Plan: | Bestemmingsplan Binnenstad |
---|---|
Status: | goedgekeurd |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0405.BPBinnenstad-OH01 |
17. 1.
Bestemmingsomschrijving
De voor ‘Sport’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a. sport- en speelterreinen en kleinschalige dagrecreatieve voorzieningen;
b. sport- en recreatieve voorzieningen al dan niet in combinatie met horeca in de vorm van logiesverstrekking, ter plaatse van de aanduiding ‘recreatie’;
c. gebouwen ten behoeve van:
1. kleedruimtes en sanitaire voorzieningen;
2. horecabedrijven categorie 3;
3. recreatieve voorzieningen in combinatie met logiesverstrekking, ter plaatse van de aanduiding ‘recreatie’;
4. tribunes;
5. onderhoud en beheer;
met de daarbijbehorende:
d. paden;
e. groenvoorzieningen;
f. water;
g. parkeervoorzieningen;
h. nutsvoorzieningen;
i. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder tribunes;
waarbij het behoud van de in bijlage 4 en 5 van de toelichting aangegeven cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermd stadsgezicht uitgangspunt is.
17. 2.
Bouwregels
17. 2. 1. Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
a. de gebouwen zullen binnen een bouwvlak worden gebouwd;
b. ter plaatse van de aanduiding ‘maximum bebouwingspercentage (%)’, mag het bebouwingspercentage van het bouwvlak, ten hoogste het in de aanduiding aangegeven percentage bedragen;
c. ter plaatse van de aanduiding ‘maximale goot- en bouwhoogte (m)’ mag de goot- en bouwhoogte van een hoofdgebouw ten hoogste de in de aanduiding aangegeven goot- en bouwhoogte bedragen.
17. 2. 2. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen zal ten hoogste 2,00 m bedragen;
b. de bouwhoogte van lichtmasten zal ten hoogste 15,00 m bedragen;
c. de bouwhoogte van ballenvangers zal ten hoogste 10,00 m bedragen;
d. de bouwhoogte van tribunes zal ten hoogste 8,00 m bedragen;
e. de bouwhoogte van de overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen.
17. 3.
Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:
a. de in bijlage 4 en 5 van de toelichting aangegeven cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermd stadsgezicht;
b. de milieusituatie;
c. de verkeerssituatie;
d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.