direct naar inhoud van Artikel 8 Groen
Plan: Kern Reek
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1685.BPKOMreek-OH01

Artikel 8 Groen

8.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. groenvoorzieningen;
  • b. plantsoenen en groenstroken;
  • c. rijwiel- en voetpaden;
  • d. speelvoorzieningen;
  • e. in- en uitritten;
  • f. jongerenontmoetingsplaatsen;
  • g. voorzieningen van beeldende kunst;
  • h. waterhuishoudkundige voorzieningen, waterlopen en waterpartijen, alsmede (ondergrondse) waterbergings- en infiltratievoorzieningen;
  • i. openbare nutsvoorzieningen.

Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de aangewezen dubbelbestemmingen en aanduidingen zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 25.1.

8.2 Bouwregels
8.2.1 Algemeen

Op de voor 'Groen' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:

  • a. gebouwen;
  • b. de daarbij behorende bouwwerken, geen gebouw zijnde.
8.2.2 Regels ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'

Voor het bouwen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' gelden de volgende regels:

  • a. binnen het bouwvlak mogen gebouwen ten behoeve van nachtverblijf van dieren en bouwwerken, geen gebouw zijnde worden gebouwd;
  • b. het bouwvlak mag voor 100% worden bebouwd;
  • c. de bouwhoogte van gebouwen mag maximaal 3,00 m. bedragen.
8.2.3 Overige regels

Buiten de aanduiding 'bouwvlak' mogen uitsluitend worden gebouwd:

  • a. gebouwen ten behoeve van openbare nutsvoorzieningen met een maximale bouwhoogte van 3,00 m. en een maximale oppervlakte van 15 m²
  • b. bouwwerken, geen gebouw zijnde met een maximale bouwhoogte van 3,00 m., met dien verstande dat de bouwhoogte van speeltoestellen maximaal 4,00 m., de bouwhoogte van afvalcontainers maximaal 2,00 m. en de bouwhoogte van kunstobjecten maximaal 7,00 m. mag bedragen en de oppervlakte van bovengrondse afvalcontainers maximaal 4 m² mag bedragen.
8.3 Specifieke gebruiksregels

Onder gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en opstallen voor:

  • a. opslag en verkoop van motorbrandstoffen (inclusief LPG);
  • b. opslag en verkoop van vuurwerk;
  • c. het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen, behoudens voor zover dat noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de gronden;
  • d. het opslaan of bergen van gebruikte, afgedankte c.q. aan hun oorspronkelijke bestemming onttrokken goederen, voorwerpen of materialen, behoudens voor zover noodzakelijk in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de gronden;
  • e. voor het plaatsen of geplaatst houden van onderkomens;
  • f. parkeervoorzieningen.