direct naar inhoud van Toelichting
Plan: Herziening Buitengebied 2013
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Aanleiding

Het vigerende bestemmingsplan 'Buitengebied 2013' van de gemeente Vaals is vastgesteld op 9 januari 2014 en daarna, in verband met een aantal ruimtelijke ontwikkelingen, gerepareerd op 29 juni 2015. Nu het (gerepareerde) bestemmingsplan 'Buitengebied 2013' van de gemeente Vaals al enkele jaren 'in gebruik' is, zijn daarin enkele omissies geconstateerd. Tevens is gebleken dat de verbeelding en de regels van het geldende bestemmingsplan op een aantal punten niet geheel op elkaar aansluiten; er zijn discrepanties tussen de verbeelding en de regels geconstateerd. Bovendien zijn er in de afgelopen periode binnen de gemeente Vaals nieuwe ontwikkelingen en (particuliere) initiatieven geweest, die om een planologisch-juridische verankering vragen. Derhalve is besloten het vigerende bestemmingsplan 'Buitengebied 2013' te herzien.

Daarbij geldt als uitgangspunt dat het (vastgestelde) bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013' een actueel, uitvoerbaar en handhaafbaar planologisch-juridisch kader vormt, dat een eventuele toetsing door de bestuursrechter kan doorstaan.

1.2 Ligging plangebied

Het plangebied omvat het merendeel van het buitengebied van de gemeente Vaals. In onderstaande afbeelding is het plangebied in breder verband te zien.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0001.png"

Afbeelding 1: Plangebied bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013'

Het plangebied 'Herziening Buitengebied 2013' wordt 'aan de buitenzijde' deels begrensd door de gemeentegrens - die gedeeltelijk ook landsgrens is - en de komgrens van de kern Vaals. De stedelijke gebieden Lemiers, Vaals en Vijlen vallen buiten het plangebied.

1.3 Bestemmingsplan 'Buitengebied' en 'Buitengebied 2013'

Het (oude) bestemmingsplan 'Buitengebied' is door de raad van de gemeente Vaals op 16 april 2012 vastgesteld. Tegen dit bestemmingsplan is vervolgens beroep ingesteld bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (hierna: de 'Afdeling'), die op 13 maart 2013 uitspraak heeft gedaan (zaaknummer 201206742/1/R1). Het beroep is gedeeltelijk gegrond verklaard en het besluit van de gemeenteraad is gedeeltelijk vernietigd. Daarnaast is gebleken dat de juridische regeling, zoals deze in het bestemmingsplan 'Buitengebied' was vastgelegd, in de praktijk niet voldoende aansloot op de regeling zoals deze door de gemeente Vaals was voorzien. Derhalve is ervoor gekozen het bestemmingsplan 'Buitengebied' integraal te herzien. Deze herziening leidde tot de vaststelling van het bestemmingsplan 'Buitengebied 2013', op 9 januari 2014. Om een aantal ruimtelijke ontwikkelingen in dit bestemmingsplan te kunnen verankeren, is op 29 juni 2015 het herstelbesluit 'Buitengebied 2013' genomen.

1.4 Leeswijzer

Na dit inleidende hoofdstuk wordt in Hoofdstuk 2 beschreven welke planverbeteringen worden meegenomen in het bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013'. In Hoofdstuk 3 worden de nieuwe ontwikkelingen toegelicht. Hoofdstuk 4 gaat in op het vigerende rijks-, provinciale, regionale en gemeentelijke beleidskader en op de relevante sectorale aspecten. In Hoofdstuk 5 komt de juridische opzet aan de orde. In hoofdstuk 6 wordt vervolgens stilgestaan bij de economische en maatschappelijke haalbaarheid van het voorliggende bestemmingsplan. De procedure die ten behoeve van de vaststelling van het bestemmingsplan moet worden doorlopen, komt aan de orde in hoofdstuk 7.

Hoofdstuk 2 Planverbeteringen

2.1 Inleiding

Het vigerende bestemmingsplan 'Buitengebied 2013 van de gemeente Vaals is op 9 januari 2014 vastgesteld en op 29 juni 2015 gerepareerd. In de periode daarna zijn in dit bestemmingsplan een aantal omissies geconstateerd. Tevens is vastgesteld dat er discrepanties tussen de verbeelding en de regels van het bestemmingsplan bestaan. Met voorliggende herziening worden deze omissies hersteld en worden de discrepanties tussen de verbeelding en de regels opgelost. In de volgende paragrafen worden de wijzigingen die in dit verband op de verbeelding en in de planregels zijn aangebracht, nader toegelicht.

2.2 Herstel omissies

In de afgelopen periode zijn een aantal omissies in het vigerende bestemmingsplan 'Buitengebied 2013' geconstateerd. Tevens is vastgesteld dat er discrepanties tussen de verbeelding en de regels van het bestemmingsplan bestaan.

2.2.1 Recreatiewoningen diverse locaties

Voor diverse locaties binnen het buitengebied is op de verbeelding van het vigerende bestemmingsplan de aanduiding 'maatvoering, vrije tekst, ...' opgenomen (zie Bijlage 1 bij deze toelichting). In de planregels is geen bepaling opgenomen, die overeenkomt met deze aanduiding. Vanwege deze aanduiding kan voor de betreffende locaties uit de verbeelding in combinatie met de regels bovendien niet worden opgemaakt, om hoeveel recreatiewoningen het gaat. Op de verbeelding bij het bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013' worden de aanduidingen 'maatvoering, vrije tekst, ...' bij de locaties zoals opgenomen in het overzicht op Bijlage 1 aangepast. Per locatie wordt de aanduiding 'recreatiewoning' of 'maximum aantal recreatiewoningen' opgenomen.

Aanpassingen

  • op de verbeelding de aanduiding 'maatvoering, vrije tekst, ...' bij de locaties zoals opgenomen in het overzicht op Bijlage 1 nader invullen en de aanduiding 'vrije tekst' vervangen door 'maximum aantal recreatiewoningen - ...';
  • de planregels van de betreffende bestemmingen worden gewijzigd, waarbij recreatiewoningen zijn toegestaan uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'recreatiewoning' of 'maximum aantal recreatiewoningen';
  • de aanduidingen 'recreatiewoning' en 'maximum aantal recreatiewoningen' in artikel 15.2.3 onder a worden afzonderlijk, in artikel 15.2.3 onder a (nieuw) en b (nieuw), opgenomen. De regels worden zodanig geredigeerd, dat een eenduidige regeling ontstaat, waarmee zowel de aanwezigheid en het gebruik van recreatiewoningen wordt geregeld, als het maximum aantal.
2.2.2 Lemierserberg 23 - Vaals

In het vigerende bestemmingsplan is voor de locatie Lemierserberg 23 te Vaals - camping Hoeve de Gastmolen - met bestemming 'Recreatie', ter plaatse van het sanitairgebouw op de verbeelding wel een aanduiding voor de maatvoering, maar geen bouwvlak opgenomen. Voor de overige gebouwen op deze locatie is wel een bouwvlak opgenomen. Gezien de planregels, dient voor elk gebouw binnen de bestemming 'Recreatie' een bouwvlak aanwezig te zijn.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0002.png"

Lemierserberg 23, bestemming 'Recreatie' (bouwvlak)

Aanpassing

  • op de verbeelding een bouwvlak, met de aangeduide maatvoering, conform de contouren van het feitelijk aanwezige gebouw opnemen;
  • de gronden die ten onrechte aangewezen zijn in het bestemmingsplan 'Buitengebied 2013' worden herbestemd, om de bouwaanduidingen hier te verwijderen.
2.2.3 Begripsbepalingen agrarisch grondgebruik en houtopstand

In Hoofdstuk 1 van het vigerende bestemmingsplan zijn de begrippen 'agrarisch grondgebruik' en 'houtopstand' niet gedefinieerd. Aangezien deze begrippen een aantal malen in de planregels voorkomen en een uniforme uitleg daarvan wordt beoogd, worden deze begrippen toegevoegd aan artikel 2 van de planregels.

Aanpassingen

  • in artikel 2.12 van de regels het begrip 'agrarisch grondgebruik': het gebruiken van gronden ten behoeve van een agrarisch productiefunctie' opnemen;
  • in artikel 2.60 van de regels het begrip 'houtopstand': meerdere bomen en/of andere houtachtige gewassen, onderdeel uitmakend van hakhout, een houtwal, een begroeiing van heesters en struiken, bosplantsoen, een struweel of een heg.
2.2.4 Lemierserberg 35-37 - Vaals

In het vigerende bestemmingsplan is voor de locatie Lemierserberg 35-37 (Vaalserhof appartementen) met bestemming 'Recreatie' per abuis enkel een maatvoeringsaanduiding met de tekst 'vrije tekst 7' op de verbeelding opgenomen. De maatvoeringsaanduiding heeft voor deze locatie betrekking op het maximum aantal appartementen dat ter plaatse, binnen de aanduiding, aanwezig mag zijn. Op grond van een individuele procedure is het aantal recreatie-appartementen vastgelegd op totaal 15. De vakantie appartementen zijn verdeeld over 2 gebouwen. Voor deze gebouwen worden afzonderlijk de aanduidingen 'maximum aantal recreatiewoningen - 9' en 'maximum aantal recreatiewoningen - 6' opgenomen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0003.png"

Lemierserberg 35-37, bestemming 'Recreatie' (maatvoering: vrije tekst 7)

Aanpassing

  • op de verbeelding de aanduiding voor maximaal 9 appartementen voor één van de gebouwen opnemen;
  • op de verbeelding de aanduiding voor maximaal 6 appartementen voor een ander van de gebouwen opnemen;
2.2.5 Harles 5a - Vijlen

In het vigerende bestemmingsplan is voor de locatie Harles 5a te Vijlen met bestemming 'Wonen' per abuis enkel een maatvoeringsaanduiding met de tekst 'vrije tekst 1' op de verbeelding opgenomen. De maatvoeringsaanduiding heeft voor deze locatie betrekking op het maximum aantal appartementen dat ter plaatse, binnen de aanduiding, aanwezig mag zijn.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0004.png"

Harles 5a, bestemming 'Wonen', (maatvoering: vrije tekst 1)

Aanpassing

  • op de verbeelding voor deze locatie de aanduiding 'maatvoering, vrije tekst' vervangen door 'recreatiewoning'.
2.2.6 Cottessen 8 - Vijlen

In het geldende bestemmingsplan is voor het meest rechtse gebouw op de locatie Cottessen 8 met bestemming 'Recreatie' de maatvoering 'vrije tekst 3' op de verbeelding opgenomen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0005.png"

Cottessen 8, bestemming 'Recreatie' (maatvoering: vrije tekst 3)

Aanpassing

  • op de verbeelding voor deze locatie de correcte maatvoering en omschrijving voor het meest rechtse gebouw opnemen.
2.2.7 Rott 30-32 - Vijlen

In het vigerende bestemmingsplan 'Bestemmingsplan Buitengebied 2013, Partiële herziening Rott 26 t/m 40' (vastgesteld 6 februari 2017) zijn voor de locatie Rott 30-32 te Vijlen met bestemming 'Wonen' per abuis twee wooneenheden en een recreatiewoning opgenomen. Dit moeten een woning en twee recreatiewoningen zijn. Ter plaatse zijn namelijk één woning en twee recreatiewoningen vergund en aanwezig. De regeling wordt overeenkomstig de feitelijke en vergunde situatie aangepast.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0006.png"

Rott 30-32, bestemming 'Wonen'

Aanpassing

  • op de verbeelding voor deze locatie een woning en twee recreatiewoningen opnemen (aanduiding en maatvoering wijzigen).
2.2.8 Oud Lemiers 16 - Lemiers

In het vigerende bestemmingsplan is aan de locatie Oud Lemiers 16 te Lemiers (de Catharinakapel) de bestemming 'Wonen' toegekend. Dit had de bestemming 'Maatschappelijk' moeten zijn. De aangrenzende locatie, die nu de bestemming 'Maatschappelijk' heeft, dient overeenkomstig de feitelijke en vergunde situatie de bestemming 'Wonen' met 2 woonvlakken krijgen. Per abuis zijn de betreffende bestemmingen in het geldend plan omgewisseld.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0007.png"

Oud Lemiers 16 e.o., bestemming 'Wonen' en 'Maatschappelijk'

Aanpassingen

  • op de verbeelding voor deze locatie de bestemming 'Wonen' wijzigen in 'Maatschappelijk' met de daarbij behorende aanduidingen 'religie' en 'bedrijfswoning uitgesloten';
  • op de verbeelding voor de aangrenzende locatie de bestemming 'Maatschappelijk' wijzigen in 'Wonen' met twee woonvlakken.
2.2.9 Holset 10 - Lemiers

De locatie Holset 10 te Lemiers heeft de bestemming 'Wonen'. Het bestaande boerderijpand op deze locatie is gesplitst in 2 wooneenheden. Voor elk van de locaties wordt een afzonderlijke woonbestemming toegekend.

Gezien de ligging ten opzichte van de openbare weg is het op het meest zuidelijke perceel uitsluitend mogelijk een bijbehorend bouwwerk te realiseren vóór de voorgevellijn. Om dit specifiek voor deze locatie mogelijk te maken, wordt een specifieke bouwaanduiding toegekend: 'specifieke bouwaanduiding - bouwen voor de voorgevel 5'. Dit wordt verankerd in de planregels en hier wordt tevens vastgelegd dat de maximale oppervlakte van bijbehorende bouwwerken voor de voorgevellijn 75 m2 mag bedragen.

De verbeelding wordt zodanig aangepast, dat alle bestaande, vergunde bebouwing binnen de woonbestemming is gelegen. Op dit moment is in de noordoosthoek sprake van een omissie.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0008.png"

Holset 10, bestemming 'Wonen'

Aanpassingen

  • toekennen van 2 woonbestemmingen op de verbeelding;
  • toestaan van bijbehorende bouwwerken voor de voorgevel op het zuidelijk bestemmingsvlak door middel van een aanduiding op de verbeelding en een specifieke bepaling in de regels (artikel 15.2 a onder 4);
  • omvang woonbestemming afstemmen op aanwezige, vergunde bebouwing.
2.2.10 Holset 51-61 - Vijlen

De locatie Holset 51-61 te Vijlen heeft gedeeltelijk de bestemming 'Wonen' (2 woningen en 2 recreatiewoningen, gelegen aan Holset 51 en 53 met 53a en b) en gedeeltelijk de bestemming 'Natuur - Landgoed' (4 woningen en 1 recreatiewoning, gelegen aan Holset 55, 57, 59, 61).

Op de verbeelding van het geldende bestemmingsplan is voor de locatie Holset 55-61 in het bouwvlak de aanduiding '-bw' (bedrijfswoning uitgesloten) opgenomen, terwijl in het deel van het pand met de bestemming 'Natuur - Landgoed' vier burgerwoningen zijn gelegen. Ook zijn ter plaatse recreatiewoningen aanwezig. Zowel de verbeelding als de planregels moeten in overeenstemming worden gebracht met de feitelijke en vergunde situatie ter plaatse.

Het overige deel is bestemd als 'Wonen'. Voor deze locatie zijn op de verbeelding van het geldende bestemmingsplan 2 woningen opgenomen. Naast deze woningen zijn in dit deel van de bebouwing recreatiewoningen aanwezig.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0009.png"

Holset 55-61, bestemming 'Natuur - Landgoed', Holset 51 - 53, bestemming 'Wonen'

Aanpassing

  • binnen het bouwvlak van de bestemming 'Natuur - Landgoed' het maximale aantal wooneenheden vastleggen op vier. Daarbij gaat het om reguliere burgerwoningen met recreatiewoningen (rw). Bedrijfswoningen blijven voor deze locatie uitgesloten (-bw);
  • binnen het bestemmingsvlak 'Wonen' worden twee woningen, twee recreatiewoningen (Holset 53) en bed and breakfast (Holset 51) mogelijk gemaakt door middel van aanduidingen;
  • in artikel 10.2.1 onder c: 'maximum aantal wooneenheden' vervangen door 'recreatiewoning' en 'maximum aantal recreatiewoningen';
  • in artikel 10.2.1 onder d invoegen: woningen, slechts indien op de verbeelding een maximum aantal wooneenheden is opgenomen, waarbij dit aantal woningen maximaal is toegestaan. Voor die locaties waar geen aanduiding voor het maximum aantal woningen is opgenomen, zijn (burger-)woningen niet toegestaan.
2.2.11 Harles 14 - Vijlen

In het vigerende bestemmingsplan komt voor de locatie Harles 14 te Vijlen de weergave van de bestemming 'Wonen' op de verbeelding niet overeen met de feitelijke eigendomssituatie. De aanduiding 'wonen uitgesloten' is niet opgenomen, zodat op deze locatie meerdere woningen zijn toegestaan, terwijl ter plaatse slechts één woning vergund en aanwezig is.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0010.png"

Harles 14, bestemming 'Wonen'

Aanpassing

  • op de verbeelding beide woonbestemmingen samenvoegen tot één bestemmingsvlak 'Wonen', waar maximaal één woning is toegestaan.
2.2.12 Melleschet 61 - Vijlen

In het vigerende bestemmingsplan is voor de locatie Melleschet 61 te Vijlen met bestemming 'Wonen' ten zuiden van de stal een separaat woonvlak op de verbeelding opgenomen. Voor dit separate woonvlak is geen aanduiding 'wonen uitgesloten' opgenomen, waardoor het mogelijk is om een nieuwe woning te bouwen. Dit is echter niet wenselijk, omdat dit zou leiden tot een ongewenste verstening van het buitengebied. Bovendien zijn nieuwe woningen conform beleid alleen nog in de kernen toegestaan.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0011.png"

Melleschet 61, bestemming 'Wonen' (aanduiding 'Wonen uitgesloten' niet opgenomen)

Aanpassing

  • op de verbeelding voor het separate woonvlak de aanduiding 'wonen uitgesloten' opnemen.
2.2.13 Holset 48-54 - Vijlen

In het vigerende bestemmingsplan zijn voor de locaties Holset 48 tot en met 54 te Vijlen een kleine en een grote bestemming 'Horeca' op de verbeelding opgenomen. Deze bestemmingen 'Horeca' hebben zowel betrekking op de woning en het bedrijf, gelegen aan Holset 48, als op de bedrijfspanden, gelegen aan Holset 52 - 54. De bedrijfspanden, gesitueerd aan Holset 52 - 54, behoren echter toe aan een andere eigenaar. De horecabestemmingen zijn niet correct opgenomen. Op deze locaties is namelijk sprake van drie afzonderlijke horecabestemmingen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0012.png"  

Holset 48-50, bestemming 'Horeca'

Aanpassing

  • op de verbeelding separate horeca-bestemmingen toekennen voor de locaties Holset 48, 52 en 54 zodat duidelijk is dat dit gescheiden percelen zijn en inrichtingen die apart van elkaar geëxploiteerd worden. Voor elk van de drie aparte vlakken, de bestemming 'Horeca' opnemen.
2.2.14 Camerig 13 - Vijlen

In het vigerende bestemmingsplan zijn voor de locatie Camerig 13 te Vijlen met bestemming 'Wonen' twee woonvlakken op de verbeelding opgenomen. Omdat per bestemmingsvlak één woning is toegestaan, is het in beginsel mogelijk om binnen dit bouwvlak een (extra) woning te bouwen. Dit is niet wenselijk, omdat dit zou leiden tot een ongewenste verstening van het buitengebied. Bovendien zijn nieuwe woningen conform beleid alleen nog in de kernen toegestaan.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0013.png"

Camerig 13, bestemming 'Wonen'

Aanpassing

  • op de verbeelding beide woonvlakken samenvoegen tot één bestemmingsvlak 'Wonen'.
2.2.15 Synchroniseren begrip 'speelveld'

In de regels van het vigerende bestemmingsplan is in artikel 7.1 onder g (bestemming 'Maatschappelijk') aangegeven, dat een activiteitenplein mogelijk is voor zover dit op de verbeelding door middel van de functieaanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - speelveldje' is aangegeven. In de digitale legenda bij het plein aan de Heuvel wordt gesproken over een 'specifieke vorm van maatschappelijk - speelveld'.

Aanpassing

  • in artikel 8.1 onder h van de planregels (bestemming 'Maatschappelijk) 'specifieke vorm van maatschappelijk - speelveldje' wijzigen in 'specifieke vorm van maatschappelijk - speelveld' teneinde de terminologie te synchroniseren. Deze wijziging eveneens doorvoeren in de bouwregels (artikel 8.2).
2.2.16 Mamelisserweg 9 - Vijlen

Voor de locatie Mamelisserweg 9 te Vijlen met de bestemming 'Maatschappelijk' wordt in de verbeelding van het vigerende bestemmingsplan verwezen naar artikel 8.2.1 onder d (bedrijfsgebouwen) van de planregels. In dit artikel is twee keer een maximaal toegestane goothoogte (8,00 meter respectievelijk 11,00 meter) opgenomen. Het betreffende perceel heeft twee vlakken met een maatschappelijke functie en de functieaanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - zorgappartement'. Op grond van de huidige juridisch-planologische regeling is niet duidelijk, welke hoogte voor welk gebouw geldt.
Voor het meest linkse gebouw bedraagt de maximale goothoogte 11,00 meter en voor het rechter gebouw geldt de maximale goothoogte van 8,00 meter. Deze maatvoeringen zijn echter niet op de verbeelding van het vigerende bestemmingsplan opgenomen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0014.png"

Mamelisserweg 9, bestemming 'Maatschappelijk'

Aanpassing

  • op de verbeelding voor de aanwezige zorgappartementen de maatvoeringen met betrekking tot de maximaal toegestane goothoogte (8,00 respectievelijk 11,00 meter) opnemen;
  • artikel 8.2.1 onder d als volgt aanpassen: ter plaatse van de aanduiding 'maximum goothoogte' mag de goothoogte niet meer bedragen dan op de verbeelding is aangegeven.
2.2.17 Harles 20 - Vijlen

Voor de locatie Harles 20 te Vijlen met bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en landschap' is op de verbeelding van het geldende bestemmingsplan het verkeerde gebouw voorzien van de dubbelbestemming 'Waarde - Cultuurhistorie' (WR-C).

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0015.png"

Harles 20, bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en landschap'

Aanpassing

  • voor de locatie Harles 20 te Vijlen op de verbeelding het juiste gebouw voorzien van de dubbelbestemming 'Waarde - Cultuurhistorie' (WR-C).
2.2.18 Dubbelbestemmingen 'Waarde - Archeologie': verstoringsdiepte

In opdracht van de gemeente Vaals heeft onderzoeksbureau BAAC in 2010 een archeologische inventarisatie voor het gehele grondgebied van de gemeente uitgevoerd en vervolgens een archeologische verwachtings- en beleidsadvieskaart opgesteld (BAAC-rapport V-09.0023). Op de verwachtingskaart staan naast de reeds bekende archeologische waarden ook de te verwachten archeologische waarden in de vorm van zones met een bepaalde trefkans. In het vigerende bestemmingsplan is de archeologische verwachtingskaart vertaald in regels ter bescherming van eventueel aanwezige archeologische waarden, door bij bodemverstorende activiteiten archeologisch onderzoek te verplichten.

In de regels van het vigerende bestemmingsplan, onder de dubbelbestemmingen 'Waarde - Archeologie', is de toegestane verstoringsdiepte niet correct opgenomen. De maximaal toegestane verstoringsdiepte die binnen de bebouwde kom geldt (0,50 meter) is verwisseld met de verstoringsdiepte die buiten de bebouwde kom geldt (0,30 meter).

In artikel 20.2.1 onder c, artikel 21.2.1 onder c en artikel 22.2.1 onder c moet de toegestane verstoringsdiepte binnen de bebouwde kom 0,50 meter en buiten de bebouwde kom 0,30 meter zijn. In artikel 23.2.1 onder c, artikel 24.2.1 onder c en artikel 25.2.1 onder b moet de toegestane verstoringsdiepte binnen de bebouwde kom (eveneens) 0,50 meter en buiten de bebouwde kom 0,40 meter zijn.

Aanpassing

  • in de regels van de dubbelbestemmingen 'Waarde - Archeologie' de correcte waarde voor de maximaal toegestane verstoringsdiepte opnemen zoals hierboven aangegeven.
2.2.19 Gemmenicherweg 61 - Vaals

Het perceel, gelegen aan de Gemmenicherweg 61 te Vaals, behoort samen met het kadastrale perceel dat twee percelen noordelijker ligt (sectie B, nummer 2497), toe aan dezelfde eigenaar. Op de verbeelding van het vigerende bestemmingsplan is tussen deze beide percelen geen koppeling aangebracht. Met het oog op een eventuele verkoop van het noordelijke perceel als separaat woningbouwkavel wil de gemeente dit perceel voorzien van de aanduiding 'Wonen uitgesloten' (-w). Separate verkoop als zelfstandig woningbouwkavel is niet wenselijk, omdat nieuwe woningen conform beleid alleen nog in de kernen zijn toegestaan. Daarnaast zou dit leiden tot een ongewenste verstening van het buitengebied.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0016.png"

Gemmenicherweg 61, bestemming 'Wonen'

Aanpassing

  • op de verbeelding voor het perceel (sectie B, nummer 2947) de aanduiding 'wonen uitgesloten' (-w) opnemen;
2.2.20 Rott 61 - Vijlen

Op de verbeelding van het vigerende bestemmingsplan zijn voor de locatie Rott 61 te Vijlen met bestemming 'Recreatie' de aanduidingen 'maximaal aantal recreatiewoningen - 4' en 'bedrijfswoning' opgenomen. Op 31 augustus 1992 is door het college van burgemeester en wethouders voor deze locatie echter een (gewijzigde) vergunning verleend voor de verbouw van de (voormalige) boerderij tot 1 bedrijfswoning en 5 recreatiewoningen, die conform deze vergunning zijn gerealiseerd. De situatie zoals deze feitelijk is, komt dus niet overeen met de situatie zoals deze op de verbeelding van het vigerende bestemmingsplan is opgenomen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0017.png"

Rott 61, bestemming 'Recreatie'

Aanpassing

  • voor de locatie Rott 61 te Vijlen op de verbeelding de aanduiding 'maximaal aantal recreatiewoningen - 5' alsmede de aanduiding ' bedrijfswoning' (bw) opnemen;
  • in artikel 11.2 onder c van de regels het woordje 'wooneenheden' vervangen door 'recreatiewoningen'. Artikel 11.2 onder c eveneens aanpassen, zodat het maximum aantal recreatiewoningen wordt begrensd overeenkomstig de aanduiding op de verbeelding.
2.2.21 Oud Lemiers 23 - Lemiers

De eigenaar van de woning, gelegen op de locatie Oud Lemiers 23 te Lemiers, is niet tevens eigenaar van het perceel met kadastraal nummer 735. Het perceel met nummer 735 behoort toe aan de eigenaar van het perceel, gelegen aan Oud Lemiers 17. De eigendomsverhouding komt niet overeen met de situatie zoals deze op de verbeelding van het vigerende bestemmingsplan is weergegeven.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0018.png"

Aanpassing

  • op de verbeelding het perceel, gelegen voor de locatie Oud Lemiers 23, loskoppelen van dit perceel en de aanduiding 'wonen uitgesloten' (-w) opnemen.
2.2.22 Vijlenstraat 59 - Vijlen

Op de verbeelding van het vigerende bestemmingsplan zijn de woonbestemmingen voor de locatie Vijlenstraat 59 te Vijlen alsmede voor het daartegenover gelegen perceel in vergelijking met de situatie op de verbeelding bij het (oude) bestemmingsplan Buitengebied uit 2012 te ruim opgenomen. Op de verbeelding van het bestaande bestemmingsplan gaan de grenzen van de bestemming 'Wonen' zelfs over de kadastrale grenzen heen. Deze situatie is niet wenselijk. Op de verbeelding bij het bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013' wordt aangesloten bij de situatie zoals deze was opgenomen op de verbeelding bij het bestemmingsplan 'Buitengebied' uit 2012.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0019.png"

Vijlenstraat 59, bestemming 'Wonen'

Aanpassing

  • voor de locatie Vijlenstraat 59 en het daartegenover gelegen perceel op de verbeelding de grenzen voor de bestemming 'Wonen' aanpassen, overeenkomstig de regeling zoals deze was opgenomen in het bestemmingsplan 'Buitengebied'.
2.2.23 Paragraaf 4.6.6 toelichting: voorziening van openbaar nut

Volgens paragraaf 4.6.6 in de toelichting van het vigerende bestemmingsplan komen gebouwde voorzieningen van openbaar nut in het buitengebied van Vaals niet voor. Dit is niet correct.

Aan de Viergrenzenweg is een bebouwde nutsvoorziening gelegen, in het beheer bij WML. Op de verbeelding (aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - nutsvoorzieningen') en in de planregels (artikel 9.1 onder o, artikel 9.2 onder b en artikel 9.2.3) is de voorziening wel geregeld. Met deze paragraaf is ook paragraaf 4.6.6 van de toelichting hersteld.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0020.png"

Omgeving Viergrenzenweg, bestemming 'Natuur', aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - nutsvoorziening' (en enkele andere aanduidingen)

Aanpassing

  • Met voorstaande toelichting is paragraaf 4.6.6 van de toelichting van het vigerend plan 'Buitengebied 2013' hersteld. De regeling is reeds correct opgenomen op de verbeelding en in de planregels.
2.2.24 Holset 17 (19) - Lemiers

Op de verbeelding bij het vigerende bestemmingsplan is aan de locatie Holset 17 (19) de bestemming 'Wonen' toegekend. Voor deze locatie is in 1995 een vergunning verleend, waarbij het voorste gebouw op dit perceel eveneens als woning is vergund. Als gevolg daarvan zijn er nu twee woningen binnen 1 woonvlak gesitueerd. Deze situatie is in strijd met het geldende bestemmingsplan.

Om recht te doen aan de feitelijke situatie dient het perceel Holset 17 (19) overeenkomstig de kadastrale percelen te worden gesplitst in twee afzonderlijke woonvlakken.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0021.png"

Holset 17 (19), bestemming 'Wonen'

Aanpassing

  • op de verbeelding het perceel Holset 17 (19) overeenkomstig de kadastrale percelen splitsen in twee afzonderlijke woonvlakken.
2.2.25 Oud Lemiers 28 - Lemiers

Volgens de verbeelding van het vigerende bestemmingsplan heeft de locatie Oud Lemiers 28 te Lemiers de bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en landschap'. Het agrarische bouwvlak loopt op deze verbeelding echter over het aangrenzende perceel heen. Het aangrenzende perceel heeft een andere eigenaar. Deze situatie wordt in het bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013' hersteld, door aan te sluiten bij de feitelijke situatie, zoals deze uit de kadastrale gegevens blijkt.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0022.png"

Oud Lemiers 28, 'Agrarisch met waarden - Natuur en landschap'

Aanpassing

  • op de verbeelding aansluiten bij de feitelijke situatie zoals deze uit de kadastrale gegevens blijkt en twee afzonderlijke bouwvlakken opnemen.
2.2.26 Lemiers-Rijksweg 122, 124 en 126 - Lemiers

Op de bedrijfsbestemming Lemiers-Rijksweg 122, 124 en 126 zijn 2 bedrijfswoningen en 1 kantoor vergund (besluit van Burgemeester en wethouders van de gemeente Vaals d.d. 25 november 1996) en gevestigd. Deze toegestane en feitelijke situatie is juridisch-planologisch niet correct verankerd in het bestemmingsplan 'Buitengebied 2013'. Het toegestane aantal woningen en de toegestane kantoorfunctie dienen opgenomen te worden in voorliggende herziening.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0023.png"

Aanpassing

  • toevoegen aanduiding 2 bedrijfswoningen
  • toevoegen aanduiding 'kantoor'

2.2.27 Geluidzone kartbaan Vaals

Aan de noordzijde van de kern Vaals is een (buiten-)kartbaan gelegen. De kartbaan is geregeld in het bestemmingsplan 'Selzerbeek'. De provincie Limburg heeft, als bevoegd gezag voor de inrichting een geluidzone vastgesteld. Deze zone is deels over de gronden in het buitengebied gelegen. Per abuis is de zone niet opgenomen in het bestemmingsplan 'Buitengebied 2013'. De zone wordt in voorliggende herziening verankerd op de verbeelding en vastgelegd in de regels.

Aanpassing

  • opnemen van de gebiedsaanduiding 'geluidzone - kartbaan' voor de relevante gronden;
  • verankering van de bijbehorende regeling in artikel 38.4.
2.2.28 Paragraaf 4.6.4 toelichting: Wonen

Volgens paragraaf 4.6.4 van de toelichting van het vigerende bestemmingsplan mogen woningen inclusief bijbehorende bouwwerken niet groter zijn dan 750 m3. De beoogde en opgenomen regeling is echter dat dit geldt voor nieuw te bouwen woningen. Deze mogen niet groter zijn dan 750 m3. Na oprichting/ bestaande woningen mogen worden vergroot met bijbehorende bouwwerken, voor zover passend binnen de bouwregels.
Met deze paragraaf is paragraaf 4.6.4 van de toelichting hersteld/ aangevuld.

Aanpassing

  • Met voorstaande toelichting is paragraaf 4.6.4 van de toelichting van het vigerend plan 'Buitengebied 2013' hersteld/ aangevuld. De regeling is reeds correct opgenomen in de planregels.
2.2.29 Tekstuele onvolkomenheden

Bij het doornemen van het plan, zijn enkele onvolkomenheden in de tekst (typefouten ed.) en structuur (onjuist verwijzingen ed. ) geconstateerd. Deze zijn in voorliggend plan hersteld. Deze wijzigingen hebben geen invloed op de inhoud van het plan.

2.3 Actualiseringen en wijzigingen

2.3.1 Mogelijkheden plat afdekken van gebouwen

In de regels van het vigerende bestemmingsplan is geen algemene afwijkingsmogelijkheid voor platte daken bij woningen opgenomen. Artikel 39.1 onder c voorziet enkel in een mogelijkheid voor het plat afdekken van gebouwen, mits de noodzaak daartoe vanuit bedrijfseconomisch oogpunt is aangetoond. In andere plannen van de gemeente Vaals is wel een meer specifieke regeling voor het plat afdekken van woningen aanwezig.

Om meer eenheid te brengen in de verschillende plannen, wordt ervoor gekozen de bestaande algemene afwijkingsbevoegdheid ook meer op woningen van toepassing te laten zijn, door het aanvullen van de planregels. De voorwaarden bij de algemene afwijkingsbevoegdheid worden van elkaar losgekoppeld, waardoor ook uitsluitend stedenbouwkundige en ruimtelijke karaktereigenschappen leidend kunnen zijn in de afweging.

Aanpassing

  • artikel 39.1 onder c zodanig wijzigen dat bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van de planregels ten behoeve van het plat afdekken van een gebouw, mits het stedenbouwkundig beeld en de ruimtelijke kwaliteit alsmede cultuurhistorische- en landschappelijke waarden niet worden aangetast, en/of de noodzaak daartoe vanuit bedrijfseconomisch oogpunt is aangetoond.
2.3.2 Groenenweg 20a

De locatie Groenenweg 20 te Vijlen is voorzien van een bedrijfsbestemming ten behoeve van de bakkerij die in het Handelsregister op dit adres is ingeschreven. Bij een controle is echter geconstateerd dat de feitelijke bedrijfsactiviteiten van deze bakkerij niet plaatsvinden op Groenenweg 20, maar in het naastgelegen pand Groenenweg 20a. Groenenweg 20 wordt gebruikt als een woonobject. Om het planologisch-juridische kader aan te passen zodat deze overeenkomt met de reeds jarenlang bestaande feitelijke situatie is ervoor gekozen om het woonobject Groenenweg 20 te voorzien van een woonbestemming, en het pand waar bedrijfsmatige activiteiten plaatsvinden van een bedrijfsbestemming.

2.3.3 Holset 57 - Vijlen

De omvang van het rijksmonument 'Hoeve Einrath', gesitueerd op de locatie Holset 57, is gewijzigd ten opzichte van de situatie zoals deze is weergegeven in het geldende bestemmingsplan. Het noordwestelijke gedeelte van de hoeve heeft recent eveneens de monumentale status gekregen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0024.png"

Holset 57, bestemming Natuur - Landgoed

Aanpassing

  • op de verbeelding voor deze locatie de dubbelbestemming 'Waarde - Cultuurhistorie' aanpassen aan de nieuwe omvang (overeenkomstig de informatie van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed).
2.3.4 Wonen in bedrijfswoningen

In de regels van het geldende bestemmingplan is 'wonen in bedrijfswoningen' onder de bestemmingsomschrijving 'Agrarisch met waarden - Landschap' niet opgenomen. De mogelijkheid 'wonen in bedrijfswoningen' ontbreekt ook bij de bestemmingsomschrijvingen van de bestemmingen 'Bedrijf', 'Horeca' en Maatschappelijk'. Bij de bestemming 'Recreatie' is 'wonen in bedrijfswoningen' wel onder de bestemmingsomschrijving opgenomen. Het wonen in een (al dan niet agrarische) bedrijfswoning maakt onderdeel uit van een bestemming, en dient dan ook in de bestemmingsomschrijving te worden verankerd.

 Aanpassing

  • in de regels de mogelijkheid 'wonen in bedrijfswoningen' in de bestemmingsomschrijving van de bestemmingen 'Agrarisch', 'Bedrijf', 'Horeca' en 'Maatschappelijk' opnemen.
2.3.5 Vijlenberg (ongenummerd) - Vijlen

Voor de locatie Vijlenberg (ongenummerd) te Vijlen (perceel Vaals F 569) is een overeenkomst gesloten met de provincie om een deel van de gronden in te richten als natuur. Als gevolg van deze afspraak, die voor onbepaalde tijd geldt, is invulling gegeven aan de gronden als onderdeel van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). De bestemming van dit deel van de gronden dient aangepast te worden van 'Agrarisch met waarden - Natuur en Landschap' naar 'Natuur'.

Op de gronden zijn voorts twee gebouwtjes gelegen, die niet op de verbeelding van het geldende bestemmingsplan zijn opgenomen. Op de verbeelding van bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013' worden de betreffende gebouwtjes voorzien van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - veldschuur', waarmee deze worden toegestaan. Het begrip 'veldschuur' wordt in de regels van voorliggend bestemmingsplan gedefinieerd (artikel 2.115).

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0025.png"

Vijlenberg (ongenummerd), bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en landschap'

Aanpassingen

  • de bestemming van een deel van de gronden wordt gewijzigd van 'Agrarisch met waarden - Natuur en Landschap' in 'Natuur';
  • op de verbeelding de aanwezige gebouwtjes voorzien van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - veldschuur';
  • in de regels het begrip 'veldschuur' definiëren en onder de bestemming 'Natuur' de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - veldschuur' opnemen.
2.3.6 Aanpassen artikel 3.4.7 en 4.4.7 (hagelnetten)

In artikel 3.4.7 onder e en artikel 4.4.7 onder e van de regels van het vigerende bestemmingsplan is bepaald dat hagelnetten niet mogen doorlopen tot aan de grond. Op enkele plekken is het gewenst wel netten te spannen tot de grond, om het invliegen van en vraat door vogels te beperken. In het plan wordt een afwijkingsbevoegdheid opgenomen, om overige netten, na een gedegen belangenafweging, te kunnen plaatsen.

Aanpassing

  • afwijkingsbevoegdheid toevoegen ten behoeve van overige netconstructies in artikel 4.4.8 en artikel 5.4.8.
2.3.7 Artikel 35.1.2 van de planregels

In de algemene bouwregels van het vigerende bestemmingsplan is een bepaling opgenomen, specifiek voor het ondergronds bouwen binnen de bestemmingen 'Natuur - Landgoed' en 'Natuur'. Deze bepaling blijkt geen toegevoegde waarde te hebben, en wordt derhalve geschrapt.

Aanpassing

  • Voor zover het betreft de regeling voor het ondergronds bouwen binnen de bestemmingen Natuur en Natuur - Landgoed wordt de betreffende bepaling uit de planregels verwijderd.
2.3.8 Vijlenstraat 11 - Vijlen

Naar aanleiding van een cultuurhistorische quickscan door Buro4 in maart 2015 (Bijlage 5) dient aan de locatie aan de Vijlenstraat 11 te Vaals de dubbelbestemming 'Waarde-Cultuurhistorie' te worden toegekend.

Tevens is op deze locatie sprake van een afwijkende inhoudsmaat. Op grond van de wijziging in de algemene bouwregels, wordt deze ondervangen (zie ook paragraaf 3.2.12).

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0026.png"

Vijlenstaat 11, bestemming 'Wonen'

Aanpassing

  • voor de locatie Vijlenstraat 11 te Vaals de dubbelbestemming Waarde-Cultuurhistorie (WR-C) opnemen.
2.3.9 Begrippen 'vakantiewoningen' en 'recreatiewoningen'

In artikel 39.1 onder j van de regels van het vigerende bestemmingsplan wordt een aantal malen gesproken over een 'vakantiewoning' in plaats van een 'recreatiewoning'. De term 'recreatiewoning', die in het vigerende bestemmingsplan wordt gebruikt en die tevens aansluit bij de terminologie, zoals deze in de Beleidsregel Buitenplanse Afwijkingsbevoegdheden Gemeente Vaals 2017 is toegepast, zal ook in het bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013' worden gebruikt.

Aanpassing

  • in artikel 39.1 onder j van de planregels het woordje 'vakantiewoning' vervangen door het woordje 'recreatiewoning'. Ook op andere plekken in het plan waar het begrip 'vakantiewoning' gehanteerd wordt, dit vervangen door 'recreatiewoning'.
2.3.10 Bestemming 'Natuur': aanlegvergunningen

In artikel 9.6 van het vigerende bestemmingsplan (Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden) onder de bestemming 'Natuur' is een aanlegvergunningenstelsel opgenomen. Dit stelsel is in dit plan overgenomen in Artikel 9.7. Artikel 9.5 onder f bepaalt echter dat het gebruik van gronden en opstallen (....), meer in het bijzonder voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden (....) tot een met de bestemming 'Natuur' strijdig gebruik wordt gerekend.

Aangezien het doel en de strekking van artikel 9.5 onder f niet kunnen worden verenigd met artikel 9.7 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, kan artikel 9.5 onder f vervallen.

Aanpassing

  • artikel 9.5 onder f uit de regels verwijderen
2.3.11 Regels betreffende aanlegstelsels (Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden)

In de regels van het vigerende bestemmingsplan is voor diverse bestemmingen een aanlegstelsel opgenomen. Werken en werkzaamheden waarop de Omgevingsverordening Limburg van toepassing is, zijn uitgezonderd van het verbod om werken en werkzaamheden uit te voeren zonder deze vergunning. Na de vaststelling van het bestemmingsplan "Buitengebied 2013" is de provinciale verordening geactualiseerd. In deze herziening wordt dan ook een koppeling opgenomen naar de vigerende verordening.

Aanpassing

  • in de regels die van toepassing zijn bij het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde en werkzaamheden een koppeling leggen met de vigerende Omgevingsverordening Limburg 2014.
2.3.12 Standplaatsvergunningen: APV versus bestemmingsplan

Overeenkomstig de mogelijkheden die geboden worden in de APV, is het wenselijk een binnenplanse afwijkingsbevoegdheid op te nemen voor het mogelijk maken van standplaatsen/ kraampjes. Gezien het toeristisch karakter van de gemeente is er, met name in het seizoen, veelvuldig vraag naar mogelijkheden om tijdelijke buitenverkoop mogelijk te maken.

Aanpassing

  • artikel 38 wordt aangevuld met een algemene afwijkingsbevoegdheid voor het oprichten van kraampjes/ standplaatsen.
2.3.13 Afwijkingsmogelijkheden B&B

In artikel 14.6.2 van de regels van het vigerende bestemmingsplan is de mogelijkheid binnen de bestemming 'Wonen' ten behoeve van een bed&breakfast van het bestemmingsplan af te wijken, geregeld. De mogelijkheid om ten behoeve van een bed&breakfast van het bestemmingsplan af te wijken, is tevens geregeld in artikel 12.4 van de Beleidsregel Buitenplanse Afwijkingsmogelijkheden Gemeente Vaals 2017 (hierna: Afwijkingenbeleid 2017). In de regels van het bestemmingsplan Herziening Buitengebied 2013 wordt de regeling in de planregels afgestemd op de regeling in artikel 12.4 van het Afwijkingenbeleid 2017 van de gemeente Vaals.

Aanpassing

  • artikel 15.6.2 Bed&breakfast van de regels wordt zodanig gewijzigd, dat recht wordt gedaan aan de beleidsregel 'Afwijkingsbevoegdheden'.
2.3.14 Regels synchroniseren met beleid B&B

In de regels van het geldende bestemmingsplan is de mogelijkheid om ten behoeve van een bed&breakfast van het bestemmingsplan af te wijken, ook voor andere bestemmingen (bestemming 'Agrarisch met waarden - Landschap' en bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en landschap') opgenomen. In de regels van bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013' worden de betreffende regelingen afgestemd op de regeling in de aangepaste versie van artikel 15.6.2, zoals opgenomen in de regels van het nieuwe bestemmingsplan (zie paragraaf 2.3.13).

In artikel 11 onder de bestemming 'Recreatie' van het geldende bestemmingsplan is de mogelijkheid een bed&breakfast te exploiteren rechtstreeks toegestaan. Dit artikel wordt in bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013' voor dit aspect niet gewijzigd.

Aanpassingen

  • in de regels betreffende het afwijken van het gebruik onder de bestemming 'Agrarisch met waarden - Landschap' een nieuw lid 4.6.2 opnemen waarin de regeling omtrent het afwijken van het bestemmingsplan ten behoeve van een bed&breakfast wordt opgenomen;
  • in de regels betreffende het afwijken van het gebruik onder de bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en landschap' een nieuw lid 5.6.2 opnemen waarin de regeling omtrent het afwijken van het bestemmingsplan ten behoeve van een bed&breakfast wordt opgenomen.
2.3.15 Mamelis 14-14a - Lemiers

Op de locatie Mamelis 14-14a te Lemiers is een viskwekerij gevestigd. Op grond van artikel 6.2 onder a (bestemming bedrijf) kan de gemeente geen vergunning verlenen voor het plaatsen van een nettenconstructie over de kweekvijvers, aangezien dit artikel voorschrijft dat gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, enkel binnen het bouwvlak zijn toegestaan.

De gemeente Vaals vindt het wenselijk dat kweekvijvers van een nettenconstructie kunnen worden voorzien. Deze mogelijkheid wordt dan ook opgenomen in 6.2. Hierbij wordt een maximale hoogte gekoppeld aan eventuele netconstructies.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0027.png"

Mamelis 14-14a, bestemming 'Bedrijf'

Aanpassing

  • toevoegen van een specifieke regeling aan artikel 6.2, waarin netconstructies worden mogelijk gemaakt tot een hoogte van 3 meter in het geval van specifiek aangeduide gronden.
2.3.16 Mamelis 21-23 - Lemiers

Op de hoeve Mamelis (rijksmonument) met bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en landschap zijn drie woningen gelegen, te weten: Mamelis 21, 21a en 23. Op de verbeelding van het geldende bestemmingsplan is deze locatie niet voorzien van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden'. Op de verbeelding van het bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013' wordt aangegeven dat op de hoeve Mamelis maximaal 3 wooneenheden kunnen worden gevestigd.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0028.png"

Mamelis 21, 21a en 23, bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en landschap

Aanpassing

  • voor deze locatie op de verbeelding de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden: 3' opnemen
2.3.17 Holset 68 - Lemiers

Op de locatie Holset 68 met bestemming 'Wonen' zijn conform vergunning vier woningen aanwezig. Op de verbeelding van het geldende bestemmingsplan is deze locatie niet voorzien van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden'. Op de verbeelding van het bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013' wordt aangegeven dat op de locatie Holset 68 maximaal vier wooneenheden kunnen worden gevestigd.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0029.png"

Holset 68, bestemming 'Wonen'

Aanpassing

  • voor deze locatie op de verbeelding de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden: 4' opnemen
2.3.18 Strijdig gebruik staan- en ligplaatsen

In een aantal artikelen in het plan is bepaald dat tot een met de bestemming strijdig gebruik in ieder geval wordt gerekend, het gebruik van de gronden en opstallen 'als staan- of ligplaats voor onderkomens behoudens voor zover en voor zolang de aanwezigheid van onderkomens nodig is in verband met de tot 'Agrarisch met waarden - Landschap' bestemde gronden uit te voeren werken of werkzaamheden, uitgezonderd reeds bestaande kampeerboerderijen, ter plaatse van de aanduiding 'kampeerboerderij'.

Artikel 4.5.1 en 5.5.1 onder a worden als volgt gewijzigd:

4.5.1 Strijdig gebruik

Tot een met de bestemming strijdig gebruik wordt in ieder geval gerekend het gebruik van de gronden en opstallen anders dan het toegestane gebruik op grond van het bepaalde in [de bestemmigsomschrijving], meer in het bijzonder:

a. als staan- of ligplaats voor onderkomens behoudens voor zover en voor zolang de aanwezigheid van onderkomens nodig is in verband met de tot [Bestemming] bestemde gronden uit te voeren werken of werkzaamheden, waarbij overnachting in die onderkomens niet is toegestaan. Het voorgaande geldt niet als strijdig gebruik ter plaatse van de aanduiding 'kampeerboerderij';

In de overige bestemmingen waarin dit gebruik als strijdig wordt aangemerkt wordt de uitzondering voor gronden met de aanduiding 'kampeerboerderij' niet opgenomen, omdat deze aanduiding binnen deze bestemming niet voorkomt. Deze bepalingen worden als volgt gewijzigd:

  • a. als staanplaats of ligplaats voor onderkomens, behoudens voorzover en voor zo lang de aanwezigheid van onderkomens nodig is in verband met de tot [Bestemming] bestemde gronden uit te voeren werken of werkzaamheden, waarbij overnachting in die onderkomens niet is toegestaan.

Aanpassingen

  • artikel 4.5.1 onder a van de planregels (bestemming 'Agrarisch met waarden - Landschap') wijzigen conform eerste bovenstaande voorstel;
  • artikel 5.5.1 onder a van de planregels (bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en landschap') wijzigen conform eerste bovenstaande voorstel;
  • artikel 9.5 onder a van de planregels (bestemming Natuur) wijzigen conform bovenstaand tweede voorstel;
  • artikel 10.4 onder a van de planregels (bestemming Natuur - Landgoed) wijzigen conform bovenstaand voorstel;
  • artikel 12.4 van de planregels (bestemming Sport) wijzigen conform bovenstaand voorstel.
2.3.19 Oppervlakte bijbehorende bouwwerken bij woning

Artikel 4.8.4 onder g van de planregels bepaalt dat burgemeester en wethouders bevoegd zijn de bestemming 'Agrarisch met waarden - Landschap' ter plaatse van het bouwvlak te wijzigen in de bestemming 'Wonen' mits wordt voldaan aan (onder meer) de voorwaarde dat overtollige bedrijfsbebouwing dient te worden gesloopt tot een maximum van 130m2 aan bijbehorende bouwwerken bij de betreffende woning (.....).

Op grond van de afwijkingsregels is onder voorwaarden een ophoging van de oppervlakte bijbehorende bouwwerken na sloop mogelijk, eveneens tot 130 m2.

Volgens artikel 4.1.5 van de Beleidsregel Buitenplanse Afwijkingsmogelijkheden gemeente Vaals 2017 is bij een dergelijke woning onder bepaalde voorwaarden echter een gezamenlijke oppervlakte van maximaal 225 m2 aan bijbehorende bouwwerken toegestaan.

Teneinde de planregels af te stemmen op het artikel 4.1.5 van de Beleidsregel Buitenplanse Afwijkingsmogelijkheden, wordt de maximum toegestane oppervlakte bijbehorende bouwwerken aangepast naar 225 m2.

Aanpassing

2.3.20 Aanpassingen artikel 14 'Wonen'

In het buitengebied zijn een aantal (voormalige) agrarische beeldbepalende / monumentale woonboerderijen aanwezig, die bestaan uit een relatief klein woongedeelte en een aangebouwd stalgedeelte. Gelet op het beeldbepalende karakter van dit soort gebouwen is het wenselijk dat deze naar de toekomst toe worden behouden. Uitbreiding van dit soort beeldbepalende / monumentale burgerwoningen groter dan de rechtstreeks in het bestemmingsplan toegelaten inhoudsmaat van 750 m3, wordt in dat geval ruimtelijk aanvaardbaar geacht. Bij dergelijke uitbreidingen van het woongedeelte binnen de voormalige agrarische (hoofd)bebouwing gaat het immers niet om een fysieke uitbreiding, maar om het bij de woning betrekken van (een gedeelte van) het voormalige stalgedeelte dat niet meer bedrijfsmatig in gebruik is. Vaak wordt deze bebouwing al ondergeschikt aan de woning gebruikt, zoals een garage/stalling/(buiten)berging. De inhoud en oppervlakte hiervan wordt bij het vaststellen van de inhoud van de woning buiten beschouwing gelaten.

Vanuit de gedachte dat het bestaande boerderijlichaam, dat in de huidige situatie niet is bestemd voor bewoning, toch moet kunnen worden benut, wordt in het bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013' aandacht besteed aan deze problematiek. Om te voorkomen dat het buitengebied intensiever en dominanter en door de bewoning en de verbouw van woonboerderijen van karakter verandert, is in het bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013' een binnenplanse afwijkingsmogelijkheid opgenomen. Daardoor wordt het mogelijk voormalige stalgedeelten van voormalige woonboerderijen te renoveren c.q. te verbouwen en - onder voorwaarden - de inhoud van een burgerwoning in de vorm van een boerderijtype te vergroten. De van toepassing zijnde voorwaarden zijn:

  • 1. Er moet sprake zijn van een bestaande, voormalige beeldbepalende / monumentale boerderij die cultuurhistorische, landschappelijk en/ of architectonisch waardevol is;
  • 2. Bij de verbouw mogen geen cultuurhistorische, landschappelijke en/of architectonische waarden verloren gaan;
  • 3. Het grondoppervlak van de voormalige agrarische (hoofd)bebouwing blijft gehandhaafd, c.q. wordt afgestemd op de landschappelijke en stedenbouwkundige kwaliteiten van het gebied;
  • 4. Buitenproportionele (voormalige) bedrijfsgebouwen worden gesloopt ter vergroting van de beeldbepalende kwaliteit;
  • 5. De woninguitbreiding vormt geen aantasting van de belangen van omwonenden of omliggende (agrarische) bedrijven.

Met deze afwijkingsmogelijkheid wordt enerzijds een “kaalslag” van dergelijke boerderijen in het buitengebied voorkomen. De bestaande inhoud van boerderijlichamen mag weliswaar voor 'wonen' worden benut, maar de voorwaarden van de afwijkingsmogelijkheid zien toe op een kwalitatieve invulling die passend is binnen de stedenbouwkundige en landschappelijke eigenschappen van het gebied. Anderzijds worden 'villa's', die een aantasting zouden betekenen van de kenmerken van het buitengebied, in het buitengebied geweerd.

De betreffende binnenplanse afwijkingsmogelijkheid wordt neergelegd in de planregels onder artikel 15.4.1, dat als volgt komt te luiden:

15.4.1 Cultuurhistorische, landschappelijke en/of architectonisch waardevol voormalige agrarische (hoofd)bebouwing

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in het bepaalde in artikel 15.2.1 voor een grotere inhoud van de woning dan 750 m3 door het betrekken van voormalige stalgedeelten bij de woning, mits:

  • a. er sprake is van monumentale of beeldbepalende voormalige agrarische (hoofd)bebouwing die cultuurhistorische, landschappelijk en/ of architectonisch waardevol is, teneinde deze bebouwing te behouden voor de toekomst;
  • b. bij de verbouw geen cultuurhistorische, landschappelijke en/of architectonische waarden worden aangetast;
  • c. de bestaande afmetingen van de voormalige agrarische (hoofd)bebouwing niet worden vergroot en de uiterlijke verschijningsvorm van de woning blijft gehandhaafd, c.q. wordt afgestemd op de landschappelijke en stedenbouwkundige kwaliteiten van het gebied;
  • d. buitenproportionele (voormalige) bedrijfsgebouwen worden gesloopt ter vergroting van de beeldbepalende kwaliteit;
  • e. de woninguitbreiding geen onevenredige aantasting oplevert van de in het geding zijnde belangen, waaronder die van omwonenden en (agrarische) bedrijven.

Aanpassing

  • in Artikel 15 Wonen een binnenplanse afwijkingsmogelijkheid opnemen, zodat in bepaalde gevallen burgerwoningen met een grotere inhoud van 750 m3 kunnen worden gerealiseerd
2.3.21 Schuur Groenenweg - Vijlen

De schuur, gelegen aan de Groenenweg 8 te Vijlen met bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en landschap, is in eigendom overgegaan naar de eigenaar van de woning, gelegen aan de Groenenweg 10. De schuur zal ook in de toekomst voor agrarische doeleinden worden gebruikt. Op de verbeelding van het bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013' wordt de betreffende schuur van een separaat agrarisch bouwvlak voorzien.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0030.png"

Schuur Groenenweg, bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en landschap'

Aanpassing

  • op de verbeelding de schuur, gelegen aan de Groenenweg 8 te Vijlen en in eigendom overgegaan naar de eigenaar van de woning aan de Groenenweg 10, van een separaat agrarisch bouwvlak voorzien
2.3.22 Meelenbroekerweg 3 en 5 - Vaals

Op de verbeelding van het geldende bestemmingsplan zijn de bestemmingsvlakken voor de locaties Meelenbroekerweg 3 en 5 niet correct weergegeven. Het bestemmingsvlak van Meelenbroekerweg 3 dient, conform de vergunde en feitelijke situatie, ruimer worden ingetekend. De woonbestemming en het bouwvlak van Meelenbroekerweg 5 zal daardoor kleiner worden.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0031.png"

Meelenbroekerweg 3 en 5, bestemming 'Wonen'

Aanpassing

  • voor de locaties Meelenbroekerweg 3 en 5 de op de verbeelding de juiste bestemmingsvlakken opnemen.
2.3.23 Bomenverordening en omgevingsvergunning kappen/ vellen van bomen

In de gemeenteraadsvergadering van 24 september 2018 heeft de raad de 'Actualisatie van de Bomenverordening gemeente Vaals 2018' (Bomenverordening) vastgesteld. Deze verordening is in werking getreden op 13 juli 2019. Bij de vaststelling heeft de raad besloten alle bomen op woonbestemmingen/bouwvlakken uit de verordening te halen. Daarbij is de intentie van de raad dat alle bomen die geen deel uitmaken van de Bomenverordening zonder Omgevingsvergunning kunnen worden gekapt. Dit geldt niet voor bomen op kwetsbaar reliëf of binnen een erosiewerend element. Tevens blijven de Wet natuurbescherming en Provinciale (Omgevings-)verordening prevaleren als bovenliggende wet- en regelgeving.

Op de dubbelbestemmingen Waarde - Kwetsbaar reliëf en Waarde - Erosieremmend element na, dienen alle kap- en velvoorschriften te worden verwijderd. Rooien van bomen/ boomwortels dient om het archeologisch erfgoed te beschermen, gehandhaafd te blijven binnen de archeologische dubbelbestemmingen.

Aanpassing

  • Opnemen van aanvullende begrippen 'rooien van bomen/boomwortels' en 'kappen/vellen van bomen' in de begripsbepalingen (Artikel 2)
  • Verwijderen van alle kap- en velvoorschriften uit de planregels ter uitvoering van de Bomenverordening

Hoofdstuk 3 Nieuwe ontwikkelingen

3.1 Inleiding

Het vigerende bestemmingsplan 'Buitengebied 2013' van de gemeente Vaals is op 9 januari 2014 vastgesteld en op 29 juni 2015 gerepareerd. In de periode daarna zijn er binnen de gemeente Vaals een aantal ruimtelijke ontwikkelingen en (particuliere) initiatieven geweest, die om verankering in het bestemmingsplan vragen.

Allereerst komen de ruimtelijke ontwikkelingen van meer algemene aard aan de orde. Daarbij gaat het om ontwikkelingen met een beleidsmatig karakter, die tevens consequenties voor de planregels (kunnen) hebben.

Vervolgens wordt ingegaan op de verleende omgevingsvergunningen, die (nog) niet in het vigerende bestemmingsplan zijn geregeld. De verleende omgevingsvergunningen zijn overeenkomstig de genomen besluiten op de verbeelding en in de regels opgenomen.

Tevens is sprake van enkele (voornamelijk) particuliere verzoeken, die worden opgenomen in het onderhavige plan. Aangezien deze initiatieven slechts een beperkte ruimtelijke invloed hebben, is een separate ruimtelijke onderbouwing niet noodzakelijk.

3.2 Ruimtelijke ontwikkelingen

3.2.1 Aanpassen definitie 'schuilgelegenheid'

In het vigerende bestemmingsplan zijn binnen de bestemmingen 'Agrarisch met waarden - Landschap' en 'Agrarisch met waarden - Natuur en landschap' onder voorwaarden schuilgelegenheden voor hobbydieren toegestaan. Met deze mogelijkheid wordt beoogd om kleine bouwwerken toe te staan die een bescherming voor dieren tegen weersomstandigheden vormen, en die zij uit eigen beweging kunnen gebruiken. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om kleine overkappingen, al dan niet met enkele wanden omgeven. Het is niet de bedoeling dat op grond van deze regel stallen of schuren te realiseren die kunnen worden afgesloten met een poort of deur.

In de regels van het vigerende bestemmingsplan is het begrip 'schuilgelegenheid' als volgt gedefinieerd: overdekte ruimte, aan maximaal drie zijden omsloten door wanden, waarvan het hobbydier/ de hobbydieren gebruik moet(en) kunnen maken in geval van weidegang, met als doel bescherming tegen extreme weersomstandigheden in zowel zomer en winter.

In de afgelopen periode is bij het gebruik van het plan gebleken dat bovenstaande begripsbepaling voor meerdere manieren van uitleg vatbaar is. Zo laat de definitie onder meer ruimte voor de situatie dat men drie wanden realiseert en in de (vierde) open gevel een poort aanbrengt om zodoende een 'verkapt' bijgebouw in de vorm van een volwaardige stal/schuur te realiseren. Om de regel te verduidelijken wordt de definitie van het begrip 'schuilgelegenheid' aangepast.

Aanpassingen

in artikel 2 van de planregels het begrip 'schuilgelegenheid' als volgt definiëren:

'een bouwwerk, aan maximaal drie zijden omsloten door wanden en tenminste aan een zijde open, voor het hobbymatig onderbrengen van dieren, dat aan dieren de gelegenheid biedt te schuilen tegen weersinvloeden, waarbij de dieren vrij in en uit kunnen lopen.'

3.2.2 Permanent bewonen recreatiewoning

In de woonbestemming van het vigerende bestemmingsplan (artikel 14) is niet bepaald dat het permanent bewonen van een recreatiewoning strijdig gebruik oplevert. Hoewel de strijdigheid van dergelijk gebruik ook voortvloeit uit de begripsbepaling voor 'recreatiewoning' is het voor de duidelijkheid wenselijk om dit gebruik expliciet uit te sluiten, door dit als strijdig gebruik aan te merken. Daarom wordt dit toegevoegd aan de specifieke gebruiksregels voor de bestemming Wonen.

Aanpassingen

14.5 Specifieke gebruiksregels

Tot een met de bestemming strijdig gebruik wordt in ieder geval gerekend het gebruik van de gronden en opstallen anders dan het toegestane gebruik op grond van het bepaalde in artikel 15.1, meer in het bijzonder:

f. voor permanente bewoning van een recreatiewoning.

3.2.3 Ondergrondse bouwdiepte

In enkele artikelen van de regels van het vigerende bestemmingsplan is een maximale bouwdiepte van 3,00 meter opgenomen. Volgens het bouwbesluit moet een bouwlaag met functie een nettoverdiepingshoogte van 2,60 meter hebben. Een maximale bouwdiepte van 3,00 meter is dan te beperkt. Om die reden wordt de maximale bouwdiepte verruimd naar 3.30 meter.

Artikel 36.1.1 onder a bepaalt tevens dat ondergronds gebouwde ruimten uitsluitend van binnenuit toegankelijk mogen zijn. Deze voorwaarde komt te vervallen; ondergrondse ruimten mogen van binnen en van buiten toegankelijk zijn.

Aanpassingen

  • in artikel 11.2.1 onder c en artikel 36.1.1 de maximale bouwdiepte van 3,00 meter wijzigen in 3,30 meter. In het plan 'Buitengebied 2013' is een afwijkingsbevoegdheid opgenomen voor het wijzigen van de verticale bouwdiepte binnen enkele bestemmingen. Deze afwijkingsbevoegdheid is in voorliggend plan vervallen, waardoor hier geen aanpassing noodzakelijk is;
  • de voorwaarde in artikel 36.1.1 onder a dat ondergrondse ruimten uitsluitend van binnenuit toegankelijk zijn, laten vervallen.
3.2.4 Camerig 22 - Vijlen

In het vigerend bestemmingsplan is het postzegelplan 'Camerig 22' (vastgesteld op 24 februari 2014 en inmiddels onherroepelijk) abusievelijk overschreven. Op dit perceel moet het bestemmingsplan 'Camerig 22' weer worden opgenomen zodat de bestemming 'Natuur - Landgoed' en de ingeregelde aanduidingen weer gelden. Naast het herstellen van de gebruiksmogelijkheden wordt door middel van deze herziening ook de voorwaardelijke verplichting met betrekking tot de landschappelijke inpassing uit het bestemmingsplan opgenomen. Op de verbeelding van het vigerend bestemmingsplan is tevens voor een deel van de locatie Camerig 22 te Vijlen de dubbelbestemming Ecologische Hoofdstructuur (EHS) niet opgenomen.

Daarbij ligt het plan voor om op de locatie Camerig 22 een recreatiewoning met kelder en zwembad met een diepte van maximaal 5,5 meter te realiseren. Hoewel het project ruimtelijk gezien geen impact heeft, komt het wel onder archeologische begeleiding tot stand.

Op de verbeelding van het bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013' moet deze locatie van een aanduiding 'verticale bouwdiepte 5,5 m' worden voorzien. Deze aanduiding dient tevens in de regels van voorliggend bestemmingsplan te worden opgenomen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0032.png"

Camerig 22, bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en landschap' wordt 'Natuur - Landgoed'

Aanpassingen

  • het abusievelijk overschreven plan 'Camerig 22' weer herstellen;
  • op de verbeelding voor de locatie Camerig 22 te Vijlen de dubbelbestemming 'EHS' opnemen;
  • op de verbeelding voor deze locatie de aanduiding ter plaatse 'verticale bouwdiepte 5,5 m' opnemen;
  • in artikel 10.2.2 onder c (nieuw) (bestemming 'Natuur - Landgoed') de regels aanvullen, waarmee de aanduiding 'verticale bouwdiepte 5,5 m' verankerd wordt.
3.2.5 Wijze van meten 'recreatief vloeroppervlak'

In de regels van het geldende bestemmingsplan ontbreekt een bepaling aan de hand waarvan de vloeroppervlakte van een recreatiewoning kan worden vastgesteld. In het bestemmingsplan 'Kern Vaals' is in artikel 2 Wijze van meten de volgende bepaling met betrekking tot het vaststellen van de vloeroppervlakte van een bedrijf opgenomen:

Artikel 2 Wijze van meten

(...)

het bedrijfsvloeroppervlak:
binnenwerks op de vloer van de ruimten die worden of kunnen worden gebruikt voor bedrijfsactiviteiten.

De gemeente Vaals wil voor de op te nemen bepaling aan de hand waarvan de vloeroppervlakte van een recreatiewoning kan worden vastgesteld, aansluiten bij deze bepaling.

Aanpassingen

  • in de regels onder artikel 3 Wijze van meten 'het recreatief vloeroppervlak' als volgt opnemen:

Artikel 3 Wijze van meten

3.6 het recreatiefvloeroppervlak
binnenwerks op de vloer van de ruimten die worden of kunnen worden gebruikt voor recreatiefverblijf en/of recreatieactiviteiten.

3.2.6 Definitie 'paardenbak'

In de regels van het vigerende bestemmingsplan is in artikel 1.82 een paardenbak als volgt gedefinieerd:

1.82 paardenbak:

een door middel van een afscheiding afgezonderd (niet overdekt) terrein met een andere ondergrond dan gras, kennelijk ingericht voor het africhten en/of trainen en berijden van paarden en pony's en/of het anderszins beoefenen van de paardensport, met of zonder de daarbij behorende voorzieningen.

Bovengenoemde definitie van een paardenbak heeft enkel betrekking op door middel van een afscheiding afgezonderde terreinen; paardenbakken zonder omheining kunnen niet daaronder worden begrepen.

Aangezien paardenbakken in het buitengebied leiden tot verrommeling en versnippering van het landschap, wil de gemeente deze (in beginsel) niet toestaan. Dit geldt ook voor paardenbakken zonder omheining. Derhalve is het wenselijk de definitie van een 'paardenbak' te verruimen, zodat ook niet omheinde paardenbakken daaronder kunnen worden begrepen.

Aanpassingen

  • artikel 1.82 van de planregels hernummeren en als volgt wijzigen:

2.86 paardenbak:

een al dan niet omheind, niet overdekt en afgezonderd terrein met een andere ondergrond dan gras, kennelijk ingericht voor het africhten en/of trainen en berijden van paarden en pony's en/of het anderszins beoefenen van de paardensport, met of zonder de daarbij behorende voorzieningen.

3.2.7 Standplaatsen binnen bestemming 'Agrarisch'

Op grond van de regels van de vigerende agrarische bestemmingen moet het innemen van een standplaats c.q. het opzetten van een kraampje ten behoeve van de verkoop van (agrarische) producten onder de bestemmingen 'Agrarisch met waarden - Landschap' en 'Agrarisch met waarden - Natuur en landschap' als strijdig gebruik worden aangemerkt ( artikel 4.5 onder b en 5.5 onder b van de planregels).

De gemeente Vaals wil het innemen van een standplaats ten behoeve van de verkoop van (agrarische of andere) producten in planologisch opzicht faciliteren door in artikel 39 Algemene afwijkingsregels een binnenplanse afwijkingsmogelijkheid voor het oprichten en innemen van standplaatsen c.q. het opzetten van kraampjes op te nemen.

Aanpassingen

  • artikel 39 Algemene afwijkingsregels zodanig aanvullen dat een afwijkingsbevoegdheid ontstaat voor het toelaten van standplaatsen/ marktkramen. Hieraan de noodzakelijke voorwaarden verbinden en het begrip 'standplaats' definiëren in artikel 1 van de planregels.
3.2.8 Definitie 'voorgevel'

In de regels van het geldende bestemmingsplan is wel een definitie van het begrip 'voorgevelrooilijn' opgenomen, maar een definitie van het begrip 'voorgevel' ontbreekt. In het bestemmingsplan 'Kern Vaals' is het begrip 'voorgevel' als volgt gedefinieerd:

1.96 voorgevel:

gevel van een gebouw die is gelegen aan de zijde van de weg en die in ruimtelijk opzicht de voorkant van het (hoofd-)gebouw vormt. In hoeksituaties is sprake van maar één voorgevel; dit is de gevel waar het huisnummer formeel is.

In het bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013' wordt een definitie voor het begrip 'voorgevel' opgenomen. Daarvoor wordt aangesloten bij de definitie van het begrip 'voorgevel' in het bestemmingsplan 'Kern Vaals'.

Aanpassingen

  • in artikel 2 van de planregels de definitie van het begrip 'voorgevel' opnemen.
3.2.9 Groenenweg 19 - Vijlen

Op de locatie Groenenweg 19 te Vijlen is Paardenstalling Meurs gevestigd. Op de verbeelding van het vigerende bestemmingsplan is aan deze locatie de enkelbestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en landschap' toegekend. Ten behoeve van het gebruik als paardenstalling/ paardenpension wordt op de verbeelding van bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013' voor deze locatie de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - paardenpension' (saw-ppn) opgenomen. Voor het gebruik als paardenpension is reeds een milieumelding geaccepteerd door de gemeente Vaals.
Om het toegelaten gebruik binnen deze aanduiding af te kaderen, wordt het begrip 'paardenpension' in de begrippenlijst van bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013' gedefinieerd.

Ten behoeve van deze ruimtelijke ontwikkeling is een vormvrije merbeoordeling opgesteld. Dit rapport is bij deze toelichting opgenomen als Bijlage 2.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0033.png"

Groenenweg 19, bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en landschap'

Aanpassingen

  • op de verbeelding voor de locatie Groenenweg 19 te Vijlen de bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en Landschap' aanvullen met de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - paardenpension' (saw-ppn) opnemen;
  • in artikel 5.1 onder f van de planregels aanvullen, waarmee het gebruik conform de aanduiding juridisch-planologisch wordt verankerd;
  • het begrip 'paardenpension' in artikel 2 van de planregels definiëren.

3.2.10 Artikel 14.2.1: inhoud hoofdgebouw

Volgens artikel 14.2.1 van de regels van het vigerende bestemmingsplan mag de inhoud van een hoofdgebouw niet meer dan 750 m3 bedragen, behalve op locaties met de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - afwijkende inhoud', waar de inhoud van een hoofdgebouw niet meer dan 1.540 m3 mag bedragen. Volgens de toelichting bij het vigerende bestemmingsplan geldt deze maximale inhoudsmaat voor nieuwe woningen en uitbreidingen.

Om recht te doen aan bestaande situaties, maar toch de beleidslijn voor de maximale inhoud van burgerwoningen in het buitengebied zoveel mogelijk te respecteren, wordt de regeling enigszins aangepast. Voor locaties waar de inhoud van de woning reeds groter is dan 750 m3, gaat gelden dat deze bestaande maat het maximum is. Wanneer een woning herbouwd wordt, geldt de 750 m3 in alle gevallen als maximum maat, ongeacht de omvang van de bouwmassa die herbouwd wordt.

Aanpassing

  • artikel 14.2.1 Wonen voor wat betreft de inhoud van hoofdgebouwen zodanig wijzigen dat, indien een grotere inhoud dan 750 m3 aanwezig is, deze maat als maximum geldt. Voor herbouw geldt in alle gevallen een bovengrens van 750 m3.

3.2.11 Schuilhut SBB

Op de hoek Rugweg/Epenerbaan te Vaals is een schuilhut van Staatsbosbeheer (SBB) gelegen. Voor deze schuilhut is op de verbeelding van het vigerende bestemmingsplan geen bouwvlak opgenomen. De gronden vallen onder de bestemming 'Natuur', waar bebouwing niet is toegestaan.

Op de verbeelding van het bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013' wordt voor de schuilhut SBB de aanduiding 'sn-shs' (specifieke vorm van natuur - schuilhut staatsbosbeheer) opgenomen.

In artikel 9 (bestemming 'Natuur') wordt deze aanduiding verder uitgewerkt. Artikel 9.1 onder f komt als volgt te luiden: een schuilhut van Staatsbosbeheer, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - schuilhut staatsbosbeheer'. Ook de bouwregels worden hierop aangepast.

In artikel 2 van de regels van het bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013' wordt bovendien een definitie voor het begrip 'schuilhut' opgenomen.

Aanpassingen

  • op de verbeelding voor de locatie op de hoek Rugweg/Epenerbaan een bouwvlak met de aanduiding sn-shs ('specifieke vorm van natuur - schuilhut staatsbosbeheer') opnemen;
  • aanpassen artikel 9.1 (bestemmingsomschrijving en bouwregels);
  • het begrip schuilhut opnemen in de begripsbepalingen (artikel 1).

3.2.12 Bestaande afwijkende maatvoering

Binnen het plangebied zijn een aantal locaties aanwezig, waar de vergunde, feitelijk aanwezige bebouwingsoppervlakte de maximale maten uit voorliggend plan overschrijdt. Voor zover het legaal tot stand gekomen, bestaande bebouwing betreft, is deze situatie ongewenst. Er wordt dan ook voor gekozen om de planregels aan te vullen met een regeling die maximale en minimale maten, voor zover aanwezig en vergund, respecteert. In hoofdstuk 3 van de planregels wordt daartoe een bepaling toegevoegd aan 'Artikel 36 Algemene bouwregels'.

Aanpassingen:

  • Aanvullen van de algemene bouwregels, lid 36.2, waarmee legale, bestaande minimale en maximale maten gerespecteerd worden.

3.2.13 Cottessen 11 e/f - Vijlen

Op de verbeelding van het vigerende bestemmingsplan zijn voor de locatie Cottessen 11 te Vijlen twee recreatiewoningen (2 rw) opgenomen. Gezien de marktvraag is door de eigenaar van het pand verzocht de (recreatie-)woningen te mogen gaan benutten als reguliere woningen. Naast de primaire functiewijziging van de twee vakantiewoningen in twee reguliere woningen, bestaat de behoefte om bij iedere woning – alsook de reeds bestaande woning aan de straatzijde – een bijgebouw te kunnen realiseren. De woningen beschikken immers niet over toegang tot de binnenplaats van de hoeve. Beoogde bijgebouwen zullen worden gerealiseerd voor de voorgevelrooilijn waardoor sprake is van strijdigheid met het vigerende bestemmingsplan. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Vaals heeft haar principemedewerking toegezegd aan deze functiewijziging en mogelijkheid voor het bouwen van bijgebouwen. Ten behoeve van de omzetting is een ruimtelijke onderbouwing opgesteld, die als Bijlage 3 is opgenomen bij voorliggend plan.

Naar aanleiding van het ontwerp-bestemmingsplan is een zienswijze ingediend die zich richt tegen de locatie Cottessen 11e/f (zie Bijlage 10, zienswijze 6). Deze ziet in de eerste plaats op de afstand die in het kader van bedrijven en milieuzonering dient te worden gehouden tot de paardenhouderij ter plaatse van Cottessen 10c. Daarnaast ziet deze zienswijze op de onderbouwing van het aspect verkeersgeneratie.

Als reactie op de ontvangen zienswijze en in zoverre ter aanvulling op de ruimtelijke onderbouwing heeft initiatiefnemer een notitie overlegd, waarin is onderbouwd dat de omzetting naar reguliere woningen voor wat betreft het aspect bedrijven en milieuzonering geen effect heeft op de planologische situatie van Cottessen 10c en het ter plaatse geldende woon- en leefklimaat (bijlage III bij de zienswijzennota, Bijlage 10). Met inachtneming van de zienswijze en de door initiatiefnemer aangedragen aanvullende reactie heeft de raad de situatie ter plaatse opnieuw beoordeeld en daarbij onder meer advies gevraagd aan de Regionale Uitvoeringsdienst Zuid Limburg (RUD). De beoordeling van de raad en het advies van de RUD zijn opgenomen in de zienswijzennota (Bijlage 10, pagina 19-21 en bijlage III). Met inachtneming van het bovenstaande vormt de ontwikkeling op Cottessen 11 e/f naar oordeel van de raad geen beperking voor Cottessen 10c, en heeft deze ten aanzien van laatstgenoemd adres geen onaanvaardbaar woon- en leefklimaat als gevolg.

Naar aanleiding van de zienswijze met betrekking tot de gehanteerde afwijking van de verkeersgeneratie-normen uit CROW-publicatie 381 heeft initiatiefnemer in bovengenoemde notitie ook het aspect verkeersgeneratie nader onderbouwd. De raad heeft ter beoordeling verkeerskundig adviesbureau Royal Haskoning-DHV verzocht om een second opinion uit te brengen op deze (aanvullende) ruimtelijke onderbouwing. Uit deze second opinion is gebleken dat de gehanteerde afwijkingen van de normen aannemelijk zijn, en dat voor de omzetting van de recreatiewoningen ten behoeve van permanente bewoning, sprake is van een gelijkblijvend c.q. beperkt afnemend aantal verkeersbewegingen en dat in zover significante effecten kunnen worden uitgesloten.

Op grond van de principemedewerking, de beschikbare stukken en met inachtneming van het bovenstaande worden de twee recreatiewoningen omgezet naar twee reguliere woningen. Gezien de afwijkende maatvoering en ligging ten opzichte van de voorgevellijn, wordt aan de gronden een specifieke aanduiding toegekend. In de regels wordt hieraan verder invulling gegeven.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0034.png"

Cottessen 11, bestemming 'Recreatie'

Aanpassingen

  • voor deze locatie op de verbeelding de aanduiding '2 rw' omzetten naar twee reguliere woningen ('Wonen');
  • opnemen van noodzakelijke aanduidingen, zoals aanduiding maximum aantal woningen en specifieke bouwaanduiding 'specifieke bouwaanduiding - bouwen voor voorgevel 6'

3.2.14 Vijlenstraat 53 - Vijlen

Het pand Vijlenstraat 53 is op grond van een raadsbesluit aangewezen als gemeentelijk monument. Het betreft een bakhuisje, dat vroeger behoorde bij één van de omliggende woningen.

Het gebouw is als gevolg van geen/gebrekkig onderhoud onderkomen geraakt en daarmee onveilig voor de plek en omgeving. Het pand wordt op cultuurhistorisch verantwoorde wijze gerestaureerd om het monumentale object te kunnen behouden. Na de restauratie wordt het in gebruik genomen voor maatschappelijke functies. Gezien dit beoogde gebruik, wordt de functie 'Maatschappelijk toegekend'.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0035.png"

Vijlenstaat 53 (bakhuis), bestemming 'Wonen'

Aanpassing

  • de bestemming van het pand Vijlenstraat t.o. 53 wordt gewijzigd van 'Wonen' naar 'Maatschappelijk', waarbij bewoning als bedrijfswoning wordt uitgesloten door middel van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten'.
3.2.15 Bestemming 'Natuur - Landgoed'

In de regels van bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013' worden artikel 9.1 en 9.2.1 onder c (bestemming 'Natuur - Landgoed) conform artikel 4.1 bestemmingsomschrijving 'Agrarisch met waarden - Natuur en landschap' aangepast. De landgoederen zijn ontstaan op gronden, in het verleden aangewezen als 'Agrarisch met waarden - Natuur en landschap'. Het heeft dan ook de voorkeur de bestemmingsomschrijvingen, waar relevant, zoveel mogelijk overeen te laten komen.

Aanpassing

  • artikel 10.1 aanpassen, zodanig dat de relevante aspecten uit de bestemmingsomschrijving van de bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en landschap' ook terugkomen in de bestemmingsomschrijving van 'Natuur - Landgoed'. Specifieke bepalingen voor de bestemming 'Natuur - Landgoed' blijven hierbij uiteraard behouden, terwijl aanduidingen en aspecten die uitsluitend voorkomen binnen de bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en landschap' niet worden overgenomen.
3.2.16 Erosiewerende maatregelen

Als gevolg van de klimaatveranderingen wordt ook de gemeente Vaals geconfronteerd met uitdagingen op het gebied van waterbeheer en -afvoer.

Daar waar mogelijk worden plekken in het buitengebied gecreëerd voor extra buffering en (gefaseerde) infiltratie van hemelwater. Voorbeelden hiervan zijn grasbanen (waterschap) en beperkingen op het scheuren van grasland. De aanleg en vervolgens instandhouding en het beheer van erosiewerende maatregelen is van belang om aan dit effect van de klimaatverandering het hoofd te kunnen bieden.

Specifieke elementen in het plangebied worden aangeduid op de verbeelding en van een (beschermings-)regeling voorzien. Bouw- en gebruiksvormen die de buffering en infiltratie belemmeren worden aan regels gebonden en een aanlegvergunningstelsel koppelt een vergunningplicht aan bepaalde werken en werkzaamheden die erosie kunnen versterken.

Aanpassing

3.2.17 Bodembeschermingsgebied

In het vigerend plan is aan delen van het plangebied de aanduiding 'milieuzone - bodembeschermingsgebied Mergelland' toegekend. De regeling is primair gericht op het beschermen van de kwaliteit van de bodem en het grondwater.

In de Omgevingsverordening Limburg 2014 is het bodembeschermingsgebied Mergelland als aparte gebiedsaanduiding geschrapt omdat dit gebied voor het overgrote deel samenviel met het Beschermingsgebied Nationaal Landschap Zuid-Limburg. De relevante regels zijn voor deze laatste zone van toepassing verklaard. Nu het bodembeschermingsgebied Mergelland niet langer als zelfstandig gebiedsobject bestaat is er voor gekozen de gebiedsaanduiding in voorliggend bestemmingsplan te veralgemeniseren naar milieuzone - bodembeschermingsgebied. Voor de relevante regels wordt in artikel 38.1 aangesloten bij de Omgevingsverordening Limburg 2014.

Aanpassing

3.2.18 Holset 80

Op de locatie Holset 80 te Lemiers is reeds in het vigerende bestemmingsplan Buitengebied een recreatieve functie aanwezig in de vorm van de enkelbestemming 'Recreatie' en de aanduiding een 'Bed en Breakfast'.

Holset 78-80 betreft een historische bouwmassa, die reeds voor 1800 aanwezig was en onderdeel uitmaakt van de nederzetting Holset. Voor het bepalen van de cultuurhistorische waarden is in november 2012 een bouwhistorische quickscan opgesteld door Buro4 (Bijlage 7).

Alhoewel de gevels in de loop der jaren zijn versteend en de vernieuwde ramen afbreuk doen aan het oorspronkelijke karakter, is de bouwmassa in zijn oorspronkelijke omvang behouden gebleven. Aan de binnenzijde van het object zijn de historische bouwconstructies (vakwerk) van voor 1800 gaaf bewaard gebleven. Deze constructies hebben een zeer hoge monumentale waarde vanwege gaafheid en zeldzaamheid.

Gelet op het vorenstaande is de noordelijke vleugel van het boerderijcomplex behoudenswaardig vanwege de daarin aanwezige bouwhistorische waarden. Het interieur en de historische bouwconstructies vallen daarbij onder zeldzaamheidswaarde van de secundaire criteria.

Gelet op de cultuurhistorische waarde van het pand Holset 78, en het behouden van deze bebouwing voor de toekomst, wordt een functiewijzing van Bed en Breakfast naar een vakantiewoning beoogd. Hierbij is het van belang rekening te houden met geluidbronnen en de mogelijke hinder of overlast daarvan voor mensen.

Gelet op het vorenstaande is door de RUD nader onderzoek verricht naar het aspect geluid (Bijlage 8). De beoordeling van het aspect geluid vindt zijn grondslag vooral in de Wet geluidhinder (Wgh) maar daarnaast ook in de Wet ruimtelijke ordening wanneer het gaat om de beoordeling of er sprake is van een goed woon- en leefklimaat.

Het plan kent ten aanzien van de milieubeoordeling als op grond van ruimtelijke ordening geen beletsel, met dien verstande dat voldaan wordt aan de uitgangspunten van dit advies. In het bijzonder moet aandacht zijn voor het feit dat, indien het terras aan de zijgevel wordt gebruikt, dat terras zover mogelijk van de zijgevel af wordt geplaatst (zie figuur 3.2 in het advies).

Op grond van het bovenstaande heeft het college besloten medewerking te verlenen aan dit initiatief, en dit in het onderhavige plan op te nemen.

Aanpassing

  • op de verbeelding wordt ter plaatse van Holset 80 de aanduiding 'Waarde - Cultuurhistorie' opgenomen;
  • op de verbeelding wordt de aanduiding 'bed & breakfast' gewijzigd naar 'recreatiewoning'.
3.2.19 Holset 21

Op het perceel Holset 21, 21a, 21b, en 21c te Lemiers zijn momenteel feitelijk 2 reguliere woningen en 2 recreatiewoningen aanwezig. In het geldende bestemmingsplan is op het perceel slechts sprake van één woonbestemming, waardoor in beginsel slechts één reguliere woning is toegestaan. De tweede reguliere woning is daarom in afwijking van het bestemmingsplan mogelijk gemaakt door middel van een omgevingsvergunning. Daarnaast zijn de twee recreatiewoningen door middel van de maatvoeringsaanduiding toegestaan.

De gemeente heeft onlangs medewerking verleend aan het samenvoegen van de twee recreatiewoningen tot één reguliere woning. Daarmee komen er op deze locatie 3 reguliere woningen te liggen. Met deze herziening wordt het bestemmingsplan zodanig aangepast, dat de planologisch-juridische situatie overeenkomt met de feitelijke en vergunde situatie.

Aanpassing

  • op de verbeelding worden ter plaatse van Holset 21, 21a, 21b en 21c de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - recreatiewoning' en 'vrije tekst: 2' verwijderd;
  • op de verbeelding wordt ter plaatse van Holset 21, 21a, 21b en 21c de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden: 3' opgenomen;
3.2.20 Vijlenstraat 18

Op het perceel Vijlenstraat 18 is momenteel een carport aanwezig. De eigenaar van de woning Vijlenstraat 18 heeft een aanvraag ingediend voor een vooroverleg voor het verbouwen van deze bestaande carport ten behoeve van de opslag van materieel voor het instandhouden van de hoogstamboomgaard.

Vijlenstraat 18 maakt samen met Vijlenstraat 17, 17a, 19, 21 en 21a deel uit van een bebouwingscluster. Vanwege de Rijksmonumentale status van deze bebouwing is de gewenste uitbreiding van de carport uitgewerkt met respect voor de monumentale waarden. Vanuit die benadering is ervoor gekozen om de bestaande carport te verbouwen en parallel aan de straat in noordelijke richting, van het monument én het bebouwingscluster af, te verlengen en deels in te graven in het oplopende maaiveld. Uitvoering op deze wijze impliceert dat de bestaande noodzakelijke toegang tot de boomgaard gehandhaafd kan blijven. Het 'verlengen' van de carport parallel aan de straat kan voorts op een goede wijze landschappelijk worden ingekleed door de bestaande (hoge) haag langs de carport analoog te verlengen. Voor de ontwikkeling is een ruimtelijke onderbouwing opgesteld. Deze is als Bijlage 4 bij deze toelichting opgenomen.

Uit de ruimtelijke onderbouwing blijkt dat door het bouwplan geen onevenredige aantasting ontstaat van het woon- en leefklimaat in de direct omgeving. Er bestaan (mede naar aanleiding van een beoordeling door de RUD-Zuid Limburg) geen milieuhygiënische belemmeringen tegen het bouwplan en het bijbehorend bouwwerk wordt volledig op eigen terrein gerealiseerd. Niet is gebleken dat het woon- en leefklimaat ter plaatse door oprichting van het bouwwerk onevenredig wordt aangetast.

Daarnaast is het plan voorgelegd aan de Kwaliteitscommissie Limburg, die op 6 april 2021 heeft ingestemd met het plan, onder voorwaarde van compensatie op basis van het door hen verstrekte advies. Dit omdat de bestaande haag wordt gehandhaafd en de bebouwing gedeeltelijk in de grond is gepositioneerd zodat de aantasting van het straatbeeld (het zicht op de vakwerkzijgevel) zo min mogelijk wordt aangetast.

Het plan is tevens beoordeeld door de welstandcommissie. De commissie is van mening dat het volume, op de op tekening aangegeven plaats, gerechtvaardigd is. Het uitbreiden of verschuiven van het volume in de richting van het monument acht de commissie uit stedenbouwkundig én monumentaal oogpunt niet wenselijk. Daarnaast is het plan afgestemd met en akkoord bevonden door de provinciaal rayonplanoloog.

Gelet op het voorgaande is de ruimtelijke aanvaardbaarheid beoordeeld, wordt het plan niet in strijd geacht met een goede ruimtelijke ordening en zal het bestemmingsplan op dit punt gewijzigd worden vastgesteld. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Vaals heeft daarom op 5 mei 2021 haar principemedewerking toegezegd aan deze functiewijziging en mogelijkheid voor het bouwen van bijgebouwen.

De eigenaar heeft bij zienswijze (zienswijze 5 in de zienswijzennota, Bijlage 10) verzocht om op basis van de toegezegde principemedewerking het ontwerp-bestemmingsplan aan te passen, zodat de aangevraagde uitbreiding van de bestaande carport met een afsluitbare dichte berging binnen de bouw- en gebruiksmogelijkheden van het herziene bestemmingsplan past. Gelet op het voorgaande is de ruimtelijke aanvaardbaarheid beoordeeld, wordt het plan niet in strijd geacht met een goede ruimtelijke ordening en zal het bestemmingsplan op dit punt gewijzigd worden vastgesteld.

Aanpassing

  • De woonbestemming ter plaatse van Vijlenstraat 18 wordt in zijn geheel opgenomen op de verbeelding en aan de noorzijde uitgebreid met een oppervlakte van 36 m2.
3.2.21 Oude Akerweg 12a

Medio 2003 is een omgevingsvergunning verleend voor het realiseren van een tweede bedrijfswoning (Oude Akerweg 12a) bij het aanwezige manegebedrijf. De functie als bedrijfswoning is echter sinds 2008/2009 niet meer aanwezig en bovendien niet meer noodzakelijk.

Bij brief van 14 mei 2021 hebben de eigenaren bij het college van burgemeester en wethouders een principeverzoek ingediend voor het planologisch wijzigen van de functie van woning naar plattelandswoning in de zin van de Wet plattelandswoningen.

Bij brief van 5 juli 2021 heeft het college van burgemeester en wethouders kenbaar gemaakt principemedewerking te willen verlenen aan het plan, op voorwaarde dat uit een aan te leveren concept-bestemmingsplan blijkt dat het plan niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening.

Na terinzagelegging van het ontwerp-bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013' hebben reclamanten bij zienswijze verzocht of het mogelijk is de ruimtelijke ontwikkeling in dit plan op te nemen (zie Bijlage 10, zienswijze 8). Daartoe is een concept-bestemmingsplan aangeleverd. Daarmee is sprake van een concreet initiatief, dat tijdig kenbaar is gemaakt en waarvan de ruimtelijke aanvaardbaarheid kan worden beoordeeld.

De raad dient bij de vaststelling van een bestemmingsplan rekening te houden met een particulier initiatief betreffende ruimtelijke ontwikkelingen, voor zover dat initiatief voldoende concreet is, tijdig kenbaar is gemaakt en ten tijde van de vaststelling van het plan op basis van de op dat moment bekende gegevens de ruimtelijke aanvaardbaarheid daarvan kan worden beoordeeld.

Uit het aangeleverde bestemmingsplan en de bijbehorende toelichting en onderzoeken (zie Bijlage 6) blijkt dat door de functiewijziging geen onevenredige aantasting ontstaat van het woon- en leefklimaat in de directe omgeving. Er bestaan (mede naar aanleiding van een beoordeling door de RUD-Zuid Limburg) geen milieuhygiënische belemmeringen tegen de functiewijziging. Het plan is tevens afgestemd met de provincie Limburg. Bij monde van de rayonplanoloog is aangegeven dat vanuit provinciaal oogpunt geen bezwaren bestaan tegen het plan.

Gelet op het voorgaande kan de raad zich op het standpunt stellen dat het plan niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening en zal het bestemmingsplan op dit punt gewijzigd worden vastgesteld.

Aanpassing

  • De toelichting van het opgestelde bestemmingsplan (inclusief 3 bijlages) is als Bijlage 6 bij deze toelichting gevoegd;
  • verbeelding van het bestemmingsplan 'Oude Akerweg 12a te Vaals' wordt in de verbeelding van dit plan verwerkt;
  • in de regels wordt het begrip 'plattelandswoning' toegevoegd;
  • in de bestemmingsomschrijving van de bestemming Recreatie wordt opgenomen, dat de voor 'Recreatie' aangewezen gronden bestemd zijn voor 'wonen met bijbehorende tuin in een bedrijfswoning door een derde ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - plattelandswoning'.

3.3 Verleende omgevingsvergunningen

3.3.1 Holset 44 - Lemiers

Volgens het vigerende bestemmingsplan heeft de locatie Holset 44 te Lemiers, waar restaurant ’t Klükske is gevestigd, de bestemming 'Horeca'. Volgens artikel 7.5 onder c van de regels van het geldende bestemmingsplan levert permanente bewoning van het appartement dat boven het restaurant is gelegen met de bestemming 'Horeca' strijdig gebruik op, tenzij dit appartement als bedrijfswoning wordt gebruikt. Het appartement mag dus uitsluitend door de eigenaar/uitbater van het restaurant als bedrijfswoning worden bewoond, maar het appartement mag niet als reguliere woning worden verhuurd. Op de verbeelding van het geldende bestemmingsplan ontbreekt voor deze locatie de aanduiding 'bedrijfswoning' (bw); op de verbeelding van het bestemmingsplan Herziening Buitengebied 2013 wordt deze aanduiding opgenomen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0036.png"

Holset 44, bestemming 'Horeca'

Aanpassing

  • voor deze locatie op de verbeelding de aanduiding 'bedrijfswoning' (bw) opnemen

3.3.2 Lemierserberg 35-37 - Vaals

Op dit perceel is geconstateerd dat de achter Lemierserberg 35-37 vergunde en deels in aanbouw zijnde garage, niet volledig is gesitueerd in het daarvoor in het vigerend plan opgenomen bouwvlak. Stedenbouwkundig stuit de aangepaste locatie van het gebouw niet op bezwaren, nu de afwijkingen in de maatvoering van het bouwwerk  ten opzichte van de vergunde situatie in het open weidse landschap, zonder referentie naar de feitelijk vergunde maatvoering, nauwelijks waarneembaar zijn. De afstand tot het buurpand is bovendien zo groot dat geen sprake is van een substantiële aanvullende belemmering. Het bouwvlak wordt in overeenstemming gebracht met de feitelijke situatie.

afbeelding "i_NL.IMRO.0981.HerzBuitengebd2021-VG01_0037.png"

Lemierserberg 37, bestemming 'Recreatie'

In het kader van het uitgevoerde legalisatieonderzoek is gebleken dat legalisatie mogelijk is, middels enkele aanpassingen van het vigerend bestemmingsplan Buitengebied 2013. De ruimtelijke aanvaardbaarheid is beoordeeld aan de hand van de aangeleverde ruimtelijke motivering (Bijlage 9). Hieruit blijkt dat sprake is van een goede ruimtelijke ordening. De stadsbouwmeester heeft het bouwplan stedenbouwkundig beoordeeld en is akkoord met het plan.

Aanpassing

  • Beperkte aanpassing afmetingen en situering van het bouwvlak op het achterterrein van Lemierserberg 37 zodat deze overeenkomt met de feitelijke situatie;
  • op de verbeelding opnemen van aanduidingen en wijzigen van de regels voor een afwijkende maximale ondergrondse bouwdiepte van 3,45 meter en een aanduiding voor een maximale goothoogte van 3,10 meter;
  • in de regels aanpassen van de maximale gezamenlijke oppervlakte aan bijbehorende bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - afwijkende maatvoering 2' van 85 m2 naar 95 m2.

Hoofdstuk 4 Beleid en sectorale aspecten

4.1 Inleiding

Gemeenten zijn niet geheel vrij in het voeren van hun eigen beleid. Rijk en provincies geven met het door hen gevoerde en vastgestelde beleid de kaders aan waarbinnen gemeenten kunnen opereren.

In dit hoofdstuk wordt aangetoond dat de opgenomen planverbeteringen en nieuwe ontwikkelingen niet strijdig zijn met het voor het plangebied relevante nationale en provinciale beleid. De inhoud van het voorliggende plan wordt tevens getoetst aan de overkoepelende beleidskaders van de gemeente Vaals. Tevens wordt aandacht besteed aan de verschillende sectorale (milieu-)aspecten die in het kader van het bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013' relevant zijn.

4.2 Rijks-, provinciaal, regionaal en gemeentelijk beleid

Het overkoepelend beleid van de diverse overheidsinstanties, waaronder Rijk, provincie, regio en gemeente, is uitvoerig behandeld in de toelichting van het vigerende bestemmingsplan 'Buitengebied 2013' (het 'moederplan') van de gemeente Vaals. Daaruit is gebleken dat planologische mogelijkheden voor het buitengebied van Vaals passen binnen de beleidskaders van de verschillende overheidsinstanties.

Voor zover relevant, worden de relevante punten uit het Rijks-, provinciaal, regionaal en gemeentelijk beleid hieronder kort uiteengezet.

4.2.1 Rijksbeleid

Op 13 maart 2012 is de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) vastgesteld. Deze structuurvisie vervangt onder andere de Nota Ruimte en de Nota Mobiliteit.

De SVIR speelt in op de volgende ontwikkelingen en uitdagingen:

  • de veranderende behoefte aan wonen en werken;
  • de mobiliteit van personen;
  • economische positie tussen de tien meest concurrerende landen vasthouden voornamelijk in de sectoren logistiek, water, hightech, creatieve industrie, chemie en voedsel en tuinbouw;
  • de bijzondere waarden (compacte steden omringd door open en natuurrijk landelijk gebied, cultuurhistorie en natuur) koesteren en versterken;
  • waterveiligheid en beschikbaarheid van voldoende zoetwater in verband met de klimaatverandering en stedelijke ontwikkeling;
  • aandeel duurzame energiebronnen als wind, zon, biomassa en bodemenergie moet worden vergroot;
  • deregulering.

Om goed op deze ontwikkelingen en eisen in te spelen is een beleid nodig dat toekomstbestendig is en de gebruiker ruimte geeft. Dit vraagt om een grondige actualisatie van de bestaande beleidsnota's voor ruimte en mobiliteit. De structuurvisie voorziet hierin door overheden, burgers en bedrijven de ruimte te geven om oplossingen te creëren. Het Rijk gaat zich meer richten op het versterken van de internationale positie van Nederland en het behartigen van belangen voor Nederland als geheel. Het Rijk ziet verder toe op de deregulering waarmee jaarlijks vele miljoenen euro's kunnen worden bespaard.

Provincies en gemeenten zullen afspraken maken over verstedelijking, groene ruimte en landschap. Het Rijk verbindt ruimtelijke ontwikkeling en mobiliteit en zet de gebruikers centraal. Het zijn bewoners, ondernemers en reizigers die Nederland sterk maken. Provincies en gemeenten krijgen de ruimte om zelf maatwerk te leveren. Zo werkt het Rijk aan een concurrerend, bereikbaar, leefbaar en veilig Nederland. Hiertoe zijn voor de middellange termijn (2028) drie doelen gesteld:

  • het vergroten van de concurrentiekracht van Nederland door het versterken van de ruimtelijk-economische structuur van Nederland;
  • het verbeteren en ruimtelijk zeker stellen van de bereikbaarheid waarbij de gebruiker voorop staat;
  • het waarborgen van een leefbare en veilige omgeving waarin unieke natuurlijke en cultuurhistorische waarden behouden zijn.

Het Rijk benoemt 13 nationale belangen, waarvoor het Rijk verantwoordelijk is en resultaten wil boeken. Deze belangen zijn gelijkwaardig aan elkaar en beïnvloeden elkaar onderling. In de SVIR is een eerste integrale afweging gemaakt van deze belangen. Dit heeft als gevolg dat het Rijk in gebieden of projecten een gebieds- of projectspecifieke afweging zal maken. In de SVIR zijn deze nationale opgaven uit de nationale ruimtelijke structuur aangevuld met regionale opgaven.

De gemeente Vaals is gelegen in de regio Brabant en Limburg. De opgave van nationaal belang binnen deze gemeente is het tot stand brengen van de (herijkte) Ecologische Hoofdstructuur (EHS), inclusief de Natura 2000-gebieden. Een deel van voorliggende plangebied is als zodanig aangewezen. Waar mogelijk hebben deze gronden een passende bestemming ontvangen.

4.2.2 Provinciaal beleid
4.2.2.1 Provinciaal Omgevingsplan Limburg

Op 12 december 2014 is door Provinciale Staten het Provinciaal Omgevingsplan Limburg (hierna: POL 2014) vastgesteld. Op 16 januari 2015 is dit in werking getreden.

In het POL 2014 geeft de provincie Limburg haar visie op datgene wat nodig om de kwaliteit van de fysieke omgeving te verbeteren. De provincie zet daarbij onder meer in op een kwalitatief hoogwaardig leef- en vestigingsklimaat. Belangrijke uitdagingen zijn het faciliteren van innovatie, het aantrekkelijk houden van de regio voor jongeren en arbeidskrachten, het versnellen van de energietransitie, de fundamenteel veranderde opgaven op het gebied van wonen en voorzieningen, de leefbaarheid van kernen en buurten en het inspelen op de klimaatverandering.

In het omgevingsbeleid van de provincie staat kwaliteit dan ook centraal. Dat komt tot uiting in het koesteren van de gevarieerdheid van Limburg onder het motto 'meer stad, meer land', het bieden van ruimte voor verweving van functies, in kwaliteitsbewustzijn, en in dynamisch voorraadbeheer dat moet resulteren in een nieuwe vorm van groeien. Algemene principes voor duurzame verstedelijking sluiten hierop aan, zoals de ladder van duurzame verstedelijking en de prioriteit voor herbenutting van cultuurhistorische en beeldbepalende gebouwen. De provincie wil samen met haar partners dat kwalitatief hoogwaardige leef- en vestigingsklimaat realiseren met instrumenten op maat en ruimte om te experimenteren. De provincie wil daarbij selectief zijn; het POL richt zich daarom alleen op die zaken die er op provinciaal niveau echt toe doen en vragen om regionale oplossingen.

In het POL2014 wordt onderscheid gemaakt in drie regio's. Het plangebied is gelegen in de regio Zuid-Limburg. Zuid-Limburg is een heel aantrekkelijke regio om te wonen, te werken en te recreëren. Tegelijkertijd worden deze potenties bedreigd. De gevolgen van de bijzondere grensligging en de demografische ontwikkeling in Limburg spelen nergens zo sterk als in het zuiden van de provincie. Zuid-Limburg heeft onder meer te kampen met leegstandsproblematiek op het gebied van woningbouw, kantoren, verblijfsrecreatie bedrijventerreinen en detailhandel: er is van alles te veel. Tegelijkertijd is de kwaliteit steeds minder toegesneden op de behoefte. De uitdaging is een omslag te maken 'van kwantiteit naar kwaliteit' en meer schaarste te creëren. De sleutel daartoe ligt in dynamisch voorraadbeheer.

De gemeente Vaals is gelegen in het gebied dat wordt aangeduid als 'Nationaal Landschap', dat is gelegen binnen de (Euregionale) metropool Luik-Eupen-Aken-Parkstad- Sittard-Genk-Hasselt-Maastricht als onderdeel van het grensoverschrijdende Drielandenpark. Het is een uitloopgebied van de steden waarvan de “quality of life” belangrijk is voor het Zuid-Limburgse leef- en vestigingsklimaat. Het gebied kent een hoge dichtheid aan cultuurhistorisch erfgoed waaronder veel monumenten. Bezoekers en toeristen van ver weg, maar ook de in Zuid-Limburg wonende (kennis)werkers en stedelingen, komen naar dit gebied om te genieten van de rust en ruimte en het afwisselende landschap. Dit is van groot belang voor het bruto regionaal product van Zuid-Limburg. Het unieke landschap draagt in belangrijke mate bij aan het vestigingsklimaat en het woon- en leefkwaliteit van de regio. In het Nationaal Landschap Zuid-Limburg worden een aantal belangrijke opgaven onderscheiden, die vragen om een integrale aanpak en benadering:

  • 1. Behoud, beheer, ontwikkeling en beleving van de landschappelijke kernkwaliteiten;
  • 2. Versterking van de relatie met de aangrenzende stedelijke gebieden, Maasdal en Drielandenpark, waarbij de bekenstructuur als leidend principe wordt gehanteerd;
  • 3. Ontwikkeling en vernieuwing van de toeristische sector in balans met de omgevingskwaliteiten;
  • 4. Behoud van een duurzame grondgebonden land- en tuinbouw in balans met de omgevingskwaliteiten;
  • 5. Goede woon- en leefkwaliteit in dorpen en kernen.

Deze uitgangspunten zijn nader uitgewerkt in de Omgevingsverordening Limburg (zie paragraaf 4.2.2.2).

Zonering

Het plangebied van het bestemmingsplan 'Herziening Buitengebied 2013' is gelegen in het 'landelijk gebied'. Dit is het gebied buiten de steden, plattelandskernen en bedrijventerreinen. De contramal dus van het bestaand bebouwd gebied. Een rijk geschakeerd gebied bestaande uit rivier- en beekdalen, hellingen, landbouwgronden, glastuinbouw, bos- en natuurgebieden, delfstofwinningen, solitaire woningen en bedrijfsgebouwen, linten en clusters van bebouwing, verblijfsrecreatieve terreinen e.d. en doorsneden met allerlei vormen van infrastructuur.

Het landelijk gebied wordt op hoofdlijnen en indicatief onderverdeeld in 4 zones: goudgroene natuurzone, zilvergroene natuurzone, bronsgroene landschapszone en buitengebied.

 

Zoneringskaart POL2014 

Goudgroene natuurzone

Dit betreft het Limburgse deel van het nationale natuurnetwerk (NNN) en omvat de belangrijkste bos- en natuurgebieden, waaronder de Natura2000-gebieden, inclusief de reeds gerealiseerde areaaluitbreidingen natuur, én de nog te realiseren areaaluitbreidingen natuur. De buitenbegrenzing van de goudgroene natuurzone is vrij nauwkeurig begrensd, maar omvat op bestemmingsplanniveau ook andere functies.

Zilvergroene natuurzone

Deze zone omvat vooral landbouwgebieden, die belangrijk zijn vanwege de aanwezige natuurwaarden: het accent ligt hier op (het bieden van mogelijkheden voor) agrarisch natuurbeheer. Ook omvat de zilvergroene natuurzone diverse gebieden met delfstofwinningen waar na afloop de ontwikkeling als natuur (mede) aan de orde is, maar ook (delen) van Maasplassen met een ecologische functie en gebieden waar door andere partijen groengebieden worden ontwikkeld (soms met medefinanciering door de provincie). De zonering is indicatief op kaart gezet. Het karakter van dit gebied vraagt niet om een gedetailleerde begrenzing door gemeenten.

Bronsgroene landschapszone

Basis voor deze zone wordt gevormd door de rivier- en beekdalen en de steilere hellingen, voor zover die niet reeds onderdeel uitmaken van de goudgroene of zilvergroene natuurzones, én de relatieve rijkdom aan cultuurhistorische en landschappelijke waarden. Het betreft overwegend landbouwgronden maar ook andere functies als verblijfsrecreatieve terreinen, woningen en linten van bebouwing kunnen voorkomen.

De zonering is indicatief op kaart gezet, gemeenten kunnen dit verder specificeren.

Buitengebied

Deze zone omvat een breed scala aan gebieden variërend van landbouwgebieden in algemene zin, glastuinbouwgebieden, ontwikkelingsgebieden intensieve veehouderij, verblijfsrecreatieve terreinen, stadsrandzones tot linten en cluster van bebouwing.

4.2.2.2 Omgevingsverordening Limburg

De Omgevingsverordening Limburg (2011) is een samenvoeging van de Provinciale milieuverordening, de Wegenverordening, de Waterverordening en de Ontgrondingenverordening. Vanwege de vaststelling van het POL2014 is de Omgevingsverordening Limburg gewijzigd en opnieuw vastgesteld. De Omgevingsverordening Limburg 2014 (hierna: Omgevingsverordening) is op 12 december 2014 door Provinciale Staten vastgesteld en op 16 januari 2015 in werking getreden.

In de Omgevingsverordening wordt de juridische doorwerking van het omgevingsbeleid geregeld. Naast bepalingen die voor iedereen gelden (gedragsregels), bevat de Omgevingsverordening ook een hoofdstuk 'Ruimte', waarin instructieregels voor gemeenten zijn opgenomen. De te maken regionale bestuursafspraken worden ook in de Omgevingsverordening juridisch geborgd. Voor de gemeente Vaals is bovendien relevant, dat de Verordening Wonen Zuid-Limburg is opgenomen in de Omgevingsverordening.

In de Omgevingsverordening is bepaald dat in Zuid-Limburg geen plannen (bestemmingsplannen, wijzigingsplannen, beheersverordeningen of omgevings- vergunningen waarbij wordt afgeweken van het bestemmingsplan of de beheers- verordening) voor het bouwen van nieuwe woningen (d.w.z. nieuwe bouwtitels voor woningen) mogen worden vastgesteld, tenzij die woningen voldoen aan door GS vast te stellen kwaliteitscriteria of indien het de toevoeging van maximaal een woning betreft. Ook aanvullende detailhandel of kantoorfuncties zijn in principe niet toegestaan. De bescherming van Beschermingsgebied Nationaal Landschap Zuid-Limburg is expliciet in de verordening verankerd. Een deel van het plangebied is aangewezen als Beschermingsgebied Nationaal Landschap Zuid-Limburg. In het geval van nieuwe ontwikkelingen dient met de uitzonderlijke kwaliteiten van het gebied rekening te worden gehouden.

4.2.2.3 Regionaal beleid
4.2.2.3.1 Structuurvisie Wonen Zuid-Limburg

De Structuurvisie Wonen Zuid-Limburg is door de gemeenteraad van Vaals vastgesteld op 17 oktober 2016. Op 19 november 2016 is deze in werking getreden.

In deze structuurvisie wordt de gewenste ruimtelijke ontwikkelingsrichting ten aanzien van het beleidsveld 'Wonen' in de achttien gemeenten in de regio Zuid-Limburg (Beek, Brunssum, Eijsden-Margraten, Gulpen-Witten, Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Maastricht, Meerssen, Nuth, Onderbakne, Schinnen, Simpelveld, Sittard-Geleen, Stein, Vaals, Valkenburg aan de Geul en Voerendaal) vastgelegd.

De Structuurvisie Wonen Zuid-Limburg geeft richting aan de kwalitatieve en kwantitatieve opgave waar de achttien gemeenten in de regio Zuid-Limburg zich de komende jaren ten aanzien van het thema wonen en volkshuisvesting voor gesteld zien. Daarnaast geeft de structuurvisie richting aan de wijze waarop het aantal woningbouwplannen wordt afgestemd op de (toekomstige) woningbehoefte. Dit betekent onder meer dat beleidsmatig is vastgelegd hoe de planvoorraad voor woningen in de gemeenten in de regio Zuid-Limburg in overeenstemming wordt gebracht met de kwantitatieve en kwalitatieve behoefte. Daarbij zullen delen van de in de bestemmingsplannen opgenomen directe bouwmogelijkheden komen te vervallen. Evenmin kan worden uitgesloten dat door de gemeente gesloten privaatrechtelijke overeenkomsten om woningbouw mogelijk te maken, worden opengebroken. De structuurvisie heeft overigens geen directe rechtsgevolgen; bestemmingsplannen hebben dat wel.

In voorliggende plan is geen sprake van nieuwe woningbouwlocaties. Daar waar woningen worden toegevoegd (functiewijziging) is sprake van een goede ruimtelijke onderbouwing en/of zwaarwegende motieven zoals het behoud van monumentale bebouwing.

4.2.2.3.2 Structuurvisie Ruimtelijke Economie Zuid-Limburg

De Structuurvisie Ruimtelijke Economie Zuid-Limburg (hierna: SVREZL) is door de gemeenteraad van Vaals vastgesteld op 11 december 2017. Op 20 maart 2018 is deze in werking getreden.

In deze structuurvisie wordt de gewenste ruimtelijke ontwikkelingsrichting ten aanzien van de beleidsvelden detailhandel, kantoren en bedrijventerreinen in de achttien gemeenten in de regio Zuid-Limburg (Beek, Brunssum, Eijsden-Margraten, Gulpen-Wittem, Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Maastricht, Meerssen, Nuth, Onderbanken, Schinnen, Simpelveld, Sittard-Geleen, Stein, Vaals, Valkenburg aan de Geul en Voerendaal) vastgelegd.

De SVREZL geeft op hoofdlijnen een toekomstbeeld van de gewenste ruimtelijke ontwikkelingen op het gebied van detailhandel, kantoren en bedrijventerreinen. De SVREZL is belangrijk voor het behoud van de leefbaarheid en het versterken van het vestigingsklimaat in Zuid-Limburg. Diverse ontwikkelingen hebben de winkel-, kantoren- en bedrijventerreinmarkt in de afgelopen jaren veranderd. Daarom zijn in de SVREZL afspraken over nieuwe ontwikkelingen gemaakt en is een hoofdstructuur vastgelegd, met aangewezen winkel-, kantoren- en bedrijventerreinlocaties. Buiten deze hoofdstructuur worden in principe geen vierkante meters toegevoegd. Gemeenten kunnen bij langdurige leegstand van drie jaar winkels en kantoren herbestemmen.

De SVREZL is voornamelijk gericht op het stedelijk en bebouwd gebied. In voorliggend conserverend buitengebiedplan is geen sprake van nieuwe detailhandels-, kantoren- en/ of bedrijventerreinlocaties.

4.2.2.4 Gemeentelijk beleid
4.2.2.4.1 Beleidsregel Buitenplanse Afwijkingsmogelijkheden gemeente Vaals 2017

Op 12 december 2017 heeft het college van burgemeester en wethouders van Vaals de Beleidsregel Buitenplanse Afwijkingsmogelijkheden gemeente Vaals 2017 vastgesteld.

Per 1 oktober 2010 is de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (hierna: Wabo) in werking getreden. Indien een bouwplan of een bepaald gebruik in strijd is met het geldende bestemmingsplan, heeft het bevoegd gezag op grond van de Wabo de mogelijkheid om in bepaalde situaties af te wijken van het bestemmingsplan.

In artikel 4 van Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht (hierna: Bor) wordt aangegeven welke gevallen onder meer in aanmerking komen voor het verlenen van een omgevingsvergunning in afwijking van het bestemmingsplan (kruimelgevallen). Daarbij gaat bijvoorbeeld om uitbreidingen of bijgebouwen bij woningen, de bouw van dakkapellen, de bouw van bouwwerken geen gebouwen zijnde tot een bepaalde hoogte en het gebruik van bouwwerken. De beleidsregel Buitenplanse Afwijkingsmogelijkheden gemeente Vaals 2017 heeft betrekking op de buitenplanse afwijkingsbevoegdheid middels de kruimelgevallenregeling (reguliere procedure) als bedoeld in artikel 4, bijlage II van het Bor. Deze buitenplanse afwijkingsbevoegdheid is gebaseerd op artikel 2.1 lid 1 onder c jo. 2.12 lid 1 onder a, onder 2 van de Wabo.

Verzoeken tot het gebruik of bebouwing van gronden die niet rechtstreeks of via een binnenplanse afwijking tot de mogelijkheden behoren, kunnen worden getoetst aan het kruimelgevallenbeleid. Het beleid biedt een afwegingskader om gemotiveerd al dan niet mee te werken aan ruimtelijke ontwikkelingen.

4.2.3 Conclusie

Als gevolg van de onderhavige bestemmingsplanherziening wijzigen de standpunten met betrekking tot de hierboven besproken beleidskaders niet. Zoals gezegd, is het bestemmingplan 'Herziening Buitengebied 2013' vooral opgesteld om omissies en discrepanties tussen de verbeelding en de regels te repareren. Ook worden enkele ontwikkelingen opgenomen waarbij de relevante beleidsaspecten in eerdere procedures, eerdere vergunningverlening of eerdere afwegingen, zijn meegewogen. De aanpassingen in het bestemmingsplan zijn marginaal en van ondergeschikte aard; daarmee wordt geen afbreuk gedaan aan de oorspronkelijke planologische mogelijkheden voor het buitengebied van de gemeente Vaals. Het Rijks-, provinciaal, regionaal en gemeentelijk beleid zijn dan ook niet in het geding.

4.3 Randvoorwaarden

4.3.1 Milieuaspecten

De aanpassingen in deze bestemmingsplanherziening hebben geen milieuhygiënische consequenties. De aanpassingen hebben betrekking op omissies ten opzichte van de bestaande situatie en leiden derhalve niet tot nieuwe situaties, of hebben betrekking op ontwikkelingen waarvan in eerdere planvorming, eerder doorlopen procedures of eerdere afwegingen de milieuconsequenties reeds zijn beoordeeld. Daarnaast hebben de particuliere verzoeken een dusdanig beperkte ruimtelijke invloed, dat er geen milieuaspecten in het geding komen. Voor enkele particuliere verzoeken zijn de benodigde onderzoeken uitgevoerd en bijgevoegd. Voor een aantal locaties wordt de mogelijkheid een nieuwe woning te realiseren verwijderd. Hiermee daalt het aantal potentieel nieuwe gevoelige objecten binnen het plangebied.

Met de RUD Zuid-Limburg is informeel afgestemd over het plan. Gezien de aard en inhoud van het plan acht de RUD Zuid-Limburg geen vormvrije mer-beoordeling noodzakelijk voor het plan.

4.3.2 Waterhuishouding

Het merendeel van de aanpassingen van deze bestemmingsplanherziening heeft geen consequenties voor de waterhuishouding. De aanpassingen hebben betrekking op omissies ten opzichte van de bestaande situatie en leiden derhalve niet tot nieuwe situaties, dan wel hebben betrekking op ontwikkelingen waarvan in eerdere planvorming, eerder doorlopen procedures of eerdere afwegingen de consequenties voor de waterhuishouding reeds zijn beoordeeld. Waar het plan betrekking heeft op 'bebouwde functies', is deze bebouwing reeds aanwezig. Op een aantal locaties verdwijnen 'slapende' woningbouwmogelijkheden, waarmee verdere verharding en bebouwing van het buitengebied wordt voorkomen.

In het belang van een goede afwatering bevat het plan tevens een regeling voor het beschermen van erosiewerende maatregelen. Een aantal werken en werkzaamheden worden gekoppeld aan een vergunningplicht, zodat op voorhand een afweging gemaakt kan worden of een bepaalde ingreep negatieve gevolgen heeft voor de buffering, afkoppeling en/ of infiltratie van hemelwater.

4.3.3 Archeologische en cultuurhistorische waarden

In het vigerende bestemmingsplan 'Buitengebied 2013' zijn de aanwezige archeologische waarden doorvertaald in de dubbelbestemmingen 'Waarde - Archeologie 1' t/m 'Waarde - Archeologie 7'. Deze dubbelbestemmingen blijven van toepassing. De aanpassingen in deze bestemmingsplanherziening hebben verder geen consequenties voor de aanwezige waarden van het buitengebied Vaals. De aanpassingen hebben betrekking op omissies ten opzichte van de bestaande situatie en leiden derhalve niet tot nieuwe situaties, of hebben betrekking op ontwikkelingen waarvan in eerdere planvorming, eerder doorlopen procedures of eerdere afwegingen de consequenties voor de eventueel aanwezige waarden reeds zijn beoordeeld. Daarnaast hebben de particuliere verzoeken een dusdanige beperkte ruimtelijke invloed, dat de eventueel aanwezige waarden niet in het geding komen. Daar waar ontwikkelingen aan de orde zijn, vinden deze voor het overgrote deel plaats binnen bestaande bebouwing. Voor monumentale en cultuurhistorische panden worden nieuwe functies gezocht, om het voorbestaan van het pand of complex veilig te stellen. Aangezien geen sprake is van het oprichten van nieuwe bebouwing, zullen archeologische of andere cultuurhistorische waarden niet worden aangetast.

Hoofdstuk 5 Juridische opzet

5.1 Wettelijk kader

Het wettelijk kader voor de inhoud en de vaststellingsprocedure van een bestemmingsplan wordt sinds 1 juli 2008 gevormd door de Wet ruimtelijke ordening (Wro) en is verder ingevuld door het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) en de Regeling standaarden ruimtelijke ordeningen (Rsro). De Wro, het Bro en Rsro bevatten regels ten aanzien van de (digitale) vormgeving, inhoud en raadpleegbaarheid van bestemmingsplannen, met als doel bestemmingsplannen uniform en uitwisselbaar te maken.

5.2 Herziene onderdelen

Zoals uit de voorgaande hoofdstukken blijkt, bestaan geen overwegende bezwaren tegen de hiervoor beschreven wijzigingen en aanpassingen. Het bestemmingsplan 'Buitengebied 2013' wordt dan ook conform de hierboven genoemde en te herziene onderdelen aangepast.

Qua regels worden de aanpassingen integraal verwerkt in de bestaande regels bij het bestemmingsplan 'Buitengebied 2013'. Voordeel van deze werkwijze is dat direct een 'geconsolideerde versie' van de regels van het bestemmingsplan beschikbaar is, met daarin de actueel geldende regels.

Met betrekking tot de verbeelding is ervoor gekozen, alleen de onderdelen die moeten worden aangepast, opnieuw op kaart vast te leggen. Daarbij gaat het enkel om aanpassingen op ondergeschikte onderdelen. Zodoende wordt direct duidelijk op welke percelen/perceelsgedeelten de herziening van het bestemmingsplan 'Buitengebied 2013' van de gemeente Vaals betrekking heeft. Om ervoor te zorgen dat algemene wijzigingen van de planregels wel op het gehele plangebied van het bestemmingsplan 'Buitengebied 2013' betrekking hebben, is het gehele gebied ook aangewezen als plangebied van de herziening. De specifieke aanpassingen zijn in Hoofdstuk 2 en Hoofdstuk 3 per situatie toegelicht.

Hoofdstuk 6 Haalbaarheid

6.1 Economische haalbaarheid

6.1.1 Planverbeteringen

De economische haalbaarheid voor de herziening van het buitengebied is reeds in het vigerende bestemmingsplan aangetoond. Aangezien sprake is van het herstellen van omissies en discrepanties en het verwerken van tussentijds verleende omgevingsvergunningen zijn er voor de gemeente Vaals, behoudens de kosten voor ambtelijke voorbereiding en procesbegeleiding, geen kosten aan de realisering van het plan verbonden.

6.1.2 Nieuwe ontwikkelingen

De ontwikkelingen zoals verwoord in een deel van paragraaf 2.2, 2.3 en 3.1 betreffen private ontwikkelingen waarbij het risico geheel gedragen wordt door de initiatiefnemer(s). Voor de gemeente Vaals zelf zijn er geen directe kosten verbonden aan de verwezenlijking van de betreffende ontwikkelingen.

Wel wordt met de betreffende initiatiefnemer(s) waar nodig een anterieure overeenkomst gesloten. Hierin wordt ook het kostenverhaal bij eventuele planschade opgenomen, waarbij de kosten van eventuele planschade worden verhaald op de initiatiefnemer(s). Tevens wordt hierin vastgelegd onder welke voorwaarden de gemeente haar medewerking zal verlenen aan het planvoornemen, waaronder de tegenprestatie en/of compensatie. Daarmee wordt voor deze ontwikkelingen gewaarborgd dat eventuele kosten niet voor rekening van de gemeente Vaals komen, maar voor rekening van de initiatiefnemer(s).

Ingevolge artikel 6.12 eerste lid Wro is de gemeente in beginsel verplicht een exploitatieplan vast te stellen voor gronden ten aanzien waarvan een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen bouwplan is voorgenomen. De kosten voor de ontwikkelingen die planologisch-juridisch mogelijk worden gemaakt, zijn echter anderszins verzekerd doordat de gemeente Vaals met de betreffende initiatiefnemer(s) een anterieure overeenkomst sluit.

Op grond van het voorgaande kan worden geconcludeerd dat de economische en financiële uitvoerbaarheid van de nieuwe ontwikkelingen voldoende is gegarandeerd.

6.2 Maatschappelijke haalbaarheid

6.2.1 Planverbeteringen

Tegen de planverbeteringen bestaan naar verwachting geen maatschappelijke bezwaren, aangezien de verbeterpunten alle betrekking hebben op de bestaande situatie. Door het oplossen van de onvolkomenheden wordt beter aangesloten op de daadwerkelijke situatie, zodat sprake is van een correct planologisch-juridisch regime.

6.2.2 Nieuwe ontwikkelingen

De herziening van het vigerende bestemmingsplan 'Buitengebied 2013' van de gemeente Vaals maakt enkele ontwikkelingen mogelijk. Deze ontwikkelingen zijn kleinschalig van aard, waardoor ze een relatief beperkte impact hebben op de omgeving. Redelijkerwijs kan dan ook worden gesteld dat met de ontwikkelingen die planologisch-juridisch mogelijk worden gemaakt geen waarden of belangen (onevenredig) zullen worden geschaad. De mogelijk gemaakte ontwikkelingen zullen daarom naar alle waarschijnlijkheid niet op overwegende bezwaren uit de omgeving stuiten.

Voorliggend plan wordt ook, conform de gebruikelijke procedure, gedurende zes weken ter inzage gelegd. Gedurende deze termijn kan eenieder op het planvoornemen reageren en zijn of haar inspraakreactie indienen. Gelijktijdig worden de relevante instanties op de hoogte gesteld van de ter inzage legging van het ontwerp.

Hoofdstuk 7 Procedure

7.1 De te volgen procedure

Het ontwerp-bestemmingsplan heeft vanaf 2 juli 2021 voor de duur van 6 weken ter inzage gelegen. In deze periode heeft eenieder de mogelijkheid een zienswijze in te dienen bij de gemeenteraad. Gedurende de ter inzage legging zijn 8 zienswijzen ingediend. De ingekomen zienswijzen zijn door de gemeenteraad betrokken bij het besluit omtrent de vaststelling van het bestemmingsplan. Een aantal van deze zienswijzen heeft geleid tot een gewijzigde vaststelling van het ontwerpplan.

7.2 Gewijzigde vaststelling

Het plan is op 13 december 2021 door de gemeenteraad gewijzigd vastgesteld. Naast aanpassingen als gevolg van gegronde zienswijzen is het plan ook ambtshalve aangepast. Voor een uitgebreide toelichting op de zienswijzen, de beantwoording ervan, de ambtshalve aanpassingen wordt verwezen naar de Nota Zienswijzen, die als Bijlage 10 aan deze toelichting is toegevoegd.

7.3 Beroep

Na vaststelling wordt het bestemmingsplan, samen met het vaststellingsbesluit, opnieuw zes weken ter inzage gelegd. Gedurende deze periode kunnen belanghebbenden tegen het besluit tot vaststelling beroep aantekenen bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State.