direct naar inhoud van 2.3 Ruimtelijke en functionele structuur
Plan: Bestemmingsplan Elden 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0202.679-0301

2.3 Ruimtelijke en functionele structuur

2.3.1 Algemeen

Elden neemt in Arnhem een bijzondere positie in door zijn lange ontstaansgeschiedenis; deze is af te lezen aan de karakteristieke stedenbouwkundige opzet en de bebouwing. Gelegen op korte afstand van de stedelijke voorzieningen (binnenstad Arnhem en Kronenburg) en de recreatieve groene uitloopgebieden, biedt Elden een bijzonder woonmilieu dat afwijkt van de rest van Arnhem. Er bestaat een contrast tussen Elden en zijn omgeving: aan de buitenzijde de grootstedelijke dynamische economische ontwikkelingen, in tegenstelling tot de rust en de waarden van Elden zelf. Midden in Arnhem-Zuid is de sfeer van het oorspronkelijke Betuwse landschap bewaard gebleven. Binnen Elden zijn met name de noord- en zuidrand waardevol. Ze vormen een bufferzone met de stedelijke ontwikkelingen rondom Elden en ze zijn zeer wezenlijk voor de beleving van het dorpse karakter. De ouderdom van Elden is nog steeds af te lezen aan de karakteristieke stedenbouwkundige opzet en de bebouwing.

De woonbebouwing in Elden is te verdelen in drie typen: de lintbebouwing, de 2-onder-1-kap- en de rijwoningen. Het eerste type komt hoofdzakelijk voor langs de al van oudsher aanwezige wegen zoals Rijksweg-West en Klapstraat. De andere typen bevinden zich in latere uitbreidingen. De rijenwoning in de uitbreidingen uit de jaren '50 en '60 (Meester Merkxstraat e.o) en de 2-onder-1-kap-woningen in twee kleine uitbreidingen uit de jaren '80 en '90 (Dr. H.J. Jager- en Tappisstraat e.o.). De meest recente uitbreiding is het project “Le Jardin”, waar in 1999 circa 95 woningen (zowel rij- als 2-onder-1-kap-woningen) zijn gerealiseerd (Willem Roodbeenhof).

Inmiddels zijn er twee woningbouwprojecten in voorbereiding. Het gaat om de bouw van achttien woningen aan de Molenweg (de Zagerij). Deze ontwikkeling is mogelijk gemaakt met een vrijstelling van het geldende bestemmingsplan. De tweede ontwikkeling is de Tuin van Elden (ongeveer 250 woningen) op de locatie van het voormalig tuincentrum Intratuin. Voor deze grootschalige inbreiding is een apart bestemmingsplan (Tuin van Elden) opgesteld dat op 6 juli 2011 door de gemeenteraad is vastgesteld. Het bestemmingsplan Tuin van Elden wordt volledig in dit bestemmingsplan opgenomen.

Ten zuiden van Elden langs de Burgemeester Matsersingel is een grootschalige kantoorlocatie ontwikkeld. Deze bestaat uit het complex van de OHRA met de hoge opvallende kantoortoren en het kantorenpark Gelderse Poort. Hierachter, dichter naar het dorp, ligt het verpleeghuis Elderhoeve (thans Altenova). Dit verpleeghuis zal in de toekomst worden gesloopt maar is nu nog als zodanig in gebruik. Het verpleeghuis is inmiddels herbouwd op het naastgelegen perceel, nu met de naam Eldenstaete. De verpleegfunctie is uitgebreid met andere maatschappelijke functies (o.a. een dokterspost en kinderdagverblijf).

Rond het dorp Elden liggen diverse oudere en nieuwere woonwijken: Malburgen-West, Elderveld, De Laar en Kronenburg. Deze worden gekenmerkt door met name blokken rijwoningen met enkele accenten in de vorm van hoogbouw. In Malburgen komt ook etagebouw in vier lagen voor. Andere grootschalige functies in de omgeving zijn GelreDome, Rijnhal, Winkelcentrum Kronenburg, bedrijventerrein De Overmaat, kantorenpark Kroonpark en de meubelboulevard in De Laar West.

2.3.2 Historische dorpse elementen en bebouwing

Zoals in de vorige paragraaf is aangegeven is de historie van Elden af te lezen van de karakteristieke bebouwing en cultuurhistorische elementen. In deze paragraaf een overzicht van de belangrijkste elementen die de uitstraling van Elden voor een groot deel bepalen.

Klapstraat

Deze straat behoort tot de oudste wegen in Elden. De bebouwing bestaat uit vrijstaande woningen in 1 à 2 lagen met ruime tuinen. Tussen de naoorlogse bebouwing treft men ook tot woonhuis verbouwde boerderijen aan. In sommige tuinen staan forse groenelementen, die herinneren aan het oude boerenerf. Langs een deel van de straat staat een vrij jonge laanbeplanting met esdoorns. De afwezigheid van trottoirs op sommige plaatsen levert een typisch “dorps” beeld op.

Tussen de woningen bevinden zich diverse bedrijven, zoals een garagebedrijf met benzinepomp (de LPG-installatie zal hier binnen afzienbare tijd worden opgeheven) en een transportbedrijf. Nabij de aansluiting op de Rijksweg-West bevindt zich in de middenberm een monument uit 1954.

afbeelding "i_NL.IMRO.0202.679-0301_0007.jpg"

Afbeelding 2.5. Het tankstation aan de Klapstraat

Rijksweg-West (ten zuiden van de Brink)

Deze oude landweg doorsnijdt Elden in noord-zuidrichting. Aan de zuidoostzijde staan, deels langs een sloot, naoorlogse linden. Ook hier levert de afwezigheid van trottoirs een typisch “dorps” beeld op. Noordelijk van de Elderhofseweg geeft de straat een beeld te zien van grote en kleine woonhuizen met vrij grote tuinen, daterend van de late 19de eeuw tot vrij recent. De bebouwing is 1 à 2 bouwlagen hoog met kap. Aan de zuidoostzijde bevinden zich tussen de woningen ook bedrijfsgebouwen.

Zuidelijk van de Elderhofseweg is geen bebouwing aanwezig en bevinden zich aan weerszijden van de weg akker- en weidegronden. Aan de noordwestzijde staat een reeks oude bomen: acacia, linde, populier en esdoorn; aan de zuidoostzijde een lange reeks hoogstamfruitbomen in het weiland.

Rijksweg-West (ten noorden van de Brink)

Hier wordt het beeld met name bepaald door de lindenbeplanting uit 1954 aan de zuidoostzijde en de lager liggende parallelweg. In combinatie met de grotendeels op een talud liggende Rijksweg verleent dit een bijzonder eigen beeld aan deze omgeving; de afwezigheid van trottoirs maakt ook deze omgeving weer typisch “dorps”. De bebouwing is afwisselend (1 à 2 bouwlagen met kap) en gelegen in grote tuinen. Het einde van de weg wordt bepaald door enkele markante landschappelijke elementen zoals de kolk met aanpalende tuin, de bochtige dijk en een bos- en akkerperceel dat hierop aansluit.

De Brink

Na de verwoesting in de oorlog werd er in de jaren '50 ruimte gemaakt voor de Brink; deze werd omringd met nieuwe bebouwing. De R.K.-kerk lag oorspronkelijk ten noorden van de pastorie aan de Rijksweg, maar voor de nieuwe kerk werd de noordelijke zijde van het plein gekozen. Er werden winkel- en horecapanden in Delftse Schoolstijl (evenals de kerk) gebouwd. Deze bebouwing kent voornamelijk 2 bouwlagen en is veelal voorzien van zadeldaken. Het plein met zijn fraaie platanenbeplanting is een karakteristiek middelpunt van Elden, waar de sfeer van de wederopbouw goed bewaard is gebleven.

afbeelding "i_NL.IMRO.0202.679-0301_0008.jpg"

Afbeelding 2.6. De Brink: de ontmoetingsplek in Elden

Elderhofseweg

De Elderhofseweg ligt ter plaatse van de vroegere Middelweg, een oude ontsluitingsweg met aan weerszijden bomen en een beperkt aantal huizen en boomgaarden. Het gebied ten noorden van de weg werd in de jaren '50-'70 bebouwd, met uitzondering van een boomgaard en opstallen tussen Westerveldse- en Hennepstraat (hier kwam eind jaren '90 nieuwbouw). Thans wordt de weg van de bebouwde kom afgescheiden door een brede middenberm met gemengde beplanting (esdoorn, beuk e.d.) en een fietspad. Ten westen van de Westerveldsestraat staat aan de noordzijde een reeks forse populieren, waarschijnlijk een restant van de oude beplanting aan de Middelweg.

Molenweg

Deze weg dankt zijn huidige naam aan de korenmolen "De Hoop". Omliggende percelen zijn ten behoeve van de windvang onbebouwd en in gebruik als akkerland. De daaromheen liggende bebouwing bestaat uit woonhuizen van vrij recente datum in grote tuinen, merendeels éénlaags met kap, enige bedrijfsgebouwen en een karakteristiek transformatorhuisje.

Tegenover de Molen op de locatie van de voormalige 'parketfabriek' worden nieuwe woningen gerealiseerd.

afbeelding "i_NL.IMRO.0202.679-0301_0009.jpg"

Afbeelding 2.7. De molen De Hoop is een herkenningspunt in Elden

Het Kerkpad

Dit straatje is door de aanleg van de Brinksestraat in twee delen geknipt. Het westelijke deel eindigt bij de Brink en heeft geen oude bebouwing. Hier bevindt zich een karakteristieke beukenhaag met hierachter de begraafplaats. Het oostelijke deel loopt dood bij het talud van de A325. Hier staat een aantal aardige, maar sterk verbouwde vrijstaande huizen/boerderijen uit de periode 1900-1920. De tuinen zijn begroeid met hagen en vruchtbomen.

Bovenstaande gebieden behoren in de structuurvisie Elden tot de legenda-eenheden “Zone met historische bebouwing/inrichting” en “Karakteristieke open ruimte”.

Rijksweg-Oost

Deze voormalige defensiedijk ligt evenwijdig aan de A325 en is nu in gebruik als fietspad. Aan de oostzijde staat een jonge beplanting met Hollandse eik. Tegen de dijk eindigen de vroeger doorlopende wegen als Molenweg en Het Kerkpad, waar nog enkele vooroorlogse woningen staan in (moes)tuinen en weitjes. Opvallend is hier de afwisselende beplanting, waaronder veel fruitbomen. Vanaf de dijk heeft men een fraai zicht over Elden, met als oriëntatiepunten de beide kerken en de molen.

Huissensedijk

De Huissensedijk is het zuidelijke deel van de binnen Elden gelegen Rijnbandijk. Hier bevindt zich een historische bebouwingsconcentratie bij de in oorsprong middeleeuwse Bonifatiuskerk. Bij de bebouwing bevinden zich erven met hagen, moestuinen en fruitbomen. Een monumentale plataan, de dikste (en één van de oudste) in Nederland, geplant tussen 1700 en 1750, vormt een onmiskenbaar herkenningspunt in de tuin van de pastorie.

Zeer belangrijk voor dit karakteristieke, historische dorpsbeeld zijn de open ruimten tussen de bebouwing aan weerszijden van de dijk. Deze zijn in gebruik als weiden, akkergrond, moestuin of beplant met fruitbomen. Het landelijke, open karakter van het oude Elden wordt er in hoge mate door bepaald.

afbeelding "i_NL.IMRO.0202.679-0301_0010.jpg"

Afbeelding 2.8. Luchtfoto van het gebied rondom de Bonifatuiskerk aan de Huissensedijk

Bron: Bing-maps

Drielsedijk

De Drielsedijk is het noordelijke deel van de binnen Elden gelegen Rijnbandijk. De dijk heeft een vrij bochtig verloop, waardoor er fraaie en verrassende vergezichten zijn over Elden, het park Westerveld en het weidegebied noordelijk van de dijk; hierin bevinden zich de aarden restanten en gracht van fort Westerveld. Langs de dijk staat weinig bebouwing.

De restanten van het landgoed Westerveld bestaan uit een aantal bospercelen, open weidepercelen en de grote, onregelmatig gevormde Eldense Kolk omgeven door beplanting en een wandelpad. Hier staan veel oude paardekastanjes, lindebomen en platanen. Oostelijk van voormalig fort Westerveld bevindt zich in aansluiting op de Drielsedijk een klein bosperceel (veel populier, wilg), dat doorkruist wordt door het fietspad naar Arnhem met aan de westzijde linden.

afbeelding "i_NL.IMRO.0202.679-0301_0011.jpg"

Afbeelding 2.9. Zicht vanaf de Drielsedijk op de gracht rondom het voormalig fort Westerveld

Perenlaantje

Dit oude laantje volgt het tracé van de vroegere zuidelijke oprijlaan naar het in de 2de Wereldoorlog verwoeste Huis Westerveld. Enige jaren geleden is dit laantje weer in ere hersteld; de oude beplanting werd met perenbomen aangevuld. Over de watersingel werd een brug gelegd om het in tweeën gedeelde laantje weer te verbinden.

Overige groen- en waterstructuren

Behalve straten en gebouwen zijn er ook groen- en waterstructuren met cultuurhistorische waarden. Het betreft hier zowel historische waterpartijen (kolken, grachtrestanten en singels) als delen van het oorspronkelijke buitengebied en binnen de kom gelegen open gebieden (o.a. moestuinen en laanbeplantingen).

Bijzondere cultuurhistorische waarde wordt toegekend aan de open groene ruimten ten noorden en ten zuiden van de bebouwde kom. Deze zones vormen een belangrijke groene buffer tussen Elden en de nieuwe stedelijke ontwikkelingen. Door deze op ruime afstand te houden van de kleinschalige structuur en een duidelijke overgang van stad naar dorpsachtige wijk te waarborgen, kan het bijzondere, landelijke karakter van Elden gehandhaafd worden. Elden zal zo zijn eigen identiteit kunnen bewaren en als historisch dorp herkenbaar blijven.

Binnen de bebouwde kom wordt grote waarde gehecht aan de openheid rondom de oude dorpskerk aan de Huissensedijk - de Bonifatiuskerk - met pastorietuin en ander groen rondom, Huis Oosterveld, het Perenlaantje, laan- en pleinbeplantingen aan de Rijksweg-West, Oosterveldsestraat, Elderhofseweg en De Brink. Voorts de (moes)tuinen en weitjes langs de Rijksweg-Oost (defensiedijk). Ook de oude boomgaarden die zich nog hier en daar bevinden zijn waardevol voor het dorpskarakter.

Het Park Westerveld is van groot historisch en landschappelijk belang. Het bevat in aanleg niet alleen restanten van het oude landgoed (lanen, beplanting), maar ook een fraaie historische kolk. Er is hier sprake van cultuurhistorische, landschappelijke, ecologische en recreatieve waarde.

De Grift is rond 1900 gedempt. Er liggen echter nog enige restanten langs de Rijksweg-West.

2.3.3 Overige dorpsbebouwing

Naast de historische dorpselementen en de woonbebouwing die in de jaren '60 is gebouwd, zijn er nog diverse andere inbreidingslocaties gerealiseerd.

Tapisstraat/I.W.J.Vos de Waelstraat

Dit is een inbreiding aan de noordzijde van de R.K. kerk aan De Brink. De woningen aan deze straten bestaan uit twee-onder-één-kap-woningen. Die van de Tappisstraat zijn uitgevoerd in lichtbruine baksteen met antracietkleurige kap en de woningen aan de I.W.J. Vos de Waelstraat met witte baksteengevels.

afbeelding "i_NL.IMRO.0202.679-0301_0012.jpg"

Afbeelding 2.10. De twee-onder-één-kap-woningen aan de I.W.J. Vos de Waelstraat

Dr. H.J.Jagerstraat

Dit is een woonbuurtje aan de westkant van het voormalige dorp gelegen voorbij de sportvelden. De gekozen kleurstelling van de gevels (bruin met rode dakpannen) past goed bij het dorpse karakter. De woningen bestaan uit twee-onder-één-kap-woningen en een aantal rijtjeswoningen. Het was oorspronkelijk de bedoeling om aan het uiteinde van deze straat een verbinding te maken (voor langzaamverkeer en/of hulpdiensten) naar de Westerveldsestraat. Dit is tot op heden niet gerealiseerd maar is bestemmingsplantechnisch altijd mogelijk geweest. Ook dit bestemmingsplan maakt een tweede (nood)ontsluiting mogelijk.

Le Jardin

Dit is een inbreidingslocatie in het zuiden van Elden tussen de Klaverstraat en de Elderhofseweg. Hier zijn de rijtjes en de twee-onder-één-kap woningen gebouwd. Er is door de opzet van de woningen sprake van een geleidelijke overgang tussen de bebouwde kom van Elden en het landelijke karakter van de Elderhofseweg. Bij de twee-onder-één-kapwoningen in deze wijk vervalt de mogelijkheid om op de bestaande schuur/garage een opbouw te realiseren vanwege stedenbouwkundige redenen (zie meer hierover in paragraaf 6.5.5 onder het kopje 'gewijzigde bouwmogelijkheden').

De Zagerij

Op de locatie van de voormalige Parketfabriek van Van Kesteren worden 18 woningen gerealiseerd. Het gaat om 10 twee-onder-één-kap-woningen en 8 vrijstaande woningen. De woningen zullen in verschillende typen worden uitgevoerd zodat er een wisselend (dorps) beeld ontstaat. De woningen zijn mogelijk gemaakt met een vrijstelling van het geldende bestemmingsplan en de bouw van deze woningen moet nog beginnen.

De toekomstige woningen grenzen aan de zone met bedrijven aan de Molenweg. Om de bedrijfsvoering van deze bedrijven niet te beperken, is in de vrijstelling opgenomen dat er een geluidscherm moet worden aangelegd tussen de bedrijven en de woningen. Dit bestemmingsplan maakt de realisatie van dit geluidscherm mogelijk.

Tuin van Elden

De Tuin van Elden betreft de noordelijke uitbreiding van het dorp Elden op de gronden van de voormalige Intratuinlocatie en is ongeveer 11 hectare groot. Het gebied wordt in het noorden begrensd door het park Westerveld en in het oosten door de Rijksweg - West. De Klapstraat vormt de zuidelijke begrenzing en het Perenlaantje begrenst het plangebied in het westen.

Voor het gebied is een dorpsbouwkundig plan opgesteld dat voorziet in een nieuwe woonwijk met een dorpse uitstraling die past bij het karakter van het dorp Elden.

In het totale plangebied zijn circa 255 wooneenheden geprojecteerd. Door deze relatief lage dichtheid (± 24 woningen per hectare) blijft het plan dorps en groen. Het totaal is evenwichtig verdeeld in vier typen: rijwoningen, twee-onder-één-kap-woningen, vrijstaande woningen en (zorg)appartementen.

In het beeldkwaliteitsplan wordt het plan als volgt omschreven:

“De Tuin van Elden moet in zijn geheel een ontspannen dorpskarakter krijgen. In Elden is er alleen aan de noordzijde nog een relatie met het landschap van de rivier. Precies in dit noordelijk deel ligt de nieuwe dorpsuitbreiding. De opzet van deze uitbreiding is dus van groot belang voor het behouden van de relatie van Elden met zijn landelijke omgeving, de grote groene ruimte van de rivier.

Er is in het dorpsbouwkundig plan een ruimtelijke relatie gelegd met zowel het aangrenzende landschap van de rivier als het aanliggende centrumgebied, beiden vloeien via de nieuwe buurt in elkaar over. Een grote groene ruimte verbindt De Brink in het centrum van Elden met de grote groene ruimte van Westerveld.

In de nieuwe buurt is doorgebouwd in de structuur van de kleine rivierdorpen en met korrels die hiervoor typisch zijn. Voor de landelijke bouwvormen is gekeken naar de prachtige grote en complexe boerenerven aan de rivieren. Voor de meer dorpse bouwvormen is de oorspronkelijke bebouwing van Elden en andere kleine rivierdorpen als voorbeeld genomen, de gevarieerde dorpse panden aan de stenige straten en de landelijke huizen aan de tuinige laantjes en weggetjes.

Deze gebiedseigen korrels moeten net als in de opzet van de nieuwe structuur ook in de uitwerking vertaald worden naar de eisen van deze tijd ten aanzien van woningbouw en openbare ruimte. De essentiële kenmerken van de korrels en hun samenspel moeten behouden blijven, de rest is vrij om te vernieuwen.”

Deze ontwikkeling is met een apart bestemmingsplan (Tuin van Elden, onherroepelijk op 20 oktober 2011) mogelijk gemaakt. In dit bestemmingsplan 'Elden 2012' wordt het bestemmingsplan Tuin van Elden één-op-één overgenomen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0202.679-0301_0013.jpg"

Afbeelding 2.11: Dorpsbouwkundig plan Tuin van Elden

Bron: landschapsarchitectenbureau La4sale

2.3.4 Stedelijke functies

Ten zuiden van Elden is de grote open groene ruimte van het voormalige agrarisch gebied begrensd door het kantorenpark Gelderse Poort; het zuidelijke deel hiervan is deels ingevuld met het nieuwe woon- en zorgcentrum Eldenstaete. Dit heeft een kamstructuur waardoor het contact met het groengebied ten noorden hiervan optimaal is.

Altenova is de oude locatie van Elderhoeve. Deze voorziening ligt aan het einde van de Elderhofseweg een beetje verscholen achter het groen en grenst ook aan het kantorenpark Gelderse poort. Het is één laagse bebouwing met een hoofdgebouw en daarachter een aantal woonvleugels. De ontsluiting vindt plaats via de Elderhofseweg.

Het kantorenpark Gelderse Poort is gebouwd op het terrein waar oorspronkelijk het nieuwe gemeenteziekenhuis zou komen. Toen dit niet doorging, is het terrein verkocht aan een ontwikkelaar, die hier het nieuwe kantorengebied opzette. Het kantorenpark wordt ontsloten vanaf de Batavierenweg via de Mr.D.U.Stikkerstraat. Het laatste stuk van deze weg is naar Elden toe alleen toegankelijk voor openbaar vervoer en langzaam verkeer.

Ten oosten van de Rijksweg-West ligt het OHRA-gebouw. Dit is een hoog, modern kantoorgebouw dat een baken is in Arnhem-Zuid.

 

afbeelding "i_NL.IMRO.0202.679-0301_0014.jpg"

Afbeelding 2.12. Luchtfoto van een deel van kantorenpark Geldersepoort en de OHRA

Bron: Bing-maps

2.3.5 Infrastructuur

Elden is omsloten door de stedelijke hoofdwegen Batavierenweg, Nijmeegseweg en Burgemeester Matsersingel. Er zijn drie ontsluitingen naar Elden: de Klapstraat in het noordwesten, de Brinksestraat in het oosten en de Rijksweg-West in het zuiden.

Deze oude landwegen; de Brinksestraat, Klapstraat en Rijksweg-West hebben een profiel dat bestaat uit rijbaan - berm met bomen - bermsloot - ruim voorerf - bebouwing. In de loop der tijd is dit karakteristieke beeld aangetast door het verdwijnen van delen van de bermsloot (de oude Grift!) met aanliggende bomenrij en het verharden van sommige voorerven.

De meeste overige wegen kennen een snelheidsregime van 30 km/u en op knelpunten zijn snelheidsremmende maatregelen van kracht. Deze wegen in het verblijfsgebied zijn gericht op het instandhouden van een duurzaam leefklimaat. De echte woonstraten (zoals Dr. H.J. Jagerstraat en Tappisstraat) hebben een profiel dat bestaat uit: woonstraat - voortuin - bebouwing; voor de overige wegen in het verblijfsgebied geldt: rijbaan - trottoir - voortuin - bebouwing.

De Drielse- en Huissensedijk zijn de twee rivierdijken in het gebied, verder is er de voormalige defensiedijk (Rijksweg-oost). Ze liggen hoog in het landschap met veraf liggende boerderijen en een enkele dijkwoning. De dijken vormen een belangrijke verbinding voor fietsverkeer. Ten zuidoosten van de Batavierenweg zijn deze dijken gesloten voor gemotoriseerd verkeer met uitzondering van bestemmingsverkeer.

Door de centrale ligging van Elden wordt het dorp omringd en doorkruist door 4 belangrijke fietsroutes:

  • 1. Arnhem - Noord richting Elderveld over het Hoefijzerpad en de Drielsedijk;
  • 2. Arnhem - Noord richting de De Laar Oost over het Hoefijzerpad / Kleidijkpad en de Rijksweg-West;
  • 3. Arnhem - Noord richting Elst langs de A325 over de Rijksweg-Oost;
  • 4. Elderveld richting Huissen over de Huissensedijk.
2.3.6 Groen

Tussen de bebouwde kom van Elden en de bebouwing in de omgeving is een groene zone aanwezig. De open ruimte maakt dat Elden nog als zelfstandige ruimtelijke eenheid te beleven is. In de groenstructuur van Elden is nog steeds de ontstaansgeschiedenis te herkennen van een dorp op de oeverwal van een rivier; in het noorden de uiterwaarden en in het zuiden de open komgronden. Eén en ander komt onder andere tot uiting in een kleinschalige percellering van weilanden en boomgaarden ten noorden van Elden en een meer grootschalige ten zuiden hiervan.

Kenmerkend voor het landschap ten noorden van Elden zijn voornamelijk de Drielse- en Huissensedijk. Van oorsprong zijn dit rivierdijken die behalve als waterkering, tevens als de belangrijkste verbindingen met andere nederzettingen op de oeverwal langs de Rijn functioneerden. Inmiddels hebben ze hun waterkerende functie voor een groot deel verloren en zijn ze nu vooral van belang als hoofdroutes voor langzaam verkeer met recreatieve betekenis. Ten zuiden van de Drielsedijk ligt het parkachtige terrein van het voormalige landgoed Westerveld; ten noorden hiervan de uiterwaard Meinerswijk, een belangrijk natuurgebied. Verspreid langs deze dijken komen nog enkele kleinschalige groengebieden voor met een agrarische functie zoals weiland of boomgaard. Ook zijn er wielen of kolken; deze hebben een hoge natuur- en cultuurhistorische waarde.

Dit noordelijke deel van de groengordel rond Elden loopt parallel aan het dijklichaam van de Drielse- en Huissensedijk. Het is het breedste en meest karakteristieke deel van de groengordel; het landschap bestaat uit een oude oeverwal. Deze zone heeft een duidelijk herkenbare identiteit en markeert op heldere wijze de overgang van Elden naar de uiterwaarden. De karakteristieke open structuur, de samenhang tussen Bonifatiuskerk, pastorie, tal van monumenten en beeldbepalende gebouwen met akkers, grasland, moestuinen, boomgaarden en hagen is hier nog grotendeels ongeschonden aanwezig waardoor de sfeer van een typisch Betuws dorp goed bewaard is gebleven. Het vroegere landgoed Westerveld met de oude oprijlaan, het Perenlaantje, maakt daar een wezenlijk onderdeel van uit. Deze interessante mengeling van kleinschalige functies en open ruimten heeft qua vormgeving geen aanpassing nodig. Het geheel dient dan ook behouden te blijven. De vroegere buitendijkse zone, waar GelreDome is verrezen, is met groen afgeschermd van Elden.

afbeelding "i_NL.IMRO.0202.679-0301_0015.jpg"

Afbeelding 2.13. Het gebied ten noorden van Elden heeft een karakteristieke open structuur

Ten oosten en ten westen van Elden liggen groene corridors langs de Nijmeegseweg en de Batavierenweg.

Het oostelijk deel ligt langs de Huissensedijk en de voormalige defensiedijk (Rijksweg-Oost), parallel aan de Nijmeegseweg . Het is smal en langgerekt. Ook dit is een karakteristiek gebied; vanaf de defensiedijk is dit goed te ervaren voor fietsers en voetgangers.

In het westen ligt de groengordel langs de Batavierenweg die gedeeltelijk op een dijklichaam is aangebracht. Er liggen nu een langzaam-verkeersroute, een watergang en begeleidend groen. Ook sportvelden, een tennisbanencomplex en een enkel weilandje maken er deel van uit. Door een meer samenhangende vormgeving en inrichting kan ook deze zone als een volwaardig onderdeel van de groengordel gaan fungeren, hoewel de geringe vrije ruimte de mogelijkheden beperkt.

Ten zuiden van Elden is de grote open groene ruimte van het voormalige agrarisch gebied begrensd door het kantorenpark Gelderse Poort; het zuidelijke deel hiervan is deels ingevuld met het nieuwe woon- en zorgcentrum Eldenstaete. Een recreatieve invulling is bij de drie overige, bovengenoemde zijden van de groengordel minder aan de orde, gezien de cultuurhistorische waarden en/of de geringe ruimte, maar in het zuiden bestond de groengordel tot voor kort uit een open gebied (weilanden) ten zuiden van de Elderhofseweg. Er resteerde hier nog een open gebied van circa 700 meter lang (van Nijmeegse- tot Batavierenweg) en circa 90 meter breed. De Elderhofseweg loopt hiermee parallel terwijl de Rijksweg-West de enige doorsnijding vormt.
Sinds kort is dit gebied ingericht als groengebied. Door de kamstructuur van het zorgcentrum is er ruimte voor een mooie overgang tussen het historische dorp en het zorgcentrum.

Zoals hierboven aangegeven moet de gehele landschappelijk zeer fraaie groengordel rond Elden als overgangszone worden gegarandeerd. Dit gebeurt door hem als zodanig te benoemen en te bestemmen; op de structuurvisiekaart wordt hij aangegeven als “Beeldbepalend groen, park- en randzone” - naast het “Beeldbepalend groen, binnen historische dorpsstructuur”. In dit bestemmingsplan worden deze gebieden zoveel mogelijk beschermd bestemd (zie ook paragraaf 6.2). Meer informatie over groen en ecologie is terug te vinden in paragraaf 4.6.

2.3.7 Water

Het dorp Elden is gelegen aan de oude rivierdijk van de Nederrijn. Deze oude dijk heeft tegenwoordig geen waterkerende functie meer, maar heeft wel met vroegere dijkdoorbraken zijn sporen nagelaten in het gebied. Het wiel in park Westerveld, het wiel ten westen van GelreDome (de Spijkerkolk) en het wiel bij de kruising van de Rijksweg-West met de Drielse Dijk zijn relicten van oude doorbraken van deze dijk. Deze wielen staan op zichzelf en hebben geen direct verbinding met het stedelijk watergangenstelsel van Arnhem-Zuid. Ze hebben echter een grote cultuurhistorische waarde.

afbeelding "i_NL.IMRO.0202.679-0301_0016.jpg"

Afbeelding 2.14. De kolk op de kruising Rijksweg-West en de Drielsedijk

Verder ligt er tussen de oude en de huidige dijk nog een waterplas: de Hoefijzerkolk. Het betreft een onregelmatig cirkelvormige plas in de vorm van een hoefijzer. Het binnenterrein is de plaats van het voormalige “Fort Elden” en geeft een lichte verhoging te zien in het landschap. Het fortterrein en het omliggend weiland vormen samen een belangwekkend element binnen het op de rijnbandijk grenzende uiterwaardenlandschap ten noorden van het dorpsgebied van Elden. Het terrein bezit historische waarde als herinnering aan de korte militaire geschiedenis van Elden aan het einde van de 19de eeuw. De Hoefijzerkolk is vastgesteld als gemeentelijk waterstaatkundig monument.

Meer informatie over het watersysteem in Elden is terug te vinden in paragraaf 4.7.