Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Limbricht
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.1883.limbr-va01

Artikel 15 Leiding - Gas

15.1 Bestemmingsomschrijving
 
De voor ‘Leiding - Gas’ aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor:
  1. de ondergrondse gasleiding Z-540-01-KR, met een maximale inwendige diameter van 14 inch en een maximale werkdruk van 40,00 bar, ter plaatse van de aanduiding ’hartlijn leiding - gas’;
  2. het beheer en onderhoud van de leiding;
  3. de bescherming van het woon- en leefklimaat in verband met de leiding;
alsmede voor:
  1. nutsvoorzieningen.
  2. overige bijbehorende voorzieningen;
met bijgeborende:
  1. bouwwerkgen geen gebouwen zijnde.
Deze bestemming is primair ten opzichte van de overige aan deze gronden toegekende bestemmingen. Verder geldt voor zover de op de verbeelding weergegeven dubbelbestemmingen geheel of gedeeltelijk samenvallen, dat de dubbelbestemming ‘Leiding – Gas’ voorrang krijgt.
15.2 Bouwregels
 
In afwijking van het bepaalde bij de andere daar voorkomende bestemmingen mag op of in de voor Leiding - Gas aangewezen gronden niet worden gebouwd.
15.3 Afwijken van de bouwregels
 
Burgemeester en wethouders kunnen middels een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 15.2 ten behoeve van bebouwing als toegestaan ingevolge de ter plaatse geldende andere bestemmingen, indien door de bouw en situering van de betreffende bebouwing geen schade wordt of kan worden toegebracht aan de gasttransportleiding.
De omgevingsvergunning als bedoeld in dit lid wordt niet verleend dan nadat burgemeester en wethouders daarover een advies hebben ingewonnen van de beheerder van de ondergrondse leiding.
15.4 Specifieke gebruiksregels
 
Onder verboden gebruik wordt tenminste verstaan het gebruik van de grond voor en/of op een wijze die gevaar kan opleveren voor de leiding of aan het functioneren van de leiding afbreuk doet.
15.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
15.5.1 Verbodsbepaling

Het is verboden op de voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (omgevingsvergunning voor het uitvoeren een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden)  de navolgende werken of werkzaamheden uit te voeren:
 
  1. het wijzigen van het maaiveldniveau door ontgronding of ophoging;
  2. het verrichten van grondroeractiviteiten, bijvoorbeeld het aanbrengen van rioleringen, kabels, leidingen en drainage, anders dan normaal spit- en ploegwerk;
  3. diepploegen;
  4. het indrijven van voorwerpen in de bodem;
  5. het aanbrengen van diepwortelende en/ of hoogopgaande beplantingen.
15.5.2 Weigeringsgronden
 
Een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden mag alleen en moet worden geweigerd, indien door het uitvoeren van het werk, geen gebouw zijnde, dan wel door de daarvan direct of indirect te verwachten gevolgen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de mogelijkheid van een adequaat beheer of de veiligheid van de leiding en hieraan door het stellen van voorwaarden niet of onvoldoende kan worden tegemoet gekomen.
15.5.3 Advies
 
Een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt niet verleend dan nadat advies is verkregen van de leidingbeheerder.
15.5.4 Toepassingsbereik
 
Een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden als bedoeld in artikel 15.5.1 is niet vereist voor:
  1. werken, geen bouwwerk zijnde, die het normale onderhoud en beheer betreffen;
  2. werken, geen bouwwerk zijnde, die in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan of uitgevoerd kunnen worden op grond van een voor dat tijdstip aangevraagde of verleende omgevingsvergunning.