Plan: | Dorp Uddel |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0200.bp1087-vas1 |
In paragraaf 8.4 is de voorgestane invulling van het plangebied beschreven. Paragraaf 8.5 toont aan dat deze invulling uitvoerbaar is. De volgende stap is het treffen van een juridische regeling die de invulling mogelijk maakt. Deze paragraaf beschrijft deze regeling.
Voor de Aardhuis-locatie wordt met dit bestemmingsplan de geldende agrarische bestemming vervangen door de bestemmingen welke realisatie van het woningbouwplan toelaten. De voornaamste nieuwe bestemmingen zijn: Wonen-2, Verkeer-Verblijfsgebied, Groen en Natuur.
Voor de toekomstige (openbare) wegen, parkeerplaatsen en dergelijke wordt de bestemming Verkeer-Verblijfsgebied opgenomen. De structuurbepalende groenvoorzieningen worden als Groen bestemd. Aanwezige en te ontwikkelen natuur worden als zodanig bestemd.
Voor de woningbouw zelf is de bestemming Wonen - 2 opgenomen. Om bij de verdere uitwerking van het stedenbouwkundig plan voldoende flexibiliteit te hebben kent deze bestemming globale regels.
Er worden op de verbeelding een aantal woonvlakken opgenomen. Per woonvlak wordt het maximale aantal woningen, de toegestane woningtypes (aaneengebouwd, twee-aaneen, vrijstaand, gestapeld), de maximale goot- en bouwhoogte en een (ruim) bouwvlak opgenomen. Binnen het bouwvlak mogen de gebouwen (woningen, bijgebouwen e.d.) gebouwd worden. Wel is bepaald dat de voorgevel van de woningen op of binnen 3 meter van de aangeduide gevellijn gesitueerd moet worden. In de regels is verder ondermeer bepaald dat de bouwdiepte 10 meter voor aaneengesloten woningen, 12 meter voor halfvrijstaande en 15 meter voor vrijstaande woningen mag bedragen en dat de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens voor halfvrijstaande en vrijstaande woningen minimaal 2,5 meter moet bedragen.
Aan de bestemming is een nadere-eisenregeling gekoppeld, waardoor burgemeester en wethouders voorzover dit noodzakelijk is voor het waarborgen van de beoogde stedenbouwkundige kwaliteit nadere voorwaarden kunnen stellen aan de situering van gebouwen binnen het bouwvlak.
Verder bevat de bestemmingsregeling een aantal bevoegdheden voor burgemeester en wethouders om af te wijken van de bouwregels. Eén daarvan voorziet in de mogelijkheid om de maximale goothoogte voor woningen te verhogen van 4 tot maximaal 6 meter. Het stedenbouwkundig beeld gaat uit van een diversiteit aan goothoogtes verspreid over de nieuwe woonbuurt. Daar waar een gevarieerde goothoogte van 4 tot 6 meter mogelijk wordt geacht (zie onderstaande afbeelding, aangegeven in groen) kan toepassing worden gegeven aan de afwijkingsbevoegdheid, mits voldaan wordt aan de daaraan gekoppelde (stedenbouwkundige) randvoorwaarden.
rood: 'Hoog waar het kan'; goothoogte voor en achter maximaal 6 meter
paars: 'Laag waar het moet'; goothoogte voor en achter maximaal 4 meter
groen: 'Menging van hoog en laag'; goothoogte aan de voorzijde maximaal 4 meter, aan de achterzijde maximaal 6 meter; maximaal de helft van de blokken mag aan de voorzijde ook een goothoogte tot 6 meter krijgen mits het naastgelegen blok een goothoogte aan de voorzijde van 4 meter heeft ('om-en-om')