Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Noordpark
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0627.bpnoordpark-0401

Artikel 9 Waterstaat - Waterkering

   
9.1
Bestemmingsomschrijving
 
De voor “Waterstaat - Waterkering” (WS-WK) aangewezen gronden zijn, naast het bepaalde in de andere voor de gronden aangewezen bestemming(en), mede bestemd voor:
a.
de waterhuishouding;
b.
de waterkering;
c.
kaden, taluds, oevers en onderhoudsstroken;
  
 
met daaraan ondergeschikt:
d.
wegen en paden;
e.
parkeervoorzieningen.
 
9.2
Bouwregels
9.2.1
In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen mag op deze gronden niet anders worden gebouwd dan ten behoeve van de bestemming “Waterstaat - Waterkering”:
9.2.2
Op of in deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming “Waterstaat - Waterkering” geen gebouwen worden gebouwd.
 
9.3
Afwijking van de bouwregels
9.3.1
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 9.2.1 van dit artikel en toestaan dat in de andere bestemming(en) passende bouwwerken worden gebouwd, mits:
a.
geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de waterstaatsbelangen;
b.
vooraf een schriftelijk advies wordt ingewonnen bij de beheerder van de waterloop en de beheerder van de waterkering.
  
9.3.2
Burgemeester en wethouders kunnen aan de in lid 9.3.1 van dit artikel bedoelde afwijking voorschriften verbinden ter bescherming van de belangen van de waterkering.
 
9.4
Specifieke gebruiksregels voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
9.4.1
In het belang van de waterhuishouding is het verboden de in lid 9.4.2 onder a t/m d van dit artikel genoemde werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren of te doen c.q. te laten uitvoeren, tenzij deze:
a.
worden uitgevoerd conform een advies van de beheerder van de waterkering;
b.
het normale onderhoud en/of gebruik betreffen;
c.
reeds in uitvoering zijn, dan wel krachtens een verleende omgevingsvergunning reeds mogen worden uitgevoerd op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.
  
9.4.2
Het in lid 9.4.1 van dit artikel opgenomen verbod betreft de volgende werken c.q. werkzaamheden:
a.
het ontgronden, afgraven, egaliseren en ophogen van gronden;
b.
het aanleggen van verharde en halfverharde wegen en paden;
c.
het aanbrengen van drainage;
d.
het aanleggen van ondergrondse of bovengrondse transport-, energie- en/of communicatieleidingen.