direct naar inhoud van 3.3 Bestemmingsregels
Plan: Woonwijken Zevenbergen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1709.wonenzevenbergen15-0401

3.3 Bestemmingsregels

Bedrijf - 1 en Bedrijf - 2 (Artikel 3 en Artikel 4)

In het plangebied is een aantal bedrijven aanwezig. Deze bedrijven, met uitzondering van het gebied aan de zuidoostrand van het plangebied (Huizersdijk), hebben de bestemming Bedrijf - 1. Deze bedrijfsactiviteiten zijn ingeschaald op basis van de categorieën uit de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'functiemenging' (zie bijlage 1 van de regels). De bedrijven aan de zuidoostrand van het plangebied zijn ingeschaald op basis van de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'bedrijventerrein', omdat dit gebied als uitloper van het bedrijventerrein Huizersdijk wordt beschouwd. Deze bedrijven hebben dan ook de bestemming Bedrijf - 2. De inventarisatie is terug te vinden in bijlage 1.

Cultuur en ontspanning - Kinderboerderij (Artikel 5)

De kinderboerderij aan de Kerkhofweg is bestemd als Cultuur en ontspanning - Kinderboerderij.

Gemengd - 1 t/m Gemengd - 3 (Artikel 6 t/m Artikel 8)

Binnen de bestemmingen Gemengd - 1 t/m Gemengd - 3 zijn de gronden bestemd voor verschillende uitwisselbare functies. Het kan hierbij gaan om een winkelstrip met bovenwoningen of verschillende maatschappelijke, dienstverlenende functies en bedrijven zonder wonen.

Groen (Artikel 9)

De bestemming Groen is gegeven aan beeld- of structuurbepalend groen. Het gaat dan om gronden die in gebruik zijn als plantsoenen, bermen, speelvoorzieningen maar ook voor voet- en fietspaden.

Horeca (Artikel 10)

Het dans- en partycentrum aan de Van Aerschotstraat 56 is bestemd als Horeca.

Maatschappelijk (Artikel 11)

Maatschappelijke functies, waaronder de kerken, scholen, zorginstellingen en de begraafplaats, zijn voorzien van de bestemming Maatschappelijk.

Recreatie (Artikel 12)

De volkstuinen aan de noordzijde van het plangebied langs de N285 hebben de bestemming Recreatie. Per volkstuin is een specifieke bebouwingregeling opgenomen.

Sport (Artikel 13)

De sportvelden en bijbehorende clubgebouwen en sporthallen en het zwembad hebben de bestemming Sport. De sportschool en winkel aan de Doctor Ariënslaan 84 hebben naast deze bestemming ook een aanduiding 'detailhandel'.

Tuin (Artikel 14)

De voor Tuin aangewezen gronden zijn bestemd voor de voortuinen of zijtuinen bij de woningen. Hier zijn uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toegestaan. Daarnaast is er een bouwregeling opgenomen om beperkt mogelijkheid te bieden aan erkers, luifels en balkons en andere ondergeschikte bouwdelen ten behoeve van de bij de aangrenzende bestemming Wonen behorende hoofdgebouwen.

Verkeer (Artikel 15)

Daar waar een weg een stroomfunctie heeft, zijn de gronden bestemd als Verkeer. Binnen het plangebied betreft dit uitsluitend de westrand en de N285. Binnen deze bestemming is een aantal daarin passende gebruiksvormen toegestaan zoals parkeren, groen- en waterpartijen, nutsvoorzieningen en dergelijke.

Verkeer - Verblijfsgebied (Artikel 16)

Het openbaar gebied in het nieuwe woongebied heeft een verblijfs- en verplaatsingsfunctie. Deze gronden zijn bestemd als Verkeer - Verblijfsgebied. Binnen deze bestemming is een aantal daarin passende gebruiksvormen toegestaan zoals parkeren, groen- en waterpartijen, nutsvoorzieningen, speeltoestellen en reclame-uitingen.

Water (Artikel 17)

Waterpartijen, structuurbepalende watergangen en locaties die van belang zijn voor de waterberging zijn bestemd voor Water.

Wonen (Artikel 18)

De woningen zijn voorzien van de bestemming Wonen. Het beleid is erop gericht de kwaliteit van de woonomgeving te behouden. Naast de bestaande situatie en de bestaande mogelijkheden die voortvloeien uit de vigerende regeling, is bij het toekennen van de bestemmingen het bieden van voldoende erfbebouwingsmogelijkheden voor de bestaande woningen het uitgangspunt. De basis voor de regeling van de bestaande woonfunctie wordt gevormd door een regeling bestaande uit bouwvlakken.

Bouwvlakken hoofdgebouwen

Bij de opstelling van het bestemmingsplan is voor alle woningen bepaald waar in de huidige situatie het hoofdgebouw (de woning zelf) en waar het bijgebouw (bijvoorbeeld garage) staat. Deze bestaande situatie is het uitgangspunt. Rekening houdend met karakteristieke voorgevelverspringingen en rooilijnen, zijn op de bestemmingsplankaart bouwvlakken opgenomen waarmee de plaats van hoofdgebouwen juridisch is vastgelegd. Per hoofdgebouw is de hoogte vastgelegd. Deze hoogte is afgestemd op de rechten uit de vigerende bestemmingsplannen. Het kan hierbij zowel gaan om een goothoogte als een bouwhoogte.

Bij de grootte van de bouwvlakken is een onderscheid gemaakt tussen vrijstaande woningen en twee-aaneengebouwde en rijenwoningen. De bouwvlakken bij vrijstaande woningen bedragen in principe 15 m bij 15 m. Als uitzondering hierop geldt, dat de afstand van het bouwvlak tot de perceelsgrens ten minste 3 m dient te bedragen. In sommige gevallen kan het dus voorkomen dat de afmetingen bij bouwvlakken van vrijstaande woningen afwijken van de bovengenoemde vuistregel. De diepte van bouwvlakken bij twee-aaneengebouwde en rijenwoningen bedraagt 10 m. In afwijking van deze vuistregel geldt dat het bouwvlak 12 m bedraagt, indien het desbetreffende perceel dieper is dan 25 m.

Erfbebouwing

De gronden achter en deels naast het hoofdgebouw c.q. de woning zijn te gebruiken voor uitbreiding van het hoofdgebouw of voor de bouw van bijgebouwen. De regeling bevat bepalingen met betrekking oppervlakte en hoogte van erfbebouwing. Deze regeling gaat uit van de Moerdijkse standaard.

In het bestemmingsplan worden er voldoende erfbebouwingsmogelijkheden geboden, terwijl de ruimtelijke kwaliteit niet onevenredig wordt aangetast.

Aan-huis-gebonden beroepen

Aan-huis-gebonden beroepen zijn als ondergeschikte functie bij de hoofdfunctie wonen toegestaan. Deze mogen alleen voorkomen zolang de omvang niet meer dan 30% van de gezamenlijke vloeroppervlakte van de bebouwing bedraagt. Dit geldt tot een maximum van 50 m² per woning.

Mantelzorg

Om in voorkomende gevallen huisvesting te kunnen bieden ten behoeve van mantelzorg, kan het bevoegd gezag bij een omgevingsvergunning afwijken van de gebruiksregels. Op basis hiervan kan een 'afhankelijke woonruimte' binnen de vigerende regeling voor bijgebouwen worden ingepast met een maximale oppervlakte van 80 m².

Wonen - Woonwagenstandplaats (Artikel 19)

Het woonwagenterrein aan De Lint in de wijk Molengors heeft de bestemming Wonen - Woonwagenstandplaats. Op deze gronden zijn standplaatsen voor woonwagens toegestaan en bijbehorende bijgebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde. De bijgebouwen zijn uitsluitend aan de achterzijde van de woonwagens toegestaan, waardoor ruimtelijk onwenselijke situaties aan de straatzijde voorkomen worden.

Leiding - Gas (Artikel 20)

Ter bescherming van de in het plangebied aanwezige planologisch relevante gasleidingen is de bestemming Leiding - Gas opgenomen. Het betreft hier een dubbelbestemming. Bouwen is slechts mogelijk op basis van een door het bevoegd gezag verleende omgevingsvergunning, waarbij getoetst wordt aan het belang van de leiding. Voor het uitvoeren van een aantal werkzaamheden en werken, geen gebouwen zijnde, is een omgevingsvergunningplicht opgenomen. De werken of werkzaamheden zijn slechts toelaatbaar voor zover het leidingbelang niet onevenredig wordt geschaad. De leidingbeheerder brengt hierover voorafgaand advies uit aan burgemeester en wethouders.

Leiding - Riool (Artikel 21)

Ter bescherming van de in het plangebied aanwezige planologisch relevante afvalwatertransportleiding de bestemming Leiding - Riool opgenomen. Het betreft hier een dubbelbestemming. Bouwen is slechts mogelijk op basis van een door het bevoegd gezag verleende omgevingsvergunning, waarbij getoetst wordt aan het belang van de leiding. Voor het uitvoeren van een aantal werkzaamheden en werken, geen gebouwen zijnde, is een omgevingsvergunningplicht opgenomen. De werken of werkzaamheden zijn slechts toelaatbaar voor zover het leidingbelang niet onevenredig wordt geschaad. De leidingbeheerder brengt hierover voorafgaand advies uit aan burgemeester en wethouders.

Waterstaat - Waterkering (Artikel 22)

Deze dubbelbestemming is toegekend aan de waterkering (kernzone inclusief beschermingszones) in het plangebied. Het betreft een bezoemkade langs de Roode Vaart (waterkering), een regionale waterkering langs de Roode Vaart-Noord en een klein gedeelte van de Schansdijk.

Deze gronden hebben een waterkerende functie of zijn van invloed op de waterkering. Er is sprake van samenvallende bestemmingen, waarbij de met Waterstaat - Waterkering samenvallende bestemmingen ondergeschikt zijn. Dit uitgangspunt is vertaald in de betreffende bouwregels. Langs de bestemming Waterstaat - Waterkering zijn beschermingszones aanwezig waarop de Keur van het Waterschap Brabantse Delta van toepassing is.

Voor het uitvoeren van werkzaamheden binnen de bestemming Waterstaat - Waterkering en in de beschermingszones is ontheffing vereist van het Waterschap.