Plan: | Herziening delen Maaspoort-Oud Empel |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0796.0002143-1401 |
Landschapsgeschiedenis
In het plandeel Oud Empel bevinden zich de resten van een dynamisch rivierenlandschap waar restgeulen, oeverwallen en komgebieden door elkaar liggen. Door de (aanvankelijk plaatselijke) bedijking van de Maas rond 1300 is deze dynamiek grotendeels verdwenen, maar nadien vonden nog regelmatig overstromingen en/of dijkdoorbraken plaats waarbij opnieuw riviersedimenten (overslaggronden) werden afgezet. De oudste vermeldingen van de dijken bij Empel dateren uit het begin van de 14e eeuw. Vermoedelijk bestond de dijk toen reeds enige tijd.
De overstromingen hielden feitelijk aan omdat stroomopwaarts, ter hoogte van Beers, een deel van de Maas onbedijkt was gelaten. Op deze manier kon bij zeer hoge waterstanden in de Maas water worden ingelaten in het voormalige komgebied. Dit komgebied fungeerde hiermee dus als tijdelijke bedding. Het overtollige rivierwater werd vervolgens weer ter hoogte van 's-Hertogenbosch in de Maas teruggeleid. Deze bedding, de zogenaamde Beerse Maas, vormde dus een zeer brede tijdelijke Maasgeul waardoor permanente bewoning in dit gebied sterk werd bemoeilijkt. Lokaal probeerde men door de aanleg van terpen de periodieke wateroverlast enigszins het hoofd te bieden. Na 1942 werden waterstaatkundige werken uitgevoerd waardoor de functie van de Beerse Maas verdween.
afbeelding 3: landschapskaart gemeente 's-Hertogenbosch, plandelen Oud-Empel en Empelse Schans 2: 1. overslag op oeverwal, 2. dekzandrug (donk), 3. oeverwal, 4. uiterwaarden, 5. Maas
Bewoningsgeschiedenis
Oud Empel is al sinds de IJzertijd bewoond. De eerste bewoning vond plaats op de oeverwal van de Maas maar het bewoonbare gebied omvatte ook een aantal dekzandkoppen of donken die zuidelijk van de oeverwal lagen. Op een van deze donken, aangeduid met het toponiem 'De Werf', gelegen buiten het plangebied, is een Keltische cultusplaats uit de Late IJzertijd aangetroffen. In de Romeinse Tijd werd er een stenen tempel op dezelfde locatie gebouwd die tot aan het begin van de 3e eeuw in gebruik bleef: de 'Tempel van Empel'. Verondersteld wordt dat de tempel in de 3e eeuw is verwoest en dat de laatste restanten in de 4e eeuw zijn afgebroken.
De oudste vermelding van Oud Empel dateert uit 815 en vermeldt dat een zekere Alfger bezittingen te 'Empele' aan de abdij van Lorsch schenkt. Volgens die beschrijving had Oud Empel een kerk, een hoeve en weiden. Uit een bisschoppelijke akte blijkt dat de kerk van Oud Empel kort voor 969 verwoest is door een rivier. De kerk is vervolgens in 969 herbouwd. Bij de overstroming moet de oeverwal met daarop de nederzetting zijn doorbroken. Het is onbekend of de kerk en de nederzetting op dezelfde locatie zijn herbouwd en in hoeverre de nederzetting heeft geleden. Hoewel de historische bronnen veel gegevens hebben verschaft over het Oud Empel uit de 8e tot en met de 10e eeuw, is onbekend gebleven of deze nederzetting op dezelfde plek lag als het huidige Oud Empel. Vooral de overstromingsramp uit 969 kan reden zijn geweest om de nederzetting te verplaatsen.
Tussen 969 en 1142 wordt de abdij van Crispin in Henegouwen eigenaar van Oud Empel. In de 12e eeuw proberen lokale vertegenwoordigers van de abdij zich het bezit van Oud Empel toe te eigenen. Door het verzet de abdij hiertegen en vanwege de juridische documenten hierover, is bekend dat Oud Empel bestond uit een domein met horige boeren, een brouwerij, een graanschuur, pachters en een kerk. In 1201 koopt de hertog van Brabant Oud Empel. De nederzetting wordt, net als de dorpen Orthen en 's-Hertogenbosch, onderdeel van het hertogdom Brabant .
Net als de andere dorpen in de omgeving heeft Oud Empel regelmatig te lijden gehad van overstromingen, plunderingen en andere rampspoed. Vooral in de periode 1568-1648 (de Tachtigjarige Oorlog) heeft het veel geleden door oorlogshandelingen. In 1585 was van het dorp alleen de kerk nog over. Bij Oud Empel hebben in de loop der eeuwen diverse schansen gelegen. De oudste werd opgeworpen in de jaren 1529-1530, iets westelijk van het dorp. Tussen 1580 en 1586 werd het driemaal veroverd door staatse troepen maar steeds weer verlaten. Na de bouw van het fort Crèvecoeur in 1587 verloor de schans aan betekenis. In 1622 werd oostelijk van de oude schans, ter plaatse van het dorp, een nieuwe schans aangelegd. Hiervoor moest een aantal huizen wijken. De kerk kwam binnen de versterking te liggen. De schans werd in 1648 geslecht maar daarna toch nog af en toe gebruikt. In 1815 werd de oude schans als vierkante redoute herbouwd maar enkele jaren later al weer gesloopt.
Op 19e eeuwse kaarten bestaat Oud Empel uit verspreide lintbebouwing langs de dijk. Ook enkele gebouwen verder van de dijk, gelegen op de oeverwal, behoorden tot de historische kern van Oud Empel. Er zijn overstromingen en dijkdoorbraken bekend uit 1809, 1876 en 1880. Het dorp kreeg aan het begin van de 20e eeuw een nieuw raadhuis en een nieuwe, neogothische, kerk. Deze kerk werd verwoest tijdens de Tweede Wereldoorlog waarna in het nieuwe Empel een andere kerk is gebouwd. Tussen 1920 en 1940 zijn in Oud Empel veel burgerwoningen gebouwd. In november 1944 werd het dijkdorp opnieuw voor een groot deel verwoest als gevolg van beschietingen gericht op de Maasbruggen. Kerk, parochiehuis en veel woningen gingen daarbij verloren. Van de kerk zijn nu alleen de situering en het kerkhof met zijn ommuring en beplanting nog herkenbaar.
Omdat men na de oorlog om waterstaatkundige redenen afzag van herbouw aan de dijk, verrees na 1944 een nieuwe planmatige nederzetting op de plek van het meer zuidelijk en hoger gelegen voormalige kasteel, nu aan de andere kant van de rijksweg A2 gelegen. Na 1950 is het dijklint gesplitst door de aanleg van de rijksweg A2. Ten oosten van de rijksweg, buiten het plangebied, ligt een aantal huizen en boerderijen die tot de oudste resten van het dijklint horen: Empelseweg 24, 35 en 37 dateren van de tweede helft van de 19e eeuw.
Het huidige dijkdorp Oud Empel is dan ook slechts een restant van het oude dijkdorp waarvan na de bombardementen van 1944 alleen nog enige woonhuizen en boerderijen en de situering van de kerk bewaard zijn gebleven. Het hoofdelement van het dijkdorp - de langgerekte dijkbebouwing met het groene kerkhof - is nog herkenbaar in het gefragmenteerde bebouwingslint aan de Maasdijk. De achterstraat aan de dijkvoet is weliswaar verdwenen maar kan nog worden afgelezen aan de perceelsgrenzen. De bebouwing is voor een klein deel haaks op, maar grotendeels evenwijdig aan de dijk gebouwd.
De bebouwing in Oud Empel vertoont een zekere verscheidenheid: kleine dijkwoningen, enkele statige boerderijwoningen, oud en nieuw naast elkaar. Ook is hier en daar grootschalige bebouwing aanwezig met een agrarische functie. Door de grote afstand tot de weg doet deze bebouwing weinig afbreuk aan de karakteristiek van het dorp. Op plaatsen waar de woningen voor een deel op het talud van de huidige dijk zijn gebouwd ligt de eerste bouwlaag gedeeltelijk in het dijklichaam. Aan de achterzijde is de goothoogte daarom hoger dan aan de wegzijde.
afbeelding 4: (Oud) Empel in 1946 (Empelsedijk 1)
Dijkverbetering
Omdat de Empelsedijk niet voldeed aan de veiligheidseisen van Rijkswaterstaat is het dijktraject bij Oud Empel enige jaren geleden verbeterd. De dijk was tot circa 0,5 meter te laag, het buitentalud was onvoldoende waterdicht en niet erosiebestendig. Bovendien waren oneigenlijke elementen bij de dijk aanwezig, wat niet alleen tot aantasting van de waterkerende functie leidde maar ook een adequaat beheer bemoeilijkte.
Bij Oud Empel zijn aan de bestaande waterkering waterkerende constructies toegevoegd: erosieschermen beneden maaiveld en muurtjes (van geringe hoogte) met coupures boven maaiveld. Hierdoor was slopen van woningen niet nodig en bleven de woningen goed bereikbaar. Ter plaatse van de woningen Empelsedijk 2 tot en met 14 is het dijktracé achter de percelen gelegd. De wijze waarop de bescherming van de waterkering in dit bestemmingsplan juridisch-planologisch is geregeld, is beschreven in paragraaf 6.2.
Omdat het dijktracé achter de percelen van de woningen Empelsedijk 2 tot en met 14 is gelegd, is de relatie tussen de straat, de bebouwing en de Maas hier sterk verminderd. Toch geeft een aantal open plekken dat door de bombardementen is ontstaan nog zicht op de uiterwaarden en de Maas, bijvoorbeeld tegenover de herenboerderij van Godschalx, Empelsedijk 15. Deze open plek tussen Empelsedijk 14 en 16 werd lang gebruikt als lig- en losplaats voor schepen en als opstappunt voor een voetveer naar de overzijde van de Maas. Resten van kaden, dammen en een weegbrug herinneren hieraan.
Uiterwaarden
Het huidige beloop van de Maas bij Oud Empel is ontstaan aan het eind van de 19e eeuw. Bij de voltooiing van de spoorbrug en de aanleg van het spoor werd een rivierbocht afgesneden. Ook werd een strekdam aangelegd. Hierdoor is het beeld van de uiterwaarden drastisch gewijzigd. De verkaveling daarentegen bleef binnendijks en buitendijks loodrecht op de Maas gericht. In de 20e eeuw is de kanalisatie van de Maas verder ter hand genomen. De strekdam werd uitgebreid waardoor de Maas versmalde en er ontstond een smalle strook uiterwaarden ter hoogte van de huidige Maaspoort.
Als gevolg van de kanalisatie van de Maas vinden nog nauwelijks overstromingen plaats. Van de oude rivierarmen zijn alleen relicten over. Door verlanding zijn de plassen in de uiterwaarden steeds kleiner geworden en staan ze niet meer in open verbinding met de Maas. Ook het wiel bij Oud Empel is gedempt. Een nieuw element in het beeld van de uiterwaarden vormen de ontgrondingen die opvallen door hun vorm en omvang.
In de uiterwaarden zijn veel cultuurhistorisch waardevolle aspecten bewaard gebleven. Zo is een deel van het oude dijktracé ter hoogte van Oud Empel ongewijzigd gebleven. De dijk, die in bochten vlak langs verschillende wielen ligt, brengt iets van de vroegere activiteit van het overstromingswater tot uitdrukking. De oude loop van de rivier is in de vorm van oude plassen en geulen terug te vinden. Er moet worden voorkomen dat deze wateren zodanig worden vergraven of gedempt dat ze als cultuurhistorisch element geen betekenis meer hebben.
De wijze waarop de gemeente 's-Hertogenbosch invulling wil geven aan de beleving van de uiterwaarden is beschreven in paragraaf 3.3.4, de juridisch-planologisch bescherming van de ecologische hoofdstructuur, de landschappelijke waarden en natuurwaarden, de cultuurhistorische waarden en het waterbergend vermogen is beschreven in paragraaf 6.2.