Plan: | Houtrust |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0518.BP0212CHoutrust-70OH |
Het bestemmingsplan bestaat uit een plankaart, regels en een toelichting. De eerste twee onderdelen zijn juridisch bindend, de toelichting is juridisch niet bindend maar helpt bij de interpretatie van de plankaart en de regels.
De regels zijn als volgt ingedeeld:
Deze bestemming staat een tankstation (ter plaatse van de aanduiding "verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg" op de plankaart) en een nutsvoorziening (ter plaatse van de aanduiding "nutsvoorziening" op de plankaart) toe. Gebouwen mogen worden gebouwd binnen het op de plankaart aangegeven bouwvlak. Het bouwen van aan- en bijgebouwen is niet toegestaan omdat de bouwpercelen vrijwel volledig bebouwd zijn. Met de functieaanduiding "verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg" op de kaart wordt voor het tankstation tegelijkertijd de verkoop van lpg uitgesloten.
De bestemming Gemengd ziet op de gestapelde bebouwing aan het Tjalie Robinsonduin. Woningen mogen binnen het op de plankaart aangegeven bouwvlak worden gebouwd tot de maximum hoogte die eveneens op de plankaart is opgenomen. Aan- en bijgebouwen zijn niet toegestaan omdat dit niet past bij het karakter van de gestapelde bebouwing. In een woning in deze bestemming is een aan-huis-gebonden bedrijf en/of beroep toegestaan. De regels hiervoor zijn in de begripsbepaling (artikel 1.6, 1.7, 1.83) opgenomen. Op de begane grondlaag zijn tevens dienstverlenende bedrijven en sportvoorzieningen toegestaan.
In de begane grondlaag mag tevens een tussenverdieping (entresol) worden gerealiseerd die mag worden gebruikt voor een dienstverlenend bedrijf en sportvoorzieningen. Dit is alleen toegestaan indien wordt voldaan aan de parkeernormen die zijn opgenomen in Bijlage 2 van de regels.
In het plangebied zijn veel groenvoorzieningen aanwezig die ook voor omliggende straten en buurten van belang zijn. Deze groenvoorzieningen zijn bestemd als Groen. Kleine groenvoorzieningen maken deel uit van het straatprofiel en zijn daarom onderdeel van de verschillende verkeersbestemmingen (artikel 8 en 9). Binnen de groenbestemming zijn geen gebouwen toegestaan. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde (waaronder ook speeltoestellen) zijn mogelijk tot een hoogte van maximaal 5 meter.
Het Mariscollege en de kinderopvang zijn bestemd als Maatschappelijk. Deze bestemming heeft een brede bestemmingsomschrijving, waardoor verschillende maatschappelijke functies mogelijk worden gemaakt: onderwijsvoorzieningen, gezondheidscentra, kinderdagverblijven en andere jeugd- en kinderopvang, verenigingsgebouwen en wijkgebouwen en overheidsvoorzieningen.
De sportvoorzieningen in het plangebied zijn ondergebracht in de bestemming Sport. Gebouwen dienen binnen het bouwvlak dat is opgenomen op de plankaart, gebouwd te worden, met uitzondering van kleine gebouwtjes van maximaal 20 vierkante meter. Bijvoorbeeld dugouts, materiaalhokken en kassa's zijn op deze manier mogelijk gemaakt.
Voorzieningen die passen binnen en nodig zijn voor het uitoefenen van sporten zijn toegestaan. Te denken valt aan ballenvangers, lichtmasten en tribunes. Deze zijn toegestaan in lid 7.2.2.
De zelfstandige horeca-inrichting in het Koning Willem II paviljoen is bestemd met de aanduiding "horeca" op de plankaart. Hier kan een horeca-inrichting worden gevestigd tot maximaal categorie III van de Staat van horecainrichtingen.
Onder deze bestemming vallen de straten met doorgaande rijbanen. Het gaat om doorgaande rijbanen voor verkeer, in hoofdzaak ten behoeve van de ontsluiting van wijken en buurten: de buurtontsluitingswegen. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van de bestemming zijn toegestaan.
Artikel 9 Verkeer - Verblijfsgebied
De op de plankaart voor Verkeer - Verblijfsgebied aangewezen gronden zijn bestemd voor groenvoorzieningen; voet- en fietspaden, parkeervoorzieningen en speelvoorzieningen.
Deze bestemming ziet op de gestapelde bebouwing aan de Houtrustweg en het Tjalie Robinsonduin. Woningen mogen binnen het op de plankaart aangegeven bouwvlak worden gebouwd tot de maximum hoogte die eveneens op de plankaart is opgenomen. Aanbouwen zijn niet toegestaan omdat dit niet past bij het karakter van de gestapelde bebouwing. Bijgebouwen mogen ook buiten het bouwvlak worden gebouwd tot een maximum van 100 vierkante meter. In een woning, in deze bestemming is een aan-huis-gebonden bedrijf en/of beroep toegestaan. De regels hiervoor zijn in de begripsbepaling (artikel 1.6, 1.7 en 1.83) opgenomen. Uitzondering vormen 3 aterlierwoningen gelegen aan de Houtrustweg 92, Houtrustweg 96 en Tjalie Robinsonduin 2. In plaats van de maximale oppervlakte van 40 vierkante meter die in artikel 1.6 en 1.7 is bepaald voor een aan-huis-verbonden bedrijf/beroep, mag voor deze woningen maximaal respectievelijk 64, 74 en 44 vierkante meter worden gebruikt voor een aan-huis-verbonden bedrijf/beroep. Bij het toevoegen van een entresol kan deze oppervlakte worden uitgebreid met respectievelijk 57, 66 en 47 m2.
De tweede woonbestemming heeft betrekking op de rijwoningen gelegen aan de Sportlaan. Ook hier geldt dat woningen mogen worden gebouwd binnen het op de plankaart aangegeven bouwvlak tot de maximum hoogte die op de plankaart is opgenomen. Deze maximumhoogte is hoger dan de bestaande bebouwing. Binnen deze hoogte is de mogelijkheid om een dakopbouw te realiseren bij recht bestemd (zie ook paragraaf 5.3). Voor aan- en bijgebouwen geldt dat het gezamenlijke brutovloeroppervlak van aanbouwen en/of bijgebouwen buiten het bouwvlak niet meer mag bedragen dan 50% van de oppervlakte van het erf met een maximum van 30 m² ; de hoogte van aanbouwen mag de vloer van de eerste verdieping van het hoofdgebouw met niet meer dan 25 centimeter overschrijden. De hoogte van bijgebouwen mag niet meer zijn dan 3,5 meter. Binnen de woningen in deze bestemming is eveneens een aan-huis-gebonden bedrijf en/of beroep toegestaan.
De derde woonbestemming heeft betrekking op de vrijstaande woning gelegen aan de Laan van Poot 40. Binnen het bouwvlak mag een hoofdgebouw worden opgericht waarvan de goot- en nokhoogte niet meer bedragen dan op de plankaart is aangegeven. Aan- en bijgebouwen zijn toegestaan buiten het bouwvlak tot een maximale oppervlakte van 30 vierkante meter.
De rioolwaterpersleiding van het Hoogheemraadschap is bestemd met de dubbelbestemming Leiding
Artikel 14 Waarde - Archeologie.
In het plan is het archeologisch waardevol gebied beschermd door middel van een dubbelbestemming Waarde - Archeologie. Daarnaast zijn er bouwregels gesteld, die in het kader van het bouwen van bouwwerken met grondroering van toepassing zijn. Ten slotte is er een aanlegvergunningsstelsel opgenomen voor het verrichten van bepaalde werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden in dit gebied.
Artikel 15 Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 16 Algemene bouwregels
De algemene bouwregels gelden voor alle bestemmingen. In de eerste plaats wordt hierin nu ook algemeen gesteld dat bouwwerken niet buiten bestemmings- en bebouwingsgrenzen mogen worden gebouwd. Kleine overschrijdingen van deze grenzen voor stoepen, kozijnen en dergelijke zijn tot 0,2 m wel toegestaan. Grote overschrijdingen van deze grenzen voor overstekende daken en soortgelijke delen van gebouwen zijn tot 1,2 m ook toegestaan. Verder is algemeen voorgeschreven dat bouwwerken beneden peil uitsluitend zijn toegestaan binnen een bouwvlak, dat deze ondergrondse bebouwing uit niet meer dan één bouwlaag mag bestaan en is de bouw van installaties voor mobiele telecommunicatie in principe toegestaan op alle gebouwen met uitzondering van rijksmonumenten, gemeentelijke monumenten of gebouwen in een rijksbeschermd stadsgezicht. Afwijkingen van deze algemene bouwregels worden geregeld in de algemeen afwijkingsregels, in artikel 18.
Artikel 17 Algemene gebruiksregels
In dit artikel is een algemeen gebruiksverbod opgenomen: het is verboden de in het plan begrepen gronden en de zich daarop bevindende opstallen te gebruiken op een wijze of tot een doel, strijdig met de bestemming of met de regels van het plan. Er is expliciet aangegeven dat onder zulk gebruik ook wordt begrepen het gebruik als opslagplaats voor voorwerpen, stoffen en materialen die niet meer bruikbaar zijn of niet meer worden gebruikt waarvoor ze zijn bedoeld en het gebruik als sekswinkel, seksinrichting, kamerverhuurbedrijf, paddoshop, belwinkel of garagebedrijf: functies die voorheen in de Leefmilieuverordening werden verboden of althans gereguleerd.
Afwijkingen van de algemene gebruiksregels, ook de afwijking voor het meest doelmatige gebruik, worden geregeld in de algemeen afwijkingsregels, in artikel 18.
Artikel 18 Algemene afwijkingsregels
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van de bepalingen in het plan. Het gaat om de in dit artikel beschreven geringe afwijkingen in de maatvoering die in de bouwregels is bepaald en ook voor geringe afwijkingen in de begrenzing van bestemmings- en/of bebouwingsgrenzen. Verder is het mogelijk om afwijkingen van het plan toe te staan voor de bouw van kleine nutsvoorzieningen, geluidwerende voorzieningen en containers voor afval, glas et cetera. Ten slotte is een afwijkingsmogelijkheid opgenomen voor het bouwen beneden peil, buiten het bouwvlak.
Een belangrijk element van dit artikel is de afwijkingsmogelijkheid van het algemeen gebruiksverbod: met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het algemeen gebruiksverbod, indien strikte toepassing van het algemeen gebruiksverbod leidt tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, die niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd. Wel moet dit andere gebruik aansluiten bij het gebruik conform de bestemming en mag het verlenen van de omgevingsvergunning niet gepaard gaan met een bestemmingswijziging.
De overgangsregels hebben als doel tijdens de overgang naar een nieuw bestemmingsplan de rechtstoestand vast te leggen van bouwwerken die op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan zijn gebouwd of nog gebouwd kunnen worden – dat wil zeggen waarvoor een omgevingsvergunning is verleend of nog te verlenen is – en die afwijken van de bouwregels in dit plan. Het tweede lid van dit artikel heeft betrekking op het gebruik van gronden en bouwwerken, voorzover dit gebruik op het tijdstip van rechtskracht verkrijgen van dit bestemmingsplan afwijkt van dit plan.
Dit artikel geeft aan onder welke naam de regels van het bestemmingsplan moeten worden aangehaald: 'Regels bestemmingsplan Houtrust'