Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Linne Zuidoost
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.1641.BPL004-VG01

Artikel 1 Begrippen


In deze planregels wordt verstaan onder:
                                                                 
1.1 Plan
Het bestemmingsplan “Linne Zuidoost” van de gemeente Maasgouw.
1.2 Bestemmingsplan
De geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1641.BPL004-VG01  met de bijbehorende regels en bijlagen.
1.3 Aanduiding
Een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
1.4 Aanduidingsgrens
De grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
1.5 Aan huis gebonden beroep
Een beroep of het verlenen van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch, of hiermee gelijk te stellen gebied, dat door zijn beperkte omvang in een woning en de daarbij behorende bijgebouwen met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend.
1.6 Achtergevel
Gevel aan de achterzijde van een hoofdgebouw.
1.7 Achtergevelrooilijn
Denkbeeldige lijn van de naar de weg gekeerde achtergevel van een hoofdgebouw en die is doorgetrokken naar de zijdelingse perceelgrenzen van het bouwperceel.
1.8 Bebouwing
Eén of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
1.9 Bestaand
  1. Onder bestaande bebouwing wordt verstaan bebouwing welke op het tijdstip van de inwerkingtreding dit bestemmingsplan aanwezig is of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een bouwvergunning;
  2. Onder bestaand gebruik wordt verstaan het gebruik van grond en bouwwerken dat bestaat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan.
1.10 Bestemmingsgrens
De grens van een bestemmingsvlak.
1.11 Bestemmingsvlak
Een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
1.12 Bijgebouw
Een gebouw dat in functioneel en ruimtelijk opzicht ondergeschikt is aan en op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw en dat ten dienste staat van dat gebouw.
1.13 Bouwen
Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.
1.14 Bouwgrens
De grens van een bouwvlak.
1.15 Bouwlaag
Een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder.
1.16 Bouwperceel
Een aaneengesloten stuk grond, waarop krachtens het plan een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
1.17 Bouwperceelgrens
Een grens van een bouwperceel.
1.18 Bouwvlak
Een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
1.19 Bouwwerk
Elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
1.20 Consument verzorgende ambachtelijke bedrijfsactiviteiten
Het beroepsmatig uitoefenen van ambachtelijke bedrijvigheid gericht op consumentverzorging geheel of overwegend door middel van handwerk en waarbij de omvang de activiteiten in een woning en de daarbij behorende bijgebouwen zodanig is dat de woonfunctie in overwegende mate wordt gehandhaafd en uitsluitend door de feitelijke hoofdbewoner van de woning wordt uitgeoefend. Hieronder dienen in ieder geval niet te worden begrepen de uitoefening van detailhandel (behoudend beperkte verkoop in het klein in het kader van het uitgeoefende beroep) alsmede prostitutie, seksinrichting en escortbedrijf.
1.21 Detailhandel
Het bedrijfsmatig aan particulieren te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling en verkoop het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die deze goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroep of bedrijfsactiviteit, zulks met uitzondering van horecabedrijven.
1.22 Erf
Een al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat hoofdgebouw.
1.23 Gebouw
Elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltijk met wanden omsloten ruimte vormt.
1.24 Gevellijn
Een op de verbeelding aangegeven rooilijn waarin een voorgevel of achtergevel dient te worden opgericht.
1.25 Geschakelde woningen
Een geschakelde woning is een eengezinswoning waarbij de muren of muren van aanbouwen gedeeltelijk aan (aanbouwen van) andere woningen grenzen.
1.26 Gestapelde woningen
Een woning, onderdeel uitmakende van een gebouw dat twee of meer geheel of gedeeltelijk boven elkaar gelegen woningen omvat en uit twee of meer bouwlagen bestaat, of waarbij (een deel van) de eerste bouwlaag van het gebouw voor andere met de betreffende bestemming in overeenstemming zijnde doeleinden wordt gebruikt.
1.27 Halfvrijstaande woningen
Maximaal twee woningen, met één zijgevel van het hoofdgebouw aaneengebouwde woningen.
1.28 Hoofdgebouw
Een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn functie, ligging, constructie of afmeting als het belangrijkste gebouw valt aan te merken.
1.29 Kap
De volledige of nagenoeg volledige afdekking van een gebouw in een gebogen vorm danwel met een dakhelling.
1.30 Horecabedrijf
Een bedrijf of instelling waar bedrijfsmatig dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en/of waarin bedrijfsmatig logies worden verstrekt en/of waarin zaalaccommodatie wordt geëxploiteerd.
1.31 Patiowoningen
Een woning, waarvan de woonruimten zijn gelegen om of aansluitend aan een onbebouwde onoverdekte met wanden omsloten ruimte.
1.32 Peil
  • Voor gebouwen, waarvan de hoofdtoegang onmiddellijk aan een weg grenst: de hoogte van die weg ter plaatse van de hoofdtoegang;
  • In andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het aansluitende afgewerkte maaiveld.
1.33 Prostitutie
Het bedrijfsmatig geven van gelegenheid tot het verrichten van seksuele handelingen met een derde tegen vergoeding.
1.34 Prostitutiebedrijf
Een bedrijf waar prostitutie het hoofdbestanddeel van de activiteiten vormt, een erotische massagesalon inbegrepen.
1.35 Rijwoningen
Woning die deel uitmaken van een aaneengrenzende rij van minstens drie woningen.
1.36 Seksinrichting
Een voor het publiek toegankelijk besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of erotisch / pornografische voorstellingen plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in ieder geval verstaan: een prostitutiebedrijf, een seksbioscoop, seksautomatenhal en sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar.
1.37 Straatprostitutie
Het zich op de openbare weg respectievelijk openbare ruimte of in een zich op de openbare weg respectievelijk openbare ruimte bevindend voertuig beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding. 
1.38 Voorgevel
Gevel aan de voorzijde van een huis of gebouw welke gekeerd is naar de openbare weg.
1.39 Voorgevelrooilijn
Denkbeeldige lijn van de naar de weg gekeerde voorgevel van een hoofdgebouw en die is doorgetrokken naar de zijdelingse perceelgrenzen van het bouwperceel.
1.40 Vrijstaande woning
Een woning die qua constructie en in visueel opzicht vrij staat.
1.41 Weg
Een voor het openbaar rij- of ander verkeer bestemde weg of pad, daaronder begrepen de daarin gelegen bruggen en duikers, de tot de weg of pad behorende bermen en zijkanten, alsmede de aan de weg liggende en als zodanig aangeduide parkeerterreinen.
1.42 Woning
Een (gedeelte van een) gebouw dat dient voor de zelfstandige huisvesting van een huishouden.