direct naar inhoud van Artikel 11 Horeca
Plan: Buitengebied Beesel
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0889.BPBuitengebied-VA03

Artikel 11 Horeca

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Horeca' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'horeca van categorie 2', horeca van categorie 2;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'horeca tot en met categorie 3', horeca tot en met categorie 3;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'horeca tot en met categorie 4b', horeca tot en met categorie 4b;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - 1':
    • 1. horeca tot en met categorie 4b, met uitzondering van horeca van categorie 4a;
    • 2. detailhandel;
    • 3. verblijfsrecreatie;
    • 4. een kampeerterrein;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - 2':
    • 1. horeca tot en met categorie 3;
    • 2. detailhandel;
    • 3. verblijfsrecreatie;
  • f. wonen in een bedrijfswoning;

met daaraan ondergeschikt:

  • g. uitoefening van een beroep of bedrijf aan huis overeenkomstig het bepaalde in artikel 42.4;
  • h. groenvoorzieningen;
  • i. terrassen;
  • j. speelvoorzieningen;
  • k. tuinen, erven en terreinen;
  • l. paden, wegen, ontsluitings- en parkeervoorzieningen;
  • m. boven- en/of ondergrondse waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • n. paardrijbakken voor het hobbymatig houden van paarden en/of pony's.
11.2 Bouwregels
11.2.1 Algemeen

Op de voor 'Horeca' aangewezen gronden mogen uitsluitend ten behoeve van de in artikel 11.1 genoemde bestemming worden gebouwd:

  • a. gebouwen;
  • b. een bedrijfswoning;
  • c. bijbehorende bouwwerken;
  • d. bouwwerken, geen gebouw zijnde.
11.2.2 Regels ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'

Voor het bouwen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' gelden de volgende regels:

  • a. per bouwvlak is maximaal één horecabedrijf toegestaan;
  • b. gebouwen, de bedrijfswoning, bijbehorende bouwwerken, bouwwerken, geen gebouw zijnde en werken, geen bouwwerk zijnde in de vorm van parkeervoorzieningen en verhardingen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gerealiseerd;
  • c. voor het overige wordt voldaan aan het bepaalde in artikel 11.2.3, 11.2.4 en 11.2.5.
11.2.3 Bedrijfsgebouwen

Voor het bouwen van bedrijfsgebouwen en daarbij behorende bijbehorende bouwwerken gelden de volgende regels:

  • a. de goot- en bouwhoogte bedraagt respectievelijk maximaal 4,5 en 8 meter;
  • b. in afwijking van het bepaalde onder a. mag de bebouwing ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - 1' bestaan uit maximaal één bouwlaag met een bouwhoogte van maximaal 8 meter;
  • c. de oppervlakte bedraagt maximaal de oppervlakte zoals aangeduid ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage', met dien verstande dat daar waar die aanduiding niet aanwezig is, het bouwvlak geheel mag worden bebouwd;
  • d. de voorgevel dient te worden gebouwd achter de voorgevelrooilijn;
  • e. de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens bedraagt minimaal 5 meter.
11.2.4 Bedrijfswoningen en bijbehorende bouwwerken

Voor het bouwen van bedrijfswoningen en bijbehorende bouwwerken gelden de volgende regels:

  • a. per bestemmingsvlak is maximaal één bedrijfswoning toegestaan, met dien verstande dat:
    • 1. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' geen bedrijfswoning is toegestaan;
    • 2. ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' bedrijfswoningen zijn toegestaan tot een maximum aantal zoals is aangeduid op de verbeelding;
    • 3. voor de bepaling van de onder 1. en 2. genoemde maximum aantallen middels de figuur 'relatie' met elkaar gekoppelde bouwvlakken samen worden beschouwd als één bouwvlak;
  • b. de voorgevel van de bedrijfswoning wordt gebouwd in de voorgevelrooilijn;
  • c. de inhoud van de bedrijfswoning bedraagt maximaal 1.000 m³;
  • d. de goot- en bouwhoogte van bedrijfswoningen bedraagt respectievelijk maximaal 5,5 en 8 meter;
  • e. de oppervlakte van bijbehorende bouwwerken bedraagt maximaal 100 m²;
  • f. de goot- en bouwhoogte van bijbehorende bouwwerken bedraagt respectievelijk maximaal 3,5 meter en 6 meter;
  • g. de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens bedraagt minimaal 5 meter;
  • h. bijbehorende bouwwerken worden in het achtererfgebied gebouwd.
11.2.5 Bouwwerken, geen gebouw zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken geen gebouw zijnde gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde bedraagt maximaal 12 meter, met uitzondering van:
    • 1. erf- en terreinafscheidingen, waarvan de bouwhoogte maximaal 1 meter bedraagt, danwel maximaal 1,80 meter, mits deze voor 90% open zijn;
    • 2. erf- en terreinafscheidingen achter de voorgevelrooilijn, waarvan de bouwhoogte maximaal 2 meter bedraagt;
    • 3. vlaggen-, reclame- en lichtmasten, waarvan de hoogte maximaal 15 meter bedraagt;
    • 4. omheiningen rond een paardrijbak in de vorm van een open afscheiding, waarvan de bouwhoogte maximaal 1,50 meter bedraagt;
    • 5. lichtmasten rond een paardrijbak, waarvan de bouwhoogte maximaal 8 meter bedraagt, met dien verstande dat de lichtmasten geen onevenredige hinder mogen opleveren voor de omgeving;
  • b. per bedrijfswoning is een niet-overdekt zwembad toegestaan binnen het bouwvlak, mits de afstand van het zwembad vanaf de voorgevel van de bedrijfswoning maximaal 40 meter bedraagt.
11.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing en aan de inrichting van het bestemmingsvlak:

  • a. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • b. ter waarborging van de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving;
  • c. ter voorkoming van hemelwaterproblematiek;
  • d. ter waarborging van een goede landschappelijke inpassing.
11.4 Specifieke gebruiksregels
11.4.1 Strijdig gebruik

Onder gebruiken of het laten gebruiken in strijd met de bestemming wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:

  • a. wonen, behoudens in een bedrijfswoning als bedoeld in artikel 11.1, sub g;
  • b. horeca op de verdieping;
  • c. kamerverhuur;
  • d. mantelzorg;
  • e. woningsplitsing;
  • f. verblijfsrecreatie, behoudens:
    • 1. verblijfsrecreatie als bedoeld in artikel 11.1, met dien verstande dat:
      • maximaal 5 recreatie-appartementen zijn toegestaan;
      • de oppervlakte per appartement maximaal 100 m² bedraagt;
    • 2. incidenteel kamperen buiten kampeerterreinen gedurende maximaal 10 dagen aaneengesloten en maximaal 3 keer per jaar;
  • g. detailhandel, behoudens detailhandel als bedoeld in artikel 11.1, met dien verstande dat de verkoopvloeroppervlakte maximaal 100 m² bedraagt;
  • h. evenementen;
  • i. seksinrichtingen;
  • j. permanente bewoning van gebouwen, geen (bedrijfs)woning zijnde.
  • k. buitenopslag voor de voorgevelrooilijn.
11.4.2 Terrassen

De oppervlakte van terrassen bedraagt maximaal 50 m², met dien verstande dat;

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca-1' de oppervlakte maximaal 750 m² mag bedragen;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca-2' de oppervlakte maximaal 410 m² mag bedragen.