Plan: | Nijmegen Ruimte voor de Waal |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0268.BP21000-OH01 |
Om de zorg voor waterveiligheid goed te kunnen uitvoeren hebben waterschappen twee hoofdinstrumenten tot hun beschikking: de Keur en de legger. Deze instrumenten richten zich op de bescherming en instandhouding van het bestaande watersysteem. De legger geeft de ligging, de afmetingen en onderhoudsverplichtingen aan. De keur bevat regels, die bestaan uit gebodsbepalingen en verbodsbepalingen. De gebodsbepalingen geven de verplichtingen aan om deze waterstaatswerken in stand te houden. De verbodsbepalingen gaan over handelingen en gedragingen die in principe onwenselijk zijn voor de constructie of de functie van watergangen of waterkeringen. Voor werken en handelingen, die meestal onder voorschriften toch kunnen worden toegelaten, bestaat sinds 2009 de mogelijkheid van een Waterwetvergunning.
Waterwetvergunningen worden alleen verleend als waterstaatkundige belangen niet in het gedrang komen. Bij het verlenen van een vergunning worden deze belangen altijd afgewogen. In de watertoets, paragraaf 4.4 wordt ingegaan op de wateraspecten en de belangen van het waterschap.
De stadsregio Arnhem Nijmegen heeft een uitwerking van het streekplan gemaakt in het Regionaal plan 2005-2020. Het Regionaal Plan 2005-2020 vormt het richtinggevend kader voor de stadsregio op het gebied van ruimte, economie, natuur, mobiliteit en culturele- en sociale ontwikkelingen. De stadsregio zet met dit plan in op het verbeteren van de bestaande kwaliteiten in stad en land boven nieuw ruimtebeslag. Er worden vier doelstellingen onderscheiden:
In het ruimtelijk plan is ook een doelstelling voor water opgenomen:
De voor de opvang van pieken in de waterafvoer door de rivieren benodigde maatregelen dienen zodanig te worden uitgewerkt en uitgevoerd, dat deze een groot waterstandsverlagend effect hebben, bijdragen aan de ruimtelijke kwaliteit, draagvlak in de regio hebben en kosteneffectief zijn. Voor opvang van regionale waterpieken vindt geen afwenteling benedenstrooms plaats.
Zoals gesteld in het regioadvies voor de PKB Ruimte voor de Rivier, speelt zowel bij Nijmegen als bij Arnhem de koppeling van rivierverruimende maatregelen met stedelijke ontwikkelingen. Bij Nijmegen gaat het, op de noordoever van de Waal, om de dijkteruglegging Veur-Lent en op de zuidoever om de ontwikkeling Koers West. Voor een goede rivierwaterafvoer en het voorkomen van schade zijn veel activiteiten, waaronder bebouwing en andere obstakels, niet toegestaan. Functietoekenning in bestemmingsplannen is afgestemd op de bouw- en gebruiksmogelijkheden in de Keur en de beleidslijn Grote Rivieren. Zoals beschreven paragraaf 3.1.6 voldoet onderhavig plan aan deze uitgangspunten.