direct naar inhoud van Artikel 11 Bedrijf - Uit te werken
Plan: Bedrijventerrein Delfweg e.o.
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0576.BP201200018-0004

Artikel 11 Bedrijf - Uit te werken

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf - Uit te werken' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. agrarisch aanverwante, niet-grondgebonden bedrijven, tot en met de categorie zoals aangeduid ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie ....' uit de als bijlage 2 opgenomen Staat van Bedrijfsactiviteiten Specifiek; voor zover in deze lijst niet doorgehaald; dan wel bedrijvigheid die niet in die categorieën is genoemd, maar die gezien de aard, omvang en invloed op de omgeving daarmee gelijk te stellen is;
  • b. bedrijfsgebonden kantoren, met een maximum van 50% b.v.o. en een maximaal oppervlak van 3.000 m²;

met bijbehorende:

  • c. voorzieningen zoals groen, water, erven, paden, ontsluitingen, wegen en parkeervoorzieningen.

11.2 Uitwerkingsregels

Ten aanzien van de in lid 11.1 bedoelde gronden gelden de volgende uitwerkingsregels:

11.2.1 Gebiedsgerichte uitwerkingsregels
  • a. bij de uitwerking van de bestemming dient een verkavelingsplan te worden opgesteld dat voldoet aan de stedenbouwkundige uitgangspunten zoals aangegeven in het beeldkwaliteitplan "Delfweg Noordwijkerhout" van 26 september 2013;
  • b. bij de uitwerking van de bestemming dient een ontsluiting te worden aangelegd volgens een structuur zoals aangegeven in het beeldkwaliteitplan "Delfweg Noordwijkerhout" van 26 september 2013;
  • c. indien het verkavelingsplan (waaronder eventueel de ontsluiting zoals bedoeld onder b.) afwijkt van de stedenbouwkundige uitgangspunten zoals aangegeven in het beeldkwaliteitplan "Delfweg Noordwijkerhout" van 26 september 2013; dient het verkavelingsplan te worden voorzien van een nadere stedenbouwkundige onderbouwing, waaruit blijkt dat de gewenste stedenbouwkundige uitgangspunten niet worden aangetast danwel dat sprake is van een stedenbouwkundig eindbeeld met vergelijkbare kwaliteit;
  • d. per bouwperceel is maximaal 1 bedrijf toegestaan;
  • e. de oppervlakte per bouwperceel dient minimaal te bedragen:
    • 1. 2 ha voor bedrijven die zijn georiënteerd op de Herenweg;
    • 2. 1 ha voor overige bedrijven;
    • 3. minder dan 1 ha voor het bouwperceel ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - afwijkende minimum oppervlakte';
  • f. bij de uitwerking kunnen burgemeester en wethouders een afwijkingsmogelijkheid opnemen om in afwijking van het bepaalde onder e. sub 1 en 2, kleinere oppervlaktes per bouwperceel toe te staan, mits geen afbreuk wordt gedaan aan de gewenste stedenbouwkundige uitgangspunten;
  • g. indien de bestemming 'Water - 2' zoals bedoeld in artikel 9 via de wijzigingsbevoegdheid zoals bedoeld in lid 9.3 is gewijzigd naar de bestemming 'Bedrijf - Uit te werken', dient bij de uitwerking van de bestemming een waterstructuur te worden bestemd zoals globaal aangegeven in het beeldkwaliteitplan "Delfweg Noordwijkerhout" van 26 september 2013, waarbij voldaan dient te worden aan de Keur van het Hoogheemraadschap van Rijnland; hierbij geldt dat in ieder geval een verbinding tot stand dient te worden gebracht van de bestaande watergang Maandagse Wetering naar het gebied met de bestemming 'Water - 1' in het zuiden van het bestemmingsplangebied;
  • h. ieder bouwperceel mag voor niet meer dan 70% worden bebouwd;
  • i. bij de uitwerking kunnen burgemeester en wethouders een afwijkingsmogelijkheid opnemen om in afwijking van het bepaalde onder h, een hoger bebouwingspercentage per bouwperceel toe te staan, mits geen afbreuk wordt gedaan aan de gewenste stedenbouwkundige uitgangspunten;
  • j. de bouwhoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 10 m;
  • k. bedrijfswoningen zijn niet toegestaan;
  • l. indien bedrijfsgebouwen op een bouwperceel niet aaneen worden gebouwd, geldt een onderlinge afstand van ten minste 5 m;
  • m. bij de uitwerking dient voorzien te worden in voldoende parkeergelegenheid voor het personeel en de bezoekers van de bedrijven, evenals voor het stallen van vrachtwagens op eigen terrein;
  • a. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mogen worden gebouwd zowel binnen als buiten het bouwvlak;
  • b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan:
    • 1. van erf- en terreinafscheidingen op het voorerf: 1 m;
    • 2. van erf- en terreinafscheidingen op het achtererf: 2 m;
    • 3. van vlaggenmasten, lantarenpalen en lichtmasten: 6 m;
    • 4. van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde op het voorerf: 1 m;
    • 5. van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde op het achtererf: 3 m.

11.2.2 Onderzoeksverplichting

Burgemeester en wethouders verlenen slechts medewerking aan een uitwerking van het plan, mits voldaan wordt aan de onderzoeksverplichting op de volgende onderdelen:

  • a. luchtkwaliteit;
  • b. parkeerbehoefte;
  • c. geluid;
  • d. bodemkwaliteit;
  • e. bedrijven en milieuzonering;
  • f. watertoets;
  • g. archeologie;
  • h. externe veiligheid (afweging van het groepsrisico);
  • i. ecologie, toetsing Flora- en faunawet;
  • j. economische uitvoerbaarheid en kostenverhaal.

11.3 Bouwverbod

Ten aanzien van de in lid 11.1 bedoelde gronden geldt dat het bouwen van bouwwerken uitsluitend is toegestaan overeenkomstig een door burgemeester en wethouders uitgewerkt plan dat in werking is getreden.

11.4 Afwijken van het bouwverbod

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 11.3 zolang de uitwerking nog niet in werking is getreden onder de voorwaarde dat het bouwplan past binnen het ontwerp-uitwerkingsplan, dan wel een door een burgemeester en wethouders vastgesteld uitwerkingsplan.