direct naar inhoud van Artikel 8 Kantoor
Plan: Buitengebied Doorn 2011
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1581.bpDOObuitengebied-va02

Artikel 8 Kantoor

8.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Kantoor' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. de kantoorvoorzieningen die hierna als nadere bestemming zijn aangegeven bij de adressen die in of bij het betreffende bestemmingsvlak zijn aangegeven:
    adres   nadere bestemming   max. aantal bedrijfswoningen   bestaande oppervlakte gebouwen 1)   max. oppervlakte gebouwen 1)   max. goothoogte gebouwen 2)   max. bouwhoogte gebouwen 2)   EHS 3)  
    Amersfoortseweg 94   kantoor   0   132 m²   132 m²   3 m   8 m   +  
    Amersfoortseweg 102   kantoor   0   158 m²   158 m²   3 m   8 m   +  
    Amersfoortseweg 104   kantoor   0   74 m²   74 m²   3 m   8 m   +  
    Beukenrodelaan 2   conferentiecentrum   0   342 m²   342 m²   8 m   12 m   +  
    Beukenrodelaan 2h   kantoor   0   208 m²   208 m²   6,5 m   9,5 m   +  
    Beukenrodelaan 2j en 2k   kantoor   0   444 m²   444 m²   6,5 m   9,5 m   +  
    Beukenrodelaan 2l en 2m   kantoor   0   395 m²   395 m²   6,5 m   9,5 m   +  
    Buurtweg 3a   kantoor   1   398 m²   398 m²   3 m   9 m   +  
    Driebergsestraatweg 9   kantoor   0   980 m²   980 m²   9 m   11 m   +  
    Driebergsestraatweg 27   kantoor   0   358 m²   358 m²   8 m   12 m   +  
    Hydeparklaan 10   kantoor   0   348 m²   348 m²   4 m   7 m   +  
    Langbroekerweg 20a   kantoor   0   120 m²   120 m²   3 m   9 m   -  
    Moersbergselaan 17   kantoor   1   398 m²   398 m²   8 m   12 m   +  
    Oude Arnhemsebovenweg 11   conferentiecentrum   0   1255 m²   1255 m²   3,5 m   7 m   +  
    Postweg 18   kantoor   0   1257 m²   1257 m²   6 m   8 m   +  
    1)   inclusief bedrijfswoningen en bijgebouwen  
    2)   geldt niet voor niet-inpandige bedrijfswoningen en bijgebouwen, zie sublid , sub d  
    3)   EHS = ecologische hoofdstructuur; + = ligt in ecologische hoofdstructuur ; - = ligt niet in ecologische hoofdstructuur  
  • b. instandhouding van de aldaar voorkomende dan wel daaraan eigen natuurwaarden, en
  • c. bij een en andere behorende voorzieningen, waaronder begrepen afschermende en andere groenvoorzieningen, parkeervoorzieningen en tuinen.
8.2 Bouwregels
8.2.1 Toegestane bouwwerken

Op en in de gronden als bedoeld in lid 8.1, mogen uitsluitend worden gebouwd:

  • a. bedrijfsgebouwen,
  • b. bedrijfswoningen en daarbij behorende bijgebouwen, en
  • c. andere bouwwerken.
8.2.2 Bouwen

Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in sublid 8.2.1 gelden de volgende bepalingen:

  • a. binnen elk bestemmingsvlak mogen het aantal bedrijfswoningen en de gezamenlijke oppervlakte, de goothoogte en de bouwhoogte van gebouwen niet meer bedragen dan voor dat vlak in de tabel in lid 8.1 is aangegeven;
  • b. de inhoud van een bedrijfswoning mag niet meer dan 600 m³ bedragen;
  • c. de gezamenlijke oppervlakte van bij eenzelfde bedrijfswoning behorende omgevingsvergunningplichtige bijgebouwen en overkappingen mag niet meer dan 50 m² bedragen;
  • d. de goothoogte en bouwhoogte van niet-inpandige bedrijfswoningen en bijgebouwen en de hoogte van andere bouwwerken mogen niet meer bedragen dan daarbij hierna is
  • e. aangegeven:
    bouwwerken   max. goothoogte   max. bouwhoogte  
    niet-inpandige bedrijfswoningen   4,5 m   8 m  
    bijgebouwen en overkappingen   3 m   6 m  
    licht- en vlaggenmasten   -   12 m  
    erf- of perceelafscheidingen   -   2 m  
    overige, andere bouwwerken   -   10 m  
  • f. in voorkomend geval artikel 28, lid 28.3 (Afstanden tot wegen en water).
8.3 Afwijken van de bouwregels
8.3.1 Afwijking oppervlakte bedrijfsgebouwen

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd een omgevingsvergunning te verlenen in afwijking van het bepaalde in sublid 8.2.2, onder a, ten behoeve van het binnen eenzelfde bestemmingsvlak bouwen van bedrijfsgebouwen tot een oppervlakte die ten hoogste 20% meer bedraagt dan de in de tabel in lid 8.1 voor het desbetreffende vlak aangegeven bestaande oppervlakte, met inachtneming van de volgende bepalingen:

  • a. voor zover een omgevingsvergunning betreft:
    • 1. bestemmingsvlakken die blijkens de tabel in lid 8.1 in de ecologische hoofdstructuur zijn gelegen, en
    • 2. een oppervlaktevergroting van meer dan 100 m²,
        dan mag de omgevingsvergunning slechts worden verleend, indien in het betreffende geval de wezenlijke kenmerken of waarden van het gebied niet significant worden aangetast, tenzij er geen reële alternatieven bestaan én er redenen zijn van groot openbaar belang;  
  • b. bij een omgevingsvergunning kunnen ter bewerkstelliging van een redelijke visuele inpassing van een en ander in het landschap voorwaarden worden gesteld betreffende situering en afscherming door beplanting of anderszins.