direct naar inhoud van 5.3 Cultuurhistorie en archeologie
Plan: Wijdemeren, Kern 's-Graveland en Landgoederen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1696.BP0200kernGVL2008-va01

5.3 Cultuurhistorie en archeologie

Cultuurhistorische regioprofielen

De gemeente Wijdemeren, waar het plangebied deel van uitmaakt, is onderdeel van de regio Gooi en Vechtstreek. Deze regio wordt in de nota 'Cultuurhistorische regioprofielen' van de provincie Noord-Holland aangemerkt als 'tuin van Amsterdam', bestaande uit vele buitenplaatsen en villaparken. Het gebied wordt een geringe transformatiecapaciteit toegekend; de nadruk ligt op behoud van de aanwezige cultuurhistorische waarden zoals de oude ontginningsassen en de buitenplaatsen. De buitenplaatsen en het Noorder- en Zuidereinde hebben een hoge cultuurhistorische waarde.

Archeologie

De Monumentenwet 1988, waarin het Verdrag van Malta is geïmplementeerd, heeft als doelstelling de bescherming en het behoud van archeologische waarden. Als gevolg van deze wet wordt bij ruimtelijke ordening het behoud van het archeologisch erfgoed meegewogen zoals alle andere belangen die bij de voorbereiding van het plan een rol spelen.

De Cultuurhistorische Waardenkaart voor Noord-Holland toont aan dat het dorpslint aan de westkant van het Noorder- en Zuidereinde een gebied is met een hoge archeologische waarde.

De begrenzing van dit gebied is bepaald op grond van de historische kaart uit 1849-1859. De archeologische waarde van historische kernen bestaat uit de reeds aangetroffen of te verwachten aanwezigheid, boven of onder de grond, van bouwhistorische resten en archeologische sporen en voorwerpen. Samen bevatten zij een veelheid aan historische informatie over ouderdom en ruimtelijke ontwikkeling van de kern.

De landgoederenzone (geheel gebied) heeft een lage archeologische verwachtingswaarde. De geografische structuur van de landgoederen is echter zeer kenmerkend voor de recreatieve functie van de landschapsgenese van het Gooi. Het gebied vertoont een grote onderlinge ruimtelijke en genetische samenhang en is redelijk gaaf. Het bijzondere is dat dit landschap is ontstaan op een gebied dat deels is afgezand. De ruimtelijke en genetische samenhang met elementen en patronen die met de zandwinning te maken hadden, is groot. Zo zijn de vroegere zanderijvaarten opgenomen in de parkaanleg en in de afwateringsroutes. Voor Noord-Holland en Nederland is een dergelijke concentratie buitenplaatsen en landgoederen cultuurhistorisch vrij zeldzaam.

afbeelding "i_NL.IMRO.1696.BP0200kernGVL2008-va01_0003.png"

De cultuurhistorische kaart Kennis Infrastructuur Cultuur Historie van Nederland (www.kich.nl) laat zien dat veel gebouwen in het bebouwingslint zijn aangewezen als provinciaal (MIP-object) of rijksmonument. Een groot deel van de gebouwen op de landgoederen is aangewezen als beschermd provinciaal of rijksmonument. Bovendien is het gebied 's-Graveland een beschermd dorpsgezicht.

Vanwege de hoge archeologische waarde van het lint en het beschermd dorpsgezicht, dient een verkennend archeologisch onderzoek uit te worden gevoerd voorafgaand aan nieuwe bouwactiviteiten.

Monumenten

In het plangebied is een groot aantal gemeentelijke, provinciale en rijksmonumenten aanwezig. De buitenplaatsen Jagtlust, Schaep en Burgh, Boekesteijn, Sperwerhof, Hilverbeek, Schoonoord, Trompenburgh en Gooilust zijn integraal aangewezen als rijksmonument op grond van de Monumentenwet 1988.

Deze en de overige monumenten zijn weergegeven in de monumentenlijst in bijlage 1.

De gemeente richt zich op behoud en bescherming van individuele objecten. In januari 2004 is de gemeentelijke monumentenverordening vastgesteld.

Wat betreft de advisering over monumenten, heeft de gemeente aansluiting gezocht bij de centrale monumentenadviescommissie van de Stichting Welstandszorg Noord-Holland. In deze commissie zijn alle relevante disciplines op het gebied van monumentenadvisering vertegenwoordigd.