Plan: | Verbreding A12 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1581.bpUHRa12-va01 |
Openstelling plusstroken
De plusstroken worden alleen geopend als dat gezien de (verwachte) drukte op de weg wenselijk is. Dat is pas het geval wanneer het aantal voertuigen in de betreffende rijrichting op het wegvak Bunnik-Driebergen meer dan 4.500 voertuigen per uur en/of in de betreffende rijrichting op de wegvakken Driebergen-Maarsbergen en Maarsbergen-Veenendaal meer dan 3.000 voertuigen per uur bedraagt. De plusstroken worden per rijrichting en onafhankelijk van elkaar in gebruik genomen. De plusstroken worden per wegvak of over de gehele lengte opengesteld.
Bij de genoemde aantallen voertuigen per uur is de verkeersafwikkeling nog acceptabel, dat wil zeggen filevrij. De praktijk heeft echter uitgewezen dat de plusstrook op dat moment moet kunnen worden opengesteld om de toenemende drukte tijdig te kunnen opvangen. In de verkeerscentrale wordt gesignaleerd wanneer het aantal van 3.000 respectievelijk 4.500 voertuigen is bereikt. Op basis van dit signaal en op basis van de verwachting en de ervaring van de wegverkeersleider over de toename van de drukte zal de plusstrook na inspectie geopend worden. Wanneer het aantal voertuigen op de betreffende rijbaan van het wegvak daalt beneden de 3.000 respectievelijk 4.500 voertuigen per uur zal de wegverkeersleider de plusstrook weer sluiten. De plusstrook kan ook tijdelijk bij ongevallen of bij werkzaamheden op de betreffende wegvakken worden geopend gedurende de periode van de werkzaamheden of het ongeval. Ook kan de plusstrook worden geopend als op andere rijstroken wegwerkzaamheden worden uitgevoerd.
Verkeersveiligheid
Uitgangspunt van de Spoedwetprojecten is dat de verkeersveiligheid door het gebruik van spits- en plusstroken niet nadelig wordt beïnvloed. Positieve effecten van extra rijstroken zijn te verwachten door minder congestie, waardoor minder kop-staartbotsingen optreden en minder sluipverkeer op het onderliggend wegennet plaatsvindt. In het kader van Europese afspraken is een specifieke afweging gemaakt waarin maatvoeringen van rijstroken, vluchtstroken, bermen en obstakelvrije zones getoetst zijn. Deze afweging is beschreven in de “Projectspecifieke Afwegingsnotitie Verkeersveiligheid”. De Dienst Verkeer en Scheepvaart (voorheen de Adviesdienst Verkeer en Vervoer (AVV)) heeft geadviseerd over het ontwerp van spits- en plusstroken en over aanvullende maatregelen die moeten worden genomen om het veiligheidsniveau op de betreffende wegvakken op peil te houden.
Voor het onderhavige project worden overeenkomstig het DVS-advies de volgende verkeersveiligheidsmaatregelen genomen:
Daarnaast wordt ten behoeve van een eenduidig wegbeeld zorggedragen voor uniformiteit in bebording, bewegwijzering, signalering, markering en voor uniformiteit bij het invoegen en uitvoegen.