direct naar inhoud van Artikel 7: Natuur - Lauwersmeer
Plan: Lauwersoog e.o.
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1663.LO2013-VS01

Artikel 7: Natuur - Lauwersmeer

7.1. Bestemmingsomschrijving

De voor 'Natuur - Lauwersmeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de natuurlijke en de landschappelijke waarden van rietmoerassen en rietruigtes, vochtige en natte graslanden, bossen, open water en de onderlinge overgangsgebieden daartussen;

met daaraan ondergeschikt:

  • b. het extensief agrarisch medegebruik;
  • c. het recreatief medegebruik en het educatief medegebruik;
  • d. nutsvoorzieningen;
  • e. bestaande wegen en paden;

met de daarbijbehorende:

  • f. gebouwen in de vorm van observatiehutten;
  • g. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
7.2. Bouwregels
7.2.1. Gebouwen in de vorm van observatiehutten

Voor het bouwen van gebouwen in de vorm van observatiehutten gelden de volgende regels:

  • a. als gebouwen mogen uitsluitend observatiehutten ten behoeve van natuureducatie, natuuronderzoek en natuurbeleving worden gebouwd;
  • b. de oppervlakte van een gebouw zal ten hoogste 25 m² bedragen;
  • c. de bouwhoogte van een gebouw zal ten hoogste 4,50 m bedragen.
7.2.2. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van een bouwwerk, geen gebouw en overkapping zijnde, ten behoeve van vogelobservatie zal ten hoogste 3,50 m bedragen.
  • b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 2,00 m bedragen.

7.3. Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen, ten behoeve van een goede woonsituatie, een goede milieusituatie, een goede landschappelijke inpassing, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid, de zeedefensie en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing.

7.4. Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
7.4.1. Vergunningplicht

Voor de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden is een omgevingsvergunning vereist:

  • a. het af- en/of vergraven van gronden;
  • b. het aanplanten en/of verwijderen van bomen en/of houtgewas, alsmede de verwijdering van bodem- en oevervegetaties;
  • c. het dempen, graven, baggeren en/of verbreden van sloten, poelen en/of andere watergangen en/of -partijen;
  • d. het aanleggen van voorzieningen ten behoeve van het recreatief medegebruik en/of het educatief medegebruik;
  • e. het aanbrengen van oppervlakteverhardingen;
  • f. het aanleggen van transport-, energie- en/of communicatieleidingen.
7.4.2. Uitzondering

Het bepaalde in lid 7.4.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:

  • a. het normale onderhoud betreffen;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan met een daarvoor benodigde vergunning.
7.4.3. Toetsingscriteria

De omgevingsvergunning kan slechts worden verleend, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de landschappelijke en de natuurlijke waarden en er geen negatieve effecten optreden voor de instandhoudingsdoelstellingen van de naburige Natura 2000 - gebieden.

Voor de in 7.4.1 onder a tot en met c genoemde activiteiten zullen uitsluitend vergunningen worden verleend als de activiteiten worden uitgevoerd in het kader van natuurbeheer dat niet tot het normale onderhoud kan worden gerekend.