Plan: | Heteren - Indoornik |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1734.0011HTRNhtrnindoor-ONHE |
De voor Wonen aangewezen gronden zijn bestemd voor:
specifieke bouwaanduiding - MG | meergezinswoning |
specifieke bouwaanduiding - RY1 | rijenwoning, één bouwlaag |
specifieke bouwaanduiding - RY2 | rijenwoning, twee bouwlagen |
specifieke bouwaanduiding - VD1 | vrijstaand of dubbelwoning, één bouwlaag |
specifieke bouwaanduiding - VD2 | vrijstaand of dubbelwoning, twee bouwlagen |
specifieke bouwaanduiding - VD3 | vrijstaand of dubbelwoning, drie bouwlagen |
specifieke bouwaanduiding - WW1 | woonwagen, één bouwlaag |
een en ander met de daarbij behorende voorzieningen zoals tuinen, erven en parkeervoorzieningen.
Op de gronden als bedoeld in artikel 14.1 zijn uitsluitend woningen en daarbij behorende andere gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toegestaan die ten dienste staan van deze bestemming.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van het hoofdgebouw gelden de volgende bepalingen:
VD1 = Vrijstaand of Dubbelwoning, één bouwlaag
VD2 = Vrijstaand of Dubbelwoning, twee bouwlagen
VD3 = Vrijstaand of Dubbelwoning, drie bouwlagen
RY1 = Rijenwoning, één bouwlaag
RY2 = Rijenwoning, twee bouwlagen
MG = Meergezinswoning
WW1 = Woonwagen, één bouwlaag
In afwijking van het bepaalde in artikel 14.2.2 geldt voor gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen, zoals voorzieningen voor telecommunicatie, water- en energiedistributie, dat de bebouwde oppervlakte niet meer dan 15 m2 en de bouwhoogte niet meer dan 3 m mag bedragen.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:
Overschrijding van het bouwvlak is toegestaan voor overhangende bouwdelen, zoals een overstek, overkapping en balkons, mits het bouwdeel ondergeschikt is en een diepte heeft van maximaal 1,5 m.
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 14.2.2 onder a, teneinde een uitbreiding van het hoofdgebouw buiten het bouwvlak toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 14.2.2 onder c en toestaan dat aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen worden gebouwd overeenkomstig het bepaalde in artikel 14.2.2 onder b en 14.2.3 onder d ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen uitgesloten' mits het verlenen van de omgevingsvergunning niet leidt tot onevenredige aantasting van de cultuurhistorische waarden van de nabijgelegen gronden en bouwwerken.
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 14.2.3 onder c en een andere dakvorm dan de bestaande dakvorm toestaan.
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 14.2.3 onder d en toestaan de maximale oppervlakte voor bijgebouwen en aan- en uitbouwen wordt vergroot tot 100 m2 mits de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad.
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 14.2.2 onder d, teneinde ondergrondse gebouwen toe te staan daar waar bovengronds geen gebouwen zijn toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 14.2.4 teneinde het oprichten van gebouwen ten behoeve van grotere nutsvoorzieningen toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende bepalingen:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 14.2.5, sub a en c teneinde hogere bouwwerken, geen gebouwen zijnde toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Binnen deze bestemming is gebruik van een deel van de woning en/of de bijgebouwen ten behoeve van de uitoefening van een aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het gebruik van een deel van de woning en/of de bijgebouwen ten behoeve van de uitoefening van een publieksgerichte beroeps- of bedrijfsactiviteit aan huis, kan uitsluitend worden toegestaan, indien een omgevingsvergunning ex artikel 14.5.4 wordt verleend.
Een kamerverhuurbedrijf is uitsluitend toegestaan via wijziging als opgenomen in artikel 14.6.2.
Een woon-/werkeenheid is uitsluitend toegestaan na verlening van een omgevingsvergunning als opgenomen in artikel 14.5.1.
Het aanleggen van recreatieve voorzieningen binnen de functie wonen kan uitsluitend worden toegestaan indien en voor zover omgevingsvergunning als bepaald in artikel 14.5.2 is verleend. Voor het aanleggen van een zwembad is – met inachtneming van artikel 14.2.5 onder d – geen omgevingsvergunning nodig.
Voor evenementen gelden de volgende bepalingen:
Onder gebruik in strijd met de bestemming wordt in ieder geval begrepen het gebruik van de gronden en/of opstallen binnen deze bestemming ten behoeve van:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 14.4.4, teneinde een woon-/werkeenheid toe te staan, waar deze niet op de kaart is aangeduid, mits voldaan wordt aan de volgende bepalingen:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 14.4.4, teneinde een recreatieve voorziening toe te kunnen staan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 14.4.7 onder a (strijdig gebruik) en toestaan dat een bijgebouw bij een woning wordt gebruikt als afhankelijke woonruimte, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 14.4.2, teneinde binnen een woning en/of bijgebouwen de uitoefening van een publieksaantrekkende beroeps- of bedrijfsactiviteit aan huis toe te staan. Hiervoor dient aan de volgende criteria te worden voldaan:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ingevolge artikel 3.6 onder a van de Wet ruimtelijke ordening, deze bestemming te wijzigen teneinde een andere categorie bouwwijze toe te staan, dan de ter plaatse van de aanduiding aangegeven categorie, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming overeenkomstig artikel 3.6 onder a van de Wet ruimtelijk ordening op onderdelen wijzigen teneinde gronden aan te duiden tot 'kamerverhuur', mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen voor het splitsen van woningen in twee woningen, mits: