direct naar inhoud van Artikel 9 Tuin
Plan: Mossenest
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0576.BP201200019-0003

Artikel 9 Tuin

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. tuinen, behorende bij de op de aangrenzende gronden gelegen hoofdgebouwen;
  • b. toegangspaden tot de aangrenzende hoofdgebouwen;
  • c. minimaal één parkeerplaats op eigen terrein: ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van tuin - parkeren op eigen terrein';
  • d. verhardingen voor in- en uitritten;
  • e. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.
9.1.1 Ten behoeve van het toegestane gebruik zijn op en in deze gronden toegelaten:
  • a. aan- en uitbouwen en/of bijgebouwen;
  • b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
9.2 Bouwregels

Op de op lid 9.1 bestemde gronden mogen uitsluitend aan- en uitbouwen en/of bijgebouwen, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de bestemming genoemde doeleinden worden gebouwd. Hierbij gelden de volgende regels.

9.2.1 Uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - veranda' zijn aangebouwde aan- en uitbouwen voor de voorgevel toegestaan mits:
  • a. de bouwhoogte maximaal 3 m bedraagt;
  • b. de aan- en uitbouwen is aangebouwd aan het hoofdgebouw en geen onderdeel is van het hoofdgebouw;
  • c. de aan- en uitbouwen maximaal uit één gesloten wand bestaat.
9.2.2 Uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - vrijstaand bijgebouw' zijn vrijstaande bijgebouwen toegestaan mits:
  • a. de bouwhoogte maximaal 2,5 m bedraagt;
  • b. de maximale oppervlakte van het bijgebouw bedraagt 10 m².
9.2.3 Uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - carport' zijn aan- en uitbouwen toegestaan mits:
  • a. er dient ruimte te zijn voor het stallen van ten minste één motorvoertuig op eigen terrein waarbij deze plaats niet minder dan 10 m2 mag bedragen;
  • b. de stallingsplaats is als carport gerealiseerd waarbij de carport een maximale bouwhoogte van 3 m en een maximaal oppervlak van 20 m2 heeft;
  • c. de aan- en uitbouwen is aangebouwd aan het hoofdgebouw.
9.2.4 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Op de lid 9.1 bestemde gronden mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd, met inachtneming van het gestelde in sublid 21.2.3 met uitzondering ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van tuin - erfafscheiding' waar de aan openbaar water grenzende erfafscheiding maximaal 1 m bedraagt en de erfafscheiding tussen woningen maximaal 2 m.