18.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
18.5.1 Aanlegverbod zonder omgevingsvergunning
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Natuur zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden) de volgende werken, voor zover geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
-
a. het aanleggen of verharden van wegen of paden en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen;
-
b. het uitvoeren van grondbewerkingen, waartoe worden gerekend afgraven, woelen, mengen, diepploegen, egaliseren, ontginnen en ophogen;
-
c. het aanleggen van boven- of ondergrondse kabels en leidingen en het aanbrengen van daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur;
-
d. het planten, verwijderen, kappen of rooien van bomen of andere opgaande beplanting;
-
e. het aanleggen van dammen, kades, duikers, vlonders, schoeiingen of aanlegplaatsen voor recreatievaartuigen;
-
f. het verwijderen van oevervegetaties ter plaatse van de gronden met de aanduiding 'ecologische waarden';
-
g. het aanleggen van waterlopen of het vergraven, verruimen of dempen van aanwezige waterlopen ter plaatse van de gronden met de aanduiding 'ecologische waarden';
-
h. het aanbrengen van drainage ter plaatse van de gronden met de aanduiding 'ecologische waarden';
-
i. het uitvoeren van baggerwerkzaamheden en het storten en lozen van specie ter plaatse van de gronden met de aanduiding 'ecologische waarden'.
18.5.2 Uitzonderingen op het aanlegverbod
Het verbod van lid 18.5.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
-
a. normaal onderhoud en beheer ten dienste van de bestemming betreffen;
-
b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan;
-
c. reeds mogen worden uitgevoerd krachtens een verleende vergunning;
-
d. benodigd zijn voor de uitvoering van het natuurontwikkelingsplan voor de gronden met de aanduiding 'ecologische waarden', mede gericht op het ontwikkelen van de boomkikkerpopulatie, zoals dat door de provinciale werkgroep natuurontwikkeling wordt opgesteld en door Gedeputeerde Staten wordt vastgesteld.
18.5.3 Voorwaarde voor een omgevingsvergunning
De werken of werkzaamheden als bedoeld in lid 18.5.1 zijn slechts toelaatbaar, indien daardoor de natuur-, landschaps- en / of cultuurhistorische waarden:
-
a. niet worden aangetast of;
-
b. niet significant worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van de waarden niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind en indien nodig mitigerende en zonodig compenserende maatregelen worden getroffen.
18.5.4 Advisering
Alvorens te beslissen omtrent een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden als bedoeld in lid 18.5.1 wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in van de landschaps- en natuurbeschermingsdeskundige of aan de voorwaarde als bedoeld in lid 18.5.3 wordt voldaan.