direct naar inhoud van 9.3 Regels
Plan: Bestemmingsplan De Pompers
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1706.BPSRD6003-VAST

9.3 Regels

De regels regelen de gebruiksmogelijkheden van de gronden, de bouwmogelijkheden en de gebruiksmogelijkheden van de aanwezig en/of op te richten bebouwing. De toelichting heeft weliswaar geen bindende werking, maar heeft wel een belangrijke functie bij de weergave en onderbouwing van het bestemmingsplan en bij de uitleg van de verbeelding en regels.

De regels zijn gebaseerd op het 'Handboek digitale bestemmingsplannen Kempengemeenten' (vastgesteld 3 januari 2008) en op de Standaard Vergelijkbare BestemmingsPlannen (SVBP 2008, versie december 2008).

De regels zijn onderverdeeld in 4 hoofdstukken, te weten:

9.3.1 Hoofdstuk 1 Inleidende regels

In Artikel 1 ('Begrippen') is een omschrijving gegeven van de in het bestemmingsplan gebruikte begrippen. Deze worden opgenomen om interpretatieverschillen te voorkomen. Vervolgens is in Artikel 2 ('Wijze van meten') een omschrijving gegeven van de te gebruiken wijze van meten.

9.3.2 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

De regels in verband met de bestemmingen kennen alle een gelijke opbouw (voor zover van toepassing). De bestemmingsomschrijving betreft de centrale bepaling van elke bestemming. Het betreft een omschrijving waarin limitatief de functies worden genoemd, die binnen de bestemming zijn toegestaan.

De bouwregels zijn direct gerelateerd aan de bestemmingsomschrijving. Ook het gebruik van grond en bebouwing is gekoppeld aan de bestemmingsomschrijving. In de bouwregels staan uitsluitend bepalingen die betrekking hebben op het bouwen. Bouwregels zijn dan ook alleen van toepassing bij de toetsing van aanvragen om bouwvergunning. De ontheffing van de bouwregels geven burgemeester en wethouders de bevoegdheid om onder voorwaarden ontheffing te verlenen van een specifieke regel. De specifieke gebruiksregels vormen een nadere concretisering van het toegestane gebruik.

Artikel 3 Groen

Tot 'Groen' zijn bestemd de gronden die zullen worden ingericht als centraal plein en de strook grond langs de oostgrens van het plangebied die tevens dienst doet als berging van hemelwater. Op deze gronden zijn geen gebouwen toegelaten, maar wel bouwwerken geen gebouwen zijnde waaronder speelvoorzieningen. Met de bestemming groen wordt tegemoet gekomen aan de eis dat per 1 hectare plangebied, 100 m2 groen gerealiseerd dient te worden ten behoeve van speelgelegenheid. Tevens kan ter plaatse van deze bestemmingen een verbinding voor langzaam verkeer worden gerealiseerd.

Artikel 4 Tuin

De bestemming 'Tuin' heeft betrekking op het gedeelte van de bouwpercelen dat grenst aan de gronden die voor verkeer zijn bestemd. Op deze gronden zijn slechts aanbouwen toegelaten die behoren bij te bouwen woningen, in de vorm van erkers en entreepartijen.

Door middel van de functieaanduiding archeologische waarden (aw) is het gebied begrensd waar nog aanvullend archeologisch onderzoek noodzakelijk is. Dit houdt in dat de bestemming Tuin pas mag worden verwezenlijkt nadat ter plaatse aanwezige archeologisch waarden door middel van een opgraving zijn veiliggesteld.

Artikel 5 Verkeer

Voor 'Verkeer' zijn gronden bestemd die worden ingericht voor verkeer. Op deze gronden zijn geen gebouwen toegelaten.

Door middel van de functieaanduiding archeologische waarden (aw) is het gebied begrensd waar nog aanvullend archeologisch onderzoek noodzakelijk is. Dit houdt in dat de bestemming Verkeer pas mag worden verwezenlijkt nadat ter plaatse aanwezige archeologisch waarden door middel van een opgraving zijn veiliggesteld.

Artikel 6 Wonen

De bestemming 'Wonen' is bestemd voor het bouwen van vrijstaande woningen en de daarbij behorende aan-, uit- en al dan niet aangebouwde bijgebouwen. Hoofdgebouwen moeten worden gebouwd binnen het op de verbeelding opgenomen bouwvlak. De woningen, die moeten zijn voorzien van een kap, moeten in de naar de weg gekeerde grens van het bouwvlak worden gebouwd. Aan- en bijgebouwen mogen ook beperkt buiten het bouwvlak worden gesitueerd.

Door middel van de functieaanduiding archeologische waarden (aw) is het gebied begrensd waar nog aanvullend archeologisch onderzoek noodzakelijk is. Dit houdt in dat de bestemming Wonen pas mag worden verwezenlijkt nadat ter plaatse aanwezige archeologisch waarden door middel van een opgraving zijn veiliggesteld.

Artikel 7 Leiding - Gas

In de Van Sevenbornlaan loopt een hoge druk gasleiding met een beschermingszone van 4 meter ter weerszijden van de leiding. Binnen deze zone mag geen bebouwing worden opgericht of opslag plaatsvinden. Omdat de beschermingszone voor een klein gedeelte binnen het plangebied valt is in de regels voor de betreffende bestemming aangegeven dat binnen de beschermingszone geen bebouwing of opslag mag plaatsvinden.

9.3.3 Hoofdstuk 3 Algemene regels

In Hoofdstuk 3 van de regels is een aantal standaardregelingen opgenomen te weten, de anti-dubbeltelregel, algemene bouwregels, algemene ontheffingsregels, algemene wijzigingsregels, en algemene procedureregels.

Artikel 9 Anti-dubbeltelregel

De anti-dubbeltelregel is opgenomen om te voorkomen dat, wanneer volgens een bestemmingsplan bepaalde gebouwen en bouwwerken niet meer dan een bepaald deel van een bouwperceel mogen beslaan, het opengebleven terrein niet nog eens meetelt bij het toestaan van een ander gebouw of bouwwerk, waaraan een soortgelijke eis wordt gesteld.

Artikel 10 Algemene bouwregels

Ondergronds bouwen

In de bestemming 'Wonen' is een regel opgenomen dat ondergrondse bouwen is toegestaan, overeenkomstig het bepaalde in Artikel 10.

Uitsluitende aanvullende werking bouwverordening

In deze bepaling wordt, bij de toepassing van bepalingen van het bestemmingsplan, de aanvullende werking van de bouwverordening uitgesloten. Verder wordt in deze bepaling een opsomming gegeven van onderwerpen, waarop de bouwverordening wel van toepassing is.

Artikel 11 Algemene ontheffingsregels

In dit artikel is aan burgemeester en wethouders de bevoegdheid gegeven om ontheffing te verlenen van bepaalde, in het bestemmingsplan geregelde, onderwerpen. Hierbij gaat het om ontheffingsregels die gelden voor alle bestemmingen in het plan.

Artikel 12 Algemene wijzigingsregels

In dit artikel is aan burgemeester en wethouders de bevoegdheid gegeven om gebruik te maken van een bestemmingswijziging. Hierbij gaat het om een wijzigingsbevoegdheid die geldt voor alle bestemmingen in het plan.

Artikel 13 Algemene procedureregels

In deze bepaling is vorm en inhoud gegeven aan de procedure die gehanteerd wordt bij het verlenen van een binnenplanse ontheffing en het stellen van nadere eisen en het gebruiken van een wijzigingsbevoegdheid.

9.3.4 Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels

In het laatste hoofdstuk van de regels is het overgangsrecht en de slotregel opgenomen.

Artikel 14 Overgangsrecht

In deze bepaling is vorm en inhoud gegeven aan het overgangsrecht.

Artikel 15 Slotregel

Als laatste is de slotregel opgenomen. Deze bepaling omschrijft de titel van het plan.