Plan: | Rottezoom |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1621.BP0094-VAST |
Structuurvisie Lansingerland (2010)
Studiezone groen en recreatie
Het plangebied is in de structuurvisie grotendeels aangemerkt als Studiezone groen en recreatie. Rottezoom vormt een essentiële schakel binnen het Regiopark Rottemeren en verbindt het noordelijker gelegen Bentwoud met de zuidelijker gelegen Bleiswijkse Zoom Noord, het Hoge en Lage Bergse Bos en het Hoekse Park. De financiële uitvoerbaarheid van de Rottezoom is nu nog niet gegarandeerd. Daarom is dit gebied als studiegebied voor recreatie, groen en water opgenomen en wordt vooralsnog het huidige (agrarische) gebruik gehandhaafd.
Belangrijk voor het recreatieve aanbod zijn de doorgaande recreatieve verbindingen door het Rottemerengebied, met name de verbinding met het Bentwoud en de Bleiswijkse Zoom Noord.
Afhankelijk van de realisatie van de Rottezoom en een goede en directe autoverbinding met de N209 kan in de Rottezoom een recreatief concentratiepunt komen met bovenregionale aantrekkingskracht (mede gezien de ligging aan de A12). Met dit concentratiepunt kan Lansingerland zich (boven)regionaal profileren.
Daarnaast is de ecologische verbinding van belang, als onderdeel van de Provinciaal Ecologische Hoofdstructuur. Ook dient de ontwikkeling van het groenproject het duurzaam behouden van een open landschap en het versterken van de cultuurhistorische aspecten. De recreatieve inrichting wordt gecombineerd met het vergroten van de waterbergingscapaciteit.
Aanleg ecologische verbinding (indicatief tracé)
De Rottemeren zijn onderdeel van de Provinciale Ecologische Hoofdstructuur. Aan de noordkant van de Rottemeren is een indicatief tracé aangegeven om de Rottemeren te verbinden met het Bentwoud.
Behoud cultuurhistorisch waardevolle karakter linten
De linten zijn belangrijke dragers van de identiteit van Lansingerland. Behoud en versterking van het cultuurhistorisch waardevolle karakter van de linten is uitgangspunt. Dit houdt onder andere in dat de diversiteit aan functies, bebouwingsvormen en de openheid behouden moeten blijven. Daar waar functies zijn gevestigd die qua aard of schaal als niet meer passend moeten worden beschouwd, is ontwikkeling en of transformatie mogelijk. Ontwikkelingen moeten passen bij de schaal en de maat van het lint. Transformatie is geen doel op zich maar een middel om bij te dragen aan verbetering van de stedenbouwkundige kwaliteit van het lint.
De linten zijn als volgt te typeren: dorpslinten, landelijke linten en groene linten. Kruisweg is aangemerkt als landelijk lint. In elk van de linten zijn - ter verbetering van de stedenbouwkundige kwaliteit en met behoud van de waardevolle open plekken - ontwikkelingen mogelijk die passen bij de karakteristiek van het betreffende lint. In landelijke linten kunnen zowel - bescheiden - woningbouw als bedrijfsmatige ontwikkelingen worden toegestaan.
Figuur 2.3 Uitsnede structuurvisiekaart Lansingerland
Gebiedsvisie Kruisweg (2010)
De gebiedsvisie (bijlage 1) voor het buurtschap Kruisweg is in februari 2010 vastgesteld. Voor het gebied Kruisweg-Rottezoom dient in het kader van de actualisatie van bestemmingsplannen een nieuw bestemmingsplan opgesteld te worden. Daarnaast zijn er diverse verzoeken ten aanzien van bedrijfsuitbreiding, woningbouw etc. Om dit alles in goede banen te leiden en daarbij goed onderbouwde ruimtelijke en functionele keuzes te kunnen maken heeft de gemeente, vooruitlopend op het nieuwe bestemmingsplan, een gebiedsvisie opgesteld.
Kruisweg is een bijzonder buurtschap en is gelegen aan de noordzijde van de gemeente. De overheersende functie in Kruisweg is wonen, afgewisseld met - deels agrarisch georiënteerde - bedrijfsmatige functies. Kruisweg onderscheidt zich door haar enigszins geïsoleerde ligging. Het is onderdeel van een historisch lint en gelegen in een omgeving waarin zich tal van ontwikkelingen voordoen: bedrijventerrein Prisma, Bleizo, de herprofilering van de N209, de verbreding van de A12 en de (beperkte) ontwikkeling van Rottezoom. Deze veranderende omgevingsfactoren zorgen er onder andere voor dat lokale ondernemers en bewoners nieuwe kansen zien. Door juist in te zetten op behoud van eigen kwaliteit en identiteit, in plaats van plaatsmaken voor de vanuit het westen oprukkende verstedelijking (Bleizo, Prisma, etc.), kan Kruisweg een bijzondere positie innemen als overgangsgebied naar de Rottezoom aan de oostzijde.
Bovendien kan Kruisweg, als onderdeel van het historische lint, daarmee zijn eigen identiteit vasthouden en versterken. Uitgangspunt voor de gebiedsvisie is een conserverende benadering. De insteek is dan ook om slechts beperkt nieuwe ontwikkelingen toe te laten binnen Kruisweg. Voor de leefbaarheid van Kruisweg is het echter van belang om bijvoorbeeld transformatie van (bedrijfs)terreinen mogelijk te maken. Nu al staan bedrijfsgebouwen leeg. Leegstand kan leiden tot verpaupering. Analoog aan de 'Ruimte-voor-Ruimteregeling' worden voor locaties waarop bedrijven gevestigd waren of zijn, beperkte woningbouwmogelijkheden geboden. De potentiële ontwikkelings-/transformatielocaties zijn als zodanig aangeduid op de visiekaart.
Binnen de gebiedsvisie wordt een drietal deelgebieden onderscheiden: de kern, de dorpsbebouwing en het open lint. De (transformatie) mogelijkheden die worden geboden sluiten aan op deze typologieën waardoor de opbouw van de Kruisweg behouden blijft en het goed aansluit op de omgeving.
De in het bestemmingsplan vastgelegde regeling sluit aan op de in 2010 vastgestelde gebiedsvisie gelet op het overwegend conserverende karakter van het bestemmingsplan. Het bestemmingsplan legt de identiteit van de Kruisweg, zijnde (op hoofdzaken) een onderdeel van de historische lintbebouwing dat een overgangsgebied vormt tussen de oprukkende bebouwing vanuit het westen naar het open landschap van de Rottezoom, in juridisch opzicht vast. Als zodanig vormt het bestemmingsplan het juridische sluitstuk van de gebiedsvisie waarmee de identiteit voor een langere periode wordt geborgd.
Figuur 2.4 Gebiedsvisie Kruisweg
Welstand
Het welstandsbeleid zoals dat in de welstandsnota wordt uiteengezet, is bedoeld om de ruimtelijke kwaliteit van de gemeente Lansingerland te behouden en te stimuleren. De welstandsnota is bedoeld om te kunnen beoordelen of bouwplannen voldoen aan redelijke eisen van welstand. Deze beoordeling wordt uitgevoerd door het ‘bevoegd gezag’, meestal het college van B&W, op basis van een advies van de welstandscommissie. Zowel het advies als de beoordeling mogen uitsluitend worden gebaseerd op de criteria in deze welstandsnota en eventuele aanvullingen daarop. De welstandscriteria worden vastgesteld door de gemeenteraad.
Het plangebied is aangeduid als gebiedstype historisch polderlint. Het welstandsniveau is 'vrij met excessenregeling'.
Bij dit welstandsniveau zijn enkele minimale welstandscriteria van toepassing.
In tegenstelling tot de geheel vrije gebieden acht de gemeente het in deze gebieden van belang om minimaal toezicht uit te oefenen, gericht op het voorkomen van uitwassen.