direct naar inhoud van Artikel 9 Gemengd - Maatschappelijk
Plan: Overdie, Omval en bedrijventerrein Oudorp
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0361.BP00012-0401

Artikel 9 Gemengd - Maatschappelijk

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. maatschappelijk;
  • b. detailhandel;
  • c. dienstverlening;
  • d. horeca categorie 3 (restaurant, lunchroom);
  • e. bedrijven en/of het uitoefenen van bedrijfsmatige activiteiten, die staan vermeld in de categorieën A en B die zijn opgenomen in Bijlage 2, Staat van Bedrijfsactiviteiten – functiemenging,

met de daarbij behorende:

  • f. bouwwerken;
  • g. wegen en paden;
  • h. laad- en losplaatsen;
  • i. speelvoorzieningen;
  • j. parkeervoorzieningen;
  • k. nutsvoorzieningen;
  • l. ontsluitingswegen;
  • m. voet- en rijwielpaden;
  • n. verkeer- en verblijfsgebied;
  • o. waterlopen en waterpartijen;
  • p. groenvoorzieningen.

9.2 Bouwregels
9.2.1 Gebouwen
  • a. Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
    • 1. gebouwen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
    • 2. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' is aangegeven;
    • 3. het bouwperceel, voor zover gelegen binnen het bouwvlak, mag niet meer worden bebouwd dan ter plaatse van de aanduiding ‘maximum bebouwingspercentage (%)’ is aangegeven.

9.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:

  • a. de maximale bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen bedraagt 2,0 meter, met dien verstande dat de maximale hoogte voor erf- en terreinafscheidingen vóór de voorgevelrooilijn 1 meter mag bedragen en dat terrasafscheidingen maximaal 1,5 meter mogen bedragen;
  • b. de maximale bouwhoogte van lichtmasten bedraagt 8 meter;
  • c. de maximale bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt 3 meter, met dien verstande dat voor de voorgevelrooilijn geen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegestaan anders dan erf- en terreinafscheidingen als bedoeld in sub a.

9.3 Nadere eisen

Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing:

  • a. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • b. ter waarborging van de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving;
  • c. ter waarborging van de verkeersveiligheid;
  • d. ter waarborging van de sociale veiligheid;
  • e. ter waarborging van de brandveiligheid en rampenbestrijding.

9.4 Specifieke gebruiksregels
9.4.1 Detailhandel, dienstverlening, horeca categorie 3 en bedrijven
  • a. het gezamenlijk gebruik voor detailhandel, dienstverlening, horeca categorie 3 (restaurant, lunchroom) en bedrijven en/of bedrijfsmatige activiteiten bedraagt maximaal 50% van het totale bruto vloeroppervlak (bvo) tot een maximum van 250 m² bvo;
  • b. in geval van activiteiten die aanpandig zijn aan woningen, zijn uitsluitend bedrijven toegestaan die in Bijlage 1, Staat van Bedrijfsactiviteiten - functiemenging, vallen onder categorie A;
  • c. in geval van activiteiten die bouwkundig afgescheiden zijn van woningen en andere gevoelige functies op grond van de Wet milieubeheer, zijn uitsluitend bedrijven toegestaan die in Bijlage 1, Staat van Bedrijfsactiviteiten - functiemenging, vallen onder categorieën A en B.

9.4.2 Strijdig gebruik

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

  • a. de opslag en verkoop van professioneel en/of consumentenvuurwerk;
  • b. bedrijven die vallen onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) en bedrijven die vallen onder het Besluit risico's zware ongevallen 1999 (BRZO);
  • c. seksinrichtingen;
  • d. prostitutie.

9.5 Afwijken van de gebruiksregels

Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder artikel 9.4.1 ten behoeve van een verruiming van het maximaal percentage en/of het maximale vloeroppervlak, onder de voorwaarde dat:

  • a. voldoende parkeerruimte beschikbaar is;
  • b. er geen onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- leefklimaat van de aangrenzende gronden en bouwwerken optreedt.