Plan: | Zaanse Schans e.o. |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0479.STED3752BP-0303 |
De ruimtelijke structuur van het plangebied is te onderscheiden in de hieronder beschreven deelgebieden zoals aangegeven op onderstaand kaartje:
Deze polder is een voorbeeld van het voor de Zaanstreek zo karakteristieke waterrijke slagenlandschap. Kenmerkend hierbij is het open landschap en de historisch verkaveling met kleine graslandpercelen die worden omgeven door sloten en rietkragen. Opvallend is het verschil in verkavelingsrichting in het gebied. De meeste percelen zijn noord-zuid georiënteerd, met uitzondering van de percelen langs de Zaanoever. Het veenmoeras werd in cultuur gebracht door sloten te graven, loodrecht op de reeds aanwezige veenkreken. De verkaveling van de polder loopt in het zuiden door naar Haaldersbroek, dat door de aanleg van de provinciale Leeghwaterweg is gescheiden van de Kalverpolder. De Leeghwaterweg vormt de verbinding tussen de A7 en Zaanstad. Hoog opgaand groen begeleidt een deel van deze weg, dat contrasteert met het verder open polderlandschap.
Een aantal percelen bezit al meer dan 30 jaar een onderbemaling. Door de bemaling zijn deze percelen ingeklonken en hebben een holle vorm gekregen met aan de randen verhoogde kades.
Het gebied is - met name ten noorden van de Leeghwaterweg - voor het grootste deel nog ongerept; slechts aan de randen van de polder is enige bebouwing gerealiseerd. Deze bebouwing, uit verschillende bouwperioden, ligt aan de wegen Engewormer Ringdijk en Ringdijk, die rondom de polder lopen en bestaat uit één laag met een kap, een enkele uitzondering daargelaten. De kavels volgen de structuur van het landschap: smal en relatief diep (slagenlandschap). Bebouwing wordt hoofdzakelijk in elkaars verlengde geplaatst (schuren achter hoofdgebouw) en geeft een open beeld vanaf de openbare weg op de Kalverpolder. Deze grote mate van openheid met slechts af en toe een bebouwd erf is waardevol. Verdere verdichting van dit beeld of schaalvergroting is ongewenst.
De polder is alleen toegankelijk middels een wandelpad tussen het Zaans Museum en het noordelijke deel van de Kalverringdijk. Een groot deel van de polder staat op de nominatie om te worden aangewezen als Natura 2000-gebied (zie 3.2.12 Aanwijzing Natura 2000-gebieden). Hierdoor valt dat deel van de polder onder de natuurbeschermingswet en bezit het de status van speciale beschermingszone onder de Habitatrichtlijn. Conform de provinciale Ruimtelijke Structuurvisie valt het deel van de Kalverpolder ten noorden van de Leeghwaterweg tot aan de Kalverringdijk langs de Zaan binnen de Ecologische Hoofdstructuur en tevens binnen het Nationaal Landschap 'Laag Holland'.
Ten zuiden van de Leeghwaterweg ligt eveneens een stuk van de Kalverpolder. Een deel betreft het beschermde dorpsgezicht Haaldersbroek. Het deel ten (zuid)oosten hiervan wordt gedomineerd door de bebouwingsstructuur aan de Braakdijk. Deze structuur is vergeleken met de Engewormer Ringdijk vrij dicht bebouwd. Kenmerkend voor het beeld is een reeks woningen uit de jaren ’20 en ’30 van de vorige eeuw, in een zeer groene omgeving met regelmatig doorzichten naar het achterland. De woningen bestaan uit één laag met kap, een enkeling is twee lagen met een kap. Deze kleine korrelgrootte draagt bij aan de groene beleving van het gebied.
Ook hier geldt dat de kavels smal en relatief diep zijn en dat de bebouwing hoofdzakelijk in elkaars verlengde staat (schuren achter hoofdgebouw). Verdere verdichting langs de Braakdijk is ongewenst, net als het realiseren van grotere volumes.
Ten zuiden van de Braakdijk ligt in de Braaksloot een strook met ruim 50 woonschepen die goeddeels aan het zicht worden onttrokken door de vele vrijstaande bijbehorende bouwwerken c.a. op de oever.
De ruimtelijke structuur wordt nog altijd bepaald door de voornaamste elementen van de plattegrond van de historische nederzetting, te weten: De Zaan, de Lagedijk en de daarop uitkomende (dwars)paden. De van oudsher aanwezige verschillen tussen enerzijds de bebouwing aan de zijde van De Zaan en anderzijds de bebouwing binnendijks, alsmede de bebouwingsdichtheid zijn niet wezenlijk veranderd. Aan de Zaanzijde is de ruimtelijke relatie tussen het water en de karakteristieke bebouwing op de achtererven van de huizen bijzonder waardevol. Van de oorspronkelijke "overtuinen" is uitsluitend de "beeldentuin" bij het Weefhuispad overgebleven. De samenhang in de ruimtelijke structuur wordt verstoord door de Guisweg die Gortershoek verdeelt in een klein zuidelijk en een groter noordelijk deel.
Haaldersbroek is een oude, van oorsprong agrarische kern met traditionele historische Zaanse panden. De structuur wijkt af van de gebruikelijke structuur van de nederzettingen in de Zaanstreek. De ontginning heeft niet plaatsgevonden vanaf de Zaan, maar vanuit een agrarische nederzetting in het agrarisch achterland, De Haal.
Haaldersbroek wordt gekenmerkt door een T-vormige structuur, bestaande uit een tweezijdig bebouwd smal straatje annex vaart (Haaldersbroek) en de loodrecht daarop staande dwarsvaart met eveneens aan twee zijden bebouwing (langs de nog smallere Haaldersbroekerdwarsstraat). De percelen ten westen en ten noorden van de genoemde vaarten zijn met bruggetjes verbonden met deze straten. Dit bepaalt voor een belangrijk deel het karakter van Haaldersbroek.
Aan de westzijde van de kern is sprake van een abrupte overgang naar de naastgelegen grootschalige bedrijfsbebouwing (buiten het plangebied). Aan de oost- en noordzijde ligt het veenweidelandschap van de Kalverpolder (het gedeelte ten zuiden van de Leeghwaterweg).
Ten (zuid)oosten van Haaldersbroek ligt de Braakdijk met ten noorden daarvan enige smalle en diepe percelen langs de zuidzijde van de Kalverpolder waarvan de zuidelijke koppen veelal zijn bebouwd. Ten zuiden van de Braakdijk ligt in de Braaksloot een strook met ruim 50 woonschepen die goeddeels aan het zicht worden onttrokken door de vele vrijstaande bijbehorende bouwwerken c.a. op de oever.
Haaldersbroek
De drager van de ruimtelijke structuur van de Zaanse Schans wordt gevormd door de Zaan en de Kalverringdijk die ter plaatse van de Zaanse Schans een wijde boog maken. Tussen de Kalverringdijk en de Zaan bevindt zich vrijstaande bebouwing die dicht op elkaar is geplaatst. Verder naar het noorden toe wordt de polder langs de Zaan begeleid door een aantal molens die op regelmatige afstand van elkaar staan.
Loodrecht op de dijk lopen de paden en sloten het landschap in. Op de ‘vennen’, over de kippebruggen, staat een aantal grotere woonhuizen gericht op de dijk. Het Zeilmakerspad en Zonnewijzerspad hebben kleinschalige bebouwing in een verder open gebied. Veel van deze woningen hebben de voor de streek kenmerkende ‘overtuinen’. Aan de oostzijde is sprake van een aantal gebouwen van een grotere schaal met vooral een commerciële functie. Deze zijn gegroepeerd rondom het Schippersplein.
De belangrijkste entree van de Zaanse Schans (vanaf de rotonde) is met het parkeerterrein aan de oostelijke zijde gesitueerd nabij het Zaans Museum en het in 2009 geopende Verkadepaviljoen.
De Kalverringdijk heeft als enige straat op de Zaanse Schans tevens een functie als doorgaande route (voor langzaam verkeer).
molen De Hadel
Voor de functionele structuur van het plangebied kunnen dezelfde te onderscheiden deelgebieden worden gehanteerd als bij de ruimtelijke structuur uit paragraaf 2.2.1, namelijk:
Deze polder is voor het grootste deel nog open waterrijk veenweidegebied, maar kent vooral in de zuid- en de westranden diverse functies.
Ten zuiden van de Leeghwaterweg (buiten het plangebied) is er een sportcomplex. Langs de oevers van De Poel zijn vooral bedrijfsvestigingen aanwezig (eveneens buiten het plangebied). Meer naar het oosten toe is er de nederzetting Haaldersbroek. Ten noorden van de Leeghwaterweg is er een zone met een blokje van drie woningen, toeristische voorzieningen, musea en een middelbare school (Zaanse Schans, Zaans Museum, Verkadepaviljoen en St. Michaëlcollege). Ten oosten van de school zijn geen andere functies.
De Kalverringdijk ten noorden van de Zaanse Schans is een gemengd gebied. Buitendijks zijn er bedrijven en woonwerkcombinaties. Er zijn voor enkele voormalige bedrijfslocaties die nu braak liggen, plannen voor het realiseren van woningen. Aan de landzijde van de dijk bevinden zich maatschappelijke voorzieningen en een woonkavel.
Dit gebied is onderdeel van het doorgaande dijklint aan de westzijde van de Zaan. Dit lint heeft functioneel een sterk gemengd karakter. Dit geldt zeker voor het zuidelijke gedeelte van Gortershoek; bedrijven, horeca, kantoren, woningen en culturele functies komen hier allemaal voor.
Dit buurtje heeft een kleinschalig karakter als gegroeid lint in een agrarische omgeving. Het buurtje bestaat uit alleen maar woningen. Een lint van woonschepen bevindt zich ten zuiden van Haaldersbroek in de Braaksloot.
Dit is niet alleen een openluchtmuseum met een toeristische functie (qua bezoekersaantal een 'top tien' attractie in Nederland), maar tevens een woon(-werk)buurtje. Het is globaal functioneel opgebouwd op historische leest. Er is een menging van functies aan de dijk met in het noordelijk deel de molenwerkplaatsen. Langs de paden zijn er vooral woningen en aan het einde van de paden zijn er de grotere werkfuncties (werkplaatsen). Oostelijk hiervan bevinden zich het Zaans Museum en tevens de hoofdentree met parkeerplaatsen.
De ruimtelijke begrenzing van het plangebied wordt aan de noord- en oostzijde bepaald door de ringdijken van de polders de Enge Wormer en de Wijde Wormer. Aan de westzijde wordt het plangebied begrensd door de Zaan met de bebouwing van Zaandijk en aan de zuidzijde door het water van de Braaksloot en de bebouwing van het Kalf.
De hoofdstructuur van het gebied wordt bepaald door de Zaan met de Kalverringdijk en de dwars daarop aankomende sloten en paden, de zichtbare restanten van de oorspronkelijk cultuurhistorische verkaveling. De Zaan is enerzijds de scheiding tussen de Gortershoek en de rest van het plangebied, anderzijds zijn de Zaan, de Kalverringdijk en de Lagedijk juist de verbindende elementen.
De hoofdroute door het gebied wordt gevormd door de Leeghwaterweg en de Guisweg. Deze behoren tot de hoofdstructuur van Zaanstad.
De landschappelijke waarde van de Zaanse Schans en omgeving wordt bepaald door de sterke ruimtelijke, functionele en historische samenhang tussen de Zaan, de historische bebouwing en het open veenweidegebied. Kenmerkend in dit gebied is de diversiteit en daarmee het verschil in beleving van de Zaan en het open veenweidegebied in en vanuit de verschillende deelgebieden.
Bijzonder is dat ter hoogte van de Kalverpolder het buitengebied direct aan de Zaan grenst. De directe verbinding met en de beleving van het groene buitengebied vanaf de Zaan op deze plek is uniek en daarmee ook vanuit toeristisch-recreatief oogpunt van belang.
Er bevindt zich binnen het plangebied een aantal particuliere bomen die als waardevol zijn aangemerkt. Deze bomen bevinden zich langs de Braakdijk, in Haaldersbroek, langs de Lagedijk (en Verlanenpad) en op de Zaanse Schans. Deze bomen mogen uitsluitend met een kapvergunning worden gekapt.
Voor waardevolle (particuliere of publieke) bomen gelden de regels zoals omschreven in de APV. Gelet op het feit dat deze regeling een adequate bescherming aan waardevolle bomen biedt, is ervoor gekozen in het voorliggende bestemmingsplan geen specifieke bestemmingsplanregels op te nemen voor waardevolle bomen en ook niet te vermelden op de verbeelding.
Voor de groen- en waterstructuur van het plangebied kunnen naast de te onderscheiden deelgebieden vanuit de ruimtelijke structuur uit paragraaf 2.2.1, nog andere deelgebieden worden onderscheiden, namelijk:
De Kalverpolder is een in ecologisch opzicht belangrijk gebied. Het is als open veenweidegebied met een cultuurhistorisch waardevol verkavelingspatroon een typisch voorbeeld van het unieke oer-Hollandse landschap. De Kalverpolder valt binnen de begrenzing van het Nationaal Landschap Laag Holland en de Ecologische Hoofdstructuur zoals dat door Provinciale Staten van Noord-Holland in het kader van haar Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie Noord-Holland is vastgesteld. Het gebied maakt deel uit van de ecologische hoofdstructuur en staat met het noordelijker gelegen Wormer- en Jisperveld op de nominatie om te worden aangewezen als Natura 2000-gebied (habitatrichtlijn).
De landschappelijke kwaliteit bestaat uit:
Vanaf de randen, zowel vanaf de Zaan als vanaf de ringdijken, is er een sterke beleving van het gebied. Vanuit het westen, vanaf de Zaan, Gortershoek en de Zaanse Schans vormt de Kalverpolder een groen en open decor, versterkt door de achterliggende openheid van de Enge en Wijde Wormer. Vanaf de ringdijken is er zicht op de Kalverpolder met de grote openheid, het kavelpatroon met de langgerekte percelen, de lange lijnen in het landschap van de zwetsloten, brede weteringen en grillige oevers (slagenlandschap).
amerikaanse watermolen De Hercules
Gortershoek is aangewezen als beschermd dorpsgezicht. Verbindende en structurerende elementen zijn de Zaan en de Lagedijk. De structuur van kavelsloten en paden uit het slagenlandschap is in het patroon van de bebouwing te herkennen. Aan de Zaanzijde is de ruimtelijke relatie tussen het water en de karakteristieke bebouwing op de achtererven van de huizen aan de Lagedijk bijzonder waardevol. Het groene karakter aan de landzijde wordt bepaald door het particulier groen in de grotere voortuinen. Langs de Lagedijk staan laanbomen.
Bijzondere objecten zijn de beeldentuin bij het weefhuis aan de Lagedijk en de stijltuin achter het voormalige gemeentehuis.
Haaldersbroek is een oude kern met traditionele, historische Zaanse huizen. Dit karakteristieke buurtschap is aangewezen als beschermd dorpsgezicht. In Haaldersbroek wordt het huidige ruimtelijke karakter bepaald door de door waterwegen gevormde T-vormige hoofdstructuur. Door de afwisseling van de grote openheid van het weidegebied en de door beplanting afgeschermde erven wordt de T-vormige structuur benadrukt. Karakteristiek is de verkaveling van lange, relatief smalle percelen.
Het groene karakter van Haaldersbroek wordt bepaald door het particulier groen. De erfbeplanting bestaat veelal uit wilgen, elzen en populieren. Enkele afgelegen kavels gelegen aan de Leeghwaterweg zijn begroeid met voornamelijk elzen. In Haaldersbroek staan vijf als waardevol aangewezen bomen, (eenmaal Tilia europaea, eenmaal Aesculus hippocastanum en driemaal Fraxinus exelcior). Een aantal boomgaarden en singels met afschermende beplanting is bepalend voor de ruimtelijke structuur van het beschermd dorpsgezicht.
Er is weinig openbaar groen. Dit is beperkt tot een rij knotwilgen in de grasberm langs Haaldersbroek.
De Zaanse Schans is een toeristische attractie - maar tevens een woon(-werk)buurtje - met internationale bekendheid. Karakteristiek is de samenhang tussen de Zaan met zijn industriële karakter, de historische bebouwing en het veenweidegebied.
De ruimtelijke structuur van de Zaanse Schans wordt bepaald door de Zaan met de Kalverringdijk en het dwars daarop liggende sloten en padenpatroon. Het historisch landschappelijke occupatiepatroon is hier nog duidelijk zichtbaar.
Kenmerkend is het verschil in beleving van de ruimte. Vanuit de historische kern is er doorzicht naar zowel de Zaan als naar het veenweidegebied. Bij de molenplaatsen voel je de directe verbondenheid met de Zaan en het buitengebied.
Het groene karakter wordt bepaald door de erfbeplanting bij de historische huizen en de groene ruimte van het aangrenzende veenweidegebied. De groenstructuur volgt de ruimtelijke structuur en versterkt deze.
Het openbaar groen bestaat uit straatbomen bij de entree en langs de Kalverringdijk in de historische kern en rijen knotwilgen in de grasberm langs de paden/waterlopen. Op en in de nabijheid van de molenplaatsen staat geen erfbeplanting. Waardevol zijn de stijltuinen met een historisch karakter.
de Kwakels
De belevingswaarde van de Braaksloot is beperkt. Deze wordt over vrijwel de hele lengte van de Braakdijk aan het oog onttrokken door woonschepen. Langs de Braakdijk staat geen openbaar groen. De erfbeplanting aan de noordzijde bepaalt het groene karakter. Er staan zes als waardevol/monumentaal aangewezen bomen (tweemaal Acer pseudoplatanaus en viermaal Fraxinus exelcior).
Het plangebied omvat tevens een zeer klein deel van Poeldijk, met name molen "De Ooievaar". Deze staat in grasland, de groene oever van de Zaan. Deze groene oever vormt de verbinding met de ten noorden van de Julianabrug gelegen Zaanse Schans.
De externe hoofdinfrastructuur van Zaanstad wordt gevormd door de A8 en de A7. De interne hoofdinfrastructuur bestaat uit de Provincialeweg (voormalige N203) die noord-zuid langs het spoor loopt, de Provincialeweg N246 die vanaf Alkmaar richting Beverwijk loopt en de Provincialeweg N515 die loopt vanaf de A7 via Westzaan naar de N246.
Een groot manco in de wegenstructuur van Zaanstad is het ontbreken van een complete aansluiting van de A8 op de Provincialeweg (de voormalige N203). Maar ook de complete aansluiting van de (omgelegde) Guisweg op de A8 ontbreekt. Tot slot is het doortrekken van de A8 op de A9 van groot belang. Voor de Zaanse Schans e.o. heeft dat het voordeel dat de ontsluiting naar het westen sterk zou verbeteren.
Alle onderscheiden deelgebieden binnen het plangebied sluiten goed aan op deze hoofdinfrastructuur. In het bijzonder is dan te noemen de N515 (de Leeghwaterweg) die een directe aansluiting biedt op de A7 (onderdeel van het rijkswegennet). Maar ook de Provincialeweg (de voormalige N203) is een belangrijke ontsluitingsweg voor het plangebied.
Het plangebied Zaanse Schans e.o. ligt in de nabijheid van het NS-station: Koog-Zaandijk. De loopafstand vanaf de Lagedijk naar het station bedraagt ongeveer 10 minuten. Er stoppen in de spits vier treinen richting Amsterdam en twee treinen richting Alkmaar. Voor de toekomst wordt gestudeerd op de mogelijkheid van lightrail op het bestaande spoor. Dat zal binnen de planperiode van het bestemmingsplan echter niet aan de orde zijn.
Oud Zaandijk wordt momenteel bediend door één buslijn. De Zaanse Schans heeft ook een eigen bushalte. De bus stopt bij de grote parkeerplaats. Deze lijndienst bedient de oostkant van Zaanstad (o.a. het ziekenhuis). Er is met deze busverbinding ook een goede verbinding met onder meer station Zaandam en met het centrum van Zaandam. Met een loopafstand van 350 meter rondom de halten wordt het gehele plangebied bediend. Hiermee kent het plangebied qua openbaar vervoer een goed bedieningsniveau.
De ontsluiting van het plangebied voor de fiets is uitstekend. Langs de Provincialeweg N515 loopt een geheel vrij liggend fietspad tot aan de (voormalige) Provincialeweg N203. Langs de Kalverringdijk loopt een vrij liggend fietspad dat een utilitair gebruik koppelt aan een belangrijke recreatieve functie; aandachtspunt is de mogelijke confrontatie fietsers-wandelaars met name aan op het meest zuidelijk deel van de Kalverringdijk waar geen gescheiden fietspad aanwezig is. De zogeheten westelijke Zaanroute (Lagedijk) is van oudsher ook een belangrijke fietsroute. Echter, fietsvoorzieningen zijn hier niet mogelijk vanwege de geringe breedte van de Lagedijk.