Plan: | Leyenburg |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0518.BP0168BLeyenburg-50VA |
Zoals al werd aangegeven heeft het bestemmingsplan als eerste doel om de bestaande ruimtelijke structuur juridisch-planologisch zodanig te regelen, dat deze wat betreft functie, bouwvorm, ligging en afmetingen in een goede ruimtelijke ordening worden ondergebracht.
In eerste instantie worden aan de hand van de bestaande situatie de bestemmingen afgewogen. Als leidraad of als toetsingskader dienen het beleidskader en de milieukwaliteitseisen.
Beleidskader | Vertaling in het bestemmingsplan | |||
Ruimtelijk beleid | ||||
De Structuurvisie Den Haag 2020 bepaalt dat langs doorgaande wegen en groen bij herstructurering in principe wordt uitgegaan van een bouwhoogte van minimaal vijf lagen. | De bebouwing aan de Soestdijksekade, Loosduinsekade, Vreeswijkstraat en Volendamlaan komt, op basis van de Structuurvisie, in aanmerking voor bouwvolumes in vijf lagen. Langs deze wegen mag de bebouwing tot vijf lagen worden verhoogd, voor zover deze nog niet zo hoog is. Dit is aangeduid op de plankaart met een maximale bouwhoogte van tenminste 15 m. | |||
Op de kaart van het Streekplan Zuid-Holland West is een deel van de Vreeswijkstraat aangewezen als regionale wegverbinding. | De Vreeswijkstraat is bestemd als Verkeer - Hoofdverkeersweg (Verkeer - 1). In deze bestemming is hoofdverkeersweg als doeleind opgenomen, waaronder een regionale wegverbinding kan worden begrepen. | |||
Kantoren, bedrijven, beroep- en bedrijf aan huis, detailhandel en horeca | ||||
In het gemeentelijk beleid ten aanzien van functiemenging wordt aangegeven dat praktijk- en bedrijfsruimte kleiner dan 100 m2 bruto vloeroppervlak (bvo) langs de woonstraten in de wijk en kantoorruimte tot aan 500 m2 bvo langs de doorgaande wegen een plaats kunnen krijgen. In bestemmingsplannen dient hieraan de ruimte gegeven te worden. | In het gebied Leyenburg komen op diverse plekken kleinere praktijk- en bedrijfsruimten voor. Deze zijn specifiek op de plankaart aangeduid. | |||
In de detailhandelsnota is als uitgangspunt gesteld dat detailhandel op bestaande locaties geconcentreerd moet blijven, er worden geen nieuwe stadsdeelcentra en nieuwe concentraties van grootschalige solitaire detailhandel toegevoegd. Voorts wordt opgemerkt dat in het gemeentelijk beleid gestreefd wordt om detailhandel alleen op de begane grond van een pand toe te laten. Hiermee wordt tevens bevorderd dat boven de winkel wordt gewoond. |
Detailhandel is opgenomen als doeleind in de bestemmingen Centrum en Gemengd-1. Het winkelcentrum aan de Volendamlaan is bestemd als Centrum. In de bestemming Gemengd-1 is in lid 5.3 opgenomen dat detailhandel alleen op de begane grond is toegestaan. Wonen is binnen deze bestemming op de verdieping(en) toegestaan, waardoor boven detailhandel kan worden gewoond. | |||
De Horeca Structuurvisie heeft als doel de horeca meer ruimte te geven voor nieuwe initiatieven en nieuwe formules. Centrale doelstelling is concentratie en optimalisatie van horeca. Het plangebied kent geen concentratiegebieden. |
De horecavestigingen worden overeenkomstig het gebruik en de ligging bestemd. Horeca is opgenomen als doeleind in de bestemming Centrum. Binnen deze bestemming zijn alleen horeca-inrichtingen die vallen binnen categorie I van de Staat van horeca-inrichtingen als opgenomen in Keuze van bestemmingen toegestaan. Met een ontheffingsbevoegdheid kunnen burgemeester en wethouders ontheffing verlenen voor de vestiging van horeca-inrichtingen die niet vallen binnen categorie I van de Staat van horeca-inrichtingen. Daarnaast zijn horeca-inrichtingen in de categorieën I en II mogelijk gemaakt met een aanduiding op de plankaart binnen de bestemming Wonen. In de bestemming Groen is met een aanduiding 'horeca' op de plankaart een horecavestiging mogelijk gemaakt. Het vloeroppervlak mag niet meer bedragen dan 45m2, de maximale bouwhoogte is op de plankaart aangegeven. |
|||
Wonen | ||||
In het Regionaal Structuurplan wordt Leyenburg getypeerd als bestaand stads- en dorpsgebied. Het behoort daarmee niet tot de ontwikkelingsgebieden binnen Haaglanden. In het plangebied is 'beheer en behoud van woongebieden' het uitgangspunt. | In het belang van het woonklimaat zijn de woningen in de woonwijk in de bestemming Wonen ondergebracht. De hoofdgebouwen in de bestemming zijn in bouwvlakken ondergebracht. Op de plankaart is de maximale dakhoogte, en voor huizen met kap ook de goothoogte, opgenomen. | |||
In de Woonvisie wordt voor de wijk Leyenburg versterking van het woongebied voorgestaan. De benodigde versterking gebeurt door het benutten van aanwezige potenties. De strategie is “verbouwen en aanpassen” om daarmee de kwaliteit van de woningen en, indien noodzakelijk, de woonomgeving te verbeteren. Daarnaast kan de strategie “verdichten” of “verdunnen” worden toegepast. |
Onderhavig bestemmingsplan is een conserverend bestemmingsplan. Nieuwe ontwikkelingen zijn in dit plan niet mogelijk gemaakt. Een uitzondering hierop vormt de uitbreiding van bestaande woningen met een dakopbouw. De woningen die hiervoor in aanmerking komen, zijn op de plankaart aangeduid met de bouwaanduiding "specifieke bouwaanduiding - dakopbouw". In de bouwregels in de bestemmingen Gemengd-1 (artikel 5.2.1) en Wonen (artikel 15.2.1) is de dakopbouwenregeling uitgewerkt. |
|||
Conform de Verordening op de Binnenwateren wordt er voor een woon/bedrijfsboot een ligplaatsvergunning verleend. Het kadegebruik vanwege een woonboot wordt in de nota 'Bij het wonen op het water' behandeld. De daarin opgenomen inrichtingbepaling betreft de maximaal beschikbaar te stellen ruimte op de kade en het gebruik van de kade. |
Dit impliceert dat de woonboot zelf geen bouwvergunningsplichtig bouwwerk mag zijn of mag gaan vormen. Dit is in de regels tot uitdrukking gebracht. In de regels is de inrichtingsbepaling voor het kadegebruik opgenomen. Onder meer wordt gesteld dat het kadedeel dat gebruikt mag worden gelijk is aan de lengte van de woonboot. De breedte mag niet meer bedragen dan 3 meter, gemeten vanaf de kaderand. Dit kadedeel mag voor een bergruimte en afscheidingen benut worden en voor de bewoning van de woonboot benodigde nutsvoorzieningen. Op het deel mogen verder alleen voor bewoning relevante voorwerpen en kadevoorzieningen worden geplaatst. Daarnaast is in de regels bepaald dat per woonboot één berging is toegestaan met een maximaal bebouwde oppervlakte van 6 m2 en een maximale hoogte van 2,50 meter. Op de niet aan het water gelegen grens van het kadedeel mag een gesloten afzetting van maximaal 1 meter hoog geplaatst worden. Deze voorwaarde is eveneens in de regels opgenomen. | |||
Het belang van de leefbaarheid maakt het noodzakelijk om in het bestemmingsplan de uitsluiting van hennepkwekerijen en drugsdealpanden op te nemen. Dit was tot nu toe in een leefmilieuverordening geregeld. | De Opiumwet verbiedt de vestiging van hennepkwekerijen en drugsdealpanden, zodat in het plan van de uitsluiting daarvan is afgezien. | |||
Projectbesluit Rhenenstraat | Het samenvoegen van de beneden- en bovenwoning (Rhenenstraat 200 en 202) door middel van het plaatsen van een verbindingstrap tussen de twee woningen is opgenomen in de bestemming Wonen. In tegenstelling tot het op het moment van indienen van de bouwaanvraag vigerende Plan Rustenburg Oostbroek IV, is in onderhavig bestemmingsplan geen regeling opgenomen waarin is bepaald dat de bebouwing uit twee woningen boven elkaar moet bestaan. | |||
Verkeer | ||||
Het Verkeersplan (zie paragraaf 3.5) hanteert een rangorde in haar wegenstructuur. Naast de hoofdwegen voor het doorgaande verkeer zijn er de wegen van een lagere orde die het verkeer tussen wijken en het buurtgebonden verkeer moeten afwikkelen: buurtontsluitingswegen (straten) en erfontsluitingswegen (verblijfs- en woonstraten). Verblijfsgebied tenslotte is openbare ruimte waar geen autoverkeer is toegestaan en waar de verkeersfunctie ondergeschikt is aan de verblijfsfunctie | De rangorde die in het beleid is verwoord is bij de aanwijzing van de bestemmingen gehanteerd. Zo zijn de Vreeswijkstraat (tussen de Driebergenstraat en Soestdijksekade), de Volendamlaan, Soestdijksekade en de Loosduinsekade bestemd als Verkeer - Hoofdverkeersweg (Verkeer - 1). De Leyweg, Veenendaalkade, Vreeswijkstraat (tussen Driebergenstraat en Leyweg), Driebergenstraat en Escamplaan zijn bestemd als Verkeer - Straat (Verkeer - 2). De overige wegen die erven ontsluiten voor het autoverkeer zijn aangewezen als 'Verkeer - Verblijfsstraat (Verkeer - 3). | |||
Het beleid streeft naar stelsel van verbindende en ontsluitende openbaar vervoerlijnen. | Het in de bestemmingen Verkeer - Straat (Verkeer - 2) en 'Verkeer - Verblijfsstraat (Verkeer - 3) opgenomen bestaande wegennet staat verbindende en ontsluitende openbaar vervoerlijnen toe. | |||
Het beleid streeft naar een hoofdroutenetwerk voor de fiets | Binnen het plangebied maken enkele wegen deel uit van dit netwerk, te weten de Loosduinsekade, Escamplaan, Volendamlaan, Soestdijksekade, Leyweg en Driebergenstraat. Het in de bestemmingen Verkeer - Straat (Verkeer - 2) bestaande wegen- en padennet biedt de gelegenheid om een hoofdroutenetwerk voor de fiets aan te leggen. | |||
Onderwijs, cultuur, welzijn, sport en maatschappelijke voorzieningen | ||||
De handhaving van de bestaande schoollocaties in het plangebied is het uitgangspunt. Vervangende nieuwbouw of uitbreiding op eigen terrein dient daarbij mogelijk te worden gemaakt. | De scholen in het plangebied zijn bestemd in de bestemmingen Gemengd-2 en Maatschappelijk. Binnen de regels en de op de plankaart aangeduide bouwvlakken is vervangende nieuwbouw en beperkte uitbreiding mogelijk. | |||
Ten aanzien van het plangebied is de inzet gericht op handhaving van bestaande welzijnsvoorzieningen en, waar dat inpasbaar is, potenties te bieden voor nieuwe voorzieningen. | De wijk Leyenburg kent verschillende welzijnsvoorzieningen in de vorm van onder meer de tijdelijke accommodatie Escampade en een moedercentrum van de welzijnsorganisatie. Daar waar deze voorzieningen zich bevinden, zijn zij positief bestemd in de bestemmingen Gemengd-2 en Maatschappelijk. Door de brede doeleindenomschrijving binnen de bestemmingen Gemengd-2 en Maatschappelijkis uitwisseling met andere maatschappelijke voorzieningen mogelijk. | |||
Sinds de invoering van de Wet Kinderopvang in juni 2005 zijn de sturingsmogelijkheden van de gemeente ten aanzien van de spreiding en huisvesting van de kinderopvang beperkt. | Door kinderopvang in de bestemmingen Gemengd-2, Maatschappelijk en Kantoor uitdrukkelijk mogelijk te maken, ondersteunt de gemeente de realisatiemogelijkheden van kinderopvang. | |||
De gemeente streeft ernaar voldoende goede sportaccommodaties te realiseren die betaalbaar, toegankelijk, bereikbaar en voor sportdoeleinden geschikt zijn. | Het sportcomplex aan de Baambruggestraat is ondergebracht in de brede bestemming Gemengd-2. Zo kan worden ingespeeld op veranderingen binnen de accommodatiebehoefte van deze sportvoorzieningen, maar ook voor veranderende vraag binnen de bestemming Gemengd-2. | |||
Een deel van de religieuze organisaties heeft te maken met huisvestingproblematiek. Voor de periode van 5 tot 10 jaar bestaat een behoefte van uitbreiding van de huisvesting voor religieuze organisaties met circa 20.000 m2. | Binnen het plangebied worden voorzieningen voor verschillende religies conform het gebruik bestemd in de bestemming Maatschappelijk. Vestiging van voorzieningen ten behoeve van levensovertuiging – met inbegrip van daarbij horende culturele en maatschappelijke activiteiten – mogelijk is mogelijk door de brede doeleindenomschrijving van de bestemming Maatschappelijk. |
|||
Speelbeleid | Leyenburg is een bestaand woongebied, Speelvoorzieningen zijn opgenomen als doeleind in de bestemmingen Gemengd-2, Groen, Maatschappelijk, Verkeer - Straat (Verkeer - 2) en Verkeer - Verblijfsstraat (Verkeer - 3). | |||
Groenvoorzieningen | ||||
Beleidsplan “Groen kleurt de stad” | In het bestemmingsplangebied Leyenburg maken de bomenrijen langs de Leyweg en Loosduinsekade deel uit van de Stedelijke Groene Hoofdstructuur. Deze gronden zijn opgenomen in de bestemming Groen. Langs de Escamplaan is een ambitie voor versterking van de Stedelijke Groene Hoofdstructuur aangegeven in de vorm van een bomenstructuur. Hoewel geen onderdeel van de Groene Hoofdstructuur, is de middenberm van de Volendamlaan met haar monumentale bomen dermate bepalend voor het aanzien van deze laan dat hieraan eveneens de bestemming Groen is gegeven. Verstening van deze zone, bijvoorbeeld ten behoeve van parkeerplaatsen, is ongewenst en wordt hiermee beperkt |
|||
Flora- en Faunawet | Aangezien het hier een conserverend bestemmingsplan betreft, gericht op het beschermen van bestaande kwaliteiten en kenmerken, wordt verwacht dat de voorschriften uit de Flora- en Faunawet niet worden overtreden. Er is dan ook geen aanleiding voor nader onderzoek. Indien toch ruimtelijke ontwikkelingen gepland worden, dient onderzoek plaats te vinden naar de effecten op beschermde soorten en dient zonodig ontheffing aangevraagd te worden. | |||
Water | ||||
In de Kadernota Openbare Ruimte Den haag zijn in het plangebied de waterlopen aangewezen als Lange lijnen identiteitsdragers | De waterlopen zijn opgenomen in de bestemming Water. |
|||
Beleidsplan “Groen kleurt de stad” | Het Laakkanaal en het kanaal langs de Soestdijksekade en het kanaal langs de Veenendaalkade maken tevens deel uit van de Stedelijke Groene Hoofdstructuur en zijn aangegeven als “water van belang voor de groenstructuur”. De kanalen zijn opgenomen in de bestemming Water. | |||
Archeologie | ||||
De Wet op de Archeologische Monumentenzorg legt de verplichting op om in nieuwe bestemmingsplannen en bij wijziging van bestaande bestemmingsplannen met de archeologische waarden rekening te houden (zie paragraaf 3.4). Bestemmingsplannen moeten een juridische regeling bevatten die voldoende bescherming biedt tegen werkzaamheden die tot een verstoring van het bodemarchief zouden kunnen leiden. |
De archeologische waarden worden in dit bestemmingsplan beschermd: de bestemming Waarde is gericht op behoud en bescherming van deze waarden. Voor bouwwerkzaamheden die de grond roeren zijn aanvullende bouwregels gesteld; voor werkzaamheden die niet als bouwen zijn aan te merken, die de grond roeren is een aanlegvergunning verplicht gesteld. |