Plan: | Herontwikkeling voormalig kloostercomplex Rijksweg 8-18 |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1903.BPPVM0001-OH01 |
Beleid en proces
De Watertoets is het procesinstrument dat ruimtelijke plannen toetst op de mate waarin zij rekening houden met het beleid om water in Nederland meer ruimte geven. De Watertoets is wettelijk verplicht sinds november 2003.
Op basis van de bekende uitgangspunten van waterschap Roer en Overmaas en eisen, randvoorwaarden en gegevens van gemeente Eijsden-Margraten, is een waterparagraaf opgesteld. Daarnaast is ook het infiltratieonderzoek bij de waterparagraaf betrokken. Deze waterparagraaf is toegespitst op de voorgenomen bouwplannen en de toekomstige inrichting van de locatie. De waterparagraaf wordt voorgelegd aan het waterschap Roer en Overmaas, dat een wateradvies afgeeft. Het wateradvies wordt afgewogen en opgenomen in onderhavige waterparagraaf.
Notitie taakopvatting watersysteembeheer Waterschap Roer en Overmaas
Waterschap Roer en Overmaas heeft in december 2009 een notitie bestuurlijk vastgesteld, waarin staat onderbouwd hoe het waterschap haar taakinvulling voor het watersysteem ziet. Hierbij heeft het waterschap nieuwe normen voor de compensatie voor de toename van het verharde oppervlak benoemd. De compensatie voor de toename van het verharde oppervlak heeft als doel dat nieuwe ontwikkelingen geen (water)problemen veroorzaken in andere tijden of op andere plaatsen. Het hemelwater wordt opgevangen in buffers waar het hemelwater wordt geïnfiltreerd in de bodem of vertraagd wordt afgevoerd naar oppervlaktewater.
Bij nieuwe ontwikkelingen dient voldoende opvangcapaciteit aanwezig te zijn voor een neersslagebeurtenis van eens per 25 jaar (T=25). Dit is in het beheersgebied van waterschap Roer en Overmaas 35 mm in 45 minuten. Daarnaast wordt getoetst of een neerslaggebeurtenis van eens per 100 jaar (T=100) geen wateroverlast mag veroorzaken/ T=100 komt overeen met 45 mm in 30 minuten. Voor de leegloop van de buffer wordt de regel gehanteerd dat ze in principe binnen 24 uur geledigd zijn en weer beschikbaar voor een volgende neerslaggebeurtenis. Wanneer de buffer voorzien is van een afvoer naar oppervlaktewater, dient de afvoercapaciteit te zijn afgestemd op de afvoercapaciteit van het ontvangende oppervlaktewater.
Huidige situatie
Het projectgebied is gesitueerd langs de Rijksweg (N 278) te Cadier en Keer, gemeente Eijsden-Margraten. Het gebied is gelegen in het buitengebied van de gemeente Eijsden-Margraten tussen het ten noorden van de Rijksweg gelegen Missiehuis en de kern Cadier en Keer. Op dit moment staat op de locatie een leegstaand klooster met een woonboerderij met daarbijbehorende stallen. Verder zijn er nu 7 wooneenheden in het voormalige klooster, 2 wooneenheden in de woonboerderij, 14 appartementen en 7 kamers in het bestaande appartementencomplex bij de kloostertuin.
Op de Kaart Perspectieven van het POL is de locatie aangeduid als P3 (Ruimte voor veerkrachtige watersystemen). In dit perspectief is het behouden/realiseren van bebouwingsarm agrarisch gebied met een al dan niet gecombineerde functie voor de ecologische structuur, waterconservering, het voorkomen van bodemerosie en een voldoende veerkrachtig watersysteem voor de opvang van hoge waterafvoeren. Uitbreidingen met woningen is binnen bepaalde grenzen mogelijk. Direct ten westen van het klooster is de provinciale ecologische hoofdstructuur gelegen. Ook ligt er in de richting van Huize St. Jozeph een hydrologisch gevoelig natuurgebied. Uit het POL blijkt dat het plangebied deel uitmaakt van een infiltratiegebied. Infiltratiegebieden zijn de veelal hoger gelegen gebieden waar het neerslagoverschot in de grond wegzakt en daarmee de grondwatervoorraad aanvult. Beperking van de infiltratiecapaciteit, zowel kwalitatief als kwantitatief, moet worden voorkomen. Het plan ligt in het gevoelige grondwaterbeschermingsgebied Heer Vroendaal. Het waterwingebied ligt net ten westen van het plan.
Infiltratiemogelijkheden
In 2005 is door Geoconsult een infiltratieonderzoek uitgevoerd. In totaal zijn 3 machinale boringen geplaatst tot een diepte van 8 m-mv. Tijdens het boren is geen grondwater aangetroffen tot 8 m-mv. Uit gegevens van de geologische kaart blijkt dat het grondwater op een niveau van meer dan circa 33 m-mv te verwachten is. Derhalve heeft het grondwater geen invloed op de infiltratiemogelijkheden.
Uit de boringen blijkt de bodem tot de maximale boordiepte van 8,0 m-mv bestaat uit löss. Uitzondering hierop is de boring aan de zuidzijde van het plan. Hier is op circa 4 m-mv zand en nog dieper mergel aangetroffen. De doorlatendheidsmetingen (methode van Porchet) wijzen uit dat de doorlatendheid matig tot slecht is. Uitzonderingen hierop zijn het zand/mergelpakket in het zuiden en de boring nabij het park. De doorlatendheid is hier respectievelijk 6,07 en 1,50 m/dag.
In 2008 waren er aanwijzingen dat er ten noorden van het klooster, bij het lager gelegen Huis St. Jozeph, sprake was van wateroverlast bij hevige regenval door het afstromen van hemelwater vanuit de richting Cadier en Keer. Bij navraag bij de gemeente Eijsden-Margraten blijkt dat de afgelopen jaren geen meldingen zijn gedaan van wateroverlast. Aanvullende voorzorgsmaatregelen lijken niet noodzakelijk.
Riolering
Op dit moment is op de locatie een gemengde riolering aanwezig en deze is aangesloten op de riolering in de Rijksweg. Hier is bij de renovatie van de Rijksweg ook een hemelwaterriool aangelegd.
Toekomstige situatie
De toekomstige waterhuishouding krijgt een duurzaam karakter door schone en vuile waterstromen gescheiden te houden. Het hemelwater dat valt op het verhard oppervlak (daken, parkeerplaatsen en overige terreinverharding) van de nieuwe bebouwing wordt niet aangesloten op de riolering maar het hemelwater wordt binnen de plangrenzen geretendeerd en geïnfiltreerd. Het hemelwater dat valt op de verharding van de te handhaven gebouwen blijft aangesloten op de bestaande riolering. De nieuwbouw wordt afgekoppeld. Het zoveel mogelijk infiltreren heeft in dit plangebied de volgende doelen:
Echter door de matig tot slechte doorlatendheid van het lösspakket wordt geadviseerd bij de uitwerking uit te gaan van retentie. Dit betekent niet dat het water niet deels zal infiltreren. Het hemelwater van de nieuwe gebouwen wordt naar een of meerdere retentie-/infiltratievoorziening geleid. Uitgegaan wordt van T=25 (35 mm) in 45 minuten met een leegloop waardoor de voorziening binnen 24 uur weer beschikbaar is.
De bestaande en toekomstige verhardingssituatie met maximale bebouwingsvariant is verstrekt door de opdrachtgever en weergegeven in onderstaande tabel en tekeningen:
Type verharding | Bestaande situatie |
Maximale bebouwingsvariant |
|
Bebouwing bestaand | 722 m2 | 722 m2 | |
Bebouwing nieuw | 2300 m2 | 2150 m2 | |
Verhard | 1593 m2 | 2922 m2 | |
Halfverharding | 2093 m2 | 905 m2 | |
Totaal | 6708 m2 | 6699 m2 |
Het totaal aan nieuw verhard oppervlak dient afgekoppeld te worden. De bestaande bebouwing en verharding hoeven niet te worden afgekoppeld. In de nadere uitwerking zal in overleg met waterschap en gemeente onderzocht worden of extra verhard oppervlak afgekoppeld kan worden. Het af te koppelen oppervlak bestaat uit de nieuwe bebouwing en de nieuwe verhardingen. Dit komt neer op 5.072 m2 (2150 + 2922).
Zoals de tekeningen tonen is er in de nieuwe situatie een afname van zowel bebouwd oppervlak (minus 150 m2 ) alsmede terreinverharding (minus 161 m2 ).
Terreinverharding bestaande situatie
De bestaande gebouwen (bruin gemarkeerd) en te handhaven terreinverharding (voor gebouw B) zullen aangesloten blijven op het huidige rioleringssysteem zoals dat nu ook reeds is aangesloten. Er treden derhalve geen veranderingen op.
Terreinverharding maximale bebouwingsvariant
De nieuwbouw alsmede nieuw aan te brengen verhardingen zullen gescheiden aangeboden worden op het (rwa /dwa en hwa-stelsel).
Uitgaande van T=25 (35 mm) dient 182,5 m3 retentie gerealiseerd te worden. In onderstaande afbeelding is een voorbeeld gegeven van een mogelijke voorziening. Per strekkende meter kan 2,56 m3 met dit profiel worden geborgen, hetgeen neerkomt op ca. 72 meter. Voor het ruimtebeslag moet rekening gehouden worden met een tweezijdig onderhoudspad. De exacte locatie en profilering van de voorzieningen wordt uitgewerkt in het civieltechnisch ontwerp.
Om wateroverlast ter plaatse van de bouwblokken door afstromend hemelwater te voorkomen worden de bouwpeilen 0,2 à 0,3 m hoger gelegd dan het wegpeil.
Omdat het hemelwater wordt afgevoerd naar een infiltratie- of retentievoorziening is het voorkomen van verontreiniging van het hemelwater noodzakelijk, des te meer omdat het plan in een freatisch grondwaterbeschermingsgebied ligt. De waterkwaliteit wordt gewaarborgd door binnen het plan geen uitloogbare materialen toe te passen in de bouwblokken en het straatmeubilair. Dit past ook binnen het convenant Duurzaam Bouwen van het gewest Maastricht-Mergelland. Om de waterkwaliteit te waarborgen is het tevens niet toegestaan om auto's te wassen op het terrein, strooizout te gebruiken of chemische onkruidbestrijding toe te passen.
Ter waarborging van de waterkwaliteit zal de handhaving van de genoemde verboden vastgelegd worden in een "protocol” voor toekomstige eigenaren
Wateradvies
Op 15 september 2010 heeft het Waterschap Roer en Overmaas een wateradvies afgegeven (kenmerk 201006410). Zij vragen de benodigde ruimte voor de hemelwatervoorziening ook als dusdanig te bestemmen. Behoudens deze opmerking wordt een positief wateradvies afgegeven.
Aan het verzoek van het Waterschap is voldaan door in de bestemming 'Wonen' op te nemen dat binnen deze bestemming waterberging is toegestaan onder ander ter plaatse van de aanduidingen 'waterberging'.
Het positieve wateradvies is als bijlage 16 bijgevoegd.