Waterkwantiteit
In de provinciale waterverordening zijn normen voor wateroverlast voor verschillende vormen van landgebruik opgenomen. Deze normen bestaan uit een wenselijk geacht beschermingsniveau, waarop het gebied moet zijn ingericht. Delfland heeft deze normen vertaald naar normen voor de afvoer- en bergingscapaciteit in de boezem en de polders (ABC-Delfland normen). Voor de bestemming glastuinbouw is het gewenste beschermingsniveau vastgesteld op eens in de 50 jaar, met een maaiveldcriterium van 1%. Deze norm geldt ook voor agrarische woningen. Dit beschermingsniveau is door Delfland vertaald naar een bergingsnorm van 325 m3/ha, waarbij een aantal randvoorwaarden (zoals verhardingspercentages) zijn gehanteerd. Feitelijke omstandigheden kunnen er voor zorgen dat gebiedsgericht maatwerk nodig is voor het behalen van het gewenste beschermingsniveau. Ook binnen bestaande functies is toename van de verharding ongewenst als dat leidt tot een toename van de kans op wateroverlast. Instrumenten en criteria om de toename van verharding te voorkomen worden verder verkend en uitgewerkt. Dit geldt ook voor de mogelijkheden tot het voorkomen van wateroverlast door toename van verharding binnen de bestaande gebruiksfuncties. Voor het hele gebied geldt de beleidsregel ‘dempen is graven’.
Binnen het plangebied van het bestemmingsplan Glastuinbouwgebied Westland wordt niet voldaan aan de normen voor wateroverlast. In het boezemland is nog een aantal resterende ABC-boezem maatregelen van ABC-Delfland uit te voeren, alvorens de bergingsdoeleinden voor het boezemland bereikt zijn. In de polders is een forse bergingsopgave aanwezig. In het Waterplan ‘Westlands Water Nu en Later’ en in de, als Bijlage 7 aan deze waterparagraaf toegevoegde, boezem en polder beschrijvingen zijn knelpunten, maatregelen en 25 oplossingsrichtingen aangegeven. Bij herstructurering is het gewenst met de maatregelen en oplossingsrichtingen rekening te houden en zoveel mogelijk kansen te benutten voor het verbeteren van het watersysteem en de waterveiligheid en het behalen van het gewenste beschermingsniveau. Gebiedsgericht maatwerk is nodig wanneer het inpassen van de bergingsnorm (325 m3/ha) niet op conventionele manier (aanleg open water) mogelijk is. Om met gebiedsgericht maatwerk het gewenste beschermingsniveau te kunnen behalen zijn doorgaans diverse maatregelen nodig. Hiervoor wordt door de gemeente Westland en Delfland in het kader van de herstructurering gestreefd naar het zoveel mogelijk benutten van kansen. Hiertoe is intensieve samenwerking met de initiatiefnemer nodig om de mogelijkheden te bekijken. Als de maatregelen uit ABC-boezem en de bergingsopgave in de polders om welke reden dan ook niet haalbaar blijken te zijn, is in het boezemland alsnog meer ruimte voor waterberging nodig om dezelfde bescherming tegen wateroverlast te kunnen bieden. Kansen die zich voor doen in de boezem, zullen hierop vooruitlopend serieus in overweging worden genomen en worden afgewogen op bijdrage aan de totale waterproblematiek.
Voor het ontwikkelen van een overzicht van mogelijke instrumenten en oplossingsrichtingen voor het voorkomen van wateroverlast is door de gemeente Westland en het Hoogheemraadschap van Delfland de adviesrapportage ‘Verkenning oplossingsrichtingen Wateroverlast Westland, "Op weg naar een gezamenlijke aanpak" (nov. 2010) opgesteld. Hiermee is ook een basis gelegd voor het maken van afspraken over het in de praktijk toepassen van kansrijke en haalbare oplossingsrichtingen en instrumenten. Op deze verkenning volgt het uitwerken van een uitvoeringsstrategie.
Waterkwaliteit en ecologie
In het Westland voldoet de waterkwaliteit niet aan de geldende milieukwaliteitsnormen. De huidige chemische waterkwaliteit voldoet niet aan de MTR-norm (Maximaal Toelaatbaar Risico). Een van de oorzaken hiervan is de lozing van proceswater van bedrijven op het oppervlaktewater. De huidige ecologische waterkwaliteit voldoet ook niet aan de norm, het GEP (Goed Ecologisch Potentieel). De voornaamste oorzaken hiervan zijn het onvoldoende aanwezig zijn van plantengroei, het onvoldoende afgestemd zijn van beheer en onderhoud met de ecologische eisen en de hoge concentraties van verontreinigende stoffen.
In het Kader van de herstructurering wordt gestreefd naar het zoveel mogelijk benutten van kansen voor het verbeteren van de watersysteemkwaliteit en de ecologie. Bij het nemen van Kader Richtlijn Water (KRW) maatregelen wordt met de uitgangspunten rekening gehouden met de Bestuursovereenkomst KRW Delfland. Het boezemsysteem van Delfland maakt onderdeel uit van de KRW waterlichamen. Delfland en gemeenten zijn in de Bestuursovereenkomst KRW Delfland overeengekomen om de toestand van de waterlichamen te verbeteren. Onderdeel van de Bestuursovereenkomst is dat daar waar langs waterlichamen ruimtelijke mogelijkheden zijn om invulling te geven aan de KRW-opgave, deze worden benut en dat bij ruimtelijke ontwikkelingen wordt onderzocht of een deel van de ruimtelijke KRW-opgave hieraan kan worden gekoppeld.
Een goede chemische waterkwaliteit gaat over het terugdringen van de verontreinigde stoffen. Voor het glastuinbouwgebied zijn als aanvullende maatregel landelijke emissienormen vastgesteld. Voor het verbeteren van de waterkwaliteit wordt gestreefd naar het voorkomen van afvalwaterlozingen naar het oppervlaktewater en het voorkomen van het gebruik van uitlogende- of bitumineuze materialen. In het kader van de herstructurering van het glastuinbouwgebied zullen hiertoe zoveel mogelijk kansen worden benut. Het verbreed Gemeentelijk Riolerings Plan (GRP) bevat het beleid voor de rioleringszorg en draagt bij aan het verbeteren van de waterkwaliteit.
In het Waterplan Westland is aangegeven dat als er ruimte is, er een natuurvriendelijke oever moet worden aangelegd. Als er geen ruimte is maar wel dynamiek dan dienen kansen te worden benut. Daarnaast mogen ruimtelijke ontwikkelingen niet leiden tot een verslechtering van de ecologische en chemische toestand van deze waterlichamen.
Onderhoud en bagger
Het beheer en onderhoud van het watersysteem is vastgelegd in de Delflandse keur. Het onderhoud van het primaire watersysteem is in handen van het Hoogheemraadschap van Delfland. Het onderhoud van het secundaire watersysteem is in handen van aangelanden. In de legger wateren staat de onderhoudsplichtige benoemd. Bijzonder onderhoud, door bagger, gebeurt onder verantwoordelijkheid van Delfland. In het Baggerprogramma tot en met 2012 zijn de baggerwerkzaamheden aangegeven volgens het Delflands baggervlakkensysteem. Wanneer de richtlijnen voor onderhoud en bagger niet of moeilijk realiseerbaar zijn, treedt de initiatiefnemer in overleg met Delfland.
Afvalwater en riolering
In het verbreed GRP is het beleid voor de rioleringszorg beschreven. Dit kader is de basis voor de beheeractiviteiten, het inspelen op nieuwe ontwikkelingen, interne en externe bestuurlijke afstemming, continuïteit van beleid en voortgangsbewaking.
Het buitengebied van de gemeente Westland is op verschillende manieren aangesloten op het gemeentelijke rioleringsstelsel: door middel van drukriolering, vacuümriolering, vrij vervalriolering en CAD systeem. Om de ongezuiverde afvalwaterlozingen te saneren, wordt in de komende jaren het gehele buitengebied voorzien van riolering of een rioleringsalternatief. Daarnaast geldt een aantal voorschriften, opgenomen in het Besluit Glastuinbouw, o.a. dat het hemelwater verwerkt moet worden op eigen terrein of naar het oppervlaktewater moet worden getransporteerd, met bijbehorende kwaliteitseisen.
In het kader van de herstructurering zijn o.a. van belang het afkoppelen en vasthouden van hemelwater en het voorkomen van vervuiling van het oppervlaktewater. Ook het aanleggen van verharding in waterdoorlatende vorm, het zoveel mogelijk (her)gebruiken van hemelwater en het realiseren van voldoende gietwaterbassincapaciteit bij glastuinbouwbedrijven zijn belangrijke aandachtspunten. Het onderhoud van de hoofdwatergangen wordt verzorgd door het Hoogheemraadschap van Delfland.