Plan: | Bestemmingsplan Nuland Oost |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1671.BPKM2011DN000044-01VA |
De basis voor de globale beschrijving van de watersituatie bestaat uit de Bodemkaart van Nederland, het Dino-loket, de Wateratlas Provincie Noord-Brabant en gegevens van het waterschap.
Infiltratie en kwel
Volgens de gegevens uit de Wateratlas Noord-Brabant ligt het plangebied grotendeels binnen een infiltratiegebied (zie figuur 2.5). In het zuidoosten van het gebied is een zone aanwezig waar soms kwel voorkomt.
Figuur 2.5 Infiltratie en kwel (bron: Wateratlas Noord-Brabant)
Grondwaterstanden
De wisseling in grondwaterstanden wordt uitgedrukt door middel van de gemiddeld hoogste grondwaterstand (GHG) en de gemiddeld laagste grondwaterstand (GLG). Daarbij wordt de GHG vaak als maatgevende grondwaterstand gehanteerd voor de toetsing van het ontwerp.
Voor een globale indicatie van de gemiddeld hoogste grondwaterstand (GHG) en de gemiddeld laagste grondwaterstand (GLG) zijn de Bodemkaart van Nederland en de grondwaterdynamiekkaarten uit de Wateratlas Noord-Brabant geraadpleegd. Het bedrijventerrein is niet gekarteerd.
Figuur 2.6 Gemiddelde hoogste grondwaterstand in cm -mv (bron: Wateratlas provincie Noord-Brabant)
Volgens de Bodemkaart komt binnen het plangebied een grondwatertrap VI voor. Dit komt overeen met een GHG van 0,4 tot 0,8 m –mv en een GLG van >1,2 m –mv. Volgens de grondwaterdynamiekkaarten ligt de GHG tussen de 0,4 en 0,8 m –mv (zie figuur 2.6). De GLG ligt dieper dan 1,6 m –mv (zie figuur 2.7). De GHG en GLG uit de bodemkaart en grondwaterdynamiekkaarten komen overeen. Ondanks dat het bedrijventerrein niet gekarteerd is, lijken de hierboven beschreven GHG en GLG ook van toepassing op het bedrijventerrein.
In het gebied ten zuiden van de (oude) Rijksweg komt grondwatertrap IV voor. Dat betekent een GHG van >0,4 m –mv en een GLG van 0,8 tot 1,2 m –mv. Volgens de grondwaterdynamiekkaarten ligt de GHG rond de 0,8 m –mv en de GLG rond de 1,4 m –mv.
Figuur 2.7 Gemiddelde laagste grondwaterstand in cm -mv (bron: Wateratlas provincie Noord-Brabant
Afgaand op de Bodemkaart van Nederland, de grondwaterdynamiekkaarten en de AHN is de GHG en GLG voor het plangebied de volgende schatting ten aanzien van de grondwaterstanden gemaakt:
Oppervlaktewater
Het plangebied valt binnen het beheergebied van het waterschap Aa en Maas. In en rondom het gebied zijn geen leggerwatergangen en schouwsloten aanwezig. Op circa 200 meter ten noorden van de Zandstraat ligt een leggerwatergang die richting het noorden afwatert. Aan de zuidzijde van de snelweg A59 is eveneens een leggerwatergang gelegen.
Binnen het plangebied liggen wel enkele overige greppels/sloten, zoals in de berm van de Zandstraat, de Industriestraat en de Schotsheuvel.
Bij de planvorming voor de beoogde ontwikkeling behoeft geen rekening te worden gehouden met het in stand houden van bestaande leggerwatergangen.
Riolering
In het bestaand stedelijk gebied ten westen van het toekomstige woongebied en het bestaande bedrijventerrein De Terp is een gemengd rioleringstelsel gelegen. Op hoofdlijnen watert het stelsel richting het westen af.
Ook binnen het bedrijventerrein is grotendeels een gemengd rioolstelsel aanwezig dat richting het riool in de Molenstraat afstroomt. Een deel van het gemengde stelsel is uitgevoerd met gemalen en persleidingen. In de zuidoosthoek van het gebied is een gescheiden riool aanwezig. Het hemelwater van daken en eventueel terreinverhardingen wordt via een leiding afgevoerd naar de bermsloot van de (oude) Rijksweg. Dit water mag in de toekomst niet ongezuiverd in de bodem infiltreren.