Plan: | Thienbunder |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1883.Thienbunder-VA01 |
Thienbunder was een woonbuurt waar met name twee aspecten de ruimtelijke verschijningsvorm sterk beïnvloedden. Eén van die aspecten waren de woningen die door de witte kleur van de gevels (uitgevoerd in pleisterwerk) sterk de beleving van een eigenstandigheid van de buurt manifest maakten. Daarnaast speelde de stedenbouwkundige opzet van de buurt een belangrijke rol in de beleving en verschijningsvorm. Lange rechte straten waaraan aan weerszijden de woningen waren geplaatst. De woningen waren naar uitvoering en type uniform. De beleving van woonbuurt Thienbunder was daarom niet gevarieerd, verrassend, afwisselend en ruimtelijk.
Gelet op de demografische ontwikkelingen in de regio en de gewijzigde vraag van de consument, vormen kwaliteit en ruimte de meest belangrijke sleutelbegrippen als het gaat om de beoogde toekomstbestendigheid.
Het programma voorziet in een gedifferentieerde doelgroep van huur en koop. Er is voorzien in gezinswoningen, senioren- woningen (levensloopbestendig) en appartementen. Tevens is er ruimte gegeven om te voorzien in de behoefte aan bouwkavels en aan Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO). Er wordt circa 50% van het oorspronkelijke woningaantal teruggebouwd. Door de nieuwe verkaveling ontstaat er in het binnengebied een groen centrum. Vrij in dit groene hart zijn een tweetal patioblokken en appartementen gesitueerd.
Thienbunder ligt als buurt in de directe nabijheid van het stadscentrum. De buurt wordt hierop georiënteerd. Hierbij is de aansluiting op de Monseigneur Vranckenstraat van belang. Deze fungeert als belangrijke entree naar de buurt.
Het witte wonen in een parkachtige setting is het leitmotiv van het vernieuwde Thienbunder. De woningen in het toekomstige Thienbunder worden in herkenbaar en vertrouwd wit uitgevoerd. De witte gevels van de nieuw te bouwen woningen komen voor een groot deel letterlijk terug zoals dat in het oorspronkelijke Thienbunder ook het geval was. De stedenbouwkundige opzet van Thienbunder is daarentegen doelbewust sterk anders. Omdat er minder woningen in het gebied worden teruggebouwd is er ruimte om Thienbunder een andere opzet te geven. Daarbij was het doel te komen tot een ruime verkaveling met veel groen waarin parkachtig gewoond kan worden. De visie gaat dan ook uit van een groene centrale ruimte, met daar omheen woningen gesitueerd. Er is gekozen om zo min mogelijk straten te maken en zoveel mogelijk ruimte. De groene randen van de buurt, de groene centrale ruimte maken dat nagenoeg alle woningen aan deze groene beelddragers zijn georiënteerd. Door de (her)inrichting van de Spoorzone ontstaat er een gebied dat ingericht wordt als groene openbare ruimte en daarmee een bijdrage levert aan een groene uitstraling van Thienbunder. In de Spoorzone kunnen tevens speelvoorzieningen worden ondergebracht. In het overig openbaar groen (centrale groene ruimte) van Thienbunder kunnen ook speelvoorzieningen worden ondergebracht, maar deze zullen kleinschalig van opzet zijn. De kwaliteiten van de huidige Monseigneur Canoystraat worden als structurerend element ingezet en versterkt. Deze laan vormt straks één element in het gehele TASs-gebied. De laan wordt een (langzaam verkeers)verbinding tussen Sittard Centrum, Thienbunder, Achtbunder, Sanderbout en verder. Deze verbinding zorgt voor levendigheid in de buurt.
Het stedenbouwkundig ontwerp gaat uit van ruimere woningen en kavels dan in de huidige situatie. De bebouwing rond de centrale ruimte bestaat uit verschillende types, rijwoningen met een kleinschalig karakter, twee-onder-één-kap-woningen en vrijstaande woningen. Op deze wijze ontstaat een afwisselend beeld langs de groene kern. De groene centrale ruimte is toegankelijk gemaakt voor voetgangers. Er worden parkpaden aangelegd. Bij de patiowoningen zijn deze parkpaden toegankelijk voor auto’s (auto te gast). De appartementengebouwen zijn ook toegankelijk via de parkpaden. Voor het gebouw met koopappartementen geldt dat een gebouwde en halfverdiepte voorziening is opgenomen. Voor het gebouw met huurappartementen geldt dat parkeerplaatsen nabij het gebouw op eigen terrein zijn ondergebracht, waarbij het zicht op de voertuigen vanuit de omgeving zoveel mogelijk wordt onttrokken.
Figuur 3.1 Van visie tot ontwerp