direct naar inhoud van Artikel 23: Waarde - Natuur en landschap
Plan: Lauwersoog e.o.
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1663.LO2013-VS01

Artikel 23: Waarde - Natuur en landschap

23.1. Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Waarde - Natuur en landschap’ aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de natuurlijke en landschappelijke waarden van de gronden en de instandhoudingsdoelstellingen van de betreffende Natura 2000 - gebieden.

23.2. Bouwregels
23.2.1. Gebouwen

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

23.2.2. Bouwwerken geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel:

  • a. een op grond van de basisbestemming toelaatbaar bouwwerk, geen gebouw zijnde, of de uitbreiding of vergroting daarvan, mag slechts worden gebouwd c.q. worden toegestaan, indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ecologische waarden van de gronden.
23.3. Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het aanbrengen en/of veroorzaken van veranderingen in de natuurlijke en landschappelijke waarden van het gebied als gevolg van het gebruik van de gronden.
23.4. Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
23.4.1. Vergunningplicht

Voor de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden is een omgevingsvergunning vereist:

  • a. het ontgronden, afgraven (waaronder het graven en verbreden van watergangen, vaargeulen), egaliseren en ophogen van gronden;
  • b. het uitvoeren van overige grondbewerkingen;
  • c. het verlagen van het waterpeil;
  • d. het aanleggen van ondergrondse energie-, transport- en of communicatieleidingen.
23.4.2. Uitzonderingen

Het bepaalde in lid 23.4.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:

  • a. het normale onderhoud betreffen;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.
23.4.3. Toetsingscriteria

Een omgevingsvergunning kan slechts worden verleend indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de natuurlijke en landschappelijke waarden van de gronden en er geen negatieve effecten optreden voor de instandhoudingsdoelstellingen van de betreffende Natura 2000 - gebieden.