18.2 Bouwregels
Op de voor 'Groen' bestemde gronden mag niet worden gebouwd, behoudens:
18.2.1 Algemeen
-
a. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, welke in de bestemming passen, zoals straatmeubilair, huisvuilcontainers, niet groter dan 10 m3 (al dan niet ondergronds), bovenleidingsmasten c.q. -portalen ten behoeve van trambanen, bruggen, duikers en speeltoestellen;
-
b. bouwwerken passend bij het 'strandgedeelte' gelegen aan de Siciliëboulevard, in de vorm van douches, kleedhokjes, toiletten, gebouwtjes ten behoeve van beheer;
-
c. voorzieningen ten behoeve van stadslandbouw in het Waterwijkpark in Nesselande zoals bergruimte voor gereedschap en opslag van geteelde producten;
-
d. ter plaatse van de op de verbeelding aangegeven bouwvlak in het Noordelijk Wijkpark (Zevenkamp) zijn toegestaan een gebouw ten behoeve van de speeltuin met een maximale oppervlakte van 100 m2 alsmede voorzieningen ten behoeve van het gebruik van het Noordelijk Wijkpark in Zevenkamp voor recreatieve en maatschappelijke doeleinden met bijbehorende ondergeschikte horeca en verkoop van produkten met een maximale oppervlakte van 380 m2, met een hoogte van maximaal 4 meter;
-
e. ter plaatse van het Noordelijk Wijkpark zijn kassen toegestaan met een maximale oppervlakte van totaal 200 m2;
-
f. terplaatse van de bouwvlakken gelegen in het Wollenfoppenpark (tussen de Wollefoppenweg en de Paul van Ostaijensingel) in de bestemming passende gebouwen zoals schuren toegestaan, met dien verstande dat niet meer dan 30% van de bebouwingsoppervlakte bebouwd mag worden met gebouwen, met een goothoogte van maximaal 3 meter en een bouwhoogte van maximaal 3,5 meter;
-
g. een snackkiosk gelegen tussen de Zevenkampseweg en de Boorn, met een inhoud van maximaal 60 m3;
-
h. woningen, horeca en maatschappelijke voorzieningen zoals bedoeld onder artikel 18.1;
-
i. speelvoorzieningen met een hoogte van maximaal 4 meter met uitzondering van de speelvoorzieningen ter plaatse van de functieaanduiding 'speeltuin' waar een maximale hoogte van 10 meter is toegestaan;
-
j. een geluidswal parallel aan de A20 met een hoogte van minimaal 5 meter;
-
k. voor het bouwen binnen het bouwvlak bij Wonen - 1 gelden de bepalingen zoals opgenomen in artikel 38 Wonen - 1;
-
l. uitstekende delen aan gebouwen, niet dieper dan 2 meter uit de gevel en ten minste 2,2 meter boven maaiveld;
-
m. terplaatse van de op de verbeelding aangegeven bouwaanduiding 'overkraging' is overhangende bebouwing toegestaan op een hoogte van tenminste 2 meter vanaf 4 meter beneden NAP;
-
n. ter plaatse van de op de verbeelding aangegeven aanduiding
-
o. voorzieningen ten behoeve van de bovengrondse metro;
-
p. kleine gebouwen voor openbaar nut, verkeer en vervoer, zoals gemaalgebouwtjes, telefooncellen, gasdrukregel- en meetstations, wachthuisjes e.d., met een inhoud van maximaal 80 m3;
-
q. ten behoeve van de ontsluiting van de percelen aan de Wollefopenweg, Bermweg en Onderweg zijn bruggen toegestaan met een breedte van maximaal 3,5 meter;
-
r. geen bouwwerken zijn toegestaan in een zone van 50 meter, gemeten uit de kant van het wegdek van de Rijksweg A20.
18.2.2 Botenhuis/steiger
-
s. daar waar de bestemming “Groen” grenst aan de bestemming 'Wonen - 1 zijn tevens tot 2,50 meter uit de kavelgrens de bouw van botenhuizen toegestaan, met een hoogte van maximaal 1,5 meter, gemeten vanaf het hoogste waterpeil (NAP –5,20 m);
-
t. voor zover tevens een boothuis is toegestaan op de gronden aangewezen voor 'Wonen - 1' en 'Water' mag het totaal niet meer dan één boothuis bedragen;
-
u. Bij kavels met een grootte tot 600 m2 is een steiger toegestaan van 5 meter breed en bij kavels vanaf 600 m2 is een steiger van 7,5 meter toegestaan;
-
v. daar waar de bestemming “Groen” grenst aan de bestemming 'Wonen - 1' en evenwijdig aan de Renier Rondhorstdijk is gelegen, is de aanleg en de bouw van een steiger –waaronder tevens vlonder verstaan- en/of botenhuis niet toegestaan;
18.2.4 Afwijken van de bouwregels
-
a. Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 18.2.1 terzake van het toelaten van bouwwerken binnen een zone van 50 meter, gemeten uit de kant van het wegdek van de Rijksweg A20, met dien verstande dat hierover overeenstemming is bereikt met de wegbeheerder.
-
b. Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 18.2.1 terzake van het toelaten van overhangende bouwwerken binnen een zone van 50 meter, gemeten uit de kant van het wegdek van de Rijksweg A20, met dien verstande dat: de overhangende bebouwing ten minste 5 meter boven de geluidswal uitsteekt, de hoogte maximaal 20 meter bedraagt en hierover overeenstemming is bereikt met de wegbeheerder.
-
c. Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 18.2.1 ten behoeve van een bredere brug, indien dit noodzakelijk is voor de bereikbaarheid van hulpvoertuigen.