14.6.1 Wijzigen bestemming Recreatie naar Wonen
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming met een bouwvlak en de bestaande bedrijfswoning te wijzigen in:
-
1. de bestemming 'Wonen';
-
2. de gebiedsbestemming waarin het bestemmingsvlak ligt;
mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
-
a. aangetoond wordt dat het gebruik als recreatief bedrijf redelijkerwijs niet meer rendabel is;
-
b. het recreatief bedrijf dient te zijn beëindigd;
-
c. uitsluitend het deel van het perceel met de bestaande woning en het erf/de tuin mag worden gewijzigd in de bestemming 'Wonen' met dien verstande dat de totale oppervlakte van het bestemmingsvlak na wijziging maximaal 1.000 m² mag bedragen. De resterende grond moet gelijktijdig worden gewijzigd in de gebiedsbestemming waarin het bestemmingsvlak ligt;
-
d. kenmerkende architectonische eigenschappen dienen te worden behouden;
-
e. de wijziging mag geen onevenredige beperking opleveren van de bedrijfsvoering en ontwikkelingsmogelijkheden van omliggende agrarische bedrijven;
-
f. het gebruik van de woning dient aanvaardbaar te zijn uit een oogpunt van een milieuhygiënisch verantwoord woon- en leefklimaat;
-
g. daardoor de bestaande natuurlijke, landschappelijke, cultuurhistorische en/of abiotische waarden niet onevenredig worden aangetast;
-
h. overtollige (bedrijfs)bebouwing dient te worden gesloopt, behalve wanneer deze bebouwing een monument betreft. De oppervlakte aan bijbehorende bouwwerken bedraagt na wijziging maximaal 150 m², behoudens monumentale bebouwing;
-
i. er dient sprake te zijn van een goede landschappelijke inpassing met gebiedseigen beplanting, ter beoordeling van burgemeester en wethouders;
-
j. wijziging niet plaatsvindt indien binnen het bouwvlak de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' of de aanduiding dat het maximum aantal wooneenheden '0' bedraagt is opgenomen.
-
k. het aantal woningen mag niet toenemen.