Plan: | Harmelerwaard |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0632.BPHARMELERWAARD-bVA2 |
De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Binnen elk bouwvlak mogen op en in de gronden als bedoeld in lid 3.1, uitsluitend worden gebouwd:
Buiten bouwvlakken mogen op en in de gronden als bedoeld in lid 3.1, uitsluitend worden gebouwd andere bouwwerken, niet zijnde:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in sublid 3.2.1 en sublid 3.2.2, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte |
bijgebouwen bij de woning en bedrijfsgebouwen voor ander (agrarisch) gebruik | 3 m | 6 m |
overige gebouwen | 6 m | 10 m |
bouwwerken voor mestopslag | - | 6 m |
voersilo's | - | 12 m |
erf- of perceelafscheidingen | - | 2 m |
overige andere bouwwerken, binnen bouwvlak | - | 12 m |
overige andere bouwwerken, buiten bouwvlak | - | 2 m |
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 15, 16, 17, 18, 25, 26 en 27, een omgevingsvergunning te verlenen in afwijking van het bepaalde in sublid 3.2.2, ten behoeve van het bouwen van:
mits:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 15, 16, 17, 18, 25, 26 en 27, een omgevingsvergunning te verlenen in afwijking van het bepaalde in sublid 3.2.2, voor het bouwen van bebouwing als bedoeld in sublid 3.2.1, buiten een bouwvlak, mits:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd een omgevingsvergunning te verlenen in afwijking van het bepaalde in sublid 3.2.3, onder f, ten behoeve van het bouwen van agrarische bedrijfsgebouwen met de nokrichting haaks op de slagenverkaveling, mits:
Het gebruik van gronden buiten het bouwvlak voor buitenopslag, zoals -niet als bouwwerk aan te merken- mestbassins, silo's en opslag van ruwvoer en overige materialen, is toegestaan tot een hoogte van 3 m, mits:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd een omgevingsvergunning te verlenen in afwijking van het bepaalde in lid 3.1, ten behoeve van gebruik en eventuele herbouw van bestaande agrarische bedrijfsgebouwen binnen een bouwvlak en uitsluitend als ondergeschikte nevenactiviteit, voor de volgende niet-agrarische nevenactiviteiten:
Bij het verlenen van een omgevingsvergunning worden de volgende bepalingen in acht genomen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 15, 16, 17, 18, 25, 26 en 27, het plan zodanig te wijzigen, dat de op de gronden als bedoeld in lid 3.1, aangegeven grens van een bouwvlak elders op die gronden wordt aangegeven, mits de noodzaak voor een doelmatige agrarische bedrijfsvoering is aangetoond.
Het wijzigen geschiedt volgens de volgende regels: