direct naar inhoud van Artikel 5 Bedrijventerrein
Plan: Zomerdijk
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1896.BP0014-VS01

Artikel 5 Bedrijventerrein

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Bedrijventerrein aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven uit ten hoogste categorie 3.1 van de bij deze regels behorende Staat van bedrijfsactiviteiten;

alsmede voor:

  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - jachtwerf en kraanverhuur', een scheepsbouw- en reparatiebedrijf uit categorie 3.2 van de bij deze regels behorende Staat van bedrijfsactiviteiten en een kraanverhuurbedrijf uit categorie 3.1 van de bij deze regels behorende Staat van bedrijfsactiviteiten;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - scheepswerf', een scheepsbouw- en reparatiebedrijf uit categorie 5.1 van de bij deze regels behorende Staat van bedrijfsactiviteiten dat tevens gerekend kan worden tot bedrijven die in belangrijke mate geluidhinder kunnen veroorzaken;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - jachtwerf', een scheepsbouw- en reparatiebedrijf uit categorie 3.2 van de bij deze regels behorende Staat van bedrijfsactiviteiten;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'horeca', een logiesvoorziening voor maximaal 5 personen;
  • f. daarbij behorende voorzieningen zoals (ontsluitings)wegen, paden, parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen, nutsvoorzieningen en water;

met dien verstande dat:

  • g. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - suikerwerkfabriek', uitsluitend een suikerwerkfabriek uit categorie 4.2 van de bij deze regels behorende Staat van bedrijfsactiviteiten is toegestaan, alsmede bedrijven uit ten hoogste categorie 2 van de bij deze regels behorende Staat van bedrijfsactiviteiten;
  • h. een bedrijfswoning uitsluitend is toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
  • i. geen risicovolle inrichtingen zijn toegestaan.
5.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

5.2.1 Algemeen
  • a. per bedrijf mag maximaal 80% van het bouwperceel worden bebouwd;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' is maximaal 1 bedrijfswoning toegestaan.

5.2.2 Bedrijfsgebouwen
  • a. bedrijfsgebouwen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
  • b. bedrijfsgebouwen moeten ten minste 4 meter uit de grens van het bouwperceel worden gebouwd, met dien verstande dat voor bestaande bedrijfsgebouwen op kortere afstand van de perceelsgrens deze kortere afstand geldt;
  • c. de bouwhoogte van bedrijfsgebouwen mag niet meer bedragen dan is aangegeven ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte'.

5.2.3 Bedrijfswoningen
  • a. bedrijfswoningen (hoofdgebouw) mogen uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
  • b. de goothoogte van een bedrijfswoning mag niet meer dan 6 meter bedragen, of niet meer dan de bestaande hoogte indien die meer bedraagt;
  • c. de bouwhoogte van een bedrijfswoning mag niet meer dan 10 meter bedragen, of niet meer dan de bestaande hoogte indien die meer bedraagt;
  • d. indien een bedrijfswoning inpandig in een bedrijfsgebouw wordt gerealiseerd, mag de goot- en bouwhoogte, in afwijking van het bepaalde onder b en c, niet meer bedragen dan is aangegeven ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte';
  • e. de dakhelling van een kap op een bedrijfswoning mag niet meer dan 60 graden bedragen, uitgezonderd een kap op een bedrijfswoning die inpandig in een bedrijfsgebouw wordt gerealiseerd;
  • f. de inhoud van een bedrijfswoning mag niet meer dan 600 m³ bedragen, of niet meer dan de bestaande inhoud indien die meer bedraagt.

5.2.4 Aan- en uitbouwen en bijgebouwen bij de bedrijfswoning
  • a. aan- en uitbouwen en bijgebouwen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
  • b. aan- en uitbouwen en bijgebouwen dienen ten minste 3 meter achter de voorgevellijn van het hoofdgebouw (bedrijfswoning) te worden gebouwd;
  • c. de goothoogte van aan- en uitbouwen en bijgebouwen mag niet meer bedragen dan 3 meter;
  • d. de bouwhoogte van aan- en uitbouwen en bijgebouwen mag niet meer bedragen dan 5 meter;
  • e. per bedrijfswoning mag de gezamenlijke oppervlakte aan aan- en uitbouwen en bijgebouwen niet meer dan 50 m² bedragen.

5.2.5 Andere bouwwerken
  • a. de bouwhoogte van erf- en perceelsafscheidingen mag niet meer bedragen dan 2 meter;
  • b. de bouwhoogte van een vlaggenmast mag niet meer bedragen dan 8 meter;
  • c. de bouwhoogte van hijs- en takelinrichtingen mag niet meer bedragen dan 20 meter;
  • d. de goothoogte van overkappingen mag niet meer dan 3 meter bedragen en de bouwhoogte niet meer dan 5 meter, met dien verstande dat overkappingen uitsluitend binnen het bouwvlak mogen worden gebouwd;
  • e. de bouwhoogte van overige andere bouwwerken, mag niet meer bedragen dan 3 meter.
5.3 Specifieke gebruiksregels

Voor het gebruik gelden de volgende regels:

De voor Bedrijventerrein aangewezen gronden mogen niet worden gebruikt voor:

  • a. detailhandel, met uitzondering van productiegebonden detailhandel;
  • b. horeca, met uitzondering van een logiesvoorziening voor maximaal 5 personen ter plaatse van de aanduiding 'horeca';
  • c. kantoor, met uitzondering van kantoorruimte ten dienste van het ter plaatse aanwezige bedrijf tot een maximum van 30% van de bedrijfsvloeroppervlakte.