Plan: | Renbaankwartier |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0518.BP0185DRenbaankwrt-50VA |
Zoals uit de ontstaansgeschiedenis blijkt bestaat het plangebied uit twee deelgebieden: de Renbaanbuurt en de rand aan de noordoost- en de zuidoostzijde met vooral grote herenhuizen (Nieuwe Duinweg/Nieuwe Parklaan).
De Renbaanbuurt
Deze buurt met middenstandswoningen, gebouwd rond de eeuwwisseling, wordt gekenmerkt door een vrijwel homogeen architectuurbeeld, waarin de neorenaissance en de overgangsstijl overheersen. Het type beneden- en bovenwoning komt veel voor. Ook hofjesachtige verkavelingen zijn vrij frequent aanwezig. In ondermeer de Neptunusstraat en Rotterdamsestraat zijn omstreeks 1918 portiekwoningen gebouwd. In de Katwijkstraat en de Dirk Hoogenraadstraat komen gedeeltelijk onder straatniveau gebouwde woningen voor. In de Rotterdamsestraat en de Dirk Hoogenraadstraat komt in grote ensembles de zogenaamde badplaatsarchitectuur voor. De voorgevels zijn voorzien van open, houten veranda's en loggia's met daarboven een tot balkon uitgewerkt dak. Het kerkgebouw aan de Berkenbosch Blokstraat met de daaromheen gegroepeerde woonhuizen uit de jaren 1917-1925 van de architecten van Moorsel en Kropholler zijn vanwege hun architectuurhistorische en stedenbouwkundige waarde opgenomen in de rijksmonumentenlijst.
Nieuwe Duinweg en Nieuwe Parklaan e.o.
De noordoost- en zuidoostzijde van het plangebied is ruim en luxueus opgezet. Aan de Nieuwe Parklaan en de Badhuisweg bestaat de bebouwing uit grote huizen van twee of drie onder één kap, meestal daterend uit het begin van de 20ste eeuw en behorend tot de overgangsarchitectuur. Ook langs de Nieuwe Duinlaan en de Kapelweg staan grote huizen, twee onder een kap of gegroepeerd in kleine reeksen. Hier overheerst de stijl van de Nieuwe Haagse School uit de jaren twintig en dertig. De Nieuwe Badkapel van architect W.Ch. Kuijper uit 1916, die het beeld bepaalt op de hoek van de Nieuwe Parklaan en de Nieuwe Duinlaan, heeft de Rijksmonumentenstatus.
Op 6 september 1996 is het zuidoostelijk deel van het plangebied door de Ministers van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur en van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer aangewezen als beschermd stadsgezicht als bedoeld in artikel 1, onder g, van de Monumentenwet 1988. Op de plankaart zijn de grenzen van dit rijksbeschermde stadsgezicht Westbroekpark en Belgisch Park aangegeven. Dit betreft de panden aan de Nieuwe Duinweg, de Rijslag (excl. de basisschool), de Kapelweg en het gebied tussen de Nieuwe Parklaan en de Badhuisweg. In Bijlage 1 van de regels is de aanwijzing, de kaart en de toelichting op de aanwijzing opgenomen.
Op 6 maart 2003 is Scheveningen Dorp aangewezen als gemeentelijk beschermd stadsgezicht. Het plangebied behoort hier in zijn geheel toe behalve het hier bovengenoemde deel. In de toelichtende omschrijving bij de aanwijzing hebben een aantal gebieden de kwalificatie “hoge cultuurhistorische waarde” gekregen. Naast een aantal in Dorp gelegen gebieden heeft het plangebied deze kwalificatie gekregen 'als vooral stedenbouwkundig kenmerkende uitbreiding van het dorp rond het jaar 1900'. Het zuidoostelijk deel van het plangebied, waar met handhaving van de stedenbouwkundige structuur diverse nieuwbouw tot stand is gekomen, kreeg de kwalificatie “van enig cultuurhistorisch belang”. In de algemene bijlage van de toelichting van dit bestemmingsplan is de aanwijzing en de toelichting daarop opgenomen.
De cultuurhistorische waarden zijn vertaald in het bestemmingsplan. De wijze, waarop dit is gebeurd, is beschreven in hoofdstuk 5.
In het plangebied zijn de volgende rijksmonumenten opgenomen in het register als bedoeld in artikel 6 van de Monumentenwet 1988:
Adres | Beschrijving |
Nieuwe Parklaan 90 | Kerk |
2de Messstraat 108 t/m 112, Berkenbosch Blokstraat 3 t/m 17, Neptunusstraat 140 t/m 154 | Kerk en woningen |
Nieuwe Duinweg | Brug over het Kanaal |
In het plangebied is de school Nieuwe Duinweg 4-16 aangewezen als gemeentelijk monument ingevolge artikel 3 van de Monumentenverordening Den Haag.
De historische bebouwing aan de Nieuwe Parklaan en de Badhuisweg zijn evenals het woonhuis van Co Brandes aan de Kapelweg/Nieuwe Duinweg en de School aan de Nieuwe Duinweg aangemerkt als beeldbepalende bebouwing.
Het plangebied wordt voor een belangrijk deel ontsloten via de Nieuwe Parklaan en de Gevers Deynootweg (ligt buiten het plangebied). De belangrijkste aanvoerroute naar het gebied vanuit de richting van het Centrum van Den Haag is de route Koningskade – Raamweg – Plesmanweg – Nieuwe Parklaan. De Badhuisweg en een deel van de Stevinstraat tussen de Nieuwe Parklaan en de Badhuisweg hebben een gebiedontsluitende functie. De Nieuwe Duinweg, de Stevinstraat/Neptunusstraat en de Renbaanstraat hebben een buurtontsluitende functie. De overige wegen binnen het plangebied zijn straten met een 30 km/uur-regime. Via de Nieuwe Parklaan rijdt tramlijn 9 door het plangebied. Net buiten het plangebied rijdt tramlijn 1 via de Gevers Deynootweg. Buslijn 21 doorkruist het gebied over de Nieuwe Duinweg en buslijn 23 rijdt langs het gebied via de Gevers Deynootweg.
Binnen de gemeente Den Haag is een stelsel van (hoofd) fietsroutes. In Schevingen zijn bijna alle hoofdfietsroutes haaks op de kust gericht. Door het plangebied ligt een hoofdfietsroute over de Nieuwe Parklaan. Een andere hoofdfietsroute ligt net buiten het bestemmingsplangebied op de Gevers Deynootweg. Secundaire fietsroutes bevinden zich op de Nieuwe Duinweg, op de Neptunusstraat-Stevinstraat en buiten het plangebied op de Haringkade en een deel van de Badhuiskade.
In het plangebied is betaald parkeren ingevoerd. In straten waar onvoldoende ruimte is om op de rijbaan te parkeren zijn waar nodig parkeerverboden ingevoerd.
In het plangebied zelf is weinig groen. Echter, in de directe omgeving is volop groen aanwezig. Aan de zuidwestzijde grenst het plangebied direct aan het Westbroekpark. Ook basisschool Het Volle Leven aan de andere zijde van de Rijslag is in een bosachtige omgeving gelegen. Het Westbroekpark en de vierdubbele bomenrij aan de Nieuwe Parklaan maken deel uit van de Stedelijke Groene Hoofdstructuur. Deze bomenrij is ook onderdeel van de Stedelijke Ecologische Verbindingszones. Het Westbroekpark is één van de kerngebieden van de Stedelijke Ecologische Hoofdstructuur.
Het plangebied ligt deels in de beschermingszone van de zeewering en direct tegen de kernzone van de zeewering. De landwaartse begrenzing van de kernzone vormt de 300 meterlijn landinwaarts van de rijksstrandpalenlijn. Deze 300 meterlijn loopt globaal tussen de Gevers Deynootweg en de Dirk Hoogenraadstraat. De landwaartse begrenzing van de beschermingszone wordt gevormd door de 600 meterlijn, globaal lopend ter hoogte van de Stevinstraat. In het plangebied is sinds de demping van de binnenhaven nog maar weinig oppervlaktewater aanwezig. Slechts het ongedempte deel van het Kanaal tussen de Haringkade en de percelen langs de Rijslag resteert. Voor werkzaamheden binnen de kern en beschermingszone zeewering is voor alle ingravingen op grond van de Keur Delfland (2008) een vergunning vereist.
Het plangebied is gebouwd op strandwallen (oude duinen). Deze strandwallen liggen parallel aan de kust en hebben een hoogte van 1 tot 4 meter boven NAP. De bodem bestaat uit zand, dat goed waterdoorlatend is. Grondwaterproblematiek is dankzij de relatief hoge ligging en de zandige bodem in het plangebied niet aan de orde. De kwaliteit van de bodem en eventueel aanwezige verontreiniging komt in paragraaf 4.8 aan de orde.
Het plangebied ligt volgens de Nieuwe Geologische kaart van Den Haag en Rijswijk op de meest westelijke strandwal die binnen de gemeentegrenzen van Den Haag voorkomt. Alleen het uiterste zuidoostelijke puntje van het plangebied, waar de Badhuisweg en de Nieuwe Parklaan samenkomen, ligt in een strandvlakte.
Geologisch gezien behoren de strandwalafzettingen tot de Laag van Voorburg. Deze laag heeft tot het eind van de vroege middeleeuwen aan de oppervlakte gelegen en is daarna overstoven en afgedekt door de Laag van Den Haag. Tijdens de opbouw van deze laag was het gebied niet of nauwelijks geschikt voor menselijke activiteiten.
Bij onderzoeken op de strandwal zijn aanwijzingen voor bodems op de Laag van Voorburg aangetroffen, die in potentie bewoond of bewerkt kunnen zijn in de late prehistorie, de Romeinse tijd of de vroege middeleeuwen. In het plangebied is één archeologische vindplaats bekend. Het gaat om een waarneming van scherven aardewerk uit de ijzertijd die zijn aangetroffen aan de Badhuisweg ter plaatse van Zorgcomplex Deo Gratias aan de Nieuwe Parklaan 115. De scherven bevonden zich in een dun cultuurlaagje in de top van de Laag van Voorburg.
Eventuele archeologische resten uit deze perioden liggen door de afdekking met zand uit latere perioden vaak wat dieper onder het huidige oppervlak verborgen. Als er archeologische waarden aanwezig zijn, zijn deze vaak relatief goed geconserveerd, waardoor zij extra informatie kunnen leveren en dus van bovengemiddeld belang zijn. In het plangebied rond de Seinpoststraat en het Kapelplein hebben in het verleden afzandingen plaatsgevonden. Hierbij zijn eventuele archeologische waarden verloren gegeaan.
Uit de late middeleeuwen en nieuwe tijd worden in het plangebied geen behoudenswaardige archeologische sporen verwacht.
In de algemene bijlage van de toelichting is ter verduidelijking een kaart opgenomen hoe de dubbelbestemming Waarde-Archeologie is gelegen op het plangebied. In paragraaf 4.9 wordt toegelicht hoe de archeologische waarden in het bestemmingsplan worden beschermd
In het bestemmingsplangebied zijn geen planologisch relevante kabels en leidingen aanwezig.