Plan: | Buitengebied, Reparatieplan 2016 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1586.BPBUI2000-VG01 |
Op 18 december 2012 is het bestemmingsplan Buitengebied Oost Gelre 2011 van de gemeente Oost Gelre vastgesteld. Tegen dit vastgestelde plan is beroep aangetekend. Op 30 oktober 2013 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (hierna Raad van State) uitspraak gedaan over de ingestelde beroepen en is het bestemmingsplan deels vernietigd. Naar aanleiding van de uitspraak is op 19 september 2014 het bestemmingsplan Reparatieplan Buitengebied Oost Gelre vastgesteld. Hierin zijn de wijzigingen van het bestemmingsplan Buitengebied opgenomen die naar aanleiding van de uitspraak van de Raad van State noodzakelijk waren. Ook zijn enkele omissies meegenomen in die herziening.
Vervolgens is in de dagelijkse praktijk geconstateerd dat nog steeds enkele omissies in het vastgestelde bestemmingsplan voorkomen. Naar aanleiding hiervan is besloten opnieuw een herziening op te stellen.
Alle aanpassingen die in deze herziening worden gedaan, zijn van geringe omvang en sorteren geen (significant) effecten ten opzichte van het op 18 december 2012 vastgestelde bestemmingsplan en het bijbehorende Reparatieplan Buitengebied Oost Gelre. Het betreft zeer geringe correcties en aanpassingen die de juridische regeling in overeenstemming brengt met de feitelijke en/of vergunde situatie. Voor nadere informatie en onderzoeken over de gegeven bestemmingen, wordt daarom verwezen naar de toelichting behorende bij het op 18 december 2012 vastgestelde bestemmingsplan Buitengebied Oost Gelre 2011 en het op 19 september 2014 vastgestelde Reparatieplan Buitengebied Oost Gelre.
In paragraaf 1.2 is een toelichting gegeven op de wijze waarop de wijzigingen zijn weergegeven.
In hoofdstuk 2 en 3 zijn alle aanpassingen, welke betrekking hebben op deze planherziening opgenomen.
Dit bestemmingsplan is een gedeeltelijke herziening van het bestemmingsplan Buitengebied Oost Gelre 2011 en het bijbehorende bestemmingsplan Reparatieplan Buitengebied Oost Gelre. Het bestemmingsplan Buitengebied Oost Gelre 2011 en het bestemmingsplan Reparatieplan Buitengebied Oost Gelre blijven van kracht. Het bestemmingsplan Buitengebied, Reparatieplan 2016 is een aanvulling op deze twee bestemmingsplannen. Deze aanvulling bestaat uit een verbeelding en een set regels. De regels uit het bestemmingsplan Reparatieplan Buitengebied Oost Gelre zijn overgenomen. De aanvullingen en aanpassingen in de regels op het bestemmingsplan Reparatieplan Buitengebied Oost Gelre zijn gemarkeerd of met doorhalingen aangegeven. De regels zijn van toepassing op het totale gebied van het bestemmingsplan Buitengebied Oost Gelre 2011 van 18 december 2012 en het bestemmingsplan Reparatieplan Buitengebied Oost Gelre van 19 september 2014. Om deze reden valt het hele plangebied van die bestemmingsplannen ook onder deze herziening. De regels vervangen dus eigenlijk de regels van het bestemmingsplan Reparatieplan Buitengebied Oost Gelre en kunnen worden gelezen in samenhang met de verbeelding van het bestemmingsplan Buitengebied Oost Gelre 2011, het bestemmingsplan Reparatieplan Buitengebied Oost Gelre en deze herziening.
De verbeelding bevat, naast de plancontour die het gehele plangebied omvat, een aantal wijzigingen in bestemmingen en aanduidingen. De bestemmingen en aanduidingen geven de veranderingen op de verbeelding weer ten opzichte van het bestemmingsplan Buitengebied Oost Gelre 2011 van 18 december 2012 en het bestemmingsplan Reparatieplan Buitengebied Oost Gelre. Ter plaatse waar een (gekleurde) bestemming in de verbeelding is opgenomen wordt de bestemming uit het bestemmingsplan van 18 december 2012 en het reparatieplan van 19 september 2014 vervangen door deze bestemming, inclusief nieuwe aanduidingen waar deze aan de orde zijn.
De aanduidingen die op de verbeelding van dit plan zijn opgenomen zijn slechts een aanvulling op de vigerende verbeeldingen van het bestemmingsplan Buitengebied Oost Gelre 2011 en het bestemmingsplan Reparatieplan Buitengebied Oost Gelre. Voor de volledigheid zijn de onderliggende bestemmingen en (gebieds)aanduidingen die voor deze percelen gelden ook in de verbeelding opgenomen, hieraan is echter niks veranderd. Als voorbeeld: de aanduiding 'aaneengebouwd' geldt binnen verschillende bestemmingen. Uit de regels van dit plan valt op te maken welke betekenis deze aanduiding heeft binnen de betreffende bestemming die op de verbeelding van het buitengebied van 18 december 2012 en het reparatieplan van 19 september 2014 is opgenomen.
In de regels van dit bestemmingsplan is artikel 36.2 toegevoegd, waarin het voorgaande juridisch als volgt is verwoord en vastgelegd:
36.2 Van toepassing verklaring bestemmingsplan Buitengebied, Reparatieplan 2016
Het bestemmingsplan Buitengebied Oost Gelre 2011, vastgesteld door de gemeenteraad van de gemeente Oost Gelre op 18 december 2012, en het bestemmingsplan Reparatieplan Buitengebied Oost Gelre, vastgesteld door de gemeenteraad van de gemeente Oost Gelre op 19 september 2014, blijven van toepassing, met dien verstande dat:
Het voorgaande geeft de juridische regeling weer van het feit dat:
De percelen, waarvoor na vaststelling van het bestemmingsplan Buitengebied Oost Gelre 2011 en het bestemmingsplan Reparatieplan Buitengebied Oost Gelre, een partieel bestemmingsplan of wijzigingsplan is vastgesteld, zijn buiten beschouwing gelaten van deze herziening. Voor deze percelen geldt een eigen planologisch regime.
Artikel 36.1 en 36.2 zouden beter passen in de aanhef van de regels van deze herziening. Voor het maken van bestemmingsplannen gelden echter strikte standaardiseringseisen. Vanwege deze standaardiseringseisen is het artikel opgenomen onder 'Overige regels', in het derde hoofdstuk 'Algemene regels'.
In dit hoofdstuk is ingegaan op de correcties welke ten opzichte van het vastgestelde bestemmingsplan op perceelsniveau in het nieuwe vast te stellen reparatieplan zijn opgenomen.
Vosdijk 16 Vragender
In de jaren '90 had de woning aan de Vosdijk 16 te Vragender een agrarische bestemming. Op dat moment waren de schuren ook in gebruik als veehouderij. De woning is toen verkocht als burgerwoning, wat in strijd met de bestemming was. In het bestemmingsplan van 1998 is het agrarisch bouwperceel er afgehaald en is de woning bestemd als burgerwoning. De schuren waren echter in gebruik als veehouderij en het agrarisch bedrijf was dus niet gestaakt. Vanaf dat moment is het gebruik van de woning als burgerwoning legaal en ook formeel zo bestemd.
In het bestemmingsplan Buitengebied Oost Gelre 2011 dat op 18 december 2012 door de gemeenteraad van Oost Gelre is vastgesteld heeft het perceel weer een agrarische bestemming gekregen en wordt de burgerwoning weggestemd. Het gebruik als burgerwoning valt vanaf dat moment onder het overgangsrecht. Uit diverse uitspraken van de Raad van State blijkt dat in beginsel bij nieuwe bestemmingsplannen legaal gebruik positief bestemd moet worden, tenzij aannemelijk is dat het nieuwe gebruik binnen de planperiode van 10 jaar zal worden gerealiseerd. In dit geval is het niet aannemelijk dat het gebruik zal veranderen. De eigenaar heeft geen plannen om er binnen de planperiode een bedrijfswoning van te maken en het gebruik als burgerwoning te staken.
Uit de volgende uitspraak van de Raad van State blijkt de verplichting tot positief bestemmen als duidelijk is dat gebruik niet binnen de planperiode zal eindigen (Zie ECLI:NL:RVS:2016:2262):
“6. De Afdeling overweegt dat bestaand legaal gebruik in beginsel als zodanig in een bestemmingsplan dient te worden bestemd. Indien nieuwe planologische inzichten daartoe aanleiding geven en het belang bij de beoogde nieuwe bestemming zwaarder weegt dan de gevestigde rechten en belangen, kan uit een oogpunt van een goede ruimtelijke ordening daarvan worden afgezien. In dat geval kan het bestaande legale gebruik onder het overgangsrecht worden gebracht, mits de raad aannemelijk maakt dat het gebruik binnen de planperiode wordt beëindigd. Met het overgangsrecht wordt immers beoogd een tijdelijke situatie te overbruggen.”
Om bovengenoemde reden is de bestemming van Vosdijk 16 in dit bestemmingsplan gerepareerd, door de bestemming 'Wonen' op te nemen. De bedrijfswoning is in het verleden afgesplitst van het bedrijf en apart verkocht. Aangezien de woning de bestemming 'Wonen' krijgt, wordt op de locatie Vosdijk 16a de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' opgenomen.
Hieronder zijn de conclusies van de onderzoeksresultaten beschreven met betrekking tot de aspecten bedrijven- en milieuzonering, bodem, externe veiligheid, geluid, geur veehouderijen en luchtkwaliteit. Voor het volledige milieuadvies van de Omgevingsdienst Achterhoek wordt verwezen naar Bijlage 1 Milieuadvies Vosdijk 16 Vragender.
Bedrijven en milieuzonering
De ontwikkeling vindt plaats binnen de richtafstand van de veehouderij Vosdijk 16a. Verder wordt voldaan aan de richtafstanden van omliggende bedrijven. Gezien de bestaande juridisch-planologische status van de woning Vosdijk 16 is toetsing aan het aspect bedrijven en milieuzonering eigenlijk niet nodig.
De ontwikkeling werpt geen verdergaande belemmeringen op voor de bedrijfsvoering en ontwikkelingsmogelijkheden van omliggende bedrijven. Het woon- en leefklimaat ter plaatse van de woning verslechtert bovendien niet ten opzichte van de huidige situatie. Vanuit het oogpunt van bedrijven en milieuzonering is het bestemmingsplan daarom uitvoerbaar.
Bodem
Uit de bodeminventarisatie blijkt dat ter plaatse van het perceel Vosdijk 16 in Vragender sprake is geweest van een agrarische bedrijfswoning. Het perceel is aangemerkt als asbestverdacht. Niet uitgesloten kan worden dat als gevolg hiervan bodemverontreiniging is ontstaan.
In deze situatie gaat het om een ruimtelijke ontwikkeling die betrekking heeft op de (bedrijfs)woning en niet de perceeldelen van de inrichting zelf. Het huidige gebruik van de woning wijzigt niet en er zijn geen graafwerkzaamheden voorzien. Er is dus geen sprake van een toename in blootstellingsrisico voor de gebruikers de woning. Om deze redenen wordt het opleggen van een (asbest)bodemonderzoek in het kader van de bestemmingsplanprocedure niet nodig geacht.
Externe veiligheid
Het onderwerp externe veiligheid zorgt niet voor belemmeringen voor dit planinitiatief nu er in de directe omgeving van het plangebied geen risicobronnen aanwezig zijn met een risicocontour over het plangebied.
Geluid
Afhankelijk van het gekozen ruimtelijke instrument (omgevingsvergunning of bestemmingsplan) is de Wet geluidhinder van toepassing en moet akoestisch onderzoek plaatsvinden en een hogere grenswaarde worden vastgesteld. Dit zal vermoedelijk niet leiden tot een belemmering.
Het maakt voor geluid van inrichtingen geen verschil of het een agrarische bedrijfswoning van derden of een burgerwoning van derden betreft. De woning Vosdijk 16 moet op dit moment ten opzichte van de agrarische inrichting Vosdijk 16a al als een zelfstandige woning van derden worden beschouwd, die niet tot de inrichting behoort. De wijziging van de bestemming in een burgerwoning maakt dat niet anders en veroorzaakt daarom geen verandering op de huidige situatie. Door het wijzigen van de bestemming in een burgerwoning worden bedrijven in de omgeving niet extra belemmerd.
Binnen het plan komen geen nieuwe geluidgevoelige bestemmingen. Het woon- en leefklimaat verandert op zich niet. Er is sprake van een woning die op dit moment en na de wijziging van de bestemming niet tot de inrichting behoort. Aan de streefwaarden en grenswaarden van het geluidbeleid kan worden voldaan. Daarmee wordt voldaan aan het geluidbeleid en aan een goed woon- en leefklimaat.
Geur veehouderijen
De woning Vosdijk 16 ligt op voldoende afstand van omliggende veehouderijen. De voorgenomen ontwikkeling werkt niet belemmerend voor deze bedrijven. Ook het woon- en leefklimaat op deze locatie is hierbij niet in het geding. Weliswaar wordt ten opzichte van de veehouderij Vosdijk 16a niet voldaan aan de geurnorm, maar de ontwikkeling werpt gezien de bestaande juridisch-planologische situatie geen verdergaande belemmeringen op voor de bedrijfsvoering en ontwikkelingsmogelijkheden. Het woon- en leefklimaat ter plaatse van de woning verslechtert bovendien niet ten opzichte van de huidige situatie. Vanuit het oogpunt van geur is het bestemmingsplan daarom uitvoerbaar.
Luchtkwaliteit
De voorgenomen ontwikkeling draagt niet in betekenende mate bij aan de luchtkwaliteit. De ontwikkeling leidt niet tot een verslechtering van de luchtkwaliteit. Er is geen sprake van een gevoelige bestemming. De locatie ligt bovendien op voldoende afstand van rijks- en provinciale wegen. Er is geen sprake van feitelijke of dreigende overschrijding van grenswaarden (ook niet door de direct naastgelegen veehouderij Vosdijk 16a). Er is daarom geen aanvullend onderzoek naar de luchtkwaliteit nodig. Voor het volledige advies luchkwaliteit wordt verwezen naar Bijlage 2 Advies luchtkwaliteit Vosdijk 16 Vragender.
Het opnemen van de bestemming 'Wonen' op de locatie Vosdijk 16 te Vragender levert dus geen verslechtering op ten opzichte van de huidige situatie.
Grolse Linie 1627
De Grolse linie heeft de bestemming 'Waarde - Archeologisch waardevol gebied 3' gekregen, in plaats van 'Waarde - Archeologische verwachtingswaarde 3'. Gebieden waarvan men weet wat er aanwezig is en waarbij er vaak sprake is van een duidelijke, kadastrale, begrenzing zijn op de beleidskaart aangeduid als Archeologisch Waardevol Gebied. De Grolse linie is een archeologisch relict waarvan de ligging op hoofdlijnen geheel bekend is. Op basis van archeologische kennis en fysieke kenmerken van het landschap zijn verwachtingsgebieden op de beleidskaart aangewezen. In tegenstelling tot terreinen van archeologische waarde is echter in deze gebieden de dichtheid aan, en de ligging, omvang en conservering van terreinen met archeologische resten niet op perceelsniveau en slechts in grote lijnen bekend. Bovendien is de Grolse linie aangewezen als rijksmonument. Om deze reden is de Grolse linie aangeduid als archeologisch waardevol gebied. Dit is eveneens aangepast in de regels.
Daarnaast is de ligging van de Grolse linie op enkele punten aangepast, zodat deze aansluit op de door de rijksdienst aangegeven beschermingszone. Dit houdt in dat de linie op sommige punten een klein beetje is verschoven. De gronden die als gevolg van de verschuiving niet langer de gebiedsaanduiding voor de linie behoeven, worden aan de hand van het vastgestelde beleid voor archeologie voorzien van de dubbelbestemmingen 'Waarde - archeologisch waardevol gebied 2', 'Waarde - archeologische verwachtingswaarde 1' en 'Waarde - archeologische verwachtingswaarde 2'.
Grondwaterbeschermingsgebied
De ligging van het grondwaterbeschermingsgebied is aangepast, zodat deze aansluit op het grondwaterbeschermingsgebied zoals de provincie Gelderland deze in 2015 heeft vastgesteld in de Omgevingsverordening.
Naast de in hoofdstuk 2 opgenomen wijzigingen op perceelsniveau zijn er ook wijzigingen in de planregels die betrekking hebben op het gehele plangebied.
Verwijzingen en verschrijvingen
In het bestemmingsplan komen een aantal onjuiste verwijzingen en verschrijvingen voor. Deze worden in dit reparatieplan hersteld.
Begripsbepaling
Plaatsnamen en kadastrale percelen
Aangezien bepaalde straatnamen in meerdere kernen in de gemeente Oost Gelre voorkomen, is ervoor gekozen om ter verduidelijking overal een plaatsnaam op te nemen. Daarnaast zijn nummers van de kadastrale percelen opgenomen, wanneer het huisnummer onbekend is.
Carnavalswagens
In artikel 3.1 en artikel 4.1 is een periode toegevoegd waarin het bouwen van carnavalswagens is toegestaan. De opgenomen periode van maart tot en met september is namelijk niet toereikend voor carnavalswagens, aangezien carnaval in februari of maart plaatsvindt. Hiervoor is daarom de periode november tot en met maart opgenomen.
Wonen in een voormalige bedrijfswoning
Aangezien de afgelopen jaren ook bij de bestemming 'Agrarisch' vergunningen zijn verleend voor het wonen in een voormalige bedrijfswoning is dit, net als bij de bestemming 'Agrarisch met waarden - Landschapswaarden', opgenomen in de bestemmingsomschrijving en bouwregels (artikel 3.1 sub k en 3.2.3).
Erfinpassing en landschapsversterking
Het begrip "landschappelijke inpassing" blijkt in de praktijk niet voldoende duidelijk. Daarom is dit begrip vervangen door de begrippen erfinpassing en landschapsversterking. Ook in de regels is dit verduidelijkt door een onderscheid te maken tussen erfinpassing en landschapsversterking. Daarnaast is aan de artikelen 3.7.3, 3.7.4, 3.7.5, 4.7.3, 4.7.4, 4.7.5 de voorwaarde voor erfinpassing toegevoegd.
Erfverharding
Uit de bestemmingsplanregels werd niet duidelijk of erfverharding binnen het bouwvlak hoort te liggen. In de regels van de bestemmingen 'Agrarisch' en 'Agrarisch met waarden - Landschapswaarden' is daarom in artikel 3.1 sub r en artikel 4.1 sub t opgenomen dat erfverharding binnen het bouwvlak moet vallen.
In- en uitritten
In het vorige reparatieplan is binnen de bestemmingsbeschrijving bij de bestemmingen 'Agrarisch' en 'Agrarisch met waarden - Landschapswaarden' opgenomen dat de gronden ook bestemd zijn voor in- en uitritten ten behoeve van de aangrenzende bestemming. Aangezien de gronden ook voor in- en uitritten voor de agrarische bestemming bedoeld zijn, is ter verduidelijking in artikel 3.1 sub u en artikel 4.1 sub w het woord 'mede' op genomen.
Mestsilo's
In artikel 3.2.3 en artikel 4.2.3 is ter verduidelijking 'mestopslagplaatsen' gewijzigd in 'mestsilo's'. In artikel 3.3 en artikel 4.3 is mestopslagplaatsen weggehaald, aangezien mestopslagplaats geen duidelijk begrip is en ook al mestsilo's worden genoemd. Daarnaast is in artikel 3.2.3 sub a ter verduidelijking ook 'mestplaten' opgenomen.
Kleinschalig kamperen
Binnen het bestemmingsvlak wonen is soms geen ruimte voor kleinschalig kamperen. In deze gevallen mag het kleinschalig kamperen ook plaatsvinden op het direct aangrenzende agrarisch perceel. Dit was echter nog niet duidelijk in het bestemmingsplan opgenomen. In artikel 3.5 sub g en artikel 4.5 sub g is daarom een extra afwijkingsbevoegdheid toegevoegd voor kleinschalig kamperen bij een direct op een bestemmingsvlak wonen aansluitend agrarisch perceel. In artikel 3.5 sub f en artikel 4.5 sub f is daarnaast 'bij het agrarisch bedrijf' toegevoegd, om duidelijk te maken dat het bij die afwijkingsbevoegdheid alleen om kleinschalig kamperen bij het agrarisch bedrijf gaat.
In artikel 3.5 sub f en g, artikel 4.5 sub f en g, artikel 19.5 sub d en 35.1 sub i is daarnaast toegevoegd dat sanitaire voorzieningen in bestaande gebouwen zijn toegestaan. In deze artikelen was namelijk wel opgenomen dat indien het niet wenselijk is om sanitaire voorzieningen te realiseren in bestaande gebouwen onder bepaalde voorwaarden een omgevingsvergunning kan worden verleend voor de nieuwbouw van sanitaire voorzieningen, maar er was echter niet duidelijk opgenomen dat sanitaire voorzieningen in bestaande gebouwen toegestaan zijn. Daarnaast is in dezelfde artikelen de voorwaarde dat er vanuit landschappelijk oogpunt gezien voldoende ruimte zit tussen het kleinschalige kampeerterrein en omliggende functies opgenomen. Hiermee kan ervoor worden gezorgd dat er niet meerdere kampeerterreinen aaneengesloten worden aangelegd waardoor de kleinschaligheid verdwijnt.
Natura-2000-gebied
In de regels werd op diverse plekken gesproken over 'het' Natura-2000-gebied. Aangezien er meerdere Natura-2000-gebieden in de omgeving van gemeente Oost Gelre aanwezig zijn, is dit vervangen door 'een' Natura-2000-gebied.
Tweede bedrijfswoning
In artikel 3.7.5 en artikel 4.7.5 was opgenomen dat de afstand tot de eerste bedrijfswoning niet meer mag dan 25 m bedragen, tenzij uit het advies van de gemeentelijke stedenbouwkundige blijkt dat een afstand van niet meer dan 20 m stedenbouwkundig onaanvaardbaar is. De laatst genoemde afstand moet niet 20 meter maar 25 meter zijn. Dit is gecorrigeerd. Daarnaast is ter verduidelijking de formulering wat aangepast.
Zon op erf
In dit reparatieplan is ten behoeve van het nastreven van duurzaamheid in de gemeente in artikel 3.7.7 en artikel 4.7.8 een wijzigingsbevoegdheid opgenomen waarbij burgemeester en wethouders de bestemming kunnen wijzigen in 'Bedrijf - Nutsvoorziening' met de aanduiding 'zonne-installatie' met als doel om grondgebonden zonne-installaties te kunnen realiseren, waarbij de energieproductie wordt afgenomen door derden. Twee van de voorwaarden luiden dat dit alleen is toegestaan als de zonne-installaties binnen het bouwvlak zijn gesitueerd en de oppervlakte van het bouwvlak niet wordt vergroot.
Bedrijfsgebouwen
Aangezien er een nieuwe begripsbepaling is opgenomen voor 'bedrijfsgebouwen', is in artikel 5.1 en artikel 5.2 verduidelijkt dat bedrijfswoningen met bijbehorende bouwwerken ook onder bedrijfsgebouwen vallen.
Maatschappelijk
In artikel 10.2 is Rector Hulshofstraat 22b verwijderd, aangezien deze locatie geen bestemming 'Maatschappelijk' meer heeft, maar de bestemmings 'Wonen'.
Natuur
In artikel 11.2 sub b was voor overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde geen maximale oppervlakte opgenomen. In het reparatieplan wordt daarom een maximale oppervlakte van 20 m2 opgenomen.
Recreatie - Dagrecreatie
In de tabellen in artikel 12.1 en artikel 12.2 ontbraken een aantal adressen die wel de bestemming 'Recreatie - Dagrecreatie' hebben. Deze zijn toegevoegd. Daarnaast is in artikel 12.1 verduidelijkt dat ter plaatse van het kadastraal perceel 'Groenlo, sectie F, nummer 381' niet de klootschietbaan zelf, maar het clubgebouw van de klootschietvereniging is gevestigd. Verder is Droebertweg 3b aan artikel 12.1 en 12.2 toegevoegd. Dit perceel had al de bestemming 'Recreatie - Dagrecreatie', maar was nog niet in de regels opgenomen.
Wonen
In artikel 19.1 was Eefselerweg 13a nog opgenomen onder de bestemmingsregels voor 'Wonen', terwijl het de bestemming 'Bedrijf' heeft. Het bestemmingsplan is op dit punt gecorrigeerd.
Specifieke vorm van wonen - nevenactiviteit
Ter verduidelijking is in artikel 19.1 opgenomen dat alleen de bestaande nevenactiviteit is toegestaan, zodat deze regeling in het bestemmingsplan overeenkomt met de vergunningen die zijn verleend. Wanneer de nevenactiviteit nog niet is gerealiseerd, is de vergunde oppervlakte opgenomen.
Bouwregels Wonen
Ter verduidelijking is artikel 19.2 sub j verplaatst naar de tabel in sub a van hetzelfde artikel. Daarnaast is in artikel 19.2 sub h 'mits deze op een legale wijze tot stand zijn gebracht' geschrapt, aangezien de begripsbepaling van 'bestaand' al bepaalt dat de gebouwen op legale wijze tot stand moeten zijn gekomen.
Vergroten oppervlakte bijbehorende bouwwerken
In het Bestemmingsplan Buitengebied Oost Gelre 2011 en het Reparatieplan Buitengebied Oost Gelre is binnen de bestemming 'Wonen' bepaald dat 150 m2 aan bijbehorende bouwwerken is toegestaan. Met een afwijking is 200 m2 toegestaan. In enkele gevallen volstaat deze oppervlakte niet en kan het wel wenselijk zijn om mee te werken aan nieuwbouw ten behoeve van een grotere oppervlakte bijbehorende bouwwerken. Hiervoor zijn beleidsregels opgesteld die op 20 september 2016 zijn vastgesteld door de raad. Deze beleidsregels zijn verwerkt in artikel 19.3 sub b en artikel 35.5 van dit reparatieplan. De afwijkingsbevoegdheid in artikel 19.3 sub b is alleen toepasbaar wanneer er op de slooplocatie op grond van de daar geldende bestemmingsplanregels geen nieuwe gebouwen kunnen worden opgericht. Wanneer er op de slooplocatie wel een bouwtitel aanwezig is kan gebruik worden gemaakt van de algemene wijzigingsbevoegdheid uit artikel 35.5.
Daarnaast is op 20 september 2016 door de raad beleid vastgesteld voor ruimere bijgebouwen voor corsowagenbouwlocaties op percelen met een woonbestemming. In afwijking van de hiervoor genoemde beleidsregels mag meer dan 350 m2 aan bijbehorende bouwwerken gerealiseerd worden door middel van nieuwbouw als de nieuwe bebouwing nodig is om een schuur voor een corsowagenbouwgroep te realiseren. Deze beleidsregels zijn verwerkt in artikel 19.3 sub b lid 5 en artikel 35.5 sub f van dit reparatieplan.
Herbouw
In artikel 19.3 sub d zijn ter verduidelijking aanpassingen gedaan in de aanhef. Deze zin is deels naar lid 1 te verplaatst. Daarnaast is in artikel 19.3 sub d lid 1 en lid 2 is verduidelijkt dat het om de bestaande bijbehorende bouwwerken en bestaande oppervlakte gaat bij sanering voor herbouw van bijbehorende bouwwerken.
Aangezien artikel 19.3 sub d niet toereikend is voor het herbouwen van bijbehorende bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - agrarisch medegebruik', is in artikel 19.3 sub e een afwijkingsmogelijkheid voor wonen met agrarisch medegebruik opgenomen met dezelfde voorwaarden als in sub d, alleen geldt hier een oppervlakte van 250 m2. Bij de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - agrarisch medegebruik' is namelijk 250 m2 bijbehorende bouwwerken toegestaan.
Vervangende nieuwbouw voor nevenactiviteiten
In artikel 19.3 sub h is ter verduidelijking van het begrip 'vervangende nieuwbouw' een extra voorwaarde opgenomen dat er minimaal een gelijke oppervlakte gesloopt wordt van de bestaande gebouwen.
Daarnaast is in lid 2 ter verduidelijking 'van de nieuwbouw' opgenomen.
Afwijken gebruiksregels Wonen
In artikel 19.5 sub e werd het toestaan van nevenactiviteiten werd 'zorg' genoemd, terwijl zorg niet in de Indicatieve Bedrijvenlijst wordt genoemd. 'Zorg' is hier daarom weggehaald. Daarnaast is de voorwaarde opgenomen dat er geen sprake mag zijn van een onevenredige aantasting van de milieusituatie.
Voorwaarde functieverandering naar wonen
Het bestemmingsplan bevat diverse flexibiliteitsregelingen. Om te verduidelijken dat aan stapeling hiervan niet wordt meegewerkt, zijn enkele artikelen aangepast. In artikel 19.3 sub b, artikel 19.6.1 en artikel 35.5 sub c is de voorwaarde opgenomen dat er geen sprake mag zijn van een locatie waar functieverandering naar wonen is toegepast.
Voormalige boerderij
De raad heeft op 24 februari 2015 bij vaststelling van de notitie actualisering woningsplitsing buitengebied besloten dat splitsing en functieverandering is toegestaan in voormalige boerderijen, dus niet alleen maar in karakteristieke gebouwen. Dit is aangepast. In artikel 19.6.2 is daarnaast sub a geschrapt, aangezien in de aanhef ook al is opgenomen dat splitsing is toegestaan bij een voormalige boerderij.
Verruiming inhoudsmaat woning
Ter verduidelijking is in artikel 19.6.1 toegevoegd dat het gaat om de deel van de voormalige boerderij. Een deel is een werkruimte in de stal of schuur van een boerderij.
Ruimtelijke kwaliteit
De voorwaarden in artikel 19.6.2, artikel 19.6.3 en artikel 35.4 zijn verduidelijkt. Hier is opgenomen dat het wijzigingsplan per saldo een positief effect heeft op de ruimtelijke kwaliteit van het plangebied en de omgeving. Hierbij wordt in ieder geval gekeken naar aspecten zoals milieu, volksgezondheid, landschap, stedenbouw, cultuurhistorie, archeologie, volkshuisvesting en economie. Hierbij is het de bedoeling dat het per saldo een positief effect oplevert, dat wil zeggen dat op niet op ieder afzonderlijk aspect een positief effect bereikt hoeft te worden als daar voldoende kwaliteitswinst op de andere aspecten tegenover staat. Uiteraard moet wel aan alle wet- en regelgeving worden voldaan.
Archeologie
In de artikelen 24, 25, 26, 27, 28 en 29 zijn diverse aanpassingen gedaan:
Gelders natuur netwerk / groene ontwikkelingszone
De provincie Gelderland heeft de Ecologische Hoofdstructuur opnieuw gedefinieerd in het Gelders Natuur Netwerk (GNN) en de Groene Ontwikkelingszone (GO). In het GNN is uitsluitend sprake van een natuurbestemming (voormalig Ehs - natuur). De 'niet-natuur' of de nog te realiseren natuur in de voormalige Ecologische Hoofdstructuur (voormalig Ehs - verbinding en Ehs - verweving) heet voortaan de Gelderse Groene Ontwikkelingszone (GO). Gebieden met GNN zijn echter niet helemaal gelijk aan de gebieden waar de aanduiding 'Ehs-natuur' voorkwam. Ook de gebieden die binnen GO vallen komen niet geheel overeen met 'Ehs - verbinding' en 'Ehs - verweving'. Een reden hiervoor is bijvoorbeeld dat er inmiddels natuur is ontwikkeld.
De exacte begrenzing van deze gebieden is bepaald door de Provincie Gelderland. De aanduidingen zijn hierop aangepast in de regels en op de verbeelding. Daarnaast zijn in artikel 33.1 de regels opgenomen voor Gelders Natuur Netwerk en Groene Ontwikkelingszone. De regels qua inhoud zijn gelijk aan de regels van de voormalige Ehs.
Paardenbakken
In artikel 4.3 sub e is bepaald dat paardenbakken mogen worden gerealiseerd ter plaatse van de aanduiding 'openheid', mits ze aan een tweetal voorwaarden voldoen. Deze voorwaarden waren echter niet opgenomen in de algemene afwijkingsbevoegdheid voor paardenbakken. Aan artikel 34.1 zijn daarom dezelfde voorwaarden toegevoegd.
Natuurobservatiehutten
Het is wenselijk om binnen de bestemmingen 'Agrarisch', 'Agrarisch met waarden - Landschapswaarden', 'Natuur' en 'Water' het bouwen van natuurobsservatiehutten mogelijk te maken. Hiervoor is een algemene afwijkingsregel opgenomen in artikel 34.2, waarbij onder andere is opgenomen dat de natuurobservatiehut een maximale hoogte van 3 meter en een maximale oppervlakte van 20 m2 mag hebben.
Functieverandering naar wonen
Artikel 35.4 en artikel 19.6.3 zijn aangescherpt door de volgende voorwaarden toe te voegen:
Daarnaast is aan artikel 35.4 toegevoegd dat het agrarisch bouwvlak komt in zijn geheel komt te vervallen. Ook is in dit artikel ter verduidelijking bij sub b 'wordt bestemd met de bestemming 'Wonen' vervangen door 'mag gebruikt worden voor bewoning'. Bij sub d is "(exclusief bijbehorende bouwwerken)" toegevoegd.
In een bestemmingsplan dient aangetoond te worden dat er sprake is van een 'goede ruimtelijke ordening'. Onderdeel hiervan is dat het plan niet in strijd is met een aantal milieuaspecten, zoals bodem en water.
Voorliggend bestemmingsplan betreft een reparatieplan, een herziening van het vastgestelde bestemmingsplan Buitengebied Oost Gelre 2011 en het bestemmingsplan Reparatieplan Buitengebied Oost Gelre. De zaken die door middel van dit plan gerepareerd worden zijn over het algemeen van beperkte omvang en van ondergeschikte aard. Een verwijzing naar de milieuaspecten in de toelichting van het bestemmingsplan Buitengebied Oost Gelre 2011 volstaat dan ook.
De aanpassingen die in deze herziening worden gedaan op het bestemmingsplan buitengebied hebben allen betrekking op het vastleggen van feitelijk bestaande situaties of ontwikkelingsmogelijkheden die reeds middels eerdere planologische herzieningen waren vastgelegd.
De mogelijkheden voor nieuwe ontwikkelingen zijn in dit plan dus beperkt en zijn bovendien van dusdanige aard dat hiervoor geen gemeenschapsgelden moeten worden aangesproken. Kostenverhaal in het algemeen en in het kader van artikel 6.12 Wet ruimtelijke ordening is mede daarom ook niet aan de orde.
In het kader van de vaststellingsprocedure heeft het ontwerp van het bestemmingsplan 'Buitengebied, Reparatieplan 2016' van 9 december tot en met 19 januari gedurende zes weken voor eenieder ter inzage op het gemeentehuis. Daarnaast is het plan in te zien via de website www.ruimtelijkeplannen.nl en de gemeentelijke website www.oostgelre.nl. Bekendmaking hiervan heeft plaatsgevonden in de Staatscourant en in de Elna en de Groenlose Gids.
Naar aanleiding van het ter inzage leggen van het onwerpbestemmingsplan 'Buitengebied, Reparatieplan 2016' zijn vier zienswijzen ingekomen.
In de Nota beantwoording zienswijzen bestemmingsplan Buitengebied, Reparatieplan 2016 zijn de zienswijzen samengevat en voorzien van een gemeentelijke reactie. Het tweede hoofdstuk van het de Nota beantwoording zienswijzen bevat een overzicht met enkele ambtshalve aanpassingen ten opzichte van het ontwerpbestemmingsplan Buitengebied, Reparatieplan 2016. Hierbij is aangegeven welke aanpssingen het in het bestemmingsplan (verbeelding, regels en/of toelichting) zijn verwerkt. De Nota beantwoording zienswijzen bestemmingsplan Buitengebied, Reparatieplan 2016 is als bijlage aan het bestemmingsplan toegevoegd.
Tijdens vooroverleg hebben Waterschap Rijn en IJssel en Provincie Gelderland aangegeven akkoord te zijn met het plan.
Het ontwerpbestemmingsplan is toegezonden aan:
Bovenstaande instanties hebben geen zienswijzen ingediend.