direct naar inhoud van Artikel 3 Agrarisch - Cultuurgrond
Plan: Marsum / Ingelum
Status: Vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1908.BPMsming-0401

Artikel 3 Agrarisch - Cultuurgrond

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Agrarisch - Cultuurgrond' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. cultuurgrond, met uitzondering van houtteelt als agrarische bedrijfsactiviteit en bosbouw;
  • b. een bijgebouw ten behoeve van opslag, ter plaatse van de aanduiding “bijgebouwen”;
  • c. het tegengaan van een te hoge geluidsbelasting vanwege het vliegtuiglawaai van het luchtvaartterrein Leeuwarden op geluidsgevoelige objecten ter plaatse van de gebiedsaanduiding “geluidzone - luchtvaart 35 - 40 Ke”;
  • d. het tegengaan van een te hoge geluidsbelasting vanwege het vliegtuiglawaai van het luchtvaartterrein Leeuwarden op geluidsgevoelige objecten ter plaatse van de gebiedsaanduiding “geluidzone - luchtvaart 40 - 45 Ke”;
  • e. het tegengaan van een te hoge geluidsbelasting vanwege het vliegtuiglawaai van het luchtvaartterrein Leeuwarden op geluidsgevoelige objecten ter plaatse van de gebiedsaanduiding “geluidzone - luchtvaart 45 - 50 Ke”;
  • f. het tegengaan van een te hoog veiligheidsrisico van risicogevoelige bouwwerken en objecten, ter plaatse van de gebiedsaanduiding “veiligheidszone - munitie”;
  • g. het tegengaan van een te hoge geluidsbelasting vanwege de vliegbasis Leeuwarden op geluidsgevoelige objecten, ter plaatse van de aanduiding “geluidzone - industrie”;

met daaraan ondergeschikt:

  • h. wegen en paden;
  • i. voet- en fietspaden;
  • j. waterlopen;
  • k. nutsvoorzieningen;

met de daarbijbehorende:

  • l. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
3.2 Bouwregels
3.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van de in lid 3.1. onder c genoemde gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. een gebouw mag uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding “bijgebouwen”;
  • b. de bouwhoogte van een gebouw zal ten hoogste 6,00 m bedragen.
3.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen zal ten hoogste 2,00 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen.
3.3 Nadere eisen

Burgemeester en Wethouders kunnen ten behoeve van de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing.