direct naar inhoud van 3.10 Externe veiligheid
Plan: De Waterkanten
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0553.bpdorpwaterkanten-vax1

3.10 Externe veiligheid

Van de ramptypes die verband houden met externe veiligheid ("Indeling Leidraad maatramp") zijn met name ongevallen met brandbare/explosieve of giftige stoffen van belang.

Deze ongevallen kunnen nader worden onderscheiden in ongevallen met betrekking tot:

  • inrichtingen;
  • vervoer gevaarlijke stoffen door buisleidingen;
  • vervoer gevaarlijke stoffen over weg, water en spoor.

In het kader van de voorgenomen ontwikkeling is een quickscan externe veiligheid uitgevoerd. Deze quickscan is opgenomen in Bijlage 13.

Inrichtingen

De risico's waaraan burgers in hun leefomgeving worden blootgesteld door activiteiten met gevaarlijke stoffen in inrichtingen, dienen tot een aanvaardbaar minimum te worden beperkt. Daartoe zijn in het "Besluit externe veiligheid inrichtingen" (hierna: Bevi) regels gesteld.

Bij het toekennen van bepaalde bestemmingen dient onderzocht te worden:

  • Of voldoende afstand in acht wordt genomen tussen enerzijds (beperkt) kwetsbare objecten en anderzijds risicovolle inrichtingen in verband met het plaatsgebonden risico.
  • Of (beperkt) kwetsbare objecten liggen binnen in het invloedsgebied van risicovolle inrichtingen en zo ja, wat de bijdrage is aan het groepsrisico.

Het plaatsgebonden risico is de kans dat een persoon die onafgebroken en onbeschermd op een plaats buiten een inrichting zou verblijven, overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongewoon voorval binnen die inrichting waarbij een gevaarlijke stof betrokken is. Voor kwetsbare objecten geldt een plaatsgebonden risico PR 10-6 en voor beperkt kwetsbare objecten geldt een richtwaarde voor het plaatsgebonden risico PR 10-6.

Het groepsrisico bestaat uit de cumulatieve kansen per jaar dat ten minste 10, 100 of 1.000 personen overlijden als rechtstreeks gevolg van hun aanwezigheid in het invloedsgebied van een inrichting en een ongewoon voorval binnen die inrichting waarbij een gevaarlijke stof betrokken is.

Uit de gegevens van de risicokaart (Risicokaart provincie Zuid-Holland, www.risicokaart.nl) blijkt dat in de omgeving van het plangebied drie inrichtingen zijn gelegen of (opslag)activiteiten plaatsvinden, maar dat die in het kader van dit onderzoek niet relevant zijn.

Binnen het plangebied zelf is momenteel de opslag van gevaarlijke stoffen van belang die bij het zwembad gebeurt. Op de huidige locatie van het zwembad is een opslagmogelijkheid van chloorbleekloog van 1.500 liter. Deze verdwijnt in de toekomstige situatie, de productie van chloor gaat door middel van zoutelektrolyse gebeuren. Hiermee vervalt de huidige risicobron die in het plangebied aanwezig is.

Uit de quickscan blijkt dat externe veiligheid als gevolg van inrichtingen waar risicovolle activiteiten plaatsvinden, geen belemmering is voor de ontwikkeling van het plangebied.

Buisleidingen

Uit de kaart van het buisleidingennetwerk in Nederland en de risicokaart is afgeleid dat zich binnen of in de buurt van het plangebied geen relevante buisleidingen bevinden.

Hieruit blijkt externe veiligheid als gevolg van transport van gevaarlijke stoffen door buisleidingen geen belemmering is voor de ontwikkeling van het plangebied.

Vervoer gevaarlijke stoffen over weg, water of spoor

Transport over weg

De N207 en N208 liggen op dermate grote afstand van het plangebied dat deze niet relevant zijn. Daarnaast ligt het plangebied binnen de bebouwde kom, waar vervoer van gevaarlijke stoffen niet wordt toegestaan. Alleen wanneer aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan kan de gemeente een ontheffing verlenen. In dit geval is daar geen sprake van en wordt geen vervoer direct langs het plangebied verwacht.

Het vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg is geen belemmering voor de ontwikkeling van het plangebied.

Transport over water

In de onmiddellijke nabijheid van het plangebied bevindt zich een ringvaart. Het vervoer van gevaarlijke stoffen via deze vaarroute is niet aan de orde. Het vervoer van gevaarlijke stoffen over het water vormt geen belemmering voor de planontwikkeling.

Transport over spoor

Binnen een afstand van 1 kilometer van het plangebied ligt geen spoorweg. Met het vervoer van gevaarlijke stoffen over het spoor hoeft geen rekening te worden gehouden. Het vervoer van gevaarlijke stoffen over het spoor vormt geen belemmering voor de planontwikkeling.

Conclusie

Op basis van de uitgevoerde inventarisatie en beoordeling externe veiligheid kan geconcludeerd worden dat er geen belemmeringen voor de voorgenomen ontwikkeling bestaan. Een vervolgonderzoek of verantwoording van het groepsrisico is niet nodig.