Plan: | Centrum |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0381.BP2009B006001-va01 |
Het noordelijk en zuidelijk deel van het plangebied bestaat voornamelijk uit woonbebouwing en woningen in combinatie met andere functies. Het middengebied, het 'echte' centrum (kernwinkelgebied), bestaat voornamelijk uit winkels en horecavestigingen, deels met bovenwoningen. De enige van oudsher doorgaande straat in het centrum is de Brinklaan. Deze vormt van oudsher de hoofdroute tussen Hilversum, Bussum en Naarden. Het plangebied heeft een spinnenwebachtige structuur met daaromheen een divers verkavelingspatroon. Binnen het plangebied is onderscheid te maken tussen aaneengesloten bebouwing en objectgerichte bebouwing. Over het algemeen is het bebouwingspatroon kleinschalig en bestaat het uit aaneengesloten bebouwing van woningen en/of voorzieningen. Het kleinschalige bebouwingspatroon wordt op diverse plaatsen doorbroken door meer objectgerichte bebouwing zoals grootschaligere appartementen, winkelcomplexen, kantoren, diverse kerken en het klooster Mariënburg. Weliswaar minder grootschalig, maar ook objectgerichte bebouwing, is de villabebouwing aan bijvoorbeeld de Eslaan, de Brinklaan en de Singel.
Het plangebied kan in verschillende deelgebieden (zie figuur 3.2) worden ingedeeld. Deze deelgebieden hebben onderscheidende kenmerken ten aanzien van de ligging, de ontstaansgeschiedenis, de opbouw of de functie. Het ligt voor de hand dat het karakter van een gebied medebepalend is voor de mogelijke ontwikkelingen in het gebied. De gebieden worden met name door de infrastructuur van elkaar gescheiden. In het plangebied zijn drie deelgebieden van elkaar te onderscheiden:
Deelgebied Noord-De Lanen
Het deelgebied Noord is gelegen tussen de Generaal de la Reijlaan, de Eslaan en de Nieuwe Raadhuisstraat. De bebouwing bestaat voor het merendeel uit afwisselende en in verschillende bouwstijlen gerealiseerde enkele en dubbele villa's in één of twee bouwlagen onder een samengestelde kap. De percelen zijn ruim, maar van uiteenlopende oppervlaktes. De Eslaan heeft van oorsprong een karakter met allure. De kavel- en woningoppervlakte is hier duidelijk groter dan elders in het gebied. Afwijkend in massa en schaalniveau is het huidige gemeentehuis dat begin jaren '60 van de vorige eeuw ter plaatse van de gedempte haven is gebouwd. Ook het recent ontwikkelde woongebied Landstraat-Noord ten noorden van het gemeentehuis is afwijkend van de rest van het gebied. Landstraat-Noord is gebouwd op het noordelijk deel van de gedempte haven. De woonbuurt kenmerkt zich door de kleinschalige en historiserende opzet. De woningen zijn gelegen rondom een openbare ruimte met daarin een waterbassin dat aan de oude haven refereert. De bouwhoogte varieert van 2 tot 3 bouwlagen met een kap voor de eengezinswoningen, tot 4 bouwlagen met een kap voor de appartementen die de hoeken accentueren. De woningen en appartementen hebben een individuele uitstraling welke tot uiting komt in gevels, daken, bouwhoogten en detailleringen.
Het deelgebied Noord-De Lanen heeft voornamelijk een woonfunctie. Door de jaren heen zijn echter enkele woningen gedeeltelijk of geheel in gebruik genomen als kantoor of zijn er andere bedrijven (waaronder garagebedrijven) gekomen. Aan de Vlietlaan is bovendien detailhandel met daarboven wonen gevestigd.
Deelgebied Centrum
Het centrum is gelegen tussen de zuidgrens van de percelen aan de zuidzijde van de Eslaan in het noorden en de Herenstraat-Kerkstraat in het zuiden. Het spoor en de Landstraat vormen de westelijke en oostelijke begrenzing. Het centrum van Bussum heeft dorpsachtige kenmerken met een grote diversiteit in stijl, maat en schaal van bebouwing en verkavelingstructuur. Dit heeft vooral te maken met de ontwikkeling van Bussum. Structuren van het oude historische dorp zijn terug te vinden tussen de Havenstraat, de Sint Vitusstraat, de Landstraat en de Brinklaan die van oudsher het dorp verbindt met Hilversum en Naarden. Het onregelmatige spinnenwebachtige stratenpatroon strekt zich verder over het gebied uit en gaat over in een meer grootschalige verkaveling van de villagebieden. Opvallend in het stratenpatroon is dat de meeste straten op kruispunten niet recht op elkaar aansluiten, maar ten opzichte van elkaar verspringen. Het park van het klooster/verzorgingshuis Mariënburg vormt een opvallend element in de onregelmatige spinnenwebachtige ruimtelijke opzet. Het is een aantrekkelijke groene ruimte en de enige van deze omvang in het plangebied. De bebouwing in dit deelgebied bestaat uit kleinschalige bebouwing met een typisch dorps karakter, onderbroken door meer grootschalige vrijstaande objectgerichte bebouwing. De kleinschalige bebouwing bestaat voor het merendeel uit aaneengesloten individuele panden met kleine verspringingen die één gevelwand vormen. De oudere panden bestaan voornamelijk uit twee lagen met kap en de nieuwere panden uit drie tot vier lagen. Bebouwing die is gericht op de straat en tuinen komen niet of nauwelijks voor. De grootschalige objectgerichte bebouwing staat meestal vrijstaand en is vaak recenter. Het betreft hier bijvoorbeeld de bebouwing aan de Nieuwe Brink of Veerstraat. De bouwhoogte bedraagt vier tot vijf bouwlagen al dan niet met een kap. Door de inbreuk van deze grootschalige objectgerichte bebouwing op het oude spinnenwebachtige stratenpatroon, is de ruimtelijke structuur minder duidelijk afleesbaar en is het moeilijk oriënteren.
Deelgebied Zuid-Laarderwegkwartier
Dit deelgebied is gelegen tussen het spoor in het westen, de Herenstraat, de Sint Vitusstraat in het noorden en de Singel tot en met het tankstation aan de Brinklaan in het oosten en zuiden.
De Herenstraat, de Kerkstraat, de Kapelstraat, de Laarderweg en het noordelijk deel van de Brinklaan vormen de zuidelijke uitlopers van het centrum van Bussum. Deze uitlopers kenmerken zich door hun diversiteit in functie. Tussen de uitlopers zijn voornamelijk woningen op ruime kavels gelegen, zoals bijvoorbeeld aan de Torenlaan. De karakteristiek van de Brinklaan met daaraan gekoppeld de Prinsenstraat en de Singel, wordt gevormd door de vele karakteristieke statige villa's op ruime, royaal beplante kavels. Dichterbij het centrum worden de percelen smaller en staat de bebouwing dichter op elkaar. Het bebouwingslint aan de Kerkstraat (tussen de Brinklaan en de Kapelstraat) en de Kapelstraat wordt gekenmerkt door individuele bebouwing met een diverse uitstraling. De Vituskerk aan de Brinklaan is herontwikkeld tot appartementen. Afwijkingen in de ruimtelijke opzet zijn onder andere de flatgebouwen (bijvoorbeeld aan de Brinklaan, de Singel, de Nieuwstraat en de Prinsenstraat) die tussen de jaren '50 en '80 van de vorige eeuw zijn gerealiseerd alsook de brandweergarage. De herontwikkeling van de locatie Koster-Gewest is reeds vergund en deels ook al gerealiseerd (Kosterlocatie). Voor een beschrijving van de toekomstige ruimtelijke opzet wordt verwezen naar paragraaf 3.6.3 (nieuwe ontwikkelingen).
De groenstructuur (zie figuur 3.3) in het plangebied wordt gevormd door enkele wegen die onderdeel uitmaken van de bomenhoofdstructuur en solitaire bomen op zowel particuliere als gemeentelijke terreinen. Het gaat hierbij om de volgende wegen: de Brinklaan, de Prinsenstraat, de Laarderweg, de Nieuwstraat, de Landstraat, de Nieuwe Raadhuisstraat, de Olmenlaan, de Eslaan, de Generaal de la Reijlaan en de Vlietlaan. Voor het merendeel betreft het hier bomen die in de verharding zijn opgenomen. Met name in het kernwinkelgebied van het plangebied ontbreken de bomen en andere groenstructuren. Toch is het (winkel)centrum niet geheel zonder groen. In de jaren '90 van de vorige eeuw zijn er veel bomen aangeplant. Deze zullen in de toekomst een grotere rol spelen in het ruimtelijk beeld van het centrum. In het centrum komen enkele solitaire bomen voor die onderdeel uitmaken van de groenstructuur2. Grote bomen als restanten van de vroegere grote tuinen, alsook beplanting op parkeerterreinen en bij (kantoor)gebouwen zorgen voor groene accenten. Het particuliere groen is, met uitzondering van het noordwestelijk deel (Kromme Englaan, Nieuwe Englaan en Eslaan) en de tuin van Mariënburg van weinig betekenis.
De Brinklaan, tussen de Ceintuurbaan en de Kerkstraat en tussen de Nieuwe Raadhuisstraat, de Lambertus Hortensiuslaan, de Brediusweg, de Prinsenstraat, de Laarderweg, de Nieuwstraat, de Kerkstraat, de Landstraat (tussen de Huizerweg en de Nieuwe Raadhuisstraat), de Nieuwe Raadhuisstraat en de Generaal de la Reijlaan vormen de belangrijkste ontsluitingswegen voor het plangebied. Deze wegen zijn gecategoriseerd als gebiedsontsluitingsweg met een maximumsnelheid van 50 km/h. Vanaf deze gebiedsontsluitingswegen lopen diverse erftoegangswegen naar het centrum en de woongebieden rondom het centrum. Deze erftoegangswegen hebben conform de richtlijnen van Duurzaam Veilig een maximumsnelheid van 30 km/h. De belangrijkste wegen die op grond van het Gemeentelijk Verkeers- en vervoerplan (GVVP) gecategoriseerd zijn als erftoegangsweg zijn de Gooibergstraat, Herenstraat, Vlietlaan en Brinklaan (gedeelte). In paragraaf 4.1 wordt nader ingegaan op de verkeerskundige aspecten. Figuur 3.4 toont de ontsluitingsstructuur van het plangebied.
Binnen het plangebied zijn veel verschillende stratenpatronen te herkennen die ieder kenmerkend zijn voor de tijd waarin ze zijn gerealiseerd. Het centrum bestaat uit een radiale opzet van wegen, terwijl het stratenpatroon rond de Torenlaan (deelgebied Zuid-Laarderwegkwartier) juist een orthogonale (rechtlijnige) opzet heeft die aansluit bij de wijk aan de westzijde van de Huizerweg (bestemmingsplangebied Oudere Dorp). De Eslaan sluit aan bij de Engelse landschapsstijl en slingert door het gebied.
Binnen het plangebied zijn diverse pleinen te vinden met een functie als verblijfsruimte. De belangrijkste pleinen zijn gekoppeld aan, vaak vanuit historisch oogpunt, belangrijke plekken, de (voormalige) kerken en het gemeentehuis.