direct naar inhoud van Artikel 12 Wonen-2
Plan: Regenboogbuurt en Eilandenbuurt
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0034.BP3JO01-vg01

Artikel 12 Wonen-2

12.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Wonen-2 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. vrijstaand wonen, al dan niet in combinatie met ruimte voor de uitoefening van aan-huis-verbonden beroepen dan wel bedrijfsmatige activiteiten aan huis;

met de daarbij behorende:

  • b. erven;
  • c. groenvoorzieningen en water;
  • d. parkeervoorzieningen;
  • e. toegangspaden, in- en uitritten en
  • f. overige functioneel met het wonen verbonden voorzieningen.

een en ander met dien verstande dat:

  • g. voor zover deze gronden tevens zijn aangewezen voor Waarde - Archeologie 1, ze mede bestemd zijn voor het behoud en de bescherming van mogelijke archeologische waarden en het bepaalde in artikel 13 van toepassing is.
  • h. ter plaatse van de aanduiding "aaneengebouwd" het bepaalde onder 12.2 sub c. geldt.
  • i. er plaatse van de aanduiding "onderdoorgang" de gronden op de begane grond (maaiveld) niet mogen worden bebouwd, met uitzondering van de voor de hoger opgaande bebouwing benodigde ondersteuningsconstructies, dan wel voor benodigde vlonders c.q. steigers en erfafscheidingen;
  • j. de geluidsbelasting als gevolg van wegverkeer op een gevel van een geluidsgevoelig object of ruimte zoals gedefinieerd volgens de Wet geluidhinder (inclusief het Besluit geluidhinder), niet meer mag bedragen dan de desbetreffende geldende voorkeursgrenswaarde volgens de Wet geluidhinder (inclusief het Besluit geluidhinder) dan wel eventueel verkregen Hogere Waarden, waaronder de Hogere Waarden genoemd in Bijlage 3 van de Toelichting;
12.2 Bouwregels

Op de in lid 12.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken worden gebouwd, met dien verstande dat:

Ten aanzien van gebouwen (hoofdgebouwen en erfbebouwing) geldt dat:

  • a. per bouwperceel ten hoogste 50% van de gronden mag worden bebouwd met gebouwen en overkappingen, tenzij op de plankaart een afwijkend percentage is opgenomen;
  • b. de afstand van het hoofdgebouw en de aangebouwde erfbebouwing tot de zijerfscheiding aan minimaal één zijde ten minste 2,0 m dient te bedragen én deze in ieder geval niet tegen een naastgelegen hoofdgebouw inclusief aangebouwde erfbebouwing wordt gerealiseerd
  • c. in afwijking van het bepaalde onder b. ter plaatse van de bouwaanduiding 'aaneengebouwd' het hoofdgebouw en/of de aangebouwde erfbebouwing aan één of twee zijden mag worden aangebouwd aan een ander hoofdgebouw of daaraan gebouwde erfbebouwing en bovendien tegen naastgelegen hoofdbebouwing inclusief aangebouwde erfbebouwing kan worden gerealiseerd ;
  • d. de bouwhoogte van aan het hoofdgebouw gebouwde erfbebouwing is maximaal 0,30 meter boven de vloer van de tweede bouwlaag van het hoofdgebouw, kelders en onderbouwen niet daaronder begrepen, een en ander tot een maximale hoogte van 4 meter;
  • e. in afwijking van de onder d. bepaalde maximale bouwhoogte zijn dakterrassen toegestaan op aan het hoofdgebouw gebouwde erfbebouwing, met dien verstande dat deze terrassen aan weerszijden (voor zover deze zijde(n) zich op minder dan twee meter van de grenslijn van het erf (de zijdelingse perceelsgrens) bevindt (bevinden)) worden afgeschermd met ondoorzichtig materiaal met een hoogte van minimaal 1.50 en maximaal 1.80 meter (dit geldt niet als de eigenaar van het naburige erf toestemming heeft gegeven om een doorzichtige of géén afscherming te plaatsen);
  • f. de goothoogte van vrijstaande erfbebouwing niet meer mag bedragen dan 3 m;
  • g. erfbebouwing vanaf 1 m achter de voorgevel(lijn) van het hoofdgebouw mag worden gerealiseerd;
  • h. ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' de voorgeschreven maximale bouwhoogte in acht dient te worden genomen;
  • i. per bouwperceel 1 hoofdgebouw (woning) is toegestaan.

Ten aanzien van bouwwerken, geen gebouwen zijnde

  • j. erf- en terreinafscheidingen: bouwhoogte maximaal 2 meter;
  • k. overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde: bouwhoogte maximaal 3 meter.
12.3 Specifieke gebruiksregels

Het gebruik van ruimten in het hoofdgebouw en erfbebouwing ten behoeve van aan-huis-verbonden beroepen of bedrijfsmatige activiteiten wordt als gebruik overeenkomstig de bestemming aangemerkt, voor zover wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • a. tot 50% van het gezamenlijke vloeroppervlakte van het hoofdgebouw en erfbebouwing mag voor een aan-huis-verbonden beroep en/ of bedrijfsmatige activiteiten aan huis worden gebruikt;
  • b. het gebruik leidt niet tot ernstige hinder voor het woonmilieu c.q. doet afbreuk aan het woonkarakter van de wijk of buurt;
  • c. het gebruik heeft geen nadelige invloed op de normale afwikkeling van het verkeer;
  • d. er wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid;
  • e. er wordt geen horeca uitgeoefend met uitzondering van ruimten voor bed&breakfast;
  • f. detailhandel mag worden uitgeoefend tot een maximaal van 25m2 w.v.o, met dien verstande dat dit oppervlak deel uitmaakt van de onder a. bedoelde 50%-regeling;
  • g. het beroep of de activiteit wordt door de bewoner uitgeoefend; er is maximaal één extra fte in dienstverband toegestaan;
  • h. een kinderdagverblijf, catering, seksinrichting en munitie -en vuurwerkopslag zijn niet toegestaan.
12.4 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij de bestemming Wonen-2 de functieaanduiding 'specifieke vorm van bedrijf -1 ' aan te brengen ten behoeve van de vestiging van een zelfstandige bedrijfsruimte, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:

  • a. maximaal 1 op de 150 woningen in het plangebied komt hiervoor in aanmerking, dit is inclusief de reeds bestaande zelfstandige bedrijfsruimten;
  • b. bedrijven, kantoren en voorzieningen zijn toegestaan tot en met milieucategorie A van de Staat van Bedrijfsactiviteiten - functiemenging alsmede de gebruikelijke aan-huis-verbonden beroepen;
  • c. het gebruik leidt niet tot ernstige hinder voor het woonmilieu c.q. doet afbreuk aan het woonkarakter van de wijk of buurt;
  • d. het gebruik heeft geen nadelige invloed op de normale afwikkeling van het verkeer;
  • e. er wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid;
  • f. er wordt geen horeca uitgeoefend met uitzondering van ruimten voor bed & breakfast;
  • g. er wordt geen detailhandel uitgeoefend met uitzondering van ondergeschikte detailhandel;
  • h. er kunnen maximaal 2 zelfstandige bedrijfsruimten als bedoeld in dit lid naast elkaar worden gerealiseerd;