerder van rijkswaterstaatswerk om advies gevraagd worden.

Twee delen van het plangebied hebben niet deze dubbelbestemming. Het gaat hierbij om de watersingel in het noorden van het gebied. Deze ligt binnendijks en heeft daarom geen functie bij de afvoer van (hoog) water. Daarnaast is een deel van het eiland Veur-Lent niet onder deze dubbelbestemming gebracht. Reden hiervoor is dat de staatssecretatis van Infrastructuur en Milieu op grond van artikel 6.16 van het Waterbesluit heeft besloten dat op dit gebied de beperkingen die de Waterwet en het Waterbesluit ten aanzien van rijkswaterstaatswerken stellen, hier niet van toepassing zijn. Het gebied heeft daarmee geen functie bij de afvoer van hoog water. Om deze reden kan het toekennen van de dubbelbestemming Waterstaat - Waterstaatkundige functie dan ook achterwege blijven.

Hoofdstuk 3: Algemene regels

In Artikel 22 is de antidubbeltelregel opgenomen. Deze bepaling beoogt misbruik van de regels door middel van (privaatrechtelijke) wijzigingen in de eigendomsverhoudingen van gronden te voorkomen.

In Artikel 23 zijn de algemene bouwregels opgenomen. In deze regels worden bepaalde bouwwerken onder voorwaarden in het gehele plangebied mogelijk gemaakt. Deze worden daarom niet per bestemming in de bestemmingsomschrijving opgenomen. De dubbelbestemmingen blijven onverkort van toepassing. Deze regel moet samen worden gelezen met de overeenkomstige algemene gebruiksregels in Artikel 24.

In Artikel 24 zijn de algemene gebruiksregels opgenomen. In deze regels worden bepaalde functies onder voorwaarden in het gehele plangebied mogelijk gemaakt. Deze worden daarom niet per bestemming in de bestemmingsomschrijving opgenomen. De dubbelbestemmingen blijven onverkort van toepassing. Deze regel moet samen worden gelezen met de overeenkomstige algemene bouwregels in Artikel 23. Bepaalde andere vormen van gebruik worden voor het gehele plangebied als strijdig met het bestemmingsplan aangemerkt en zijn daarmee verboden. Onder strijdig gebruik wordt tevens verstaan het gebruik van parkeerruimte anders dan voor het parkeren van voertuigen, en het permanent laten vervallen van parkeerplaatsen. Een uitzondering op deze regel wordt gemaakt voor de parkeerplaatsen die vervallen als gevolg van de uitvoering van het project Dijkverlegging Lent, aangezien als gevolg van de maatregel onder andere woningen met de bijbehorende parkeerplaatsen (opritten e.d.) verloren gaan.

In Artikel 25 zijn algemene aanduidingsregels opgenomen die voor een deel of het hele plangebied gelden.

In Artikel 26 zijn algemene afwijkingsregels opgenomen. De hier geregelde bevoegdheid maakt het mogelijk dat bij een omgevingsvergunning onder voorwaarden van het bestemmingsplan wordt afgeweken ten behoeve van tijdelijke bebouwing voor voorlichting en educatie. Hiermee wordt beoogd mogelijk te maken dat bebouwing wordt opgericht waarin tijdens de uitvoering van het project voorlichting kan worden gegeven over het project en de werkzaamheden. De bebouwing mag maximaal vijf jaar in stand gehouden worden, de verwachting is dat binnen deze termijn de werkzaamheden zijn afgerond. Als de afwijkingsbevoegdheid wordt toegepast voor gronden binnen de bestemmingen Waterstaat - Waterkering of Waterstaat - Waterstaatkundige functie, dan moet voor het verlenen van de omgevingsvergunning de beheerder van het (rijks)waterstaatswerk worden geraadpleegd.

Daarnaast is een bevoegdheid opgenomen om af te wijken van de regels omtrent parkeerruimte.

In Artikel 27 zijn algemene wijzigingsregels opgenomen. De hier geregelde bevoegdheid maakt het mogelijk dat burgemeester en wethouders de dubbelbestemmingen Waarde - Archeologie 2 en 3 in het bestemmingsplan vergroten of verkleinen, of toevoegen of verwijderen, indien daar uit oogpunt van archeologische verwachting aanleiding toe is.

In Artikel 28 zijn overige regels opgenomen. Er is een regel opgenomen met betrekking tot in de andere regels genoemde wet- en regelgeving, een regel omtrent de aanvullende werking van de Bouwverordening en een regel die een rangorde aanbrengt in de verschillende in het bestemmingsplan voorkomende dubbelbestemmingen en gebiedsaanduidingen.

Hoofdstuk 4: Overgangs- en slotregels

In Artikel 29 zijn de overgangsregels opgenomen. De overgangsregels zijn sinds 1 juli 2008 voorgeschreven in het Besluit ruimtelijke ordening. Deze bepalingen zijn overgenomen in dit bestemmingsplan. De overgangsregels voorzien in de overgangsrechtelijke situatie van legale bouwwerken of gebruik. Er is dus geen sprake van legalisering van (voorheen) illegale bouwwerken of gebruik. In de overgangsregels worden verschillende onderwerpen behandeld. Ten eerste overgangsregels ten aanzien van bouwwerken: bouwwerken die op het moment van tervisielegging van het plan legaal aanwezig zijn, mogen blijven bestaan, ook al is er strijd met de bebouwingsregels. Verder overgangsregels ten aanzien van het gebruik: het gebruik van grond en opstallen, dat afwijkt van de regels op het moment waarop het plan rechtskracht verkrijgt, mag gehandhaafd blijven.

In de slotregel Artikel 30 wordt aangegeven onder welke titel de regels van het bestemmingsplan worden aangehaald.

Verbeelding

In aanvulling op de artikelsgewijze toelichting hierboven verdient de verbeelding van het bestemmingsplan op enkele punten eveneens toelichting. Het betreft hier de op de verbeelding gebruikte aanduidingen 'dwarsprofiel' en 'relatie'.

De aanduiding dwarsprofiel is op een aantal plaatsen ter hoogte van de nieuwe waterkering aangebracht. In de regels voor de bestemmingen waarin deze aanduiding voorkomt wordt per dwarsprofiel verwezen naar het dwarsprofiel dat is opgenomen in één van de bijlagen bij de regels. Bij de aanleg en instandhouding van de nieuwe waterkering en de aangrenzende gronden dient het in de bijlagen weergegeven dwarsprofiel in acht te worden genomen. Hiermee wordt de opbouw van de nieuwe waterkering, en daarmee de waterveiligheid van het achterliggende binnendijkse gebied, gewaarborgd.

Op enkele plaatsen op de verbeelding is de aanduiding 'relatie' gebruikt om verschillende exemplaren van dezelfde functieaanduiding met elkaar te verbinden. De betekenis van de aanduiding relatie is dat de op deze manier verbonden functieaanduidingen als één moeten worden gezien. De regels voor de bestemmingen waarin deze aanduiding voorkomt zijn ook zo geformuleerd. Dit heeft tot gevolg dat, hoewel bijvoorbeeld de functieaanduiding 'evenemententerrein' meerdere keren voorkomt, er toch maar één evenemententerrein is toegestaan. Hiermee is beoogd uit te sluiten dat per aanduiding steeds één evenemententerrein is toegestaan.