direct naar inhoud van Artikel 5 Agrarisch - Glastuinbouw
Plan: Beschermd Stadsgezicht
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0230.BPBESCHSTAD2010-VST1

Artikel 5 Agrarisch - Glastuinbouw

Link naar de toelichting van "Agrarisch - Glastuinbouw".

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Agrarisch - Glastuinbouw' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. agrarische bedrijven in de vorm van akkerbouw- en tuinbouwbedrijven;
  • b. een ijsbaan, ter plaatse van de aanduiding 'ijsbaan';

met daaraan ondergeschikt:

  • c. nutsvoorzieningen, groenvoorzieningen en water, wegen en paden en parkeervoorzieningen;

met de daarbijbehorende:

  • d. gebouwen, overkappingen, andere bouwwerken, tuinen en erven.
5.2 Bouwregels

Het bouwen op de gronden met de bestemming 'Agrarisch - Glastuinbouw' is aan een aantal regels gebonden.

5.2.1 Bedrijfsgebouwen, kassen en overkappingen
  • a. Een bedrijfsgebouw, kas of overkapping mag:
    • 1. niet buiten gronden ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' worden gebouwd;
    • 2. een maximale goot- en bouwhoogte hebben die niet groter is dan de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' aangegeven hoogte;
  • b. Berg-, sorteer- en stookruimten mogen per bedrijf een gezamenlijke oppervlakte hebben van maximaal 100 m²;
  • c. Een gebouw ten behoeve van de ijsbaan mag:
    • 1. worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - ijsbaangebouw';
    • 2. een maximale goothoogte hebben van 2,50 m;
    • 3. een maximale bouwhoogte hebben van 6,00 m
    • 4. een maximale oppervlakte hebben van 130 m².
5.2.2 Andere bouwwerken
  • a. een erf- en terreinafscheiding mag:
    • 1. een bouwhoogte van maximaal 1,00 meter hebben als deze zich vóór de voorgevel of een naar de weg gekeerde zijgevel van een hoofdgebouw en het verlengde daarvan bevindt;
    • 2. een bouwhoogte van maximaal 2,00 meter hebben in andere gevallen;
  • b. lichtmasten mogen ter plaatse van de aanduiding 'ijsbaan' een bouwhoogte hebben van maximaal 8,00 m;
  • c. een overig ander bouwwerk mag een bouwhoogte hebben van maximaal 3,00 meter.
5.3 Nadere eisen

Het is in bijzondere gevallen mogelijk om aan de plaats en afmetingen van de bebouwing nadere eisen te stellen.

Dit kan indien dit noodzakelijk is:

  • a. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • b. ter bescherming van de waarden van het beschermd stadsgezicht;
  • c. ter waarborging van de verkeersveiligheid;
  • d. ter waarborging van de ongestoorde ligging van kabels en leidingen;
  • e. ter waarborging van het uitzicht van woningen.
5.4 Afwijken van de bouwregels
5.4.1 Bevoegdheid

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.2.1 sub b in die zin dat de oppervlakte wordt vergroot tot maximaal 200 m² per bedrijf.

5.4.2 Toetsingscriteria

De omgevingsvergunning kan slechts worden verleend indien de gemeentelijke monumentencommissie om advies is gevraagd en indien hierdoor geen wezenlijke afbreuk wordt gedaan aan:

  • a. de waarden van het beschermd stadsgezicht;
  • b. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • c. de woonsituatie;
  • d. de milieusituatie;
  • e. de verkeersveiligheid;
  • f. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
5.5 Specifieke gebruiksregels

Het gebruik van de gronden en bouwwerken met de bestemming 'Agrarisch - Glastuinbouw' is aan een aantal beperkingen gebonden.

De gronden en bouwwerken mogen niet:

  • a. worden gebruikt voor detailhandel, met uitzondering van ter plaatse voortgebrachte producten;
  • b. worden gebruikt voor het wonen;
  • c. worden gebruikt als agrarisch bedrijf met een niet-grondgebonden agrarische bedrijfsvoering.