Plan: | Kom Ermelo |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0233.BPkomermelo-0401 |
Het bestemmingsplan Kom Ermelo sluit zoveel mogelijk aan bij de bestaande planologische rechten en situatie in het plangebied. Met het plan wordt ook recht gedaan aan de aanwezige cultuurhistorische waarden in het plangebied. De bestaande stedenbouwkundige structuur en de aanwezige bebouwing wordt gedetailleerd vastgelegd. Verandering hiervan middels nieuwe ontwikkelingen zijn deels in dit bestemmingsplan opgenomen, omdat het Masterplan Centrum nog niet op alle onderdelen voldoende concreet is (zie paragraaf 3.2.3).
Het dorpscentrum van Ermelo is een levendig en dynamisch gebied. Er zijn veel functies aanwezig en er doen zich vele ontwikkelingen voor. Dit betekent dat het bestemmingsplan ook flexibel genoeg zal moeten zijn om ruimte en sturing te geven aan deze ontwikkelingen. Deze flexibiliteit wordt, net als in de voorgaande plannen, gevonden door gebruik te maken van flexibele bestemmingen. Dit zijn 'Centrum' en 'Gemengd'. Binnen deze flexibele bestemmingen is een mix van functies mogelijk, afgestemd op specifieke gebieden.
De toepassing van de flexibele bestemmingen biedt zowel de bewoners, ondernemers als de gemeente meer flexibiliteit, minder administratie en minder noodzaak tot het doorlopen van een planologische procedure.
Het bestemmingsplan omvat een verbeelding, regels en een toelichting. De verbeelding en regels vormen het juridisch bindende deel van het bestemmingsplan. Beide planonderdelen kunnen niet los van elkaar worden gezien en dienen te allen tijde in onderlinge samenhang te worden toegepast. De toelichting heeft geen eigen rechtskracht, maar vormt wel een belangrijk onderdeel van het plan.
Als uitgangspunt voor de plansystematiek is het recente bestemmingsplan Ermelo-West genomen. De systematiek en bestemmingsregelingen van dat bestemmingsplan zijn omgevormd naar het specifieke plangebied van Kom Ermelo en aangepast aan de meest recente wetgeving en landelijke bestemmingsplanstandaarden.
De analoge verbeelding bestaat uit een kaart (met meerdere bladen) met een bijbehorende legenda. Op de verbeelding hebben alle binnen het plangebied gelegen gronden een bestemming gekregen. Als uitgangspunt geldt daarbij dat de bestemming overeenstemt met het bestaande gebruik van de betreffende gronden.
Binnen de bestemmingen zijn op de verbeelding diverse aanduidingen aangegeven. Aanduidingen hebben slechts juridische betekenis voor zover deze daaraan in de regels is toegekend. Een aantal aanduidingen heeft geen enkele juridische betekenis en is uitsluitend op de verbeelding aangegeven ten behoeve van de leesbaarheid van de verbeelding (bijvoorbeeld topografische gegevens en de gemeentegrens) en worden daarom verklaringen genoemd.
Naast bestemmingen en aanduidingen komen op de verbeelding zones voor. Deze zones zijn dubbelbestemmingen of gebiedsaanduidingen en geven gebieden aan waarbinnen bijzondere beperkende en/of aanvullende regels gelden ten behoeve van de bescherming van een specifiek belang of een specifieke waarde (bijvoorbeeld een zone ter bescherming van een aardgasleiding of ter bescherming van archeologische waarden). Zones vallen niet samen met de primaire (enkel)bestemmingen, maar liggen over (een gedeelte van) één of meer bestemmingen heen.
Algemeen
De regels van het plan zijn ondergebracht in vier hoofdstukken.
Bestemmingen
Om recht te doen aan het uitgangspunt dat het plan niet meer dient te regelen dan noodzakelijk is, kent het plan slechts een beperkt aantal bestemmingen. Ook de bijbehorende bouw- en gebruiksregels zijn waar mogelijk beperkt in aantal en in mate van gedetailleerdheid. De regels hebben voor elke bestemming dezelfde opbouw met achtereenvolgens, voor zover aanwezig, de volgende leden:
Centraal staat de bestemmingsomschrijving. Daarin worden limitatief de functies en waarden genoemd, die binnen de bestemming zijn toegestaan respectievelijk worden beschermd. In een aantal gevallen geeft de bestemmingsomschrijving daarbij nog een nadere beperking in de vorm van bijvoorbeeld een functieaanduiding.
De bouwregels zijn direct aan de bestemmingsomschrijving gerelateerd. Ook de specifieke gebruiksregels zijn gerelateerd aan de bestemmingsomschrijving.
De afwijkings- en wijzigingsregels geven het bevoegd gezag (meestal burgemeester en wethouders) bevoegdheden om onder voorwaarden een afwijking te verlenen van een regel dan wel onder voorwaarden het plan te wijzigen.
Flexibiliteitsbepalingen
Zoals uit het voorgaande al bleek, zijn in de regels verschillende afwijkings- en wijzigingsbevoegdheden opgenomen. In alle gevallen gaat het om afwijkingsmogelijkheden van in de bestemmingsbepalingen opgenomen regels. Indien één van deze bevoegdheden wordt gebruikt, zal een (belangen)afweging moeten plaatsvinden. Het gaat immers om de toepassing van bevoegdheden voor het bevoegd gezag. Dat wil zeggen, dat de geboden afwijkingsmogelijkheden mogen worden gebruikt, maar dat er ook voor kan worden gekozen geen gebruik te maken van de bevoegdheid. Dit laatste houdt in dat een eventueel verzoek om toepassing te geven aan een bevoegdheid gemotiveerd wordt afgewezen. Teneinde richting te geven aan de (belangen)afweging, zijn bij elke afwijkings- of wijzigingsbevoegdheid één of meerdere afwegingscriteria/ voorwaarden opgenomen in de regels.
De individuele belangen van de betrokkenen, de betrokken waarden en het algemene belang zullen tegen elkaar moeten worden afgewogen. Een enkele keer is bepaald dat door de verzoeker of door het bevoegd gezag het één en ander moet worden aangetoond. Wanneer iets voldoende is aangetoond is het aan het bevoegd gezag om een verzoek te beoordelen. In enkele gevallen wordt het advies van een onafhankelijk deskundige gevraagd.
De bevoegdheden zijn concreet begrensd, om duidelijk te maken waar de scheiding ligt tussen de bevoegdheid van burgemeester en wethouders en de gemeenteraad. Deze begrenzing is uitgedrukt in bijvoorbeeld een maximale oppervlakte, inhoud, enz. Bij de toepassing van de bevoegdheid wordt niet standaard de maximale ruimte geboden, maar vindt maatwerk plaats waarbij de concrete situatie ter plekke, in relatie tot het verzoek, bepalend is.