direct naar inhoud van Toelichting
Plan: 4e partiële herziening Buitengebied 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0203.1268-0002

Toelichting

Hoofdstuk 1 INLEIDING

Voor het perceel aan de Putterweg (ong.) is het bestemmingsplan "Putterweg XI" op 25 januari 2011 vastgesteld en na een bodemprocedure bij de Raad van State in stand gebleven en onherroepelijk geworden. Inmiddels is het bestemmingsplan "Putterweg XI" opgenomen in de algehele herziening voor het buitengebied, het bestemmingsplan "Buitengebied 2012", die is vastgesteld op 28 mei 2013.

Op 20 augustus 2012 zijn de activiteiten van het Klimbos aan de Putterweg (ong.) gestart.

Na verloop van tijd is een verzoek om handhaving ingediend door de bewoners van het aangrenzende perceel vanwege geluidsoverlast veroorzaakt door enerzijds stemgeluid en anderzijds het gekozen materiaal voor het afdalen via tokkelbanen. De gebruikte materialen voor de tokkelbanen zouden in strijd zijn met de begripsomschrijving uit het bestemmingsplan.

Het handhavingsverzoek heeft uiteindelijk geleid tot een uitspraak door de Raad van State (201405843/1/A1). De uitspraak van de Raad van State stelt de verzoekers om handhaving in het gelijk voor wat betreft de onvolledigheid van de begripsomschrijving 'Klimbos'. Uit de uitspraak valt af te lezen dat de aanwezigheid van kabels, met bijbehorende geluidsproductie, als strijdig met het bestemmingsplan moeten worden aangemerkt.

De volledige benutting van het Klimbos is op deze wijze niet uitvoerbaar volgens de doelstelling van het opgestelde bestemmingsplan "Putterweg XI". Daarom is voorliggend bestemmingsplan opgesteld waarin de volledige benutting van het Klimbos juridisch mogelijk is gemaakt.

Voorliggend plan bestaat uit regels en een toelichting. De toelichting is opgebouwd uit zes hoofdstukken. Na dit hoofdstuk beschrijft hoofdstuk 2 de bestaande situatie. Vervolgens wordt in hoofdstuk 3 een beschrijving van het plan gegeven. Hoofdstuk 4 gaat in op de randvoorwaarden, waarna in het vijfde hoofdstuk de juridische aspecten worden besproken. In hoofdstuk 6 is aandacht voor de economische uitvoerbaarheid. Hoofdstuk 7 gaat in op de resultaten van de procedure ten behoeve van dit bestemmingsplan. In de bijlagen zijn twee geluidsonderzoeken opgenomen.

Hoofdstuk 2 BESTAANDE SITUATIE

2.1 Begrenzing plangebied

Het plangebied ligt aan de Putterweg (ong.) nabij de kern Garderen. Aan alle zijden wordt het plangebied begrensd door bos, met uitzondering van de noordzijde waar de Putterweg loopt. Aan de oostzijde staan de eerste woningen in lintbebouwing richting de kern Garderen. Aan de overzijde van de Putterweg ligt een concentratiegebied met verblijfsrecreatiebedrijven. Onderstaande afbeelding geeft de ligging van het plangebied weer.

afbeelding "i_NL.IMRO.0203.1268-0002_0001.jpg"

Figuur ligging plangebied, rechts kern Garderen.

2.2 Geldende bestemmingen

Het plangebied ligt in het bestemmingsplan "Buitengebied 2012", "partiële herziening bestemmingsplan Buitengebied 2012" en "tweede partiële herziening bestemmingsplan Buitengebied 2012" en heeft de bestemming 'Natuur' met de aanduiding 'Klimbos'. Binnen de geldende bestemming en aanduiding is het toegestaan als activiteiten een klimbos en natuurbeleving uit te oefenen.

Het Klimbos is als volgt gedefinieerd: "Klimbos: een Klimbos bestaat uit verschillende aangelegde routes door de kronen van de bomen via een parkoers van touwen en hout."

Het geldende bestemmingsplan voorziet niet in de mogelijkheid om met een wijzigingsbevoegdheid of binnenplanse afwijking een bestaande begripsomschrijving aan te passen. Met een partiële herziening is dat wel mogelijk. Daarom is deze partiële herziening van het bestemmingsplan "Buitengebied 2012" in procedure gebracht.

Hoofdstuk 3 PLANBESCHRIJVING

Dit bestemmingsplan betreft een partiële herziening van het in 2.2 genoemde plan "Buitengebied 2012". Het doel van dit plan is tweeledig. Enerzijds het wijzigen van de begripsomschrijving voor het begrip "Klimbos" en verder wordt ingegaan op het aspect geluid afkomstig van de toegepaste materialen voor de tokkelbanen.

Van de opgenomen begripsomschrijving is gebleken dat de gehanteerde omschrijving te eng blijkt te zijn voor het toepassen van de te gebruiken materialen. De woordkeuze voor de materiaaltoepassing van kabels als zijnde touw, blijkt volgens de uitspraak van de Raad van State eng te moeten worden uitgelegd. Met touw wordt niet hetzelfde bedoeld als met een kabel van staal of andere materialen die gebruikelijk zijn.

Omdat het aspect geluid aanleiding is geweest voor het handhavingsverzoek, wordt in dit plan hieraan ook de nodige aandacht besteed. Onderzocht is of de materiaalkeuze ook van invloed is op de geluidsuitstraling op de omgeving, zoals wordt aangenomen in de uitspraak van de Raad van State.

In het hoofdstuk randvoorwaarden (H.4) wordt ingegaan op het onderwerp geluid.

Hoofdstuk 4 RANDVOORWAARDEN

Deze partiële herziening van het bestemmingsplan "Buitengebied 2012" heeft niet tot gevolg dat er binnen het plangebied andere of nieuwe ontwikkelingsmogelijkheden ontstaan. De uitgangspunten van het geldende bestemmingsplan blijven onverkort van kracht.

Er wordt met deze partiële herziening enkel de regel omtrent begripsbepaling voor 'Klimbos' gewijzigd en een regel voor het strijdig gebruik met de bestemming opgenomen. De wijziging van de begripsomschrijving heeft betrekking op de omschrijving van de activiteit klimmen tussen de bomen en kruinen van bomen via een daarvoor aangegeven route welke tussen de bomen is aangelegd. In het geldende bestemmingsplan "Buitengebied 2012" is aangegeven dat bij de aanleg van het parkoers de materialen touwen en hout moeten worden toegepast. Onbedoeld is deze begripsomschrijving te eng geformuleerd. In de praktijk blijkt dat er ook voor touw materialen zoals nylon en staal worden gebruikt. Met name voor de veiligheid en het duurzaam gebruik is het noodzakelijk dat ook deze materialen worden toegepast. Met deze partiële herziening is de begripsomschrijving hierop aangepast.

4.1 Geluid

Bij het opstellen van een bestemmingsplan dienen de bepalingen van de Wet geluidhinder in acht te worden genomen. Dit betekent onder meer dat wanneer in het bestemmingsplan gronden worden bestemd voor geluidsgevoelige gebouwen en terreinen, moet worden nagegaan of voor deze gronden een geluidszone van kracht is. Hiervan is bij dit plan geen sprake.

Voor de activiteiten die binnen het Klimbos worden toegestaan gelden geen zones of daarbij behorende onderzoekseisen. Voor bepaalde activiteiten gelden voor geluid wel afstandsnormen. Een indicatie van deze normen is opgenomen in de VNG uitgave "Bedrijven en milieuzonering". Bij het opstellen van het bestemmingsplan "Putterweg XI" (vastgesteld op 25 januari 2011) zijn de in de VNG uitgave genoemde normen ook als uitgangspunt toegepast. Het plan is inmiddels onherroepelijk en staat voor wat betreft de in het bestemmingsplan "Putterweg XI" opgenomen uitgangspunten niet ter discussie.

Het handhavingsverzoek richtte zich op het gebruik van (metalen) kabels voor de tokkelbanen en de daarbij behorende geluidsproductie. Vanwege het ontbreken van de term 'kabel' in de begripsbepaling, is verzocht om handhavend tegen het gebruik van deze kabels op te treden, omdat deze te veel geluid zouden produceren en de toepassing van deze kabels, volgens de begripsomschrijving, in strijd met het bestemmingsplan worden toegepast.

Doel

Het doel van dit hoofdstuk is om inzichtelijk te krijgen welke geluidsbelasting er nabij de woning aan de Putterweg 79 wordt waargenomen en waardoor deze belasting wordt veroorzaakt. Daarnaast wordt onderzocht hoe de geluidsbelasting is afkomstig van het gebruik van de tokkelbannen in het Klimbos. Verder wordt aangegeven wat voor de woningen geldende grenswaarden zijn voor de geluidsbronnen wegverkeer en het Klimbos. Afhankelijk van de uitkomsten kan beoordeeld worden of er aanvullende maatregelen nodig zijn.

Het Klimbos wordt aangemerkt als een inrichting. Voor een begrenst gebied dat wordt aangemerkt als inrichting gelden andere grenswaarden dan voor verkeerslawaai. De voor deze locatie te hanteren gebiedsomschrijvingen zijn "stille landelijke gebieden, gebieden voor extensieve recreatie" en "landelijke gebieden met veel (agrarische)activiteiten". Voor deze gebieden gelden voor de dagperiode de grenswaarden 40 of 45 dB(A) (afkomstig uit de Handreiking industrielawaai en vergunningverlening). Omdat de activiteiten in het Klimbos in de dagperiode plaatsvinden, wordt alleen getoetst aan het niveau voor de dagperiode. In de avond- en nachtperiode worden de activiteiten als niet passend beschouwd.

Onderzoeken

Onderstaand worden drie onderzoeken besproken, het betreffen metingen op locatie naar aanleiding van het verzoek om handhaving en de onderzoeken die zijn uitgevoerd voor deze partiële herziening.

Meting op locatie

Tijdens de behandeling van het handhavingsverzoek is onderzoek verricht naar de geluidbelasting nabij de woning aan de Putterweg 79. Er is een indicatieve meting op de gevel van de woning aan de Putterweg 79 uitgevoerd. Uit de meting is gebleken dat het omgevingsgeluid, veroorzaakt door het gemotoriseerde verkeer op de Putterweg en omgevingsgeluiden zoals vogelgeluiden 55 dB(A) bedraagt. De uitkomsten van deze meting zijn bij uitspraak van de rechtbank op 3 juni 2014 (ARN 13 / 5025 GEMWT 252) in stand gebleven. Hieruit zou een grenswaarde voor de activiteiten die 10 dB(A) lager is kunnen worden vastgesteld. De grenswaarde komt dan uit op een waarde van 45 dB(A).

Voor woningen geldt voor de gevelbelasting, afkomstig van wegverkeerslawaai, een grenswaarde van 48 dB(A). Uit het onderzoek blijkt dat op het moment van meten het geluid afkomstig van de Putterweg boven de grenswaarde uitkomt.

Brononderzoek

Voor het opstellen van deze partiële herziening zijn twee onderzoeken uitgevoerd die betrekking hebben op het aspect geluid afkomstig van de tokkelbannen. Het eerste onderzoek beschrijft de metingen en het tweede onderzoek beschrijft de vertaling van de metingen op de omgeving.

In de periode dat het Klimbos in werking is zijn voor het gebruik van de tokkelbanen de meeste van de oorspronkelijk aanwezige kabels vervangen door een geluidarme soort. Eén kabel is nog niet vervangen. Om te kunnen onderzoeken of de nieuwe kabels een geluidsreductie opleveren is een akoestisch onderzoek uitgevoerd (20 oktober 2015, referentienummer: 21520403.B20151020). Bij dit onderzoek zijn op de locatie geluidmetingen aan de bron uitgevoerd. Het onderzoek is als bijlage toegevoegd.

Het doel van het onderzoek was om inzicht te krijgen in het verschil in geluidsopbrengst van de oude tokkelkabel en de geluidsarme tokkelkabel. Uit de metingen komt naar voren dat de nieuwe kabels significant stiller zijn dan de oude kabels. De reductie bedraagt 15 dB(A). Deze afname wordt aangemerkt als een forse reductie van het bronvermogen.

Omdat met de gepresenteerde meetwaarden geen uitspraak kan worden gedaan over de hoogte van de geluidniveaus bij de woningen in de omgeving is een vervolgonderzoek uitgevoerd naar het aspect geluidsoverdracht.

Overdrachtsonderzoek

Het onderzoek 'Geluidberekeningen tokkelbaan Klimbos Garderen' (19 november 2015, nr. 21520403.R01) heeft als doel het bepalen van verschillen in de geluidsemissie voor en na de aanpassing van de te gebruiken kabels. Het onderzoek is als bijlage opgenomen.

Het berekende lange termijngemiddelde bij de oude kabels is nabij de woning aan de Putterweg 79 35 dB(A). Bij het toepassen van de nieuwe kabels is het beoordelingsniveau 25 dB(A). Het berekende verschil tussen de oude kabels en de nieuwe kabels is 10 dB(A). Het toepassen van de nieuwe kabels laat ook hier een forse reductie zien.

Uit het voorgaande blijkt dat het verschil tussen het gemeten geluidsniveau nabij de woning veroorzaakt voornamelijk door het wegverkeer 55 dB(A) bedraagt en het berekende geluidsniveau afkomstig van de tokkelbanen 25 dB(A) bedraagt. Uit deze vergelijking blijkt dat het geluid afkomstig van de tokkelbanen uit het klimbos 30 dB(A) lager uitvalt.

Conclusie

Uit de geluidsmeting naar het geluid afkomstig van de Putterweg en de nabije omgeving blijkt dat het geluidsniveau boven de grenswaarde van 48 dB(A) voor wegverkeerslawaai uitkomt.

Uit de meet- en onderzoeksresultaten van het geluid afkomstig van de tokkelbanen aanwezig binnen het Klimbos blijkt dat de gevelbelasting ruimschoots onder de geldende grenswaarde van 45 dB(A). Zowel het geluidsniveau afkomstig van de oude kabel als de geluidsarme kabel blijven onder de grenswaarde voor de dagperiode. Geconcludeerd wordt dat er voor wat betreft de geluidsbelasting sprake is van een goede ruimtelijke ordening.

Ondanks de conclusie is het van belang dat ook in de toekomst de grenswaarde niet wordt overschreden. Hiervoor is een regel opgenomen in dit bestemmingsplan waarin is bepaald dat bij het in gebruik hebben van de tokkelbanen het bepaalde geluidsniveau niet mag worden overschreden. In paragraaf 5.2 is hiervoor een regel opgenomen die het strijdig gebruik regelt.

Hoofdstuk 5 JURIDISCHE ASPECTEN

5.1 Inleidende regels

Begrippen

In artikel 1 zijn de begrippen gedefinieerd, die in de regels worden gehanteerd. Bij de toetsing van het bestemmingsplan wordt uitgegaan van de in dit artikel aan de betreffende begrippen toegekende betekenis. Voor zover er geen begrippen zijn gedefinieerd wordt aangesloten bij het normale spraakgebruik.

Het begrip voor 'Klimbos' wordt gewijzigd in: 'een klimbos is een dagrecreatieve voorziening met één of meerdere routes door de kronen van bomen via een aangegeven parkoers'.

De klimvoorzieningen in bomen mogen maximaal de hoogte van 30 meter hebben, overeenkomstig de genoemde hoogte in het bestemmingsplan "Buitengebied 2012".

Hekken rond de voorziening krijgen een open structuur zodat het geen belemmering oplevert voor de kleine fauna. Het gedeelte waar de routes door de bomen worden aangelegd heeft een aparte aanduiding 'specifieke vorm van Natuur - klimbos' gekregen.

5.2 Bestemmingsregels

Bestemming Natuur

In de bestemming 'Natuur' met de aanduiding 'specifieke vorm van Natuur - klimbos' wordt aan het onderdeel Gebruiksregels een regel toegevoegd dat het strijdige gebruik van de bestemming regelt. Als gebruik strijdig met de bestemming wordt aangemerkt het gebruik van kabels ten behoeve van de tokkelbanen indien de berekende geluidsniveaus ter hoogte van de geluidgevoelige objecten het geluidsniveau van de grenswaarde, dat is 45 dB(A) geldend voor de dagperiode, mag overstijgen. Voor de avond- en nachtperiode geldt dat er dan geen gebruik mag wordenn gemaakt van de tokkelbanen. Een uitzondering hierop is dat maximaal zes dagen per jaar een openstelling voor de avondperiode wordt toegestaan. De exploitant heeft hierover afspraken gemaakt met de grondeigenaar, Staatsbosbeheer. De genoemde geluidseisen voor de dagperiode zijn voor de genoemde zes dagen overeenkomstig van toepasing.

Bij de berekening wordt er van uitgegaan dat er gebruik wordt gemaakt van geluidsarm materiaal waarbij de geluidsproductie aan de bron ongeveer 87 dB(A) bedraagt.

Verder wordt in de bestemming 'Natuur' met de aanduiding 'specifieke vorm van Natuur - klimbos beperkt' aan het onderdeel Gebruiksregels een regel toegevoegd dat het strijdige gebruik van de bestemming regelt. Als strijdige gebruik met de bestemming wordt aangemerkt de activiteiten zoals in het desbetreffende artikel onder c worden genoemd.

De aanduiding 'specifieke vorm van Natuur - Klimbos beperkt' wordt op de verbeelding opgenomen op een strook met een breedte van 35 meter over de nu al aanwezige aanduiding 'specifieke vorm van Natuur - Klimbos', gerekend vanaf de oostgrens van het vlak met deze aanduiding, ter plaatse van deze aanduiding aan de Putterweg te Garderen, naast het perceel Putterweg 79.

Hoofdstuk 6 ECONOMISCHE UITVOERBAARHEID

6.1 Grondexploitatie

Deze partiële herziening van het bestemmingsplan "Buitengebied 2012" heeft niet tot gevolg dat er extra bouwmogelijkheden ontstaan. Er wordt daardoor met deze partiële herziening geen bouwplan mogelijk gemaakt, maar enkel de regel omtrent de begripsomschrijving voor een Klimbos wordt gewijzigd.

Er zijn bij dit plan geen kosten die in een exploitatieplan of exploitatieovereenkomst opgenomen moeten worden. Dit plan betreft een aanpassing van de begripsomschrijving, die verder geen aanvullende of nieuwe ontwikkelingen binnen het plangebied mogelijk maakt. Met deze reden is er voor gekozen geen nieuwe planschadeovereenkomst op te stellen.

Hoofdstuk 7 OVERLEG EN MAATSCHAPPELIJKE UITVOERBAARHEID

De procedures voor vaststelling van een bestemmingsplan zijn door de wetgever geregeld. Conform artikel 1.3.1. Besluit ruimtelijke ordening (Bro) heeft het college op 26 november 2015 in de Barneveldse Krant en langs elektronische weg kennis gegeven van het voornemen om het voorliggende bestemmingsplan voor te bereiden. Aangegeven is dat tussen gemeente en verschillende instanties waar nodig overleg over het plan moet worden gevoerd alvorens een ontwerpplan ter visie gelegd kan worden. Pas daarna wordt de wettelijke procedure met betrekking tot vaststelling van het bestemmingsplan opgestart (artikel 3.8 Wro).

7.1 Overleg ex artikel 3.1.1 Bro

De 4e partiele herziening van het bestemmingsplan "Buitengebied 2012" heeft niet tot gevolg dat er extra bouwmogelijkheden ontstaan.

Aangezien er geen sprake is van een provinciaal belang, is er geen vooroverleg gevoerd met de provincie.

7.2 Zienswijzen

Het ontwerpplan heeft van 11 december 2015 tot en met 21 januari 2016 ter inzage gelegen. Gedurende deze periode heeft een ieder de mogelijkheid gehad om een zienswijze naar voren te brengen. Tijdens deze zes weken is één reactie ingediend.

Deze reactie heeft geleid tot een aanpassing van het plan. In de bijlage bij dit bestemmingsplan is de Nota Zienswijzen bijgevoegd.

Na de bespreking van het voorstel in de vergadering van de commissie Grondgebied op 31 maart 2016 heeft een gesprek plaatsgevonden tussen de indieners van de zienswijze (de bewoners van Putterweg 79) en de exploitant van het klimbos in bijzijn van de portefeuillehouder. Dit gesprek heeft tot overeenstemming geleid tussen de betrokken partijen. Voor deze bestemmingsplanherziening betekent dit dat er voor een deel van het terrein van het Klimbos een gebruiksbeperking in het bestemmingsplan wordt opgenomen. Met het opnemen van een aanduiding op de verbeelding en het opnemen van de gebruiksbeperkende regels wordt de voor omwonenden aanvaardbare situatie juridisch vastgelegd.