direct naar inhoud van 3.7 Bodem en watersysteem
Plan: Bosdrift 2013
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0402.14bp00bosdrift-va01

3.7 Bodem en watersysteem

3.7.1 Bodem

De provincie Noord-Holland heeft een bodemtoets ontwikkeld voor de afweging van bodemaspecten in bestemmingsplannen. Het gaat om de aspecten bodemopbouw, bodemkwaliteit, milieubeschermingsgebieden en archeologie. Deze aspecten zijn met uitzondering van archeologie opgenomen in deze bodemparagraaf. Archeologie is toegelicht in paragraaf 3.6.3. In deze paragraaf is ook het grondwatersysteem en daarin eventueel voorkomende verontreinigingen meegenomen.

Bodem

De gemeente Hilversum maakt onderdeel uit van de geografische eenheid het Gooise stuwwallencomplex met onder andere fysisch geografische eenheden zoals stuwwallen. De bodem van Hilversum bestaat hoofdzakelijk uit matig fijne tot zeer grove zanden. De zanden maken deel uit van het water voerende pakket, dat haar basis heeft op een diepte van N.A.P. -160 meter. Naast de genoemde zanden bevat de bodem grindbestanddelen. Tot een diepte van 50 meter onder het maaiveld is gestuwd materiaal aanwezig. Hierin kunnen plaatselijk fijnzandige, lemige en slib houdende lagen voorkomen. De stuwwal is een inzijgingsgebied.Dit plangebied bestaat geheel uit zandige ondergrond.

Het bestemmingsplangebied loopt van het centrum richting het zuiden van Hilversum en ligt grotendeels op de hoge gronden van de Utrechtse Heuvelrug. Het plangebied loopt in z'n geheel af naar het zuidwesten: de hoogste gronden met circa N.A.P. +20 m liggen op de noordoostgrens van het plangebied en het maaiveld loopt af tot circa N.A.P. +4 m aan de zuidwestzijde. Zo is in de op de westflank van de Utrechtse Heuvelrug gelegen Bloemenbuurt een groot verschil in maaiveldhoogtes aanwezig.

Functies en bestemmingen moeten afgestemd worden op de bodemopbouw. De bodemopbouw binnen het plangebied stelt echter geen bijzondere eisen aan de functies en bestemmingen.

Aardkundige waarden

De grote verscheidenheid en gaafheid van geografische verschijnselen maakt het stuwwallencomplex van het Gooi bijzonder. Eén van de speerpunten van het provinciale landschaps- en bodembeschermingsbeleid is het beschermen van onderdelen in het landschap, die iets vertellen over de geologische ontstaanswijze van een gebied. Hiervoor heeft de provincie Noord-Holland een lijst met 80 gebieden met aardkundige waarden (aardkundig waardevol gebied) vastgesteld en vervolgens hieruit 17 gebieden geselecteerd als aardkundig monument. De 80 aardkundige waardevolle gebieden zijn nu opgenomen in de provinciale structuurvisie en bijbehorende verordening en genieten als zodanig planologische bescherming. Een groot deel van het bijzondere stuwwallengebied is daarom door de provincie aangewezen als gebied met aardkundige waarden en de ongeroerde delen zijn zelfs aangewezen als aardkundig monument. Vrijwel het gehele buitengebied van Hilversum betreft gebieden met aardkundige waarden en monumenten door de aanwezigheid van fysisch geografische eenheden zoals stuwwal, smeltwateren windvormingen, typische deken stuifzandvormingen, vennen en droge dalen. In figuur 14 zijn de aardkundige waarden rondom het plangebied weergegeven.

Activiteiten als ontgrondingen, egalisaties, grondverzet en diepploegen kunnen schade toebrengen aan de aardkundige waarden. Aanvullend zijn de niet toegestane activiteiten en handelingen in de 17 aardkundige monumenten (vallend onder de milieubeschermingsgebieden) opgenomen in de Provinciale milieuverordening tranch 7 Noord-Holland (PMV). Een ontheffing aanvragen is mogelijk. Daarnaast wordt passende planologische bescherming opgenomen voor de aardkundige waardevolle gebieden inclusief de aardkundige monumenten binnen bestemmingsplannen. Gezien de ontstaansgeschiedenis van het plangebied en de ligging binnen het stedelijk gebied zijn de oorspronkelijke waarden binnen het plangebied vermoedelijk reeds ernstig verstoord. Dit is de reden dat het plangebied nagenoeg geheel buiten de gebieden met aardkundige waarden ligt.Uitzondering hierop is de zuidoostelijke hoek van het plangebied (ten zuiden van de Kolhornseweg en de Eikenlaan), dat onderdeel uitmaakt van het aardkundig monument Hoorneboeg, Zwarte Berg e.o. Hilversum, zoals te zien is in figuur 14. Dit aardkundig monument geniet extra planologische bescherming, zodat de aardkundige waarden in de toekomst niet aangetast worden. In figuur 11 zijn de aardkundige waarden rondom het plangebied weergegeven.

afbeelding "i_NL.IMRO.0402.14bp00bosdrift-va01_0013.jpg"

Figuur 11: aardkundige waarden plangebied en omgeving.

Grondwater

De hydrologie wordt gekenmerkt met een stuwwal als inzijgingsgebied met kwelsystemen aan de westkant van Hilversum. Op een deel in het westen na is sprake van een natuurlijk fluctuerende grondwaterstand van de Utrechtse Heuvelrug binnen Hilversum. De grondwater stromingsrichting is hoofdzakelijk noordwestelijk. Specifiek voor dit plangebied geldt dat de Oude Haven, die met een waterpeil van N.A.P. -0,20 m (veel) dieper ligt dan de omliggende maaiveld bebouwing, een drainerende werking heeft en daardoor lokaal de grondwaterstanden zal verlagen.

Nagenoeg binnen de gehele bebouwde kom van Hilversum is de grondwaterstand relatief diep. In extreem natte tijden met hoge grondwaterstanden wordt een ontwateringsdiepte van 1,0 m binnen nagenoeg de gehele bebouwde kom nog gehaald. Zo ook in dit plangebied.

In het oosten en centrale deel van het plangebied Bosdrift, komen bovenop de hoge gronden van de Utrechtse Heuvelrug, grondwaterstanden voor tussen N.A.P. +0,6 m en N.A.P. -0,1 m, deze liggen circa 10 à 11 meter beneden maaiveld (ter plaatse van peilbuis Bosdrift - Meidoornstraat). Aan de westzijde van het plangebied liggen de grondwaterstanden tussen N.A.P. -0,1 m en N.A.P. -0,5 m, circa 2,5 meter beneden maaiveld.

Grondwaterbeschermingsgebied

Ten zuidwesten van het plangebied is de grondwaterwinning Loosdrecht gelegen. Het grondbeschermingsgebied van deze grondwaterwinning, waarvoor regels vastgelegd zijn in de Provinciale milieuverordening, ligt in zijn geheel buiten het plangebied. Dit betekent dat binnen het gebied ten opzichte van de gebruikelijke zorgvuldigheid geen extra restricties gelden om de drinkwaterwinning te beschermen.

Bodem- en grondwaterverontreining

In de oudere wijken is naast woonbestemming veel bedrijvigheid geweest, met name in de Bloemenbuurt. Als gevolg van het langdurige intensieve gebruik is de bovengrond in deze gebieden over het algemeen licht verontreinigd met PAK en zware metalen (en oplosmiddelen). Plaatselijk komen ernstige verontreinigingen voor. In het verleden zijn een aantal verontreinigingen reeds gesaneerd. In de nieuwere woonwijken zijn weinig bodemonderzoeken uitgevoerd. Over de milieukundige bodemkwaliteit is daarom weinig bekend. Vanwege het gebruik is niet te verwachten dat hier ernstige verontreinigingen aangetroffen zullen worden.

In het gebied ten noorden van de Diependaalselaan komen lokaal in de bovengrond (traject tot 0,5 m - maaiveld) en ondergrond (tot 2,0 m - maaiveld) licht verhoogde gehalten aan zware metalen (cadmium, kwik, koper, lood en zink) voor. Deze gehalten overschrijden de achtergrondwaarden (AW2000). Dit geldt met name voor de Bloemenbuurt en het noordelijker deel vanaf de Koningsstraat.

De gemeente heeft in 2008 een bodemfunctieklassekaart opgesteld. Op de bodemfunctieklassekaart wordt de gewenste bodemkwaliteit voor nu en toekomst binnen de gemeentegrenzen van Hilversum aangegeven. Uitgangspunt is dat de klasse die aan een bepaald gebied wordt toegekend, overeenkomt met de gevoeligste bodemfunctie binnen het gebied. Het noordelijke deel is geclassificeerd als functie wonen en het zuidelijke, nieuwere woongebied vanaf de Diependaalselaan heeft de bodemfunctieklasse AW2000 gekregen.

De afgelopen jaren heeft de gemeente geconstateerd dat er zich lokaal verhoogde concentraties zink in de bodem van de gemeente bevinden. Dit geldt ook voor dit plangebied. De gemeente onderzoekt momenteel of er een verband is met het van oudsher in de bodem brengen van regenwater van wegen en daken via zakputten. De uitkomsten van dit onderzoek zijn aandachtspunten bij het toekomstige afkoppelbeleid van de gemeente (zie ook paragraaf 5.7.2).

3.7.2 Watersysteem

Beschrijving huidige watersysteem

In nagenoeg de gehele bebouwde kom van Hilversum komt door de diepe grondwaterstanden en de zandige bodemopbouw van nature geen oppervlaktewater voor. In dit plangebied ligt dan ook slechts één open water, de Kastanjevijver in het zuidoosten van het plangebied. Hilversum ligt volledig in het beheersgebied van Hoogheemraadschap Amstel Gooi en Vecht (AGV). Binnen het beheersgebied geldt de AGV Keur 2011 van het waterschap.

In delen van het plangebied wordt hemelwater afkomstig van wegen en bebouwing geïnfiltreerd in de bodem via infiltratieputten van wegen en regenwaterzakputten, zoals te zien is in figuur 12. Bij twee wegen is ook geen hemelwaterriool aanwezig, dat het hemelwater afvoert.

afbeelding "i_NL.IMRO.0402.14bp00bosdrift-va01_0014.png"

Figuur 12: watersysteem in en rondom het plangebied.

In een groot deel is een (verbeterd) gescheiden rioolstelsel aanwezig, waarbij het regenwater en het vuile afvalwater gescheiden afgevoerd worden. Het regenwater wordt afgevoerd naar de Kastanjevijver en naar de Oude Haven net buiten het plangebied. Daarnaast is in een deel van de Bloemenbuurt een gemengd rioolstelsel aanwezig, waarbij het regenwater tezamen met het vuile afvalwater wordt afgevoerd.

De Kastanjevijver heeft een oppervlak van circa 0,35 ha. De vijver, gelegen in een Dudokwijk, heeft verharde taluds en wordt omringd door paden, gras en bomen. De Kastanjevijver wordt uitsluitend gevoed door hemelwater. Suppletie is niet mogelijk en de bodem ligt boven het grondwaterpeil. Het streefpeil van de vijver is NAP + 13,65 m. Bij overtollige neerslag vindt afvoer plaats middels een gemaal naar het vuilwaterriool. De inrichting van de Kastanjevijver en de aanwezige aanliggende groenstructuur bieden weinig schuilgelegenheid aan andere dieren dan eenden. De wegen en de formele groenstructuur vormen verder een barrière met het buitengebied, waardoor de Kastanjevijver ecologisch vrij geïsoleerd ligt.

Aan de noordzijde loopt langs de grens van het plangebied de Oude Haven. De Oude Haven is een tot in het grondwater van de heuvelrug gegraven waterloop in het verlengde van de Gooisevaart in de 's-Gravelandsepolder. Door de insnijding in het grondwater heeft de Oude Haven een drainerende functie voor de directe omgeving (zie ook paragraaf grondwater).