direct naar inhoud van 2.4 Gemeentelijk beleid
Plan: Kockengen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1904.BPkockengenKKG-VG01

2.4 Gemeentelijk beleid

2.4.1 Structuurvisie 2002

In de structuurvisie 2002 wordt aangegeven dat de gemeente Breukelen haar huidige inwonertal in ieder geval wil handhaven. Daarnaast worden in de Structuurvisie de volgende (algemene) uitgangspunten voor de gemeente benoemd, te weten:

  • een gezonde afspiegeling van de bevolking;
  • een duurzame ruimtelijke ontwikkeling;
  • ruimte voor ontspanning en recreatie;
  • intensivering van ruimtegebruik op bestaande locaties;
  • behoud van groen;
  • stimuleren van ruimtelijke kwaliteit (cultuurhistorie, stedenbouw en architectuur);
  • ruimte voor woningbouw in ieder dorp;
  • bij functiewijziging denken aan woningbouw.

In de structuurvisie is aangegeven dat in de noord-oosthoek van Kockengen een van de weinige nog te realiseren bouwpotentiëlen van de gemeente ligt. Dit zogenoemde 'Vierde Kwadrant' maakt geen onderdeel uit van dit bestemmingsplan. De bouwontwikkeling dient te voldoen aan een aantal randvoorwaarden om de status van Kockengen als Groene Hart dorp te waarborgen.

2.4.2 Woonvisie 2008-2012

De woonvisie van de gemeente Breukelen spreekt van de volgende ambitie op het beleidsveld wonen: “We werken aan een gevarieerd aanbod in huisvesting voor de huidige bevolking, waarbij men in onze gemeente veilig, prettig en verantwoord kan wonen”. De beleidsdoelen luiden als volgt:

  • Passend huisvesten van de inwoners in de diverse kernen van Breukelen (‘huidige bevolking’);
  • Bieden van gevarieerde en duurzame woonmilieus (‘gevarieerd aanbod’);
  • In stand houden van het bestaande voorzieningenniveau (‘verantwoord wonen’);
  • Behouden van het groene karakter (‘veilig, prettig’).

In de periode 2008 – 2012 is de gemeente Breukelen voornemens 390 woningen te realiseren. Het gaat dan om 78 woningen per jaar. In Kockengen vormt het gebied Vierde Kwadrant, dat gelegen is buiten het plangebied, de locatie om invulling te geven aan de woningbouwopgave.

2.4.3 Landschapsontwikkelingsplan Breukelen – Loenen (LOP)

Het Landschapsontwikkelingsplan (LOP) geeft een visie op de gewenste ontwikkelingen in het buitengebied. De visie vormt een toetsingskader voor initiatieven. In het gebied liggen diverse opgaven voor de toekomst:

  • een landschappelijke opgave in het versterken van de identiteit en ruimtelijke samenhang van verschillende deelgebieden en het open houden van agrarisch veenweidegebied;
  • een wateropgave in de vernatting van het veen door natuurlijk peilbeheer en in
    waterbergingsgebieden;
  • een natuuropgave door het realiseren van reeds aangewezen nieuwe natuurgebieden met name langs de Vecht en aansluitend op de Vechtplassen en diverse ecologische verbindingszones langs de Vecht de Aa, de Angstel en andere waterlopen en bermen en het verstreken van weidevogelgebieden en lokale natuurwaarden;
  • de landbouwopgave, gericht op een grootschalig landschap met melkveehouderij en mogelijkheden vergroting, verbreding of verdieping;
  • de recreatieve opgave met de Vechtplassen als kerngebied voor watersport en een recreatief netwerk langs de Vecht en in veenweidegebied.

Het LOP geeft aan dat handhaving van bestaande landschapswaarden moet worden gewaarborgd door het voeren van een goed ruimtelijk ordeningsbeleid, door onder andere het bestemmingsplan.

In het uitvoeringsprogramma van het LOP staat aangegeven dat het bouwplan 4e kwadrant landschappelijk ingepast moet worden. Daarnaast moet tussen Kockengen en de N401 ruimte komen voor moerasontwikkeling en waterberging. Verder dient de waterloop Bijleveld in Kockengen en naar het zuiden toe hersteld te worden als doorgaande waterloop. Deze ontwikkelingen maken echter geen deel uit van het voorliggende conserverend bestemmingsplan.

2.4.4 Beeldkwaliteitplan Breukelen en Loenen

De doelstelling van het beeldkwaliteitplan buitengebied is om de bestaande beeldkwaliteit van het landelijk gebied te behouden en te versterken. Het plan richt zich op de ruimtelijke en landschappelijke samenhang van bepaalde structuren. Ook gaat het in op de landschappelijke kwaliteiten van erven, erfinrichtingen en beplantingen. Het beeldkwaliteitplan vormt een bindend toetsingskader voor de uitwerking van een nieuwe ontwikkeling.

Kockengen is gelegen in het gebied Veenweidelandschap-West. Het grootste gedeelte van het bestemmingsplan "Kockengen" is gelegen in de bebouwingskern. Het beeldkwaliteitplan Breukelen en Loenen gaat niet over dit deel. De Wagendijk, het in het westen gelegen lint, valt wel onder het beeldkwaliteitplan.

Voor het lint gelden algemene richtlijnen om de kwaliteiten te behouden en te versterken. De richtlijnen zijn:

  • behouden karakteristieke verschillen en opbouw van het lint;
  • behouden landelijke beeldkwaliteit bij nieuwe ontwikkelingen;
  • nieuwe ontwikkelingen dienen niet de openheid van de polder aan te tasten;
  • behouden kenmerkende slotenpatroon van de cope-ontginningen;
  • bestaande beplantingen dienen gehandhaafd te blijven;
  • ondergrondse leidingen zo goed mogelijk bundelen in stroken, waardoor er ruimte voor opgaande beplanting in de bermen overblijft;
  • bij nieuwe ontwikkelingen dient de ontwikkelrichting voor iedere situatie opnieuw afgewogen te worden.

Voor het gebied dat wel binnen de het beeldkwaliteitplan valt dient bij eventuele nieuwe ontwikkelingen rekening te worden gehouden met de kaders van het beeldkwaliteitplan.

2.4.5 Archeologische beleidsadvieskaart en archeologisch rapport Vechtgemeenten

Gelet op de Wet op archeologische monumentenzorg hebben de gemeenten Abcoude, Breukelen, Loenen en Maarssen een archeologische verwachtingskaart en de archeologische beleidsadvieskaart, met het daarbij behorende gezamenlijk archeologisch rapport voor de Vechtstreek opgesteld.

In het rapport staat gedetailleerd beschreven wat per gemeente en per locatie verwacht mag worden op archeologisch gebied. De archeologische verwachtings- en beleidsadvieskaart geeft gedetailleerd weer wat de archeologische verwachtingen en eventuele aanwezige waarden zijn. De gemeentelijke beleidsadvieskaart met het bijbehorende rapport is gestaafd op uitgebreid archeologisch (bureau)onderzoek. Bij dit onderzoek is onder andere gebruik gemaakt van historische kaarten en eerder uitgevoerde archeologische onderzoeken.