Plan: | Kom Mijdrecht |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0736.BP005kommijdrecht-oh01 |
Het bestemmingsplan is opgesteld conform de Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen 2008 (SVBP2008). Ter verduidelijking zal hieronder per artikel de bestemmingsregeling worden toegelicht, voor zover hier onduidelijkheden over kunnen ontstaan. Deze toelichting is bedoeld om de verschillende regelingen in onderling verband te kunnen duiden en om de relatie tussen toelichting enerzijds en regels en verbeelding anderzijds aan te geven. De planregels kennen standaard vier hoofdstukken.
Hoofdstuk 1 Inleidende regels
In dit artikel worden de begrippen gedefinieerd, die in de planregels worden gehanteerd. Bij de toetsing aan het bestemmingsplan wordt uitgegaan van de in dit artikel aan de betreffende begrippen toegekende betekenis. Voor zover in de regels begrippen worden gebruikt die niet in dit artikel staan vermeld, wordt aangesloten bij het normale spraakgebruik.
In dit artikel is bepaald hoe de voorgeschreven maatvoering in het plan gemeten moeten worden. Evenals de begripsbepalingen voorkomen de bepalingen inzake de wijze van meten interpretatieverschillen bij de toepassing van de planregels.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Deze bestemming is toegekend aan de bedrijven buiten het centrum van Kom Mijdrecht. Het betreft daarbij de bedrijven aan de Hofland en de Bozenhoven.
Artikel 4 Bedrijf - Nutsvoorziening
Deze bestemming is opgenomen voor de nutsvoorziening aan de Prins Bernhardlaan. Overige kleinere nutsvoorzieningen zijn mogelijk binnen de andere bestemming.
Deze bestemming is gegeven aan de gronden in het centrum. In deze bestemming zijn de volgende functies toegestaan: detailhandel, maatschappelijke voorzieningen, dienstverlening, bedrijfsactiviteiten, horeca, kantoren en wonen.
Ter plaatse van de aanduiding Wro-zone - wijzigingsgebied 1 is het mogelijk om de bestemming Centrum om te vormen naar de bestemming Centrum - 3. Dit betreft de ontwikkeling van de Molenhof. Voor de afwijkende bouwhoogte binnen de ontwikkeling Molenhof is de aanduiding Wro-zone wijzigingsgebied 3 opgenomen. Daarnaast is een aanduiding Wro-zone - wijzigingsgebied 2 opgenomen om de bestemming Centrum te wijzigen naar Centrum - 2. Dit betreft de ontwikkeling van het Haitsmahof.
Deze bestemming is opgenomen voor de detailhandel die zich niet in het centrum bevindt. In deze bestemming is wonen vanaf de eerste verdieping toegestaan.
Aan enkele gronden buiten het centrumgebied is de bestemming gemengd gegeven. In deze bestemming zijn de volgende functies toegestaan: kantoren, maatschappelijk, dienstverlening en wonen. Tevens zijn ter plaatse van de aanduiding ook bedrijven van categorie B toegestaan. Ook horeca - 2 wordt middels een aanduiding toegestaan.
In deze bestemming zijn aanzienlijk minder functies toegestaan dan in de bestemming Gemengd-1. Hier zijn kantoren, maatschappelijke voorzieningen en dienstverlenende bedrijven toegestaan. Ter plaatse van de aanduiding detailhandel is detailhandel uitsluitend toegestaan op de begane grond. Tevens is ter plaatse van de aanduiding wonen uitsluitend wonen vanaf de eerste verdieping toegestaan.
Deze bestemming is opgenomen voor groenstroken in het plangebied. Binnen andere bestemmingen, zoals Verkeer - Verblijfsgebied is ook groen mogelijk gemaakt.
In het plangebied bevinden zich verschillende horecavoorzieningen. Via een differentiatie in horeca van categorie - 1 en 2 zijn deze gronden bestemd.
Deze bestemming is gegeven aan een deel van het bestaande hotel aan de provinciale weg N201. Het andere deel van het hotel valt binnen het plangebied van bestemmingsplan Marickenland. De regels van dit artikel komen qua inhoud overeen met de regels uit bestemmingsplan Marickenland.
Deze bestemming is gegeven aan een aantal maatschappelijke functies in het bestemmingsplan, waaronder kerken, basisschool Driehuis en woonzorgcentra Nieuw Avondlicht/De Kom en Gerardus Majella.
Artikel 13 Verkeer - Verblijfsgebied
De doorgaande wegen en straten in het plangebied hebben zoveel mogelijk de bestemming Verkeer - Verblijfsgebied gekregen. De wegen en straten binnen het centrum van Kom Mijdrecht zijn mogelijk gemaakt in de bestemming Centrum.
De bestemming Water is bedoeld voor het water, de waterhuishouding en waterberging in het plangebied.
Artikel 15 Water - Woonschepenligplaats
De woonschepen in de ligplaats hebben deze bestemming gekregen. Deze bestemming maakt ook de bouw van bouwwerken bij deze woonschepen mogelijk.
De woonbestemming is gegeven aan de woningen in het plangebied. De twee standplaatsen in het noorden van het plangebied hebben ook een woonbestemming gekregen, met dien verstande dat daar een apart regime geldt. Via de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - standplaats' is dat gereguleerd. De praktijkruimte voor fysio en logopedie aan de Bozenhoven 126 en 128 is via de aanduiding 'praktijkruimte' nader geregeld.
Artikel 17 Leiding - Brandstof
De dubbelbestemming Leiding - Brandstof is bedoeld voor een veiligheidszone ten behoeve van de brandstofleidingen die door het plangebied lopen.
Artikel 18 t/m 20 Waarde - Archeologie 1, 2, 3
De dubbelbestemmingen Waarde – Archeologie - 1, 2, 3 beschermen de verschillende archeologische waarden binnen het plangebied. Binnen Waarde - Archeologie 1 is de kans dat archeologische resten gevonden worden vrij groot. Binnen deze bestemming geldt dan ook een omgevingsvergunningplicht voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden over een gebied groter dan 50 m2 en dieper dan 0,30 meter. Binnen Waarde – Archeologie 2 is de kans op archeologische resten kleiner. Een omgevingsvergunning is alleen vereist voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden over een oppervlakte van een plangebied groter dan 100 m2 en dieper dan 0,30 meter. Binnen Waarde - Archeologie 3 is het bekend dat er resten in de grond aanwezig zijn. Hiervoor geldt dan ook een zwaardere regeling. Voor alle grondwerkzaamheden in Waarde - Archeologie 3, ongeacht de oppervlakte, dient een omgevingsvergunning aangevraagd te worden.
Voor Waarde Archeologie 1 en 2 is een specifieke gebruiksregel opgenomen. Hierin is aangegeven dat als er reeds een omgevingsvergunning voor bouwen is verleend op basis van de bouwregels van waarde archeologie 1 en 2 er binnen 24 maanden niet nogmaals een vergunning verleend kan worden. Deze regel is opgenomen om te voorkomen dat er (relatief) grote bouwwerkzaamheden uitgevoerd worden zonder dat hiervoor onderzocht is of er archeologische waarden geschaad worden.
Artikel 21 Waarde - Cultuurhistorie
Ter bescherming van de middeleeuwse copeverkaveling is de dubbelbestemming Waarde – Cultuurhistorie opgenomen. In deze bestemming zijn regels opgesteld waardoor de verkavelingsstructuur niet aangepast kan worden zonder een advies van een cultuurhistorische expert.
Artikel 22 Waterstaat - Waterkering
Ter bescherming van de waterkering is een zone opgenomen, waar in principe geen bouwwerken toegestaan zijn. Bij een positief advies van het waterschap kan door middel van een afwijking wel toestemming worden gegeven voor het oprichten van bouwwerken.
Artikel 23 Waterstaat - Waterloop
Binnen deze bestemming is een beschermingszone van 5 meter opgenomen ter bescherming van de in het plangebied aanwezige waterlopen. In de regels is een bouwverbod opgenomen. Hiervan kan worden afgeweken indien aangetoond is dat de waterloop niet in het geding komt.
Hoofdstuk 3 Algemene regels
Artikel 24 Anti-dubbeltelregel
De anti-dubbeltelregel is bedoeld om te voorkomen dat voor hetzelfde perceel meermaals een omgevingsvergunning wordt verleend. Hierdoor zou de situatie kunnen ontstaan dat er een cumulatie van bebouwing optreedt waardoor de maximale maatvoering in het bestemmingsplan (bijvoorbeeld maximaal vloeroppervlak) in totaliteit wordt overschreden.
Artikel 25 Algemene bouwregels
In dit artikel staan algemene bouwregels, die in het gehele plangebied van toepassing zijn.
Lid 25.1 Aanvullende werking bouwverordening
In de woningwet is bepaald dat de voorschriften van de bouwverordening van toepassing blijven, indien het bestemmingsplan geen regels bevat die hetzelfde onderwerp regelen. Om onbedoelde aanvullende werking van de bouwverordening uit te sluiten, is in Artikel 25 bepaald dat de voorschriften van stedenbouwkundige aard buiten toepassing blijven, op enkele onderwerpen na.
Lid 25.2 Dakopbouw schuin dak
Deze regel bepaald dat het bevoegd gezag een omgevingsvergunning kan verlenen voor het realiseren van een dakopbouw op een schuin dak mits word voldaan aan de regels.
Lid 25.3 Dakopbouw plat dak
Deze regel bepaald dat het bevoegd gezag een omgevingsvergunning kan verlenen voor het realiseren van een dakopbouw op een plat dak mits word voldaan aan de regels.
Lid 25.4 Bestaande afwijkingen
Op veel bouwpercelen is een groter oppervlak aan bijgebouwen aanwezig, dan is toegestaan op grond van de bouwregels bij de bestemmingen. Deze regel bepaalt dat ook het meerdere is toegestaan, zolang dit maar niet wordt vergroot.
Lid 25.5 Ondergeschikte bouwdelen
Deze regel bepaalt dat ondergeschikte bouwdelen buiten toepassing worden gelaten, mits bouw- en bestemmingsgrenzen met niet meer dan twee meter worden overschreden.
Lid 25.6 Karakteristiek
Ter plaatse van de aanduiding karakteristiek gelden regels ten behoeve van het behoud van de uitwendige hoofdvorm van een pand. Deze aanduiding is opgenomen voor MIP-panden
Artikel 26 Algemene gebruiksregels
In dit artikel staan enkele gebruiksregels die van toepassing zijn in het gehele plangebied. Naast het gebruik als opslagterrein of afvalverzamelplek wordt het gebruik van recreatieverblijven als permanente woningen en het afmeren van woonschepen buiten de daartoe bestemde plekken als strijdig gebruik aangemerkt. Verder is geregeld dat de oever bij een woonschip voor bijbehorende tuinen en erven in gebruik mag worden genomen, ook al zijn deze gronden niet bestemd als ‘Water - Woonschepenligplaats’.
Artikel 27 Algemene aanduidingsregels
In dit artikel zijn de regels voor monumentale bomen (specifieke vorm van waarde - groeiplaats boom) en behoud en herstel van cultuurhistorische waarden opgenomen.
Artikel 28 Algemene afwijkingsregels
Dit artikel geldt als flexibiliteitsbepaling. Er worden enkele gevallen genoemd, waarin in afwijking van de regels van het bestemmingsplan toch een omgevingsvergunning kan worden verleend. Het gaat om beperkte afwijkingen van de genoemde maten en het bouwen van nutsvoorzieningen en telecommunicatiemasten.
Artikel 29 Algemene wijzigingsregels
Deze bevoegdheid heeft betrekking op het aanbrengen van wijzigingen in de plaats, richting en/of afmetingen van bestemmingsgrenzen, bouwgrenzen en/of aanduidingen. Daarnaast is tevens een wijzigingsmogelijkheid opgenomen voor het wijzigen van de Staat van Bedrijfsactiviteiten.
Artikel 30 Algemene procedureregels
Dit artikel geeft regels voor de toepassing van de opgenomen nadere eisen regeling.
In dit artikel is geregeld dat voor zover er in de regels wordt verwezen naar wet of andere regelgeving, dient te worden uitgegaan van het document dat van kracht is op het moment van de tervisielegging van het ontwerp van dit plan.
Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels
In dit artikel staan de regels, die betrekking hebben op het overgangsrecht: bouwwerken die op het moment van tervisielegging van het plan bestaan, mogen blijven bestaan, ook al is er strijd met de in het nieuwe plan gegeven bebouwingsregels.
De regel geeft aan op welke wijze de regels van het bestemmingsplan kunnen worden aangehaald.