direct naar inhoud van 4.6 Luchtkwaliteit
Plan: Haarbosch, Maarsbergen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1581.MAAHaarbosch-va01

4.6 Luchtkwaliteit

4.6.1 Beleidskader

Wet Luchtkwaliteit

De Wet luchtkwaliteit (onderdeel van de Wet milieubeheer) beschermt mensen tegen luchtverontreiniging. Hierin zijn onder andere grenswaarden voor vervuilende stoffen in de buitenlucht (o.a. fijn stof en stikstofdioxide) vastgesteld.

De Wet Luchtkwaliteit en bijbehorende besluiten en regelingen noemt “gevoelige bestemmingen” (zoals scholen en kinderdagverblijven) en maakt onderscheid tussen projecten die “in betekende mate” en “niet in betekende mate”(NIBM) leiden tot een verslechtering van de luchtkwaliteit. Daarnaast moet de mate van blootstelling aan luchtverontreiniging worden meegenomen in de afweging of er sprake is van een goede ruimtelijke ordening en moet afgewogen worden of het aanvaardbaar is om een bepaald project op een bepaalde plaats te realiseren.

Gemeentelijk milieubeleidsplan

De gemeente heeft vooralsnog geen eigen luchtkwaliteitbeleid, derhalve richten zij zich op de wettelijke normen voor luchtkwaliteit.

In de gemeente is het verkeer de voornaamste bron van luchtverontreiniging. Om dit te verminderen heeft de gemeente een aantal uitgangspunten geformuleerd:

  • het stimuleren van het openbaar vervoer en het fietsgebruik;
  • het terugdringen van het autoverkeer;
  • het invoeren van het Largas principe: 'langzaam rijden gaat sneller'. Bij een betere doorstroming verbetert namelijk de luchtkwaliteit.

Het doel van de gemeente is om de luchtkwaliteit binnen de gemeente blijvend te verbeteren om de gezondheid van bewoners te beschermen tegen de effecten van luchtverontreiniging. Daarvoor staan de volgende acties op het programma:

  • Er wordt een gemeentelijke beleidsregel luchtkwaliteit opgesteld ter bescherming van de gezondheid van de inwoners;
  • Het is wenselijk om verkeersaantrekkende objecten langs de A12 te concentreren, mits in combinatie met mitigerende maatregelen ter plaatse;
  • Het stimuleren van het openbaar vervoer en het fietsverkeer.
4.6.2 Het plan

In het kader van het Besluit Luchtkwaliteit is de luchtkwaliteit ter plaatse van het plangebied onderzocht in april 20116 en geactualiseerd in 2012 De belangrijkste conclusies uit dit onderzoek zijn hieronder opgenomen. In dit onderzoek wordt het volgende geconcludeerd:

Uit het voorgaande blijkt dat de verslechtering van de luchtkwaliteit ten gevolge van de uitvoering van het plan zodanig gering is dat kan worden gesproken van een zogeheten NIBM-project waarbij verder onderzoek naar de luchtkwaliteit niet nodig is. Daarnaast is onderzocht of de luchtkwaliteit in het plangebied niet zodanig is dat de normen voor een goed woonklimaat worden overschreden. Dit is gedaan aan de hand van de Grootschalige Concentratiekaarten Nederland 2009. Hieruit blijkt dat er geen sprake is van de overschrijding van de normen.

In januari 2012 is een actualiserend onderzoek7 uitgevoerd. De conclusie van de update luidt als volgt.

Uit de berekeningen met de NIBM-tool blijkt dat de maximale bijdrage ten gevolge van het extra verkeer op de Haarweg vanwege het plan voor respectievelijk NO2 of PM10 0,73 ìg/m3 en 0,23 ìg/m3 bedraagt. Dit betekent dat het plan de grens van 3% (een toename van 1,2 ìg/m3 NO2 of PM10) niet overschrijdt. Het plan moet daarom worden beschouwd als een NIBM-project. Dit betekent dat uitvoering van dit bestemmingsplan niet bijdraagt aan een verslechtering van de luchtkwaliteit. Het uitvoeren van nader onderzoek naar de luchtkwaliteit is niet noodzakelijk.

4.6.3 Conclusie

Het plan voldoet aan het gestelde in het Besluit Luchtkwaliteit en het plan is wat betreft het aspect luchtkwaliteit uitvoerbaar.